De Werkmanspensioenen. fs> Drukker-HUtgeoer Ulnffel, j&apellestraat, 13, te 2lalöt DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG. Belangrijk Bericht. Vader doet het ook. Briefwisseling uit Lede. De Muilband. De Hollandsche pijpen. Van alles wat. BRAVO Nieuwe heiligen ^rOJ W Abonnementsprijs voor gansch België, franco te huis. 2.50. Voor de vreemde landen, 1 5,00. 5 centiemen het nummer. Pakken en brieven hoeven vrachtvrij toegezonden j te worden. Alle briefwisselingen moeten den dijnsdag avond op onze bureelen toege- komen zijn, het blad den woensdag avond ter pers gaande. Ongeteekende brieven wor den in de scheurmand geworpen. Alle postbureelen ontvangen inschrijvingen, op alle tijdstippen van het jaar. De onkosten der kwijtingbriefjes zijn ten laste van den be- stemmeling. Men gelieve, bij verandering van woonst, het juist terechtwijs te zenden. 6e JAARGANG. NUMMER 30r Aalst, den 17 November van het jaar 0. H. 1900. Vonnissen 1 frank den kleinen regel. Aankondigingen tusschen de nieuwstij - dingen 20 centiemen per regel. Aankondigingen op de 3° bladz. 10 centiemen den reo-el. Annoncen op de bladzijde worden berekend volgens plaatsruimte. Voor de advertentiën buiten de provincie Oost-Vlaanderen, zich uitsluitend te wenden tot het Oilicede Publicity Rue de la Madeleine, Brussel. De geabonneerdcu hebben het recht een maal per jaar eene annonce van 5 regels te plaatsen, die viermaal achtereen volgens zal verschijnen. Ruchtbaarmakingen in te zenden vóór 's Maandaags. Alwic een Abonnement neemt voor 1901, «al He Volksstem vau heden af tot Nieuwjaar kosteloos toegezonden often huize besteld worden. Wie heeft recht op 't Pensioen Om de jaarlijksche toelage van 65 fr. 's jaars te bekomen, moet men Belg zijn eene verblijfplaats hebben in Belgiëten minste 65 jaar oud zijn werkman of oud-werkman zijn in nood verkeeren en bewijzen dat de gewone hulpmidde len waarover men beschikt, onvoldoende zijn om in het onderhoud te voorzien. Er zal dienaangaande rekening gehouden worden van het loon der aanvragers van dit hunner kinders of afstamme lingen, met hen wonendevan de goederen die zij huren, van hunne spaarpenningen, de onderstand dien zij ontvan gen, enz., en van den anderen kant ook, van de lasten van hun huishouden, de gebrekkelijkheden, de huishuur en de belastingen. Worden als werklieden aanzien, de mannen en vrouwen, die tegen zeker loon voor eenen baas of meester handenar beid verrichten, hetzij op eenen bepaalden tijd, hetzij op stuk, hetzij buiten of binnen hunne woonplaats zonder dat er onderscheid gemaakt worde tusschen huis- en landar beid, nijverheids- of ambachtswerk. De vrouw of weduwe van zulk een werkman of gewezen werkman, wordt als werkvrouw aanzien en heeft recht op het gezeid pensioen, zelfs als zij niet persoonlijk voormel den handenarbeid verricht heeft. Men moet thans de schriftelijke aanvraag doen, vóór 1 Januari, aan 't Gemaentebestuur, met een beknopt over zicht van zijnen stoffelijken toestand en bestaanmiddels. Zie verder Gewichtige mededeeling. Wie is als werkman aanzien Alwie gewoonlijk bij eenen baas voor loon werkt, op stuk of t'huis, ofwel die zulks vroeger gewoonlijk gedaan heeft, hetzij man of vrouw, wordt als werkman aanzien. Het koninklijk besluit bedoelt als arbeider eiken dienst bare man, eiken helper, eiken dag- of stukwerker, eiken ambachtsman, die niet voor zijn eigen is gevestigd, en die, maatschappelijk genomen, geen patroon is. Bijgevolg ook: eiken kleinen landbouwer, die meermaals voor dagloon bij een welhebbender gebuur werkteiken verwisselenden werkman, die zich op volgentlij k gedurende eenige weken ten dienste gaat stellen van eenen grooten baas, zooais menige kleine kleermakers, hoveniers, naais ters, die in daghuur gaan werken. Die bepaling van werkman is derwijze opgevat, en moge zoo breed mogelijk toegepast worden, dat zij langs alle kanten hulpmiddelen geeft, om aan den handwerker toe te laten als werkman voor te komen. Niet het nauw gezet recht, maar de billijkheid en gedoogzaamheid, moet den geest der toepassing wezen. Vele kleine patroons, gevestigde ambachtslieden, in hun nen ouden dag behoeftig geworden, zullen de hoedanigheid van werkman uit hun vroeger leven kunnen inroepen. Vele landbouwers, die gedurende 20 jaar de werklieden hun ner ouders waren, zullen in dit geval ook voorzeker aan neembaar verklaard worden. Hoeveel ouderliugeu zijn er Alle jaren zal de lijst der pensioengenietenden herzien worden, en deze bijgevoegd die daartoe recht hebben. Eene nieuwe aanvraag zal enkelijk noodig zijn, wanneer men naar eene andere gemeente verhuist. Verbetert den toestand van den ouderling merkelijk, dan zal men hem het verleende pensioen kunnen ontnemen. Men schat het aantal gepensioenneerden in gansch België op minstens 100,000 oudeilingen, of eene uitgave van 6,500,000 franks. De Minister bestudeert het middel om de ouderlingen, die geen 65 jaar zijn, maar niet meer werken kunnen, ook een pensioen te verschaffen. Wat moet ik nu doen Het is zeer eenvoudig, om mijn pensioen te bekomen. Ziehier Ik ben 65 jaar oud geworden vóór den 1 Januari 1901, en ik bevind mij in de voorwaarden hierboven vermeld ik schrijf een briefken, of ik doe het schrijven, een briefken van den volgenden inhoud, welke ik dan aan het Gemeentebestuur overhandig Aan het Gemeentebestuur van Ik, ondergeteekende, (naam en voornaam, aanduiding of de persoon die het aanvraagt, werkman, werkvrouw, oud-werkman of oud werkvrouw is en van welk bedrijf), Belg, woon achtig te straat, geboren den en mij in de voorwaarden bevindende vereischt door de wet, om een pensioen van 65 fr. te kun nen genieten, aan de oude werklieden toegekend, zooals blijkt uit de hierbij gevoegde stukken, vraag opgenomen te worden bij het getal der ge pensioenneerden, te beginnen van 1 Januari 1901. (Handteeken van den aanvrager of van zijn gevolmachtigde) In eene herberg, waar eenige mannen onder een borrel bijeen zaten, komt eene vi^ouw met twee kinderen binnen. Wat komt gij hier doen?» vraagt haar man, een trouwe klant van de kroeg. 't Is thuis zoo vervelend, ge zoek/C*.-;^ - /erk- steeds buitenshuis, was het antwoord, ik wil in uw gezelschap zijn en zorgen en leed met u dee- len. Hier in de herberg Waar mijn man zich ophoudt, zal voor mij wel geene ongeschikte plaats zijn. De vrouw neemt het glas jenever, dat de waard voor haren man had neergezet. Ge zult toch daarvan niet drinken vraagt haar man verbaasd. Waarom niet Ge zegt dat ge drinkt om uwe zorgen te verdrijven. Welnu, ik heb ook zorgen, dus zal ik ook drinken. Maar, vrouw, ge zult den kinderen toch gee- nen jenever geven, viel de man uit toen de vrouw het glas aan de lippen der kleinen bracht. Wel, waarom niet Kunnen de kinderen beter voorbeeld nemen dan dat van hunnen va der. Ze zullen er van slapen en ze willen zeer gaarne kou en honger vergeten. Drinkt maar, kinderen. Dat geeft u een warme kachel en een heerlijk bed; dat geeft u brood en kleeren. Drinkt dan toch, ge ziet hetuw vader doet het immers ook De man stond op, schoof vrouw en kinderen de deur uit en ging met hen naar huis. Het ware te wenschen dat meer vrouwen zoo konden handelen, want zij ondervinden het meest welk eene ellende de drankduivel voortbrengt. Den 11 November 1900. Mijnheer de Uitgever Er zijn tegenwoordig menschen die altijd kla gen juist alsof men met morren en knorren alle misbruiken kan doen ophouden. Ik ben van een ander gedacht en meen dat men wel klachten mag uiten, maar men deze best uitbrengt bij hen van wien men mag denken dat zij ze willen of kunnen verhelpen. Men spreekt den dag van van daag veel voor den werkman, en rechtuit gezegd ook veel voor de boeren. Werklieden en boe ren, iedereen moet het bekennen gaan met de beste beetjes van alle wetten weg. Ik misjon het hun niet, ter contrarie ik wensch dat men er nog meer voor deed, doch waarom altijd de affairendoende menschen op den achter kant geschoven Komen die menschen gemak kelijker door de wereld dan een werkman of een boer Ik meen neen, en ten bewijze neem ik nog maar twee ambachtslieden wagenmakers en smeden. Op den buiten moeten die menschen een gansch jaar naar hun geld wachten bij het meerendeel hunner klanten. Wel is waar zult gij mij zeggen dat in eene boomverkooping een no taris hen borgt en een ijzerhandelaar hun ook een jaar tijd geeft, doch wat doet dit ter zake. Betalen moeten zij bij die twee groöte heeren toch. Kan de wagenmaker of de smid niet bijtijds afspitten de kosten om hem door 't gerecht te dwingen te betalen, zullen hun slechts een klein verlies berokkenen, waarvoor de heeren in kwes tie niet eens zullen laten te eten. De twee ambachtslieden moeten betalen, doch moeten ook hunne klanten betalen Pier, Jan of Pol zetten hun eenen klets aan van 30, 40, 50 fr. Stant, Koben of Dook draaien hun 't zelfde. Wat daarmee gedaan voor al die slechte betalers de wet inspannen Dit kan onze smid of onze wa genmaker niet, want dan scheurde hij aan die plakkers nog meer zijn broek. Er staat hem niets over dan wachten en blijven wachten tot zijne fameuze klanten begrijpen dat zijne schulden niet betalen in vele gevallen als diefstal aangere kend wordt. Mijns dunkens zou de wetgever bijvoorbeeld aan de werkmansraden, waar ook de werkgevers in zetelen, 't recht moeten toekennen dat bij hen die eenen ambachtsman niet betalen voor 't ver richte werk, zij kosteloos 't boeltje mogen doen verkoopen van rechtswege, tot het zweet van den ambachtsman vergelding heeft bekomen. Bestond zulke wet vele plakkers zouden rapper de beurs ontstroppen en de ambachtslieden wat vroolijker werken cn geruster den jaarlijkschen zitdag zien aanbreken. Een geabonneerde. De muilband voor vrouwen was veel in zwang van XVI tot de XVIII eeuw voornamelijk in Engeland. Men gaf er verschillende namen aan toom der babbelaarster, toom der klappeien, enz. Men deed hem de vrouwen aan die men wilde straffen voor kwaadsprekerij, lastertaal, enz. Verbeeld u een ijzeren cirkel, achter het hoofd vastgemaakt en den mond bedekkend, in welken daarenboven een metalen plaatje ging, dat elke beweging der tong belette. Een ijzeren band die van den hals tot het voorhoofd hing en een soort van spie die den neus insloot, bevestigden het toestel. Aan de linkerzijde van den cirkel was een ring waar de ketting aan vasthaakte, met de welke men de veroordeelde langs de straten leid de. Men bond haar zelfs aan eenen muur om ze alzoo verscheidene uren ten toon te stellen. k De goede faam der Hollandsche pijpen is de wereld door bekend deze nochtans die het meeste gezocht zijn komen eigentlijk uit het kleine stadje Gouda en worden bestempeld met den naam van Gouda'sche pij pen. Deze pijpen die bijzonderlijk ge kenmerkt zijn door hunne witheid en de lengte van hunnen steel waren reeds beroemd in de iy' eeuw op dit tijdstip waren er in Gouda 500 pijpmakers die 3,000 werklieden bezigden. Se dert dien is deze nijverheid al veel verslapt in 1763 waren er nog 300 huizen waar men pijpen vervaardigde later in 1808 beliep dit getal tot 206 en eindelijk op heden bestaan er nog 60 pij- penfabrieken. Liberaal onderwijs. De liberaleu hadden te Yperen een zoogezegd modern collegie ingericht waar zij eens zouden laten zien wat het liberaal onderwijs ook al vermag Eilaas het Journal Ypres kondigt aan dat het collegie gesloten is bij gebrek aan leerlingen. Er waren in het geheel zes inschrijvingen De inrich ters hadden gerekend op de edelmoedigheid der li beralen, radikalen en socialisten, maar volgens ge woonte zijn allen pootvast gebleven. Zij doen liever hun onderwijs uit de staatskas betalen; zelf geven zy er geenen stuiver voor. Het gevaar vau lange rokken. Een geneesheer, M. Cassagrandi, hoeft door eenvoudige proeven aauge- toond hoe gevaarlijk, ja hoe doodend het dragen van lange rokken en slepen is. Ziehier hoe hij te werk ging. Hij deed aan eenige damen rokken dragen, waar van de sleep uit eenen reep stof be stond, die gemakkelijk kon losgemaakt worden, ter hoogte van 20 centimeters. Na eene wandeling door de stad deed hij die banden losmaken om ze dan aan een miskroskopisch en bacteriologisch onderzoek te onderwerpen. Welnu, op elk van die slepen heeft dokter Cassagrandi, na een nauwkeurig onderzoek, de tegenwoordigheid besta- tigd van geheele kolouiën bacillen en mikroben en voornamelijk die van de influenza, van de tuberculose of tering en van den typhus. Zou het waar zijn Eindelijk zou het gouvernement de rechten erkennen der onderwijzers die in 1879 het officieel onderwijs verlaten hebben. Sedert 1884 werd hun beloold zich met hun geval hezig te houden eerst na 16 jaar wordt er gevolg gegeven aan die belofte. De dagbladen melden dat in 't begin van den zittijd, M. de Trooz een ont werp op de onderwijzerspensioenen zal indienen. Volgens dit ontwerp zouden de aan genomen onderwijzers het zelfde pen sioen krijgen als de gemeenteonderwij zers. De kosten, er uit voortspruitend voor de gemeenten die aangenomen scholen hebben, zouden door den Staat gedra gen worden. De onderwijzers, die in 1879 voor gewetensbezwaar het officieel onderwijs verlieten, doch in het vrij ouderwijs bleven, zullen in hunne rechten op pen sioen hersteld worden. Bijzondere maat regelen zullen voorzien worden voor die genen, die aan het onderwijs vaarwel zegden. Onze lezers, zegt Fondsenbladweten hoe dikwijls de zoogenaamde christe- ne democraten eener hunner hoofd- manneuheel nederig vergeleken hebben met den Zaligmaker, door de Joden ge pijnigd en gekruist. Thans worden in De Volkszeep al de luitenanten van dien hootdman heilig verklaard. In een artikel over het feest van Allerheiligen zegt het groene bladje Het rijk der hemelen lijdt geweld. De heiligen die daarboven binnenge stormd zijn, hebben den hemel niet be reikt langs verenbedden, waarop zij 's morgeus lang on ongestoord sliepen. Ik word vervolgd, klaagde een jammerende christen democraat. Och, arme vriend, gij doet alsdan gelijk de heiligen, die tot bloedens toe aan tegenspraak hebben weerstaan En wat hadt gij gedaan V Mijn blad de Volkseeuw gelezen. Eere dan aau den ongelukkigen, moed «De vreesachtige ziel waarmee wij ons onderhielden is geen van de Gewel digen die op -Allerheiligen herdacht worden. Ai die Onstuimigen die, evenals wij, als simpele soldaten begonnen en hun doel bereikten, spijts scherts, on dergang, roem verfijnde folteringen, ha ziedaar mannen van stalen wils kracht. De heiligen zijn dus mannen die ge handeld hebben gelijk zij, bijgevolg zij, de groene hoofdmannen, handelen gelijk de heiligen en ziju reeds zeker van hunnen troon in den hemel. Dat zijn nu diezelfde mannen die aan de katholieken gedurig verwijten dat zij misbruik maken van den godsdienst I

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1900 | | pagina 1