£4
55
È0
\v
Tevredenheid
y if*
Brukhtr-llitgfoer
3nn Dan Iluffcl-Bf (fcenïit, &apcUfstntat, 13, tc 2talst
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG
EEN DIPLOMA,
Kamerzitting van 19 Nov.
Aalst en Appclterrc.
Blijft
m uw
dorp.
Waar leidt de
Goddeloosheid heen
DAAR EN HIER.
De nalatenschap Verhaeghe.
■t - --■■■■ f"' i''•'iTjpirlB"'^TlTWWnr tc m
Vonnissen: 1 frank den kleinen regel. Aankondigingen tusschen de nieuwstij -
dingen 20 centiemen per regel. Aankondigingen op de 3e bladz. 10 centiemen dan
regel. Annoncen op de 4* bladzijde worden berekend volgens plaatsruimte. Voor
de advertentiën buiten de provincie Oost-Vlaanderen, zich uitsluitend te wenden tot
bet Office de Publicity, Rue de la Madeleine, Brussel. De geabonneerden hebben het
recht een maal per jaar eene annonce van 5 regels te plaatsen, die viermaal achtereen
volgens zal verschijnen. Ruchtbaarmakingen in te zenden vóór 's Maandaags.
JAARGANG. NUMMER
Aalst, den 23 November van het jaar 0. H. 1901.
is toegekend aan het groen weekblad Klokke
Roelaud, van Aalst, welke voor leus heeft
Nooit liegen, nooit beleedigen, nooit lasteren, alles
in eerlijkheid en deftigheid 1
Miechibfut/i rttn liriidefMioiirle.
Abonnementsprijs voor gansch België, franco te huis. 2.50. Voor de vreemde landen,
5,00. 5 centiemen het nummer. Pakken en brieven hoeven vrachtvrij toegezonden
te worden. Alle briefwisselingen moetenden dijnsdag avond op onze bureelen toege
komen zijn, het blad den woensdag avond ter pers gaande. Ongeteekende brieven wor
den in de scheurmand geworpen. Alle postbureelen ontvangen inschrijvingen, op alle
tijdstippen van het jaar. De onkosten der kwijtingbriefjes zijn ten laste van'den be
stemmeling. Men gelieve, bij verandering van woonst, het juist terechtwijs te zenden.
Gelukkig hij die niet meent misplaatst te zijn in
den stand, dien God hem deed innemen gelukkig
hij, die het oog vol geloof, vol hoop, vol liefde
vooral omhoog wendt, wetend dat het leven op
deze aarde slechts een pelgrimstocht is dat de
bestemming van den mensch hooger reikt dan deze
wereld. Maar driemaal gelukkig de werkman, die
niet luister naar hen, die den arbeider tot een on-
gelukkigen werkman zoeken te maken, want een
ontevreden werkman is waarlijk ongelukkig.
De werkman beeldt hem dikwijls in dat hij
ongelukkig is.
't Is waar, niet altijd zijn de middelen toerei
kend om vrouw en kinderen datgene te verschaffen
wat zij zoo zeer behoeven. Maar zullen geklaagd
en gemor over ongelijke verdeeling van aardsehe
goederen hierin verbetering aanbrengen Zal het
aanhooren van socialistische redevoeringen meer
brood op de planken brengen
En dan, ik vraag het u, is er steeds tevreden
heid bij hen die rijkelijk met aardsehe goederen
gezegend, in weelde kunnen leven Zal bij 't bezit
van den rijkdom de zucht tot nog grooteren over
vloed den mensch ni«t overmeesteren 't Is niet in
de woningen der rijken, dat men de ware tevre
denheid aantreft, 't Is niet bij dezen, die geene on
rust behoeven te hebben voor den dag van morgen,
dat de ware rust des gemoeds te vinden is.
Hoe gelukkig is de werkman, die, na volbrachten
wekelijkschen arbeid, met het eerlijk vérdiende
loon blijde zijn huisje nadert, waar vrouw en kin
deren hem wachten als hij ze daar rond hem
vereenigd ziet, die hem zoo nauw aan't hert lig
gen, en als hij bij 'tafgeven van zijn werkloon
vreugde in hunne oogen leest
O 1 zalig is 't uurtje, dat nog gesleten wordt aan
den huiselijken heerd welverdiend de rust, die de
man geniet na trouw volbrachten arbeid en inge
spannen bezigheden.
Weet gij wat gij den braven werkman ontneemt,
gij socialisten, liberalen, daansisten en andere
volksbedriegers, die hem tegen recht en wet, tegen
God en meester doet opstaan gij die hem onte
vreden maakt
Gij ontneemt hem alles en zijn geloof, en zij
nen God.
En wat geeft gij hem daarvoor in de plaats
Niets, volstrekt niets
De werkman vraagt liefde, en gij steelt ze hem
ja, gij poogt de kiemen van die goddelijke deugd
in zijn hert te verstikken.
Maar ook moogt gij het den werkman niet ten
kwade duiden, indien hij weerbarstig wordt, indien
hij recht en wet met de voeten treedt hij die geen
geloof in eenen eeuwigen Rechter, geene hoop op
een rechtveerdigen Belooner, geene liefde tot zij
nen God meer bezit. Dat moogd ge niet, neen, dat
moogd ge niet. Gij hebt hem alles ontnomen wat
een arme heeft het geloof is voor den mensch
alles.
De personen welke een abonnement nemen
op ons blad voor den jaargang 1902, ontvangen
het van heden tot Nieuwjaar GRATIS.
Zij ontvangen daarenboven een almanak als
nieuwjaarsgift,
Dat onze oude lezers ons blad, dat met nieuw
jaar zal vergroot worden, bij hunne vrienden en
kennissen aanbevelen.
Zeg, vrienden, willen wij krachtdadig meêwcr-
ken aan het heil en den voorspoed onzer beroerde
samenleving, geven wij den werkman liefde
Ziet in hem uwen medebroeder mensch als gij, kind
van God als gij. Helpt hem, droogt de tranen der
zijnen, versterkt hem in zijn lijden. Dan zult gij de
zieke samenleving nieuwe levenskrachten schen
ken dan zult gij heelen waar gewond en zalven
waar geslagen is.
Gelukkig hij, die door zulke middelen de gif
plant, die bloeid in den maatschappelijken hof,
poogt uit te roeien. Want daar bloeit eene gifplant
en haar naam is a ontevredenheid.
Maar ook, daar bloeit eene bloem in den hof
der kristelijke maatschappij, eene bloem vol geu
ren en pracht, en haar naam is tevredenheid.
Kweekt haar aan, vrienden, vermeerdert het ge
tal van hen, die deze sohoone bloem plukken,
maakt tevredenen, en gij zult er u wel meê bevin
den.
Antwoord des heeren Ministers LIEBAERT
aan M. Baron BETHUNE betrekkelijk de statiën
De heep Voorzitter. De heer minister
van spoorwegen heelt het woord om te antwoorden
op de vragen van den heer BETH ONE betreffen
de a) de werken tot ophooging der reizigersstatie
te Aalst b) de werken tot opbouwing der statie
van Appelterre.
Dc heer Liebaert. minister van spoorwegen,
posterijen en telegrafen. Aalst. a). De werken
tot ophooging der reizigersstatie te Aalst worden
zeer druk voortgezet. In den loop van het aan
staande lenteseizoen hoopt meu de werken te kun
nen beginnen tot ophooging der lijnen Aalst-Noord
naar Dendermonde, Gent en Burst en terzelfder-
tijd het viaduct te bouwen op het deel der lijn op
Gent ten einde de twee overwegen af te schaffen.
Deze werken zullen in 1902 voltooid zijn.
Op het einde van 1902 eu gedurende den Winter
van 1902-1903 zal de inrichting van den trekdienst
gansch voltooid zijn, namelijk verzamelplaatsen
voor kolen, groote draaiende as, banen voor het
bergen der wagons, etc.
In de lente van 1903 zal men het tweede groote
gedeelte der werken van Aalst aanvangen dit
tweede gedeelte begrijpt het bouwen van ver
schillende schoormuren en kunstwerken tusschen
den driesprong van Aalst-Noord naar Burst en
naar Gent en de statie Aalst-Oost. In die kunst
werken zijn begrepen, de afschaffing van vijf over
wegen en de vervanging van een draaibrug door
eene vaste brug over den Dender.
Gedurende het jaar 1903 en deel van 1904 zal
het rechterdeel dezer verschillende kunstwerken
uitgevoerd worden, zoodat het verkeer in 1904 op
het verhoogde deel zal mogelijk gemaakt worden
en de weg vrij zal zijn om in 1904 en in 1905 het
tweede deel dier werken te voltooien.
Appelterhe. b) De onderhandelingen tot het
aankoopen van gronden hebben het inbezitnemen
van het meerendeel der noodige gronden gemakke
lijk gemaakt. Het overzenden van de voorstellen
tot uitvoering der werken is aangekondigd zij
zullen naar alle waarschijnlijkheid in den loop van
toekomende maand kunnen aanbesteed worden,
doch het is te voorzien dat, daar het slechte sei
zoen nadert, bet niet mogelijk zal zijn, vóór Maart
aanstaande de hand aan 't werk te slaan.
van 't jaar heeft men wat schoone kleeren, maar
geen geld in den zak, noch op do spaarbank.
Ja maar't gaat dikwijls nog anders. Als de
buitendochter in stad komt, kan zij wat wasschen
en plasschen, boterhammen snijden en aardappels
kokendoch zij is 't geheel niet bekwaam in hoe
renhuizen te dienen. Ze krijgt weldra hare veertien
dagen en moet zoeken naar eenen anderen dienst.
Waar naar toe
In het eerste gereedste springt zij binnen, zon
der te onderzoeken of er geen gevaar is voor hare
zeden en of zij hare godsdienstplichten daar ver
vullen kan.
Zij is in de stad en wil er blijven, want 't ware
eene schande, peist ze naar haar dorp te moeten
terugkeeren.
Het gaat 't is waar - - met elkeen zoo niet,
doch hoe dikwijls is dit het geval niet. En de
zeden lijden schipbreuk en het geloof dei kinder
jaren gaat weg en men loopt gansch ten verderve.
Helaas hoe gelukkig leefden zij thuis niet bij
hunne ouders, broeders, zusters, vrienden en ma
gen. Brandde de zon soms wat hard, viel 't werk
wat lastig, hoe zoet was het vermaak niet, dat
men smaakte in de eenvoudigheid van het buiten
leven.
Hoe rustig was dè slaap niet en hoe blijde de
stonden waar men, zonder vrees van soms bespot
of belachen te zijn, zijne plichten kon kwijten.
Ongelukkige dagen. Het leven in de groote ste
den verschaft dat niet.
Ondervraagd ze eens, en willen ze rechtzinnig
zijn, de drie vierden van degene die den buiten
verlaten hebben om eenen dienst te zoeken in de
stad, zullen bekennen dat zij gelukkiger en gerus
ter waren op hun dorp.
Doch de grootste fout ligt aan de ouders, die
hunne kinderen maar laten begaan.
Daarom, blijft te lande. Is uw loon zoo hoog
niet, de kosten zijn minder en het sparen is
makkelijker.
Du uitspraak in 't
proces ingespannen te
gen den uitgever van
Klokke Roeland door de
heeren A. De Clippele,
Districtcommissaris en
zijn zoon P. De Clippele,
Advocaat en Gemeen-
BF teraadslid, beide te
Aalst wegens lasterlijke
aantijgingen, namelijk, dat de eerste door schul
dige en oneerlijke middelen zijn zoon van den
militairen dienst zou hebben doen vrijstellen.
De uitgever van Klokke Roeland is veroordeeld
geworden tot twee afkondigingen van 't vonnis in
zijn eigen blad en verder tot afkondigingen van 't
zelfde vonnis in andere dag- of weekbladen en be
kendmaking bij middel van plakbrieven tot een
beloop van 400 franks en verder tot de onkosten.
Op onze dagen hoort meu erg klagen, dat er
handen genoeg zijn om het landwerk
te doen. De oorzaak daarvan is niet verre te zoe
ken. Duizenden keeren hedendaags den rug naar
het dorp om de groote steden in te trekken.
Zij lezen in censbladen of ze hooren vertellen
dat er in de groote steden zoo hooge loonen te ver
dienen zijn, en rap, het buitenleven verdriet, het
boerenwerk is te lastig en brengt niets open op
het zeggen van den makelaar, die alle goede dien
sten weet, trekt men blindelings naar de groote
stad meestal naar Brussel.
Men vindt eenen dienst, ja die zeer winstgevend
is. Doch in de stad mag men niet gekleed gaan
'lijk op den buiten. Schoenen, kleederen, mutsen
en hoeden motten naar de mode zijn, en hoe meer
men wint, hoe meer men verteert, en op 't leste
God van kant laten, dat is nu deu laatsten
vooruitgang. Aannemen dat de wereld door zich
zelf bestaat, en dat de wonderschoone orde der
wereld aan de blinde toeval te danken is, dat is nu
het toppunt der wetenschap.
Uitroepen dat de mensch niets anders is dan een
dier, met wat volmaakter zintuigen dan de andere,
den mensch letterlijk verbeesten, dat is nu de
leering, waar de groote bollen roem op dragen.
Waar gaat het zedelijke leven der menschen
heen met zulk stelsel
Indien er geen God is, die de mensch geschapen
heeft, dan is er niemand meer boven den mensch
ieder van ons is dan zijn eigen koning, zijn eigen
Paus, ziju eigen God. Andere menschen mogen
hem niet gebieden, want waar zouden zij daartoe
recht of gezag gehaald hebben Aan de wetten van
den Staat, 't is te zeggen aan menschen gelijk wij,
zijn wij niet gebonden, dan voor zooveel het ons
lust, of voor zooveel wij er met geweld toe gebracht
worden. Aan het gerecht weten te ontsnappen, is
dan maar behendigheid.
Ons zeiven is alles voldoen, genieten zooveel wij
kunnen, wordt het opperste doel des levens. Door
welke middelen wij er toe komen, daar is niets aan
gelegen. Eene eeuwigheid is er niet, gewetens
angst en wroeging zijn hersenschimmen, zwakhe
den van het verstand
Zelfs de vrijheid bestaat niet meer, voor ons
zoomin als voor de dieren en volgens de hoogge
leerde wijsgeren der vrijdenkerij, is de mensch
zelf niet meer verantwoordelijk voor hetgeen hij
doet.
Het zou me eeu wereldje worden, indien uit het
binnenste van 's menschen geweten geen verzet
opging tegen zulke monsterachtigheden, indien het
eenvoudig volk niet wijzer was dan die verlichte
bollen Gelijk wolven ondereen en nog erger, zou
den de menschen leven.
Er zijn menschen die zeggen indien de plaats
vervanging afgeschaft ware en iedereen voor zijn
lot moest optrekken, zou het beter zijn in de ka
zernen. Do officieren zouden beleefder zijn met
hunne mannen, enz., enz.
Die dat beweeren kunnen ter goede trouwe zijn
zij zijn niettemin mis. Ziet Frankrijk en Duitsch-
land. Daar heerscht de persoonlijke dienstplicht
iedereen gaat op voor zijn lot. Is het, in die twee
landen beter in het leger dan in Belgie Volstrekt
niethet tegendeel is waar.
De dagbladen kondigen juist eenen brief, afge
schreven dooreenen jongen franschen soldaat aan
zijne ouders, op het oogenblik dat hij hem gaat
van het leven brengen. De arme jongen beschrijft
hoe men, bij het leger, de soldaten zoekthoe hij,
die een deftig kitfd is, op eenen enkelen dag, tot
driemaal toe gestraft werd voor nietigheden, beu
zelarijen, waarin hij zelve geen schuld had. Hij
kon het niet meer uithouden.
Op hetzelfde oogenblik spreken de gazetten van
het proces dat in Duitschland ingespannen is tegen
verschillige soldaten, verdacht van, gedurende de
oefening, eenen kapitein doodgeschoten te hebben.
Al is 't dat de militaire overheid het proces met
geslotene deuren deed bepleiten, kwamen er alge
lijk verstommende bijzonderheden aan 't licht over
de ongehoorde brutaliteit waarmeê men, in het
duitsche leger, de soldaten behandelt, 't Was om
hen te wreken, over die onmenschelijke handel
wijze, dat onbekenden deu officier doodschoten
Zietdaar wat gebeurd in de twee landen van
alleman voor ziju lot. God lof, in het belgiseh
leger heeft men min over zulke wraakroepende
doening te klagen dan bij onze fransche en deut-
sche geburon. 't Is eeu reden temeer opdat wij
ons, zelfs in zake van leger, niet zouden verfran-
schen of verduitschen.
De kwestie der nalatenschap Verhaeghe, waar
over zooveel gesproken en geschreven geweest is,
zelfs in de Kamer, is eindelijk geregeld, en het
Staatsblad van woensdag deelt ons de minnelijke
schikking mee, tusschen de belanghebbenden ge
sloten. Men weet waarvau er spraak was. M. G.
Verhaeghe, eigenaar te Geerardsbergen, overleden
te Nizza, had bij testament, als zijne algemeene
erfgenamen, elk voor eene helft, de burgerlijke
godshuizen en 't weldadigheidsbureel van Gee-
raardsbergen aangesteld hij had hun al zijne roe
rende en onroerende goederen vermaakt, met last
enkel een gedenkteeken op zijn graf op te richten
en ten eeuwigen dage een jaargetijde te laten cele-
breeren in de St-Bartholomeuskerk en in de kerk
I