HET KAPELLEKE DER WERF
Rampen, Misdaden en Malheuren uit alle Werelddeelen.
MENGELINGEN.
Aardige trekvogels
Verloving van
prins Albert.
Niet hertrouwen.
O. L. Vrouw ten Druiven te Aalst
GREMBERGEN. Dinsdag namiddag is or ecu
hevige brand uitgeborsten in de wijk de Dijnstraat,
bij Leonard Peiemau, metser liet vuur heeft
zulke groote uitbreiding genomen, dat de woningen
van Jan Van der Jeu^t en van de weduwe üe
Lenteekei-, landbouwster, ook in asch gelegd
werden. Weinige meubelen zijn vernield en de
beesten heeft men kunnen redden.
ST-NIKLAAS. Zondag morgend tusschen 8
en 9 ure, is de stal afgebrand van Alex. De Pauw,
barbier en timmerman in de Nieuwstraat. Al zijn
timmermansgerief is er in gebleven en het vuur
heeft nog schade veroorzaakt aan twee achterge
bouwen van geburenhuizen. De gebureu hebben
den stal met op den hof liggende balken ingestampt
en den brand gebluscht. Niets was verzekerd.
Vervier», den 6 Januari 1897. Ik leed sinds
jaren aan een gewrichtsrhumatism en niets bleek
mij te kunnen redden. Dank aan twee doozen
slijmverdrijvende Walthérypilien, was ik volko
men genezen. Emiel Nizet, rentenier.
Dépots te Aalst MM. Callebaut, De Valcke-
neer, De Waele, Ghysselinck en in alle apotheken
VURSTE. Tnsschcn Melsen en Schelderode,
dicht bij bet bosch van Makegem, is er braud ont
staan bij August Van den Berghe. Een oude vader,
vaD 74 jaren, ging op den zolder om zijn geld te
reddeu hij werd door den rook bedwelmd en
kwam in de vlammen om. Alles is erin gebleven.
Het ongelukkig slachtoffer is zaterdag namdida^
begraven.
GENT. Dinsdag morgend hebben op de Dok
wanorders plaats gehad. M. Visser, dokwerkers
baas, had een twaalftal manuen van Maldegem
aangeworven om een schip te lossen de socialis
tische dokwerkers zijn met geweld in den entrepot
gedronge i en hebben hen verplicht het werkte
staken. De policie moest den sabel trekken om de
rumoermakers uiteen te drijven de wacht is thans
versterkt, maar de boeren van Maldegem zijn
dadelijk weer vertrokken. Verscheidene mannen
zijn gekend en zullen vervolgd worden voor inbreuk
op de vrijheid van het werk.
Nadere bijzonderheden. Een doode. De wan
orders van dinsdag welke de betreurensweerdigste
gevolgen gehad hebben, zijn toe te schrijven aan de
volgende oorzaak In Vooruit bestaat eene ver-
eeniging van dokwerkers, die op de tyranniekste
wijze te werk gaan tegen de niet socialistische werk
lieden. Die vereeniging gedoogt niet dat op den
Dok andere werklieden arbeiden dan hare leden.
Dinsdag namiddag nu, om 2 ure, zouden de
werklieden aan den arbeid gaan, toen een groep
van meer dan 200 man uit de roode vereeninging,
met stokken gewapend, op de werklieden van De
Visser vielen. Dezen vluchtten langs alle kanten.
Drie policieagenten, die weldra versterking kre
gen, kwamen met getrokken sabels op de aanvallers
af, die op de werklieden nog sloegen en ze achter
volgden. De aanvallers veinsden te vluchten; doch
't was maar om een regen van steenen op de agen
ten te doen neerkomen.
De policiemannen kregen het lastig, maar hiel
den toch volhun getal vermeerderde nog gedurig,
toen plotseling uit de rangen der onruststokers een
revolverschot, door verscheidene andere gevolgd,
gelost werd. Een agent was vastgegrepen en op het
punt in 't water geworpen te worden, als hij, de
revolverschoten van den kant der dokwerkers
hoorendc, insgelijks zijn revolver trok en een schot
in de lucht loste.
Inmiddels was er om de gendarmen getelefo
neerd. Achttien gendarmen kwamen weldra te
paard toegesneld en dit was het einde van den
strijd.
Ongelukkiglijk zijn er slachtoffers. Zekere De
Koek, uit de spadestraat, een der aanvoerders van
het socialistisch syndikaat, was doodelijk getrof
fen hij is in den valavond overleden. De genaam
de Frans Koch, van op 't Meerhem, sekretaris van
het syndikaat, is een oog uitgeschoten en zal den
kelijk zijn ander oog ook verliezen. Nog drie
gekwetsten, waaronder zekere Paul de Veerman,
van op 't Meerhem, zijn de eene min, de andere
meer erg getroffen naar het gasthuis gevoerd.
VERVIERS. Woensdag namiddag waren
eenige burgerwachten en zelfs kaporaals door den
tuchtraad veroordeeld geweest tot boeten van 5 a
10 fr. omdat zij in uniform opeen pcerdjesmolen
gezeten hadden. Toen de officiers van den krijgs
raad buiten kwamen, werden zij door de samenge
schoolde menigte uitgejouwd, en men moest de
policie roepen om hen te beschermen.
NEDERLAND. Door tegenwoordigheid van
geest wisten drie mijnwerkers in de mijn Oranje-
Nassau te Heerlen zich van een wissen dood te
redden.
Terwijl zij ter diepte van omtrent 200 meters,
een der mijnschachten aan 't uitdiepen waren,
hadden zij te dien einde zes ladingen met dynamiet
aangelegd. Nadat de lont aangestoken was, gaven
zij de gebruikelijk waarschuwingen om naar boven
gehaald te worden, de ophaal kabel werkte evenwel
niet na nogmaals gewaarschuwd te hebben vol
deed hij nog niet ofschoon- de lont steeds verder
brandde. De arbeiders grepen daarop het kabel
touw en klommen er langs op ter hoogte van 100
meters, klemden zich hier aan elkaar vast en
wachtten toen de ui» bersting af, die na eenige
oogenblikken reeds volgde en zoo hevig was dat de
rotswanden dreunden. De mijnwerkers bekwamen
geen letsel.
MECHELEN. Zondag avond hebben eenige
liberale schuivers, die de buis die zij in de provin
ciale kiezing bekomen hadden niet kunnen ver
kroppen, woelingen verwekt, die echter spoedig
door de policie onderdrukt werden. In den nacht,
tusschen 2 en 3 ure, giug het er erger toe. In de
Keizerstraat werd zekere Van de Vliet, 24 jaar
oud, wonende op den Zwart Zustersberg, zoo deer
lijk mishandeld dat hij naar 't gasthuis moest
overgebracht worden zijn hoofd was nog slechts
eene afzichtelijke wonde. Eene uur later werd zeke
re Autoon Verlinden, van Neckerspoel, in dezelfde
straat door eene bende schuivers aangerand en
mishandeld. Toen de policie tusschenkwam had
hij reeds een messteek in den pols bekomen. De
policieagent Neutjes heeft het wapen in beslag
genomen. De daders zijn gekend. Iu de woeling
werden de agenten de klecderen van het lichaam
gescheurd. Een tiental aanhoudingen werden ge
daan.
VRAAGT OVERAL
HET LEUVENSBIER
der gunstig gekende
Brouwerij Tra u ft Brutcé, AALST.
FRANKRIJK. In een gehucht onder Cocu-
moat bij Agen, heeft een vijftienjarige meisje,
over eene verbroken trouwbelofte verbitterd, haar
ontrouwen minnaar, een weduwnaar van vier en
dertig jaar, pas met een andere hertrouwd, met een
geladeu geweer op zolder opgewacht en toen hij op
eene kar voorbijreed door een vensterke op hem
gevuurd.
Hij werd doodelijk getroffen.
Vervolgens giug zij haar met haar vader bij de
policie aangeven.
BRUGGE. Zondag avond werden, buiten de
Gentschepoort, twee lansiers, tijdens eene vecht
partij door messteken getroffen. De wonden waren
zoo erg dat de soldaten zich niet meer verroeren
konden en in een bloedplas lagen. De gekwetsten
werden door een arabulanciewagen gehaald en naar
het krijgsgasthuis gevoerd.
Die zaak heeft ongelukkig aanleiding gegeven
tot nog ergere wanordelijkheden. Maandag namid-
dag zijn een houderdtal lanciers naar Assebroucke,
buiten de Gentschpoort getrokken, naar de herber
gen omtrent het Peerdeken, en hebben er een
tiental in gruis en scherven geslagen, waaronder
deze van zekere Ramant, juist vernieuwd. Zij
vochten als bezeteuen, ten einde weerwraak te ne
men over de slechte behandelingen die hunne
kameraden zondag hebben moeten onderstaan.
Ooggetuigen verklaren dat hetgeen zondag voor
viel, echt gruwelijk was. Een der lanciers, zondag
aangerand, was zoo wreed in den rug gestoken, dat
men het mes met moeite uit de wonde kon halen.
Wanneer de rampzalige reeds als levenloos op den
buik met opengespreide armen uitgestrekt lag,
zijn de aanvallers nog wedergekeerd om hem met
stampen en schoppen af te maken.
Drie der voornaamste messtekers van zondag
zijn reeds aangehouden en maandag heeft de gen
darmerie met waren heldenmoed verscheidene
lanciers gevat, die met bloote sabels, vorken, ja,
bijlen in de straten der gemeente zwierden, alles
verbrijzelend zoodat de verschrikte bewoners zich
allen in hunne huizen opsloten.
Toen gendarmerie, veertig in getal, met de ba-
jonnet op het geweer, ter plaatse kwamen, werden
zij door de lanciers aangevallen. Soldaten, die
dooddronken waren ledigden de flesschen likeuren
der verwoeste herbergen, daagden de gendarmen
uiten bedreigden hen.
De gendarmen echter bleven kalm, hetgeen de
soldaten woedend maakte. Zij wilden de gendarmen
omsingelen, hetgeen verscheideue botsingen te
weeg bracht. Verscheideue soldaten zijn aan het
hoofd en armen gekwetsteen veertigtal aanhou
dingen werden gedaan.
Soldaten hebben ook geld gestolen uit de toog-
schuiven, alsmede biljardbollen, enz. De opschud
ding is groot in de stad. Het-parket van Brugge en
de krijgsoverheden hebben strenge maatregelen
genomen
WAASTEN.Een peperkoekfabriek brandde
den 1 juni af met al wat het huis bevatte. De
bewoners moesten in nachtgewaad de vlucht ne
men. Een kistje bevattende 15,000 fr. werd na den
brand niet meer teruggevonden. Behalve dat be
draagt de schade nog 50,000.
Kostbare ontdekking. Dank aan de ijzer
achtige pil van Dr Raphaelvinden de zwakste en
meest bloedgebrekkige personen onmiddellijk
smaaklust, frissche gelaatskleur, levendigheid en
gezondheid terug. 1,75 fr. overal.
Dépots te Aalst MM. Callebaut, De Valcke-
neer, De Waele, Gysselinck, en in alle apotheken.
HAMMËHet huis en de stal van Vincent
Verschelden in de Evangeliestraat zijn met den
ganschen inboedel afgebrand. De brand is ontstaan
aan den stal die aan de straat paalde en daar deze,
even als het huis, met stroo gedekt was, stond alles
op eenen wenk in laaie vlam. De aanpalende
woning, ofschoon een weinig beschadigd, is kunnen
behouden worden. De gebouwen, eigendom van
Fr. Hurckmans, even als de meubelen zijn tegen
brand verzekerd.
CRUYBEKE. Maandag zijn op de Schelde
vier personen, die spelevaarden, te water geraakt
door het kapsijzen van het bootje. Een hunner ver
dronk. 't Is een ondermeester van de Wolfabriek
te Hoboken, genaamd Jos. D... Hij laat eene vrouw
en twee kinders achter.
Tusschen Alsemberg en Ukkel wer
den er door de garnizaentroepen van
Brussel dinsdag morgend groote ma-
nceuvres gemaakt. In de velden van
Ukkel kwam men tot een samentreffen
en er had een formidable slag plaats.
Een piot die te veel de veldflesch aange
sproken had, was zwaar van hoofd ge
worden, achter een heuvel was hij neer
gevallen en in slaap geraakt. Toen de
poeierdamp opgeklaard en de slag ge
daan was, vond hem de sergeant daar,
zijn droes liggen uit te slapen. Deze
schoot in eene echte soldatencolére.
Accrinondepatt bulderde hij
Wat doet gij daar
Pardonneer me, sergeant. Ik ver
beeld een gesneuvelde, zegde de re
kruut, heel uatief.
Dan zullen wij u, maar spoedig
naar doodenhuis brengen, zegde de ser
geant en hij deed den gesneuvelde door
4 man optillen en hem te Ukkel in den
bak steken.
En dan zullen sommigen toch nog
willen volhouden dat het soldatenleven
geene echte coyonuade is.
Alle weken van hemd veranderen,
dat is goed en zelfs geraadzaam, maar
gedurig van naam verwisselen, dat
deugt volstrekt niet, op den duur kent
u niemand meer.
Het gemeentebestuur van Auvelais,
eene schoone gemeente tegen Namen,
had in de archieven opgespeurd dat
over 150 jaar de naam huuner gemeente
niet Auvelais maar Auvelois geschreven
werd, men kreeg op aanvraag door een
koninklijk besluit eindelijk de toelating
om Auvelois in plaats van Auvelais te
schrijven. Zoo gezegd zoo gedaan.
Nu 10 jaren nadien ontdekt een der
Auveloische magistraten, dat het antiek
stuk waaruit men de de naamsverande
ring had, valsch was, door andere
statuten die 100 en 200 jaar onder zijn
bewijs waren, bemerkte hij dat de eerste
naam Auvelais, de echte naam was, en
dat Auvelois niet deugt. Na vele moeite
verkreeg men nogmaals een koninklijk
besluit, om den ouden naam Auvelais
op nieuw terug aan te nemen. Diegene
die gedurig in de archieven zitten te
pluizen, zullen nog al dikwijls tegen
dien regel zondigen, omdat al de archie
ven zelve geene Evangeliën zijn, zegt
Katrien. AI te wispilturig zijn deugt
ook niet. Als men een goede naam heeft
moet men hem trachten te behouden,
zegt de wijze man.
Hier gelijk elders, zoo wij verne-
men, zijn Dijnsdag voormiddag dui
zenden en duizenden insecten doorge-
I vlogen in de richting van oost naar
i west, naar de noordzee.
Vooral in de Zonnestraat en Kei-
zerlijke plaats geleek het aan eene
wolk.
j Deze insecten hadden 4 netvormige
1 vleugels en geleken aan 't waterjuf-
i fertje dat men des zomers bij zonne
schijn langs waterloopen en grachten
ziet vliegen en die men hier te Aalst
peerdeke heet. Op andere plaatsen
noemt men het insect schoenlapper,
glazenmaker, spinjuffertje, juffertje,
enz., enz.
In al de straten stonden personen
vooral straatbengels met mutsen, stuk
ken linnen die schenen vlinders te van
gen.
Van waar ze kwamen is een raad-
cel. Men beweerde onder anderen dat
ze door 't branden van sparrenbos-
schen in Duitschland waren verjaagd.
Men zegde ook dat ze de voorboden
waren van een plaag die de menschen
zou komen teisteren, net als of er nog
geene plagen genoeg op de wereld
zijn.
Men zal eens hartelijk lachen om 't
gezeever van dien Jobsbode.
Wat het insect eigenlijk is zal de
eene of andere natuurkundige ons wel
meêdeelen.
Het Staatsblad hoeft de verloving aan
gekondigd van prins Albert met prinses
Elisabeth, hertogin van Beieren.
Prinses Elisabeth, geboren te Pos
sen hoven den 25 Juli 1876, is de twee
de dochter van prins Karel-Theodoor,
hoofd van het hertogelijk huis van Bei
eren, en van de hertogin Maria-Jose-
pha van Braganza, infante van Portu
gal. Prins Albert heeft verscheidene
keeren de gelegenheid gehad de prinses
te ontmoeten, onder ander te Weenen
en te Parijs.
uige J **■-"
ren trouwde mej. X., met zekeren Z.,
die nog al rond fortuin bezat. Z. ver
maakte bij testament gansch zijn vermo
gen aan zijne echtgenoote, doch op voor
waarde dat zij niet zou hertrouwen.
Eenigen tijd na het huwelijk stierf
M. Z. Niemand zou er aan gedacht heb-
beu het testament te betwisten ware het
niet dat do wed. Z. wilde hertrouwen.
De rechters in eersten aanleg oor
deelden dat zij geen vonnis in deze zaak
konden vellen daar mad. Z. nog niet
hertrouwd was, en bijgevolg binnen de
bepalingen van het testament gebleven
is. Het beroepshof heeft nu dit oordeel
bekrachtigd.
De wed. Z. zal nu moeten kiezen tus
schen een nieuwen man of het erfdeel.
GESCHIEDENIS VAN
of het vermaard beeld van
4 door P. DE SUTTER, onderpastoor alhier (1863).
Zijne Heiligheid de Paus Urbanus V, een der zeven Pauzen
die gedurende 72 achtereenvolgende jaren hun verbliji te
Avignon (Frankrijk) hebben gehouden, vernam de vurige god
vruchtigheid van de stad Aalst voor hare Lieve Vrouw. Urba
nus verleende bij breve van het jaar 1363 eenen eeuwigduren-
den aflaat. Do inwoners der stad, willende in het nakomeling
schap de gedachtenis vereeuwigen van de herbouwing der ka
pel en van de herleving der liefde tot O. L. V. ten Druiven in
alle herten, hebben eene treffende gedenkzuil nagelaten. In
den voorgevel der kapel, boven de poort werd eenen witten
steen geplaatst, met het volgende opschrift in zwarte gothische
letteren
Bij gracien en bij hulpe van gode
en zijnder liever moeder en va allen
goeden lieden so es dese capelle int
jaer ons heere mccCLxm. also dikwyle
als men goet hier toe doet verdiet me
xx werf xl dagho perdoens en alle
hoogtyden gedobbelerdt.
De inhoud van het opschrift is
Bij gratiën en bij hulp van God en zijner lieve Moeder en
van alle goede lieden zoo is deze kapel in 't jaar onzes fleerea
1363(herbouwd). Alzoo dikwijls als men goed hier toedoet
verdient men 20 keeren 40 dagen aflaat, dit is 800 dagen
en alle hoogtijden het dobbel, dit is 16 >0 dagen aflaat.",
Dit gebouw heeft eeuwen en staatsomwentelingen gotrot-
seerd.
In het ongelukkig jaar 1582, onder het bestuur van Philip-
pus II, koning van Spanje, en drij en dertigste graaf van
Vlaanderen, werd de stad Aalst verraderlijk ingenomen. De
geuzen of beeldstormers, landloopers en dieven, het schuim
van verschillige volken, opgehitst door de kettersche predi
kanten, vergaderden zich bij S' Omer, gewapend met stokken,
bijlen, hameis en andere werktuigen van dien aard, om den
oorlog tegen God en zijne Heiligen te voeren. Gelijk Antwer
pen, Yperen, Kamerrijk en andere steden en dorpen door de
moedwillige benden werden overvallen, zoo zag men die woes
te barbaren tot Aalst komen toegesneld. Alhoewel de geuzen
gezworen hadden de autaren, de beelden der Heiligen, in de
kerken gelijk in de andere openbare bidplaatsen te verbrijze
len, is de Werfkapcl en het geëerde beeld aan hunne gewelde
narijen ontsnaptde Moeder had in het midden harer kinde
ren de woonplaats welke deze haar hadden opgerecht, in vei
ligheid behouden.
O. L. V. ten Druiven heeft ten allen tijde getrouwe die
naars iu Aalst gevonden de vreemden ook moesten haren
eeredienst herkennen, gelijk het blijkt uit een oud gedenk
schrift van het jaar 1704 gedagteekend. Het is eene aanvraag
aan Burgemeester en Schepenen der stad Aalst van wegens de
vrije schippers, aangaande het recht te betalen door de vreem
de schippers, tot onderhoud der kapel. In het besluit diesaan-
gaande gegeven door Burgemeester en schepenen der Stad
treft men deze woorden
Heer en Weth,
Gehoord 't advys van Ed° en notable en gelet hebbende op
den inhouden van deze onder Correctie, mitsgaders annexe
request ten deesen gevoeght gepresenteert van weghens d'Hee-
ren Proviseurs van Onze Lieve Vrouw Capelle binnen Aelst
van date vierden Meert zeventien honderd een, verclaeren
hemlieden intentie te weseu achtervolgende de oude usantie
van allen tyden geploghen dat de vremde schippers boven
thien stuy vers die de vry insetene schippers by voorwhe or
donnantie moeten betaelen de voorzegde onvry en vremde
schippers hier binnen dese stede laedende in hunne berehg-
houten schuldig zijn en moeten betaelen twee stuyvers in pro-
fyte van Onze Lieve Vrouwe Capelle, ordonnerende Heer en
Weth, van elck een wie 't raekt mag sig daer naer te regule
ren, authoriserende in cas van noode tot d'executie deser alle
principale officieren.
Actum iu 't collegie xxi mey 1704.
M. D. E. Rtodeee.
Dat de godvruchtigheid der schippers tot Maria in onze stad
van aloude tijden bestaan heelt lijdt geenen twijfel, want van
ongedenkbaren tijd werd de kapel onder de schippers, de
schipperskapel genaamd. De menigvuldige offeranden van'zil-
veren scheepkeus die erin pralen, geven getuigenis van deze
waarheid een verguld scheepken zelf werd met de herbou
wing der kapel boven den voorgevel geplaatst, om den reiziger
de bijzondere genegenheid der schippers tot Maria ten Drui
ven aan te toonen.
De Werfkapel 418 jaren gestaan hebbende, begon bouwval
lig te worden maar het gezegende beeld van Maria was aan de
herten te dierbaar om door de tijdsvernietigiug in het geheu
gen uit te sterven. De inboorlingen der stad, de naaste gebu-
ren der Werf hebben daarvan eene treffende en belangrijke
getuigenis aan de dienaars van O. L. V. ten Druiven nagela
ten.
Ter gelegenheid van den Jubiié van 1815 hebben de ouder
lingen, ijveraars van Maria zich vereenigd, er is een bewijs
schrift door hen allen geteekend, waar te lezen staat
De ondergeteekende verklaren en certifieren by deesen dat
het van hunne goede kennis en de wetenschap is dat in de
zelfde kapel ten jaere 1763 gevierd is geweest den 50-jarigen
Jubiié. Verklaren voerders den meesten nornber van hun dat
zy altyd by traditie ende voor noiariteyt gehooid hebben dat
deese plegtigheid en Jubiié van ouds aldaer alle 50 jaren is
gevierd geweest met toestemming van wie hot behoort
Geteekend, 23 july 1815.
De Heeren Komanus Tack, oud 78 jaren.
Eg. Van den Bosch, 80 jaren.
Petrus Poorter, 77 jaren.
Judocus Van Geem, 78jaren.
Petrus Fr. Gysels, 50 jaren!
Corn. Evit, notaris, 44jaren.
In 1763 wanneer de 50 jarige gewoonlijke Jubiié, vergund
door Clemens XIII, gevierd werd, was de woonst van Maria
teenemaal bouwvallig geworden.
In 1781 was het dringenst noodzakelijk dezelve af te bre
ken en het volgende jaar stond de hedendaagsche bidplaats op
de linie der huizen vaa de Molenstraat herbouwd.