^blaW
REFLEKSEKEWS M DOKA-FM.
TUSSCHEN CONFRATERS.
3 tut Man Xhtffel, ^npcllfötraat, 13, tc 2lalöt
BLAD VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG.
Eerste Gouw feest
Jonge Boer en zijne Moeder.
Dronkenschap.
Mij
mering.
Karakterstudie
Van den Oorlog.
ttm:
Abonnementsprijs voor gansch België, franco te huis, 2.50. Yoor de vreemde landen,
5,00. 5 centiemen het nummer. Pakken en brieven hoeven vrachtvrij toegezonden
te worden. Alle briefwisselingen moeten den dijnsdag avond op onze bureelen toege
komen zijn, het blad den woensdag avond ter pers gaande. Ongeteekende brieven wor
den in de scheurmand geworpen. Alle postbureelen ontvangen inschrijvingen, op alle
tijdstippen van het jaar. De onkosten der kwijtingbrieljes zijn ten laste van den be
stemmeling. Men gelieve, bij verandering van woonst, het juist terechtwijs te zenden.
G- JAARGANG. NUMMER 28$T
Aalst, den 30 Juni van het jaar O. H. 1900.
I Vounissen 1 frank den kleinen regel. Aankondigingen tusschen de nieuwstij
dingen 20 centiemen per regel. Aankondigingen op de 3Ü bladz. 10 centiemen den
i regel. Annoncen op de 4® bladzijde worden berekend volgens plaatsruimte. Voor
de advertentiën buiten de provincie Oost-Vlaanderen, zich uitsluitend te wenden tot
het Office de Pubticité, Rue de ia MadeleineBrussel. De geabonneerden hebben het
recht een maal per jaar eeue annonce vau 5 regels te plaatsen, die viermaal achtereen-
volgens zal verschijnen. Ruchtbaarmakingen in te zenden vóór 's Maandaags.
Het is, sinds ons zesjarig bestaan, de eerste maal dat wij
met eenen onzer geachte confraters in pennentwist komen.
Alhoewel De Volksstem niet roemen kan op een zoo lang
durig bestaan als De Denderbode, noch op de uitmuntende
diensten, die onze confrater zoo talrijk aan de Katholieke
Zaak bewees, hebben wij rechtzinnig ons gedacht uitge
drukt, en wij meenen van wel gedaan te hebben.
De tijd is de beste raadsman.
De toekomst zal leeren, of wij gelijk of ongelijk hadden.
Dit gezegd, staken wij verdere pennentwist.
Het welzijn der partij vóór alles
De Volksstem.
STAD AALST.
der
Vlaanderen-Turngouw
OP ZOiNTXA-Gh 1 JTJLI 1900.
Ten einde het Feest, ingericht door de twee Aalstersche
Katholieke Turnkringen Steun geeft Moed en Willen is Kun
nenmeer luister bij te zetten, en hun aldus een blijk van
genegenheid en aanmoediging te geven, neemt het Bestuur
de vrijheid alle inwoners der stad uit te noodigen, Zondag
aanstaande, de nationale vlag aan hunne huizen te laten
wapperen.
Het Bestuur der inrichtende Maatschappijen.
Stil ligt de Afrikaansche natuur te woekeren, stil zucht
de wind door de slanke palmboomen hier stilte, en ginder
verre rolt 't gebulder der kanonnen, klinkt 't geknal der
geweren, is het een stenen der gekwetsten en een ratelen
der stervenden...
De jonge Boer is van de jacht teruggekeerd met de ge
vulde weitasch op den rug en het geweer in de hand treedt
de jongeling zijne woonplaats binnen.
Daar zit eene vrouw, zijne moeder. In haar oog blinkt
een traan, maar haar wezen straalt van mannenmoed en
edele fierheid.
Paul spreekt zij
Moeder, waarom weenen Is ons een ongeluk over
gekomen Is vader misschien...
Ja, mijn zoon, uw vader is gevallen.... hij is niet
meer
Ach! zij hebben mijnen vader vermoord! Dood!...
Verre van hier, zonder dat zijne hand mij zijnen zegen
schonk...God!
O moeder waart ge niet alleen, ik zou... maar neen...
en een traan ontspringt zijn oog.
Er heerscht een oogenblik stilte.
Paul, zegt de moeder, gij ook moet heêngaan Uw va
der dient gewroken te worden Ga, help uwe broeders,
strijd aan hunne zijde voor het verdrukte vaderland, voor
de vrijheid, die de vreemde inpalmer ons wil ontrukken.
Ik weet het, ge zijt nog jong. Vijftien jaren slechts zijn
heêngetogen, sinds ik u het levenslicht schonk maar, mijn
kind, men behoeft geenen hoogen ouderdom om heldenda
den te verrichten...
Ga Vrees niet mij alleen achter te laten. Ge
denk dat uwe moeder ook 't geweer hanteeren en desnoods
zich verdedigen kan.
Ga! De Heer wake over uwe schreden... Hij were
de ballen van uwe borst afHij schenke u de overwin
ning, en voere u zegepralend weder in de armen uwer moe
der
Ga Wreek uwen vader... Overwin, dan zal ik dub-
fier over u wezen Dat ge vijanden sloegt en uwen vader
wrookt.
Gal Tel uwe vijanden niet! Ze zijn talrijk, dit
weet ik. Engeland is machtig, maar God is almachtig
Zoo spreekt die heldenvrouw, pas weduwe, eilaas J en
misschien weldra kinderloos...
Reeds is de zoon strijdvaardig. Hij knielt voor zijne
moeder, ontvangt haren zegen, en dan, zonder omzien
noch schromen, spoedt hij ter plaats waar zijn vader viel.
O heldenvolk En zeggen dat de Engelschen ze tot
den.ondergang verwezen hebben En zien dat geen enkel
rijk voor den bedrukte op de bres springt!
Ongelukkige tijden De machtige verplet straf
feloos den onschuldigen zwakke. Arme Boe
ren Als uw heldenmoed u niet helpt, wie zal u
helpen? Welaan, de Voorzienigheid stau bij
en schenke u den zege
Achtbare Lezers en Le
zeressen, van'tStemrne-
ken, na U allen vrien
delijk gegroet te heb
ben, ik mediteer ende
besluitAlle dokters
zijn het eeus, dat het
te streng inriemen van
het keurslijf zeer scha
delijk is voor de gezond
heid, en de ontwikke
ling van het mensche-
lijk lichaam belet
Alles moet met rede en
met maat geschieden sommige jufvrouwen willen
aan wespen gelijken dat behoeft niet, een bietje
is schooner dan een wesp... De statistieken bewij
zen nu ten overvloede, dat een te zeer geprangde
insluiting, in alles zeer nadcelig ia en beletsol stelt
aan alle ontwikkeling. Volgens deofficieele statis
tieken van heel ons land, en we zien er het bewijs
zoo klaar en duidelijk in, dat zeven der beste filo-
sopen van Griekenland, ons niet anders zullen wijs
maken... We gaan in het algemeen goed voor
uit in ons land gedurende het jaar 1899 hebben
wij in bevolking 74,800 zielen en eveneens zooveel
lichamen aangeworven, al de hoofdplaatsen van
provinciën en arrondissementen hebben een bijna
evenredig aandeel in die vermeerdering. Er is maar
een stadje dat deerlijk van zijne vederen gelaten
heeft, maar een enkelhet ligt nochtans in het
beste, in het weelderigste, in het rijkste gedeelte
van ons land, doch het heeft, door te nauwe in
sluiting, op een enkel jaar 135 zielen, op zijne be
volkingvan 10 duizend zielen, verloren... Dit stad
je is Dendermonde Verleden jaar telde dat
schoone stadje aan den mond van den Dender ge
legen, 10088 zielen
op den dag vau heden
zijn er 135 minder.
Hoe komt dat Is het
omdat de meisjes van
Dendermonde zich te
nauw in het keurslijf
inriemen, o noen, le
zer, stel u onder dit
opzicht gerustmaar
*4Z\\t ^taat heeft dat
schoone stadje zoo
nauw en zoo eng met forten en bastieljen omslo
ten, dat het bijna zijn adem niet meer krijgen kan,
en dat het in stede van zich uit te breiden en te
ontwikkelen, in levenkracht en bevolking vermin
dert en afneemt.Dendermonde is het eenige stad
je van ons land dat in zijne ontwikkeling achter
uit gebleven is, en indien men het van het ijzeren
harnas moest ontslagen, zijne forten en bastieljen
afbreken, zou het al de steden van zijn soort, in
ontwikkeling van handel, nijverheid en landbouw
vooruitvliegen. De Dendermondenaars bidden ge
noeg Van forten en bastieljen, verlos ons Heer,
maar tot hiertoe zijn ze nog niet verhoord gewor
den... De Shah van Persie is in Parijs aange
komen, twee dagen later als men hem had ver
wacht... De Shah die de gewoonte niet heeft in
treinen te reizen, (er is maar eene in Persie en die
is maar 3 kilometers lang en deze rijdt zeer traag)
wil absoluut dat zijn speciale trein den zei ven slen
ter gaat, gelijk die van Persie, en daar de man ge
woonlijk een macht vau goud en kruisen op den
hoop toe meebrengt, is hij overal de baas en ieder
een danst gemakkelijk en gewillig naar zijne pij
pen... Sit Transit... Op den weg heeft hem geen
enkele durven aanspreken, uit vrees van een
blauwken of affront op te loopen, gelijk bij zijn
laatste bezoek, toen een Akedemiekcr hem te
Contrexeville op eene schoone redevoering wil
de onthalen, en de Shah in het uitstappen van den
wagen den redenaar brutaal op zijde stiet en met
zijn hand voorwaarts zwaaiende met krachtige stem
uitriep Marchez Vooruit is de weg Boer
doet uw hekken open of ik rijd door uwen peterselie
Alhoewel de Shah geen liefhebber is van fransche
complimenten, zullen de frauschen te Parijs van
den grootsten tot den kleinoten zoo stipt en zoo
mooi naar zijne pijpen dansen dat er geen haar aan
raankeeren zal, men zal hem als een halve God
vereeren, omdat
't Geld dat doof en stom is
Recht maakt al wat krom is.
't Geld is sterker dan de legers
Van den grootsten vorst der eeuw,
't Wascht de mooren en de negers
Wit en blank gelijk de sneeuw.
't Geldt kan aan geen deuren kloppen
Die niet seffens opengaau,
't Geeft verstand aan ezelskoppen,
Schoonheid aan een Baviaan...
Toen Mozes van den berg Sintiï kwam met de twee
steenen wetstafels en zag dat de Israëlieten, aan
den voet van den berg, het gouden kalf vereerden,
werd hij zoodanig kwaad, dat hij in een fransche
colére de tafels in gruizelementen smeet en men
naar de brokken mocht gaan zoeken... Moest die
brave man, Mozes, terugkeeren en mocht hij zien
dat de dwaze menschenkinderen, na 4 duizend ja
ren, dit gebrek nog niet hebben afgeleerd, hij zou
leelijk de lip laten hangen en zeggen Omnia ca-
dunt... 't Spel is naar den sis...
Degenen, die het overtollige koopen (zegde Fran
klin) eindigen mot het uoodige te verkoopen.
De dronkaard gaat verder hij verkoopt hut
noodzakelijke om te betalen wat hem nadeelig is
en noodlottig, want de drift om te drinken geleidt
hem ongevoeliger wijze naar het hospitaal, of naar
het gevang, wanneer hij hem niet naar het kerkhof
voert.
Dat verzekeren de geneesheeren en dat wordt
bewezen door al de statistieken.
Medegesleept door de gewoonte, of door de om
standigheden, kent de dronkaard welhaast geene
palen meer. Men heeft, meer dan eens mannen van
vernuft uit de eerste rangeu der maatschappij zien
vallen, eerst in den geest beneveld, eindelijk tot
niets goeds meer, en verplicht tot bedelen.
Het is voornamelijk ouder de arbeiders dat de
sterke drank de meeste verwoesting aanricht; naai
de meening der geneesheeren eu opmerkers is de
dronkenschap de grootste oorzaak der ellenden van
onzen tijd.
Indien al het geld, noodeloos aan sterke dran
ken besteed, gespaard kon worden, zou de werk
man op den dag van nood of van ziekte, niet ge
noeg bezitten om zonder schande eenen beteren
dag af te wachten Zou hij zich moeten vernede
ren om de hand uit te steken en te bedelen
Er is in Engeland eene fabriekstad, welke 160
duizend inwoners telt, van welke er omtrent 100
duizend tot de arbeidende klas behooren. Een ma
gistraat aldaar heeft berekend dat die 100 duizend
werklieden jaarlijks, aan drank alleen, eene som
verteren van 25 millioen 200,000 fr. of 252 fr. voor
ieder dit is de huishuur of het brood des gezins.
In Frankrijk zou men verscheidene steden kun
nen noemen, waar de werkman de helft zijner
winst verteert.
Eu ook in de groote Belgische steden, ja zelfs in
sommige onzer dorpen, gaat een merkelijk gedeel
te der winst in de handen van den bier- of gene-
vertapper. Men ontmoet, schier overal, ongelukki
ge werklieden, die den zaterdag avond niet eerder
naar huis gaan dan als het beste deel vau hun
weekloon verteerd is,
Nog eens wierd dat geld zorgvuldig bespaard
liefst op de spaarbank, of de pensioenkas, om gee-
ue aanleiding te geven tot bekoring, zou er, na
verloop van eenige jaren, niet een zekeren wel
stand iu het huis komen
Een magistraat, die iu do gelegenheid geweest
is om de oorzaak vau den val veler misdadigers op- j
sporen, schrijft aan de dronkenschap de meeste
misdaden toe hij verzekerde dat in
dien die 11 Kwaal des tiids kon uitge
roeid worden, het getal rechters overal
zou mogen verminderd wordeu, en de
gevangenhuizen verkleind.
Ten laatste, de dronkenschap veroor
zaakt een groot getal ziekten, krankzin
nigheid, zelfmoord.
Eene wet om het getal geneverkroe-
gen of herbergen te verminderen is
hoogst noodig want de gelegenheid
maakt den dief.
Wanneer ik reis door Vlaandren,
En 'k zie de vruchtbre velden
Zich eindeloos ver uitstrekken,
In frissen groenen dos....
Dan denk ik aan 't Geloove
Die ontvlamt in mijn hart,
Zoo frisch als Vlaandrens bloemen,
Zoo schoon als Vlaandrens velden,
Zoo eindeloos als zij
Wanneer, aan Vlaandrens kusten,
De zee haar forsche golven
Onstuimig, bruischend, opzweept,
Of, zacht en rustig, voortstuwt...
Een spiegel voor de zon...
Dan denk ik aan de hope
Die opbruischt in mijn harte,
Onstuimig als de waatren
Der zee, aan Vlaandrens kusten,
Zoo peilloos diep als zij
Wen, over Vlaandrens gouwen,
De nacht zijn donkren mantel,
Dien vonkelende sterren
Als diamanten sieren,
In diepe stilte spreidt.,..
Dan denk ik. aan de liefde
Die in mijn harte Iichtet
En 'k zweer mijn Vlaandren trouwe
Bij 't talloos heir der sterren,
Zoo eeuwig ook, als zij
In Zwitserland is er een geleerde
die het karakter van den mensch be
studeert naar hunne versletene schoe
nen
1° Hiel en zool gelijkelijk versleten
duiden den krachtdadigen man aan,
goed in de handelszaken de getrou
we vrouw en goede huisverzorgster.
Is de uiterste kant der zool versle
ten, 't is het zekere kenteeken van
eenen grilligen geest. Is 't de binnen-
kant, gij staat tegenover eenen man,
die altijd weifelt en wankelt, vol zwak
heid en beschroomdheid.
2" Zijn de schoenen aan den uitwen-
digen boord versleten en de punten
der voeten eenigzins geschrabt, terwijl
het overige van het schoeisel als nieuw
is de drager een bedrieger.
Bijgevolg, wanneer gij eenen per
soon wilt beoordeelen, denk wel dat
gij zijn karakter best zult kennen aan
de zool van zijne schoenen, die... de
spiegel is zijner ziel. Is 't niet waar
dat.
Ouze Broeders uit Transvaal hebben
met benepen hert hunne hoofdstad Pre
toria verlacen en zonder groote tegen
stand door de Engelscueu laten intre
den. Zij haddeu uochtaus geene moeite
gespaard eu met duizenden arbeiders
gewerkt om die stad met 5 groote for
ten eu eene sterke schans te omringen.
Maar, alles wel ingezien, het was nog
het beste wat hun te doen stond.
Hunne strijders waren met 25,000 te
genover 225,000, die nog dagelijks ver
meerderden.
Door den duur, door den honger zou
den ze zich toch eens moeten overgeven-
en dan als in cono val gevangen, moes
ten ze allen in de handen komen vau
die verfoeide Engelscheu.
Dau waren al hunne kauons verlo
ren, dan ware al hunne macht gebro
ken.