A&tii) ©rukkfr-ilttgmr 3an Dan ttuffd, j&ajjelUötraat, 13, te 2Ul*t. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG. ïiB EQ. LEO IH^LPOT, Koninklijk Vlaamsch Conservatoriunj Peter Benoit. Abonnementsprijs voor gansch België, franco te huis, 2.50. Voor de vreemde landen, 5,00. --- 5 centiemen het nummer. Pakken en brieven hoeven vrachtvrij toegezonden te worden. Alle briefwisselingen moeten den dijnsdag avond op onze bureelen toege komen zijn, het blad den woensdag avond ter pers gaande. Ongeteekende brieven wor den in de scheurmand geworpen. Alle postbureelen ontvangen inschrijvingen, op alle tijdstippen van het jaar. De onkosten derkwijtingbrieljes zijn ten laste van den be stemmeling. Men gelieve, bij verandering van woonst, het juist terechtwijs te zenden. 6" JAARGANG. NUMMER 302. Aalst, den 1 December van het jaar 0. H. 1900. dingen 20 centiemen per regel. Aankondigingen op de 3® bladz. 10 centiemen den regel. Annoncen op de 4® bladzijde worden berekend volgens plaatsruimte. Voor de advertentiën buiten de provincie Oost-Vlaanderen, zich uitsluitend te wenden tot het Office de Publicity, Rue de la Madeleine, Brussel. De geabonneerden hebben het recht een maal per jaar eene annonce van 5 regels te plaatsen, die viermaal achtereen volgens zal verschijnen. Ruchtbaarmakingen in te zenden vóór 's Maandaags. Ter gelegenheid van het eerste Sinte Ceciliafeest, door de Koninklijke Harmonie van Aelst, onder het bestuur van den heer Leo Walpot gevierd, meen ik een dubbelen plicht te vervullen jegens mijnen talentvollen Professor. Als Aelstenaar ben ik de tolk onzer bevolking om hem hulde te brengen als oud-leerling en executant, waardeer ik hem langs om meer, en wensch hem proficiat over den reuzachtigen stap waarmeê hij onze Harmonie deed voor uitgaan in het pad der kunst. Opdat men den heer Walpot van dichtbij leere kenne, laat ik hiernevens een beknopt verslag zijner roemrijke levensbaan volgen. Ik draag het op aan hem die mij inwijd de in de geheimen der edele muziekkunst alsmede aan mijne kunstbroeders, die met mij het geluk hadden, aan dezelfde bron hunne liefde tot de kunst te kunnen laven. Bestuurd ér van het bijzonder Muziekkorps des Konings en het iste Gidsenregiment, Bestuurder der Muziekschool en der Koninklijke Harmonie Al Groeiend Bloeiend te Aelst. Sympathiek en loyaal voorkomen, heerlijk krijgshaftig opzicht, wordt M. Leo Walpot bij het volk de schoone chef genoemd. Zijne onderdanen, op hunne beurt, heeten hem de goede chef wat nog beter is en zijne overheden, zoowel als de minderen dragen hem eene grenzelooze gene genheid toe, nadcmaal hij 22 jaren diensttijd telt, zonder de minste straf. Dat men nog zegge dat de muziek de zeden niet verzacht De heer Walpot zag het levenslicht ten jare 1858, te Ant werpen, de bakermat welke zoo menige Kunstenaar in alle vakken voortbracht. Op i8jarigen leeftijd zien wij hem als leerling in het Ko ninklijk Conservatorium zijner geboortestad. Het jaar na dien nam hij deel aan de militieloting. Hij trok een laag nummer en zag zich verplicht de wapens op te nemen. Voor vele anderen ware die gebeurtenis zeer noodlottig geweest, wellicht de vernietiging eener roemrijke toekomstonze jonge rekruut, echter, deinsde voor dien hinderpaal niet achteruit en trotseerde met taaie wilskracht het lot. Hij werd dus, in 1878 bij het leger ingelijfd, in het regi ment en een weinig later in het muziekkorps van het 70 hgnie. Eenigen tijd daarna ging hij over tot het muziek van het 5e lignie, in hoedanigheid van klarinet-solo. Intusschen volgde de veelbelovende solist op volgenlij k de leergangen van klarinet, gegeven door M. Billiet, deze van harmonie, gegeven door den betreurden Waelput, deze van Fuga en Contrapunt, gegeven door Tilburgs, en eindelijk de leergang van Toondichtkunde, onderwezen door den grooten, g^- vierden Meester Peter Benoit. In al deze verschillige vakr ken bekwam M. Walpot, met de allergrootste onderschei ding, zijne diplomas. Ten jare 1884 zien we den laureaat optreden als klarinet solo van het bijzonder muziekkorps des Konings en van het istc Gidsenregiment, te Brussel. Middelerwijl bekwam hij met toejuichingen der jury, den eersten prijs in het Konink lijk Conservatorium van Brussel. Nu begon de jeugdige kunstenaar naam te krijgen. Luttel tijds nadien werd hij benoemd aan onze Muziekschool als leeraar van klarinet, fluit, obo, saxofon en basson en zette zich terzeifdertijd in onze Koninklijke Harmonie neer aan den pupitter der klarinet-solo. In 1888 de plaats opengevallen zijnde van muziekoverste bij het 3e regiment lanciers, in garnizoen te Brugge, aarzel de leeraar Walpot niet, zich tot het gewichtig exaam, door bevoegde muziekkenners voorgezeten, aan te bieden. Het zal niet overbodig zijn, denk ik, hier de gewichtigheid van deze proeve te doen uitschijnen en eenige der bijzonderste punten op te sommen, die de kandidaten, voor dien post, te beantwoorden hadden. 1° Le choral, chant donné a harmoniser. 2" La basse du choral, chiffer et harmoniser. 3° Thème donné h, développer. 4° Orchestrer pour fanfares une mélodie imposée. 5° Diriger a vue 1' ouverture de Peter Benoit. De prachtigste uitslag bekroonde de vlijt en de werk zaamheid van M. Leo Walpot. De keurraad riep hem, met algemeene stemmen als laureaat uit en vertrouwde hem het bestuur toe van 't muziekkorps van 't 30 regiment Lanciers. De jaren welke de vriendelijke en rondborstige Bestuurder te Brugge doorbracht, zijn tot den dag van heden bij de Brugsche bevolking in beste aandenken gebleven ook was het met het grootste spijt dat de Vlaamsche stad hem hare gastvrijheid zag verlaten om tot een hooger ambt op te klimmen. In i8g5 bood Walpot zich aan voor de openstaande plaats van muziekoverste bij het ie Lignieregiment, in garnizoen te Gent. Eene hoogst belangrijke proef werd van de kandi daten vereischt, waarvan de keurraad samengesteld was uit de heeren Constantin Bender, algemeene opziener der mu- zieken van 't leger, Maeck, officier-muziekmeester bij het 2e Lignieregiment en Raugoug. Het programma was vol genderwij ze saamgesteld 1° A composer une fugue a 3 voix. 2° Une mélodie a harmoniser. 3° A orchestrer cette mélodie pour harmonie militaire. 4° Diriger une phantaisie sur Lohengrin, n Ook deze proef legde M. Walpot met de allergrootste on derscheiding af. Hij werd als muziekbestuurder van het isle lignie aangesteld. Daarenboven werd hij, samen met M.M. Bender, Muldermans en Knaepen uitgekozen om den keur raad te vormen, denwelken voor last had zijnen opvolger bij het 3" Lanciers te benoemen. Reeds van zijne eerste concerts moest de Gentsche be volking bestatigen en de lokale bladen aarzelden niet, van dan af, eene rechtmatige hulde te brengen aan den nieu wen bestuurder, dat de muziekschaar van het iste Lig nieregiment, vroeger in staat van verval verkeerende, met rasse schreden zijne heropbeuring nabij streefde, dank aan den heilzamen invloed van den heer Walpot in dit muzie kaal midden teweeggebracht. Weldra bereikte het muziek van 't i,to Lignie de volmaaktheid en dit in zoodanige mate, dat de Koning Leopold II, tijdens zijn officieel bezoek bij de Prov. Tentoonstelling van Gent, Hem den heer Walpot deed voorstellen en hem zijne gansche voldoening in de vleiendste bewoordingen uitdrukte. Thans stippen wij eene roemrijke gebeurtenis aan inde militaire kunstbaan van den heer Walpot Zijne Majesteit, de groote diensten waardeerende door M. Walpot bewezen, bevorderde hem, bij koninklijk besluit, tot den graad van Officier. Getroffen door al deze blijken van bekwaamheid, aarzel- het Comiteit onzer Koninklijke Harmonie geen oogenblik, op 30 April 1900, met algemeene stemmen, Luitenant Walpot tot haren Bestuurder te benoemen. De Besturende Commissie onzer Muziekschool, het voorbeeld volgende der Koninklijke Harmonie, deed aan het Stadsbestuur het voorstel, M. Walpot als bestuurder der Muziekschool aan te stellen. De Gemeenteraad, met hetzelfde gevoelen der beide bovengemelde Comiteiten bezield, bekrachtigde op i Mei 1900 dit gelukkig voorstel met zijne goedkeuring. Zie hier, opzichtens dezen voortreffelijken keus, het gevoelen van den grooten Vlaamschen Meester Beter Benoit, die meer zegt dan welkdanige andere lofbetuiging Wij schrij ven hier den eigenhandigen brief over, die den grooten kunstenaar richtte aan een lid der Besturende Commissie onzer Muziekschool van den Staat te Antwerpen. Kabinet van den Bestuurder. Antwerpen, 1 Mei 1900. Den Achtbaren Heer te Aelst. Achtbare Heer, Door uwe geëerde letteren van 29 April, jl. bekwam ik het verheugend kunstbericht der mogelijke benoeming van den Heer Walpot, als bestuurder uwer welbekende en zeer gewaardeerde stedelijke muziek school. Een heerlijke keus, want benevens de grondige studiën in de ver schillende muziekhoofdvakken bij ons kunstinstituut, gedaan, heeft de Heer Walpot sedert dien eene eervolle kunstbaan bewandeld. Meer nog echter, zouden de artistieke hoedanigheden van den bekwa men kunstenaar in het licht worden gesteld, indien Hij als bestuurder uwer muziekschool, in de gelegenheid mocht worden gesteld eene nog hoogere kunstvlucht te nemen. Excelsior Aanvaard, achtbare Heer de verzekering mijner hoogachtende gevoelens. Het Staatsblad van Zaterdag 30 Juni 1900 kondigde de aanvaarding aan van het ontslag des heeren L. Walpot als bestuurder van het Muziekkorps van 't iste Lignie. Te dier gelegenheid schreef de achtbare officier zijn roerend af scheid aan de plaatselijke drukpers. Deze regelen zijn te prachtig om niet in haar geheel overgenomen te worden zij toonen hoezeer den heer Walpot verknocht was aan de Gentsche bevolking, die hem waarlijk als een' held vereer de Mijnheer, Vooraleer de goede stad Gent te verlaten, verzoek ik U vriendelijk de volgende regelen in uw geëerd blad te willen opnemen. Vooreerst houd ik er volstrekt aan, de Gentsche dagbladpers van harte te bedanken voor de welwillendheid, welke zij mij steeds geschonken heeft, gedurende de drie jaren dat ik de eer heb gehad het muziek van het 1® linie te besturen. Ik weet niet, of ik uwe lofspraak steeds verdiend heb, maar mag in geweten verklaren, dat ik mij nooit door kleingeestige beweegredens heb laten leiden voor alles de Kunst, de ware echte Kunst, dat was en zal immer mijne leus wezen. Laat mij ook toe, hier eene oprechte en openbare hulde te brengen aan mijne brave muzikanten. Indien het muziek van het lc linie thans een zeer verdienstelijk korps is, is zulks minder te wijten aan mijn stre ven, dan aan de buitengewone toewijding en bekwaamheid dezer artisten. Ik zal van hen de beste herinnering bewaren, evenals van de Gentsche bevolking, die ik in korten tijd heb leeren hoogschatten en waardeeren als een verstandig publiek, met aangeboren kunstzin en keurigen kunst smaak. Het is met eene ware ontroering, dat ik hieraan allen vaarwel zeg Aanvaard, Heer Hoofdopsteller, de uitdrukking mijner gevoelens van diepe erkentelijkheid en verkleefdheid. Gent, 28 Juni 1900. Leo WALPOT. Van toen af kondigde de drukpers de waarschijnlijke be noeming van M. Walpot aan als bestuurder van het bijzon der Muziekkorps des Konings en het i8t0 Gidsenregiment. Het algemeen gevoelen werd geenszins teleurgesteld. Andermaal diende er eene proef te worden afgelegd, voor eenen keurraad waarvan M. Gevaert, ist€ Prijs van Rome en bestuurder van't Koninklijk Conservatorium van Brussel, het Voorzitterschap waarnam. De jury duidde M. Walpot aan als primus en maakte een allergunstigst advies over aan den Colonel Graaf Van der Burch, die, zich steunende op de hooge bevoegdheid van M. Gevaert, dezen voortreffe lijken keus bekrachtigde. De muziekale gewrochten van M. Walpot zijn, om zoo te zeggen, ontelbaar. Marschen, Fantazijen, bewerkingen, enz., enz., voor fanfaren en harmonifin, gavotten, vlaam sche liederen en patriotische gezangen. Stellen wij ons te vreden met er eenige op te sommen Union et Patrie(toe gejuicht door Z. M. de Koning, tijdens zijn bezoek aan Gent, waarvan hooger spraak)Hulde aan M. Baron Leo BethuneVolksvertegenwoordiger van AalstHulde aan de stad AalstHommage a Peter BenoitMarche solonnelle Prière finale, enz. Talrijk zijn de fantazijen, die hij bewerkte die Meister singer, van Wagner Hansel und Gretel, van Hum- perdinck Móinavan de Lara Henry VIIIvan Saint Sa- ëns, Werther en Manon, van MassenetLa Vie de Bohème van Puccini, enz., enz. De Vlamingen, vooral, zijn Kapelmeester Walpot dank-

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1900 | | pagina 1