Hel Hoogaltaar der Sint MartenstoR.
Salles Je Vets Micbel
GHRISTOFLE
LEO GE ER OM SA ERTS
jBRUXELLESl
wielrijders!
Eerste briefwisseling.
Tweede briefwisseling.
A vendue
SALON van COIFFUUH
Huis Prosueh Guillot,
Magazijn van Hoeden en Klakken,
KORTE ZOUTSTRAAT, 17, AALST,
LEO CORTEN,
Succursale et garde-meubles
Tg koop 8°ecIeQ tilbury. zich
Te koop hij Mr. Schepens, te Hofstade bij
1 Aalst, een koppel goede sterke
wielen, nieuw sedert verleden jaar. Zij kunnen
voor eene handkar dienen. Gematigde prijs.
COUVERTS
ORFÉ VRERIE
31 MÉDAILLES D OR
5 DIPLID'HONNEUR
Exigerlenom
CHRISTOFLE
sur chaque pièce
DÉPOT CENTRAL
Rue S1 «Jean 2
VÉLOCIPÈDEN OP CREDIET
5 FRANK TER WEEK.
nueoioe
Sr-riïcÈNTiUS"kP^
in zijnen laatsten strijd de dood... Weg I Vergiffe..
Laat ons bidden, murmelde Jooris. daar hij godvruch
tig den knie boog.
Een nauwlijks hoorbaar gereutel steeg uit Reygermans gor
gel en dan niets meer...
Jeroom is bij den Heer snikte de grijsaard.
Dirka stortte als zielloos naast het lijk.
Dien verschrikkelijken nacht kon men, op den weg naar
Brussel, bij het droomerig maanlicht, drie vluchtelingen be
speuren. Het waren Gilbert, Dirka en Bartel.
(Wordt voortgezet.)
Aalst, deu 3! Maart 1901.
Waarde Heer Uitgever
Neen, de vent die zich Recht voor de vuist noemt, is geen
Aalstenaar, geen Kunstkenner, dat zou ik bijua durven zwe
ren... Weet dan, beste briefwisselaar, dat de Aalstenaar van
den ouden eed zijne kerk beschouwd als zijnen eigendom, als
ziju duurbaarsten pand hij betracht eene degelijke herstel
ling, eene vrijmaking, eene Verlossing. En, huist er in hem
altijd geen kunstenaarsziel, toch voelt hij in zijnen boezem
warme liefde en kinderlijke verkleefdheid, blijft hij een waak
zame voogd voor den ouden tempel waarin hij gedoopt werd,
waarin hij zijne Eerste Communie deed, voor de plaats waar
zijn lijk de laatste zegening des priesters zal ontvangen. Ten
allerminste zal hij geen stommiteiten neerschrijven gelijk
Recht voor de vuist
Klinkende bewijzen, gegronde reden, zoekt men vruchteloos
bij Recht voor de vuist; verwaandheid en dwarsdrijverij sprin
gen in het oog.
Wie zich kwaad maakt, heeft ongelijk, - luidt een oud
zegwoord. Nu, onze schrijver schijnt zeer kittelachtig en op
loopend van aard het pleit niet in 't voordeel zijner on
partijdigheid als kunstcriticus, noch min in 't voordeel van
zijn pseudoniem.
Machen sie nicht so viel larm, herr 1
Te weten nu, ol Recht voor de vuist ous zal zeggen waar
om de afbraak vau het Hoogaltaar af te keuren is hoe en
waarom hij Sint Marten weêr op zijnen troon zou plaat
sen waarom hij de zuivering, de heestelling van on
zen zoo lang verwaarloosden tempel eene dwaasheid
noemt.
Zal hij het wagen Ik vrees het sterk.
Hoe het zij, de wanklank van Recht voor de vuist laat ons,
Aalstenaars, volkomen koud en onverschillig, en zal niet be
letten, dat, zeer kortelings
1° de zittingen, achter het hoofdaltaar zullen afge
broken worden en, tot nuttige kleerkasten vervormd, in de
sacristij uitmuntenden dienst doen
2° dat het marmeren altaar van 0. L. Vrouw zal verdwij
nen, hetwelk men eene gedachte ten geschenke kan ge
ven aan de nieuwe kerk van O. L. Vrouw van Bijstand, op
Mijlbeek.
Een ander maal wil ik spreken over de altaars der absidia-
le kapellen.
Tot weerziens dus, Heer Uitgever, in de hoop datge indeze
mijne briefwisseling geene vijf regeltjes dwaasheden aantreffen
zult om in de scheurmand te werpen.
Gbaphasus Sceibonus.
Nota der Redactie Alle briefwisselingen die ons in 't vervolg, na den
maandag toekomen, zullen tot de week nadien verschoven worden.
Etsi nihil erat novi, tarnen non potui nihil ei litterarum dare.
(Cic. Fam 4.10).
Alhoewel geen nieuws, kan ik niet nalaten u eenige woorden
als antwoord toe te sturen.
Mijnheer de Uitgever van De Volksstem,
Ik had niet gedacht, nogmaals van uwe goedheid te moeten
gebruik maken, om u een plaatsje in uw geëerd blad at te
bedelen daar ik het als eene afgedane zaak beschouwde,
dat eenieder in Aelst, met kunstsmaak bezield, de atbraak
van dien ouden vermolmden reus die sinds zoo'n lange ja
ren het grootste gedeelte van hot majestueus karakter, dat on
zen tempel kenmerkt, gemaskerd hield, hadde toegejuicht.
Recht voor de vuist, ik ken u niet. Doch, het vloers, dat mij
uw naam onttrekt, uit vloeienden stijl, rijken schrijftrant,
ware kennis onzer Vlaamsche taal geweven, doet mij veron
derstellen dat een ridderlijken tegenstrever, gesteund op
krachtige reden tot het behoud van het hoogaltaar (maar die
ze, helaas niet heelt doen gelden) onder dit edel dekkleed
zich moet schuil houden.
Edoch, een weinig TE recht voor de vuist, moet hij de Re
dactie voorgekomen zijn, daar deze uit zijn artikel weglaat en
bijvoegd. Ik hoef echter geen vergrootglas om die persoonlijk
heden tusschen de regels te lezen.
Genoeg. Ik zal trachten dien eersten verontwaardigings-
kreet die wel te begrijpen is bij iemand die zoo opeens van
iets beroofd wordt dat hij lief heeft hoe noodlottig het hem
ook soms moge wezen te verdooven met aan mijnen geach-
ten tegenstrever te vragen of hij die zoo recht voor de vuist is,
het wel redelijk vind iets dwaas te noemen zondeb het te
bewijzen
Zou hij wellicht de bevelen, door het Kerkfabriek tot de
afbraak gegeven, handelende op advies der Commissie van
Monumenten, bestaande uitde HH. Lagasse-de Locht, Hel-
leputte, J. Helbig, kunstschilder te Luik, Massaux, Reusens,
professor van Oudheidkunde aan de Hoogeschool van Leuven,
Van Ysendyck, bouwmeester te Brussel, J.-B. Van Wint,
beeldhouwer te Antwerpen, H. Maquet, bouwmeester te Brus
sel, wijlen Albrecht De Vriendt, bestuurder der Koninklijke
Akademie van Schoone Kunsten te Antwerpen, G. Bordiau,
bouwmeester te Brussel, Van Assche, bouwmeester te Gent,
E. Acker, bouwmeester te Brussel, Vinjotte, beeldhouwer te
Brussel, L. Blomme, provinciaal bouwmeester te Antwerpen,
durven laken
Is recht voor de vuist voor die wit gekalkte muren en pijlers,
zoo tegenstrijdig, alhoewel op het oogenblik van hunne dikke
iagen stof ontdaan, met diegene in hunnen vroegeren staat
hersteld Zou hij denken, dat de Staat ooit de aanbesteding
tot het afkappen en herstellen der kerk zou toela
ten vooraleer het hoogaltaar verdwenen ware Dat
hij zich zulks niet inbeelde I Zijn er afkappingen
en herstellingen gedaan, dan was het op de kosten
der confrerien, iets wat minstens 300 afgetrut-
selde franken per kapel gekost heeft nutteloos
geld, voorwaar, gezien eens 't akkoord tot de af
braak van het hoogaltaar, de Staat het afkappen
op zich nam.
Veel liever hadden wij onze Beenhouwers, het
Beoederschap van St. Antonius van Padua, enz.,
voorbeeld onzer Hoveniers zien volgen en eene
prachtige geschilderde raam aan hun Gildeautaar
zien doorschijnen, of nog liever die hedendaagsche
opponente blokkenverzameling laten vervangen
door eene zwierige gothieke tombe dit ten minste
had eenen grooten stap geweest tot de de voltooing
van de Waegemaeckers reuzenwerk.
Wat ik op mijne beurt eene dwaasheid noem,
ware het plaatsen van den ruiter St. Marten en
zijne bedelaars op hunne aloude plaats op voorstel
van Recht voor de vuist
Ik weet niet, beste tegenstrever, of gij eens zoo
stout geweest zijt, den engen weg van het trifo-
rium tot nchter hot monument te durven betreden
ten tijde dat uwen aflijvigen boezemvriend nog
zijne reusachtige ledematen in het koor verhief
dan haddet gij zijnen ziekelijken toestand kunnen
bestatigen, zooals ik hem weleer in mijne vorige
schriiten heb aigemaald. Deskundigen, naar het
oordeel van een der vroegere briefwisselaars, des
kundigen alleen waren in staat zijne kwaal te be
seffen welnu, zij hebben zijnen pols gevoeld, her-
voeld, en zijn tot gedeeltelijke operatiën overge
gaan, waarin hij eindelijk, ongelukkiglijk is ge
bleven. Ik twijfel ook of ge bij zijne nederdaling
de staat van St. Marten, van zijne bedelaars en an
dere versiersels, tot verder orde in St. Niklaasau
taar geplaatst, aandachtig hebt nagespeurd even
als de zuilen en kap, voorgaande week nedergela-
ten.
De Geleerde verslaggever van den koenen ver
dediger onzer Katholieke zaak De Denderbode, in
wien ik eenen bevoegden kenner zie wien de cij
fers aangaande het besproken onderwerp niet
vreemd zijn, zegt het zeer wel op het einde zijner
cijferaanhaling Pilaren, Kap, St. Marten en
bedelaars ziju van houtde pilaren, ver van
massief te zijn, zijn plankjes kunstig sameüge-
voegd. De houten beeldhouwwerken, zijn tot dus
verre verteerd dat men ze veebeijzelen kan
TUSSCHEN DE VINGERS, r,
Is het zake dat het hiervoorgemelde u nooit heeft
getroffen, dan is uwe taal min of meer te veront
schuldigen. Integendeel was Ued. van het-
zellde onderricht, dan, ik herhaal het, begaat
gij eene DWAASHEID met vooruit te zetten zon
der reden (1) dat men voorzeker wijzer hadde ge
handeld dan nu, hadde men St. Marten wederom
op zijnen troon geplaatst, en aldus bewijzen te
geven aan iets te houden zonder hoegenaamd geene
waarde, dreigende alle dagen in te storten met
gevaar voor menschenlevens, en daarbij gansch te
genstrijdig met den bouwtrant waarvan onze St.
Martinuskerk een perel uitmaakt.
Gansch tegenstrijdig aan den correspondent
Graphieus Scribonus zegt gij dat de afbraak
van den grooten auter af te keuren is. Waarom??
Nergens te vinden. Nihil omnino Absoluut niets!
Tot hiertoe staat men tegenover het koppig ker
misgast] e, wiens meter het gansche jaar van een
trompet heeft gesproken, en die op aanraden der
ziekelijke moeder erin toestemde een stokpaardje
te koopen om het oorverdoovend lawijd die op het
schenken van eerstgenoemd cadeautje zou gevolgd
hebben, te vermijden.
Pas heeft het kereltje het paardje, alhoewel
kostelijker als het gedroomde instrument, in oo-
genschouw genomen, of het lipje hangt mistroostig
neder, traantjes bollen langs de wangen, en een
eenvoudig Ik moet nen trompet hebben zon
der te weten waarom neemt de plaats in van het
klaroengeschal dat moeder had trachten af te we
ren ALHOEWEL HET STOKPAARDJE DEN BENGEL
MISSCHIEN ZEEE WEL BEVALT.
Ik ben zekei, had Recht voor de vuist op den l"8
Communiedag een bezoek aan de hoofdkerk ge
bracht, wanneer de kunstrijke marmeren tombe
versierd en verlicht was dan alreeds kon men
dien lossen zwier omvatten die heerschte in de
hoogte, daar waai het gegeven was die statige
ruimte waarop het plan des tempels gesteund is
met het oog te doorpeilen, en plaats had geno
men onder het oxaal, zich inbeeldend dat eene
milde hand eene kunstrijke leuning had geschon
ken die plotseling oprees, in de leemte welke ach
ter het ruiterstandbeeld zaliger in de gaanderij
dient ingevuld te worden dat onzichtbare beitels
als bij tooverslag die machtige zuilenrei van het
koor in zuiveren hardsteen hadden herschapen
dat verdokene penseelen de hoogverbazende mu
ren en gewelven, nog maar met een eenvoudig le
lieblank kleedsel tooiden de eene afwisselend met
de bonte blazoenen der afgestorvene edellieden
van Aelst, de andere bezaaid met flakkerende gul
den sterren, op zulke wijze dat niets meer het vroe
gere veropenbaarde, dat dit verbazend tafereel
hem onvrijwillig den kreet had ontruktWat is
het schoon 1
Mijn tegenstrever, zeer waarschijnlijk, was te
genwoordig op dien plechtigen dag en voorzeker
heeft veleer het huidig overblijfsel van het autaar
zijne aandacht getroffen, en hem dit woordje
dwaast op de lippen gelegd daarom verhaast ik
mij er bij te voegen zonder, den vlijtigen kerkbe-
diende, die in deze moeilijke omstandigheden de
opsmukking op zich nam, te willen krenken dat j
die planten en laurierboomen veel te belommerd
waren de helft was daartoe genoeg.
Een uitvlucht blijft er nochtans den bra
ven man Heel waarschijnlijk heeft hij
daardoor de twee roode sjals, waaron
der afgrijselijke zittens zich verduiken,
willen maskeren, even als de gouden or
namenten, op rooden grond, die het
ware kunstige van onzen tempel nog
aan het zicht zijner oprechte bewonde
raars onttrekken.
Een klaar bewijs dat zij slechten in
druk maken en niet gauw genoeg kunnen
verdwijnen l
Ook vraagt eenieder zich verwonderd
af Waarom dit werk zoo ieverig op
aanbeveling der Kerkfabriek begonnen,
zoo opeens wordt gestaakt
Ik sluit met den openbaren lof te ma
ken van onzen Kerkelijken Bestuurraad
en moedig hem aan op den ingeslagen
weg met rasse schreden vooruit te
gaan, moedig over de kleingeestige hob-
beltjes, welke hij soms moge ontmoe
ten, mot vluggen tred over te stappen
het kort en goed maken, met al wat
eenigzins het slanke kenmerk in ons
wijdvermaard Godshuis beschaduwt.
Dan vooreerst, indien mijne woorden
zoo machtig op hem niet zijn als op
den vroegeren kunstliefhebber, wiens
stilzwijgendheid ik als eene bekeering
aanzie, zal Recht voor de vuist misschien
ook eene verlossing noemen wat hij
thans voor dwaasheid aanziet.
(1) Wellicht liggen zij in het vijftal wegge
laten regels besloten
Een kunstliefhebber
chez Mr. Schepens, a Hofstade
lez Alost, uq couple Canards de
barbarie. Ils sont agés de 8 mois et pésent environ
huit kilogrammes. Visibles tous les jours, lis
pondent déja. Ils n'ont pas besoin d'eau.
Verleden Zondag had
alhier het luisterrijk
Muziekaal Avondfeest
plaats, gegeven door
de Leerlingen der Mu
ziekschool, de fanfarenmaatschappij De
Dendékgalm eu de tooneelmaatschap-
pij De Denderzonen. De groote zaal
der gemeente was, ondanks het slecht
weder, tamelijk goed bezet, en op de
voorste rangen bemerkte men de nota-
biliteiten van het dorp.
De uitvoering van het programma
mag recht prachtig, en voor sommige
nummers, onverbeterlijk genoemd wor
den. Inderdaad, de knappe fanfaar
bracht eene puike fantazij, met veel en
semble en kuustmaak ten gehoore. De
kluchtzanger M. Petrus Van den Bran-
de werd door het toejuichend publiek
meermaals op het tooneel teruggeroe
pen zijne allerkluchtigste gezangen,
zoo zuiver uitgegalmd, vonden een wel
verdienden bijval. Een Koor, gezongen
door de leerlingen der Muziekschool,
doet eer aan den knappen leeraar, die
met de leiding van het muziekaal ge
deelte der feest was belast.
Wat nu gezegd over het blyspel 4 °/0,
van René Vermandere? Dat het een fijn
stukje is, dat staat vast, en dat de ver-
schillige heeren en juffeis hunne rollen
opperbest vertolkten, zie, lezers, om
zulks te bestatigen, moest ge Zondag
in Denderleeuw geweest zijnWie
komt het eerepalmje toe? Onbetwist
baar aan den veldwachter (M. Paul
Sonck) en aan Miemet haar blauw oog,
(Mej. Anna Van Griesheim). Een
bloempje voor Lietje, (MejCelina As
scherickx) die met eene bewouderens-
weerdige tooneelkennis de moeilijkhe
den van eeuen der lastigste rollen over
won Een woord van lof voor de heeren
Evarist Asscherickx, D. V. N. L. Van
denBrande, H. Vaereman, die de vori
ge spelers zoo knap ter zijde stonden.
T. K. en P. K., luimige driespraak,
werd onberispelijk vertolkt door de
heeren Daniël Guldemont, D. V. N. en
Mej. Anna Van Griesheim. Dit tooneel-
stuk dat van de spelers eene ernstige
oefening en ware tooneelkennis vergt,
heeft de algemeene toejuichingen ruim
verdiend.
Ten slotte kwam hec tooneelspel Een
Boerenmeisje. Sofie en Natus, (MejC.
Asscherickx en M. E. Asscherickx),
Monica en Bruno, (Mej A. Van Gries
heim en M. Paul Sonck) vervulden op
onberispelijke wijze hunne moeilijke
rollen en zouden in vele steden, voor
zeker, menigen speler of speelster den
loef afsteken dit is geen bloote lofbe-
tuiging, 't is de waarheid. Ook de ove
rige tooneellisten en figuranten kweten
zich met toewijding van hunne taak en
brachten het hunne bij om den zoo goed
begonnen avondstond op weerdige wijze
te sluiten.
Mie en Sofie, het tooneelplun j eken
gaat u geschilderd
Heeren medespelers, gij hebt eens te
meer getoond, dat ge op de planken
vast staat, en dat uwen moed en kennis
de moeilijkheden van vele stukken over
wint, dat Denderleeuw terecht roemen
mag op eene degelijke, welingerichte
tooneelmaatschappij. Amor Vincit.
BAARD- en HAARSNEE
Coiffecrdcr, Lange Zontstraaf, AALST.
Specialiteit v;in dames-coiffuur en alle slach van
hairwerk voor theaters. Parfumeries. Bors
tels van alle slach. Scheersmessen van de beste
Engelsche merken.
A bonÊientvni,
tin ia van vc»*ifoutcen.
W It OVi: en I'll 1 f TlTIK ÊiI,#?.V
NIEUWIGHEDEN
TROUWE BEDIENING. BILLIJKE PRIJZEN.
-meester-sckrijnwerker, met ter woon gevestigd
Scherreveldstraat, Nr 47, Aalst, heeft de eer het
geacht Publiek kenbaar te maken, dat hij zich ge
last met het kuischen van oude Meubels, Poorten,
Kunstvoorwerpen, enz., in eiken of welkdanige
soort van hout. Deze nieuwe specialiteit, waarvan
de uitslagen uitmuntend zijn, laten snijwerk (sculp
tuur) en verdere versieringen ongeschonden, in
bunnen natuurlijken aard. Door eene verzeker
de waarborg en eene onberispelijke uitvoering zij
ner werken, hoopt bij de gunst van zijne talrijke
klanten en het geacht Publiek te blijven verwer
ven.
LEO OORTEN,
Meestei'-Schrij n werker
Scherreveldstraat, Nr 47, Aalst.
112, Boulevard Anspach
BRUXELLES
Grand choix de meubles neufs et d'occasi-
on. Vente a l'amiable. Ventes publiques
tous les mardis, mercredis et Vendredis, a 2
heures.
Expedition en Province
59, rue «les Cliartrenx.
blad.
te bevragen ten bureele van dit
3 GRANDS PRIX
Koopt uwe nieuwe Velos in de Kapellestraat,
N° 11, met altijddurende waarborg op alle breuk
of fouten van constructie.
Vernieuwing van machieneu aau prijzen buiten
alle concurrentie door mijue bijzondere installa
tie is geen enkel buis der stad gemachtigd te wer
ken aan betere voorwaarden.
L. Van Havcr-De Wilde,
11, KAPELLESTRAAT, 11, AALST.
8EBEZW0
ItnlQ bUzonder reroorloott mlllel.
- Veer InlichtiogaB, nch te bevragen bij
S «OITEWS LIEFDE, 105, Rus 8t-Dominiqa«. >«HI«
«U1HET, ApMtu-Ckl.lit, I, Piaun «.ulnar, ?arlj.
mmneen Depot OH. dblaoei:, Brux.llm
tN *LLI ...„KIN, Vluethrlfl Frtnoo.
Depot M. De Valkeneer, Esplanade.