De loltertampen in a-Ma. DE ROZENMAAGD 5 CENTIEMEN HET NUMMER. 8* Jaargang. Nr 558. sprijs Zalerdag 11 Januari 1902. Aankondi- gingsprijs. De kleine Joachim. Voor de Lotelingen. Voor de Landbouwers. i i£te WitgfBfr Abonnementsprijs voor mnsch België, franco te huis, 2.60. Voor de rreem- delanden, 6,00. 5 cen tiemen het nummer. Pakken en brieven hoeven vrachtvrij toegezonden te worden. Alle briefwis selingen moeten den dijns- dag ajv»nd op onze buree- len toegekomen zijn, het blad den woensdag avond ter pers gaande. Ongetee- kendt brieven worden in de ickeurmand geworpen. Ale postbureelen ont vangen inschrijvingen, op alle tijdstippen van het 1'aar. De onkosten der wijtingbriefjes zijn ten laste van den bestemme ling. Men gelieve, bij ver andering van woonst, het juist terechtwijs te zenden. 3tn San Mttfffl-Ut SUydlMtrMt, t3, tr 3Ul»t. KiaaSfiZ# j! 1 te! Vonnissen 1 frank den kleinen regel. Aankon digingen tnsschen de nieaw stij dingen 20 cen tiemen per regel. Aan kondigingen op de 3* bis. 10 centiemen den regel. Annoncen op de 4* Dladz. worden berekend volgens plaatsruimte. Voor de advertentiën buiten de provincie Oost-Vlaanderen zich uitsluitend te wenden tot bet Ofce de Publicité, Rue de la Madeleine, firui- tel. De geabonneerden hebben ket recht een maal r' jaar eene annonce van regels te plaatsen, die viermaal achtereenvolgens zal verschijnen. Rucht- baarmakingen in te zen den vóór 's Maandaags. Het is moeilijk het eerste jaar Op eene vol doende wijze eene nieuwe wet toe te passen. Het is dus niet te verwonderen dat de wetsbepaling der 65 fr. pensioen aan de oude werklieden van 65 jaar, op zeer verschillige manieren is toege past geworden, hier met strengheid en elders met veel goedhartigheid. De heer Gouverneur van de provincie Oost- Vlaanderen heeft eenen omzendbrief gezonden aan de gemeentebesturen, gedagteekend op 2 October 1091, om inlichtingen te verschaffen. Het gedacht was goed, maar, men mag in deze zaak toch niet te streng zijn die overdreven strengheid is hier het geval. Volgens dezen brief zouden de ambachtslie den,, enz., die niet voor patroon of vooreen meester, maar voor hunne persoonlijke rekening werken, uitgesloten worden en daarenboven zou men slechts dc hoedanigheid van oud-werkman kunnen inroepen, wanneer dit beroep van werk man het langst wordt uitgeoefend. Moet dergelijke uitvinding aanvaard worden, dan zou de wet bijna onuitsluitelijk toepasselijk zijn voor de nijverheidssteden daar is de wer kersklas gansch in den bestendigen dienst dei- fabrikanten, ondernemers, enz. De algemeene nijv rheidsoptelling van 1895 geeft immers het geta der werklieden die in den dienst zijn of be sten lig werken voor nijverheidsgestichten. Zij Zij zijn ten getalle van 899,414; en buitenden Staat, zijn er 542,143 nijverheidsbazen. Iff de jandbouwgewesten is het gansch anders gelegen met het werk. Weinig werkmenschen zijn Uitsluitelijk en bestendig in den dienst der bazen. De algemeene landbouwoptelling van 1895 bewijst dat er 1,015,799 menschen zijn van eigen volk die het land bewerken, en dat er slechts, in den belgischen landbouw, 187,107 knechten zijn of bestendige dienstmannen. En die evenredigheid groeit altijd aan om re den dat de groote hoeven, die knechten gebruik ten, verdwijnen. Sinds 1880 zijn er 33,675 meer menschen van eigen volk bijgekomen, en 28,184 knechten of bestendige dienstmannen afgevallen. Op den duur zullen er bijna geene eigenlijke knechten meer bestaan, en zoo zou de wet op de pensioenen zonder toepassing zijn op den buiten. Dat kan niet en dat mag niet zoo zijn. De kleine pachters, die met eigen volk werken en tiie eenige brokjes land huren, stellen het niet beter dan de werklieden. Zij werken toch ook voor den eigenaar, wiens land zij bezaaien om het den pacht te doen opbrengen en het meeste getal werken bij de geburen in den oogst of in geval van overlast. Velen van hen vinden geen bestaan op hun hofken er zijn immers 458,120 landbouwdoeningskens die geen 50 aren gebrui ken. Het meeste deel der kleine pachters hebben daarenboven de hoedanigheid van oud-werkman omdat zij als werkman gediend hebben vooral eer zij geplaatst waren voor eigene doening. Het wordt aangenomen dat men bij zijne eigene ou ders als werkman kan dienen want moest men dit weigeren, dan zou men eene echte premie geven aan degenen die hunne kinderplichten mis kenden en hunne ouders lieten steken om den vreemde te dienen. Bijna overal hebben dc komiteiten deze zins- wijze aangenomen, en de kleine pachters, die in den nood verkeerden, aanvaard voor het pensi oen. Zij handelden even breed voor de ambachtslie den. Dezen zijn immers overal gerangschikt in twee klassen, de ondernemers en eigenlijke am bachtslieden de eersten werken met werkvolk, de tweeden werken met eigen handen, maar zij gebruiken hun werk en hun ambt, juist gelijk de werkmensch, ten dienste van anderen. Meestal de ambachten hebben maar een zeer onbeduidend gerief of alam, en hunne bijzonder ste bekommernissen is eene daghuur te winnen het komt er weinig op aan of die daghuur be taald wordt onder vorm van loon, van stukwerk of zelfs van kleine entrepnse. Die ambachtsman nen zijn werklieden. Deze zienswijze is voorzeker in overstemming met het woord zelf der wet, die zegt dat de werk man en de oud-werkman kan genieten van het pensioen. In de eerste uitlegging heeft het gou vernement, alhoewel sprekende van loonbedien den, doen uitschijnen dat men het woord werk man gebruikt had als tegenstelling met het woord ondernemer. De gemeentebesturen mogen dus in die zaak zeer breed handelen; het zijn toch de komiteiten die moeten uitspraak doen, en het is te hopen dat zij die zienswijze zullen volgen. Woensdag heeft M. Tibbaut, met eenige vrien den, MM. Maenhaut, Raemdonck en Mabille, een wetsvoorstel neergelegd in de Kamer, om desnoods de te bekrompen toepassing tegen te werken. Ik heb voorgesteld het woord werk man te vervangen door het woord handwer ker zonder omzien of hij ja of neen afhangt van een patroon. Het wetsvoorstel zou geene reden van bestaan meer hebben moest het gouvernement die breede zienswijze aannemen. Hopen wij dat het met een omzendbrief dien weg zal inslaan. In alle geval raden wij de gemeentebesturen aan zooveel mogelijk in ieder geval te doen uit schijnen dat de aanvrager van pensioen gediend heeft of dient als werkman hetzij bij zijne ouders of elders. Vele vragen zijn afgewezen geweest omdat de noodige inlichtingen ontbraken, en ook omdat er gewoonlijk geene bewijzen waren. Het moet nochtans gemakkelijk zijn getuigschriften te doen opstellen van geburen, werkgevers of an dere personen. Het is een groote last voor de secretarissen, maar 't is een goed werk voor de gemeente en voor de ouderlingen en dit is genoeg om wat zelfopoffering te verrechtvaardigen. Onze bloedige en wraakroepende bladzijde groeit nog aan van week tot week. Men kent eindelijk de cijfers der sterfgevallen in de Afrikaansche folterkampen lees hier In October 3156 in November 2609. Totaal 5765, waarvan 4094 kinderen Om al het afgrijselijke dezer cijfers ie beseffen, herinnere men zich dat in September 2411 opge- sloteuen waren gestorven, waarvan 1964 kindereD, 't zij 294 per 1000 in 't algemeen en 432 per 1000 voor de kinderen in 't bijzonder. Welnu, de verhouding is nog verschrikkelijker geweest in October, nog vreeselijker vooral in No vember, ondanks de vermindering der bevolking in dc Van Juni tot November, op 6 maanden tyd, zyn op eenë bevolking van 117,964 personen er 12,441 omgekomen, waarvan 10,113 kinderen Nog eens 10,113 kleine kinderen 1 Dit wordt bekeud in een boek over de folter kampen, hetwelk de briefwisseling bevat over dit puut tusscben Minister Chamberlain en zynen beulskuccht Milaer. Dit is waarlijk de vernieuwing der moord van Bethlrftm 't Is de uitmoording van een volk, dat niets misdeed en alleen vraagt vrij te leven en te lateu leven. Wat hebben die arme schaapkens van kiuderen toch misdaan om zoo vau gebrek en ontbering on der de oogeu hunner moeders die vroegtijdige dood te moeten proeven En wat hebben die heldhaftige moeders misdaan, die slechts bun land en hunne kinderen en hunne maus beminnen O Engeland bet bloed van al die kinderen roept wraak ten hemel en zal op u nederdruppe- len We vernemen dat Engeland een groot getal zie kendiensters naar die folterkampen opzendt. Nu het te laat is Zoo ziet men ook dikke tranen rollen uit de 00- gen der krokodil, terwijl ze langzaam de prooi ver- byt, die ze in den breeden muil houdt en die er niet meer, ondanks al baar tegenstribbelen, kan uitgeraken 1 De ministers vau Eugelaud voelen heel wel dat Engelaud den haat vau alle volkeren tot zich trekt, al staat bet nog op goeden voet met de gouverne menten. Luister naar deze woorden; door den hoofdminis ter Rosebory in eene redevoering uitgeroepen In de geheele geschiedenis der Engelscbe na tie vindt men geen voorbeeld van den baat en den kwaden wil, welke de volkeren van Europa bijna zonder uitzondering ton onzen opzichte bezielt. Ik ben er niet zeker van, dat de regeeringen van alle laoden verlangend zijn om op goeden voet te blij ven met Engeland. Een kwade wil als nu over ge heel Europa overwegend bestaat, is een ellement van groot gevaar, zoo niet een onmiddellijk gevaar, waarvoor de tegenwoordige regeering grootendeels verantwoordelijk is. Ik zou niet doof zijn voor vredesvoorstellen van verantwoordelijke zijde in 't bijzonder van de verbannen regeering der Boeren, die zich nu in Holland om kruger beeft gevormd. Deze is de eeni ge regeering die met ons oorlog is gaan voeren. Het is onmogelijk te onderbandelen met de aan voerders van bet veld, omdat zij geen macht heb- om vrede te sluiten. Wat is nu het besluit Is bet besluit aan al die tranen, aan al die bran den, aan al dat bloed, een einde te stellen Helaas, neen Luistert naar de woorden van den minister vau oorlog zeiven De Boeren ziju bandieten. Het gouvernement zal zich niet tevreden stellen met halve maatrege len op 't oogenblik van de afrekening eu al de voorstellen tot rieuwe vredesonderhandelingen zul len moeten van Boereakant komen. Dus als de Boeren hunne boeven hebben zien afbranden, hunne vrouwen eu kinderen naar de doodskampen wegvoeren, als zij zeiven zoodanig zullen gedund zijn en gedood dat er schier geene meer overschieten, dan zullen zij zeiven nog moe ten den vrede afsmeeken 1 Al de beschikbare troepen zijn uit Engeland vertrokken zells de zeestad Dover, rechtover Oostende, die altijd door 4000 soldaten bewaakt wordt, telt er maar 500 meer dit is sedert Water loo nooit gebeurd Engeland beeft alweder 75,000 peerden aange kocht om met versche ontzaggelijke overmacht de arme Boeren aan te randen en te verdelgen. Geen wonder dat die brave lieden bet kwaad krijgen. Sedert 3 weken zyn 4 kommandos gesaugea 1 Kommandant Haasbroek is aan het hoofd zynor broeders gedood. Den 18, 19 en 20 December heb ben de Boeren vreeselyk gestreden de engelsche kolonel Damant is doodelyk gewond en 3 officiers j zijn gedood. Het besluit om te strijden tot den dood is dioper •j dan ooit geworteld in het hart der Boeren. Zij heb ben toch alles verloren familie, vrouwen, kinde ren, woonsteden, behalve de groote jongens die met hen strijden. Er blijft hun dan niets over dan oüaf baukelijkbeid of dood. j O Duitschland, 0 Frankrijk, 0 Rusland, o Oos tenrijk, grooto mogend hedeu, waarom roemt ge op macht, beschaafdheid eu vooruitgang, als ge nu sprakeloos blyft eu werkeloos Vijf eu zeventig of meer jaren gele den, volgde een ry- tuig den weg tus- scbéu Anagui en Carpineto. liet be vatte een zwakken knaap, onlangs van eene ziekte hersteld, en zijnen leermee ster. Aan den voet van eeneu heuvel gekomen, ontwaar den zy een armen jongen als herder gekleed, geheel met stof overdekt en weenende alsof hij groote pijnen leed. Een zijner bloote voo- teu was zeer gezwollen en bloedde onophoudend. Zoodra bet rijtuig genaderd was, hield bet stil, de zwakke knaap sprong op en vroeg den kleinen herder naar de oorzaak van zijn lyden. Het kind antwoordde, dat het door eenen melkwagen over reden was en dat de voerman, zonder naar hem te zien of zich om bet ongeval te bekommeren, zich haastig had uit de voeten gemaakt. En ik kan niet verder meer gaan, zeide het. Mijn voet doet zoo zeer. De knaap, een afstammeliug uit een adellijk huis, werd door medelijden bewogeu en zich eenen weg banende door de doornen, die de straat van eenen waterstroom scheidden, vulde hij zijne klak met water, droeg het naar den gewon den knaap, opdat hij zou kunnen drinken, wiesch daarna den bezeerden voet en wond er zijnen fij nen zakdoek om. Waar woont ge vroeg hij. De herdersjongen wees naar een klein dorp. tiy kunt daar zonder hulp niot komen, zeide de kleine Samaritiaan. Ik zal u met mij naar Carpineto nemen, waar men uwen voet naar be- hooren zal verbinden. De gewonde jongen antwoordde met een vriendo- lyken, dankbaren glimlach en werd in bet rijtuig geplaats. Joachim, vroeg de leermeester, wat wilt gij nu beginnen Ik ga doou wat ieder christen zou doeu. Kunnen wy dien gewonden jougen op den weg laten liggen Maar wat zullen uwe ouders wel zeggen Wat anders kunnen zy zeggen dan dat ik goed gehandeld heb. Is het iets buitengewoons lydenden te helpen De leermeester was innig tevreden. Hy gaf zij nen leerling een vriendelijk tikje op den schouder, en het rijtuig rolde voort. Toeu zy thuis kwamen stond Joachim's moeder voorzeker verbaasd by het zien van den gebateu- den en bebloeden jongen, dien haar zoon had meegebracht maar toen zij de gebeurtenis hooHe en de dankbaarheid op bet kinderlijk gelaat las, liet zy oumiddellyk den familiedokter halen, die den bezeerden voet verpleegde. Joachim's aangezicht schitterde van vreugde. Heb ik niet goed gedaan, moeder vroeg hy. Mijn kind, gy badt niet beter kunneu bance len. En zij drukte hem aan haar hart, terwyl traneu van vreugde hare wangen overstroomden. De jongen, die door het lyden van eenen vreem deling zoo diep bewogen werd, is thans Paus Leo XIII, en onder al de edelmoedige daden, waarvan ziju leven vol is, schittert bovenstaaud* ais een») ster. De doorluchtige Paus is eene weerdige ont wikkeling van het goedhertige kind. God koos hem om de wonden van het menschdora te heelen, gelijk hy den herdersjongen verzorgde en gaf hem een-hert, groot genoeg om medelyden te hebben met het lijden der geheele wereld. Er is reeds zoo dikwyls uitlegging gevraagd om trent de hieronderstaande puuten. Wij roepen er ieders aandacht op in. De wet op de milicie eischt, op straf van. nietig heid, dat iedere vraag tot vrystelling van zonen I eener onbevoegde familie, den dag der loting, oogenblikkelijk na de trekking aan den arrondis 1 sementskomniissaris gedaan worde, ofwel, binnen de tien dagen, aan het gemeentebestuur. Veischei- dene. uitgestelden van de vorige jaren vergeten dat zij alle jaren hunne vraag moeten hernieuwen. De uitgestelden ot de milicianan van het loopend jaar, die hunne vrystelling te vragen hebben in huune hoedanigheid van eenig kind, steun van de ouders of student in godsgeleerdheid of in wysbegeerte, zich voor den geestelijken staat bestemmende, nor- malist of gediplomeerden onderwijzer, mogen dus i uiet verwaarloozen, binnen de tien dagen na de loting der milicianen van hun kanton, huune rech ten te doen gelden. In de groote steden waar de loting verscheidene dagen duurt, begiut de uitstel van tien dagen te rekenen van den laatsten dag der loting. Beetendraf. Beetcndraf ook nog pulp geheeten is hetgeen overblijft nadat de beetwortels bewerkt zijn in de suikei fabrieken. Deze draf is voor de dieren minst gevaarlijk wanneer hij versch van de fabriek komt. Daarom heeft men de beste middels uitgezocht om den pulp zoo goed mogelijk te bewaren, met hem zeer verstandiglijk in te kuilen. Versch toegediend nochtans, kan de puin nadeclige gevolgon b»»hbnn t- hij te veel water iu. Jaardoor kuuu u -Je vueu unl eigenschappen verminderen, en overvloed van water kan ongesteldheden in de spijsverteering veroorzaken. Maar door het samenpersen verwij dert men een deel der voedzame stoffen in het wa- 2 Mbnghlwkbk. Vbrbodbn nadruk. Verhaal uit de Fransche Revolutie DOOR Petrus VAN NUFFEL. Schitterende vereeniging, die eene loopbaan voorspelde vau eer en roem. De echt werd gesloten '\q de kapel van het paleis van Versailles de Ko- ffmg zelf had het huwelijkscontrakt onderteekend. Nadeze plechtigheid waren de echtelingen staan devoets vertrokken naar Lorgères. Burchtgraaf Leo ie Lorgères, die hij het huwelijk zijns broe ders het ambt van eerejonker had vervuld, verge zelde hen deze jonkman trad pas zijn twintigste jaar in, roemde er op, bereids twee zeereizen me degemaakt te hebben en droeg met waardigheid den titel van luitenant der zee. M. en Mev. de Boisdesmares en hunne dochter Leonia, die men uit de abdij aad gehaald om de huwelijksviering haars broeden bij te wonen, ver gezelden eveneens de jonge echtgenooten, doch in •eene afzonderlijke koets. De oude graaf de Lorgères, inmer zijn titel van 'iuisduif trouw gebleven, had zch naar Versailles riet willen begeven, maar verwichte ongeduldig de aankomst zijner kinderen en kleinschoondochter. Had hij het kasteel niet verlaten, hierom bloef hy geenszins werkeloosbijgestaan door Meester Bon- valet, zijn rentmeester, vroeg hij heel den omtrek ter feest en regelde alles tot der jonggehuwden ont vangst. Ternauwernood verschenen de koetsen, waarin het echtpaar en de genoodigden zich bevonden, in den eeuwenouden dreef des kasteels, of hunne aan komst werd, van op de hoogte van het terras, be groet met het geschut der artillerie, 't is te zeggeu door het losbranden der geweeren vau jacht wachters en dorpelingen der gemeente Lorgères. Eeuige stappen van het kunstig gesmeed hofhek bleef de bruiloftskoets stil ten einde eene afvaardi ging van pachters te ontvangen aan wier hoofd de rentmeester Bonvalet stond die hunne nieu we meesteres kwamen hulde brengen. Daarna ver schenen een twaalftal in het wit gekleede meisjes, die bloemen aanboden een hunner, de schoone Magdalena Grisot 'n bloem van een meisje de docter des tuiniers des burchts, las een eigen aardig complement, opgesteld door den school meester van het dorp. Eindelijk kwamen de rijtuigen vóór dén voet der stoep. Op de hoogste trede stoud de oude graaf de Lorgères, in zijn rijkste gewaad uitgedostkost baar habijt van goudzyde, vest en korte broek van dezelfde stofgepoederde pruik, met een breede fluweelen beurs, die van in den hals, op de schou ders wiegelde witte zijden kousen, schoenen met roode afboordsels, niets ontbrak er. Wanneer de jonge vrouw, begeleid van haren echtgenoot eD haren schoonvader uitstapte, trad de oude edelman eenige voetstappen achterwaarts; hij glimlachte zoet en edelmoedig, murmelde in de vleiendste bewoordiging den welkomgroet, en de vrouw gulhartig de hand vattende, troonde hij heur meê in het kasteel en stelde ze aan de talrij ke genoodigden vóór. Alsdan begonnen de feesten. Zij duurden acht dagen. In eenige woorden kunnen wij ze evenwel samenvatten heerlijke gastmalen, betooverende verlichtingen, schitterende vuurwerken, dauspar- tijen, veldfeesten, jachten, vischvangst, concerten ▼an allen aard, ziedaar de bijzonderste afwisselin gen waardoor elkeen dezer dagen was gekenmerkt, en waarover wij ons zullen wachten in breedvoeri ger omstandigheden te treden. Eene enkele aan doenlijke plechtigheid hoeft althans te worden aan gehaald, nademaal de bijzonderste rol erin vervuld werd door de heldin onzer geschiedenis. Daags na de aankomst der gehuwden op Lorgè res kroonde men in de streek de Rozenmaagd. Het was Magdalena Grisot, die wij gisteren aan het hoofd harer gezellinnen gezien hebben de schoo ne en wijze Magdalena, lyk men haar noemde, die de kroon van witte rozen dees jaar was toegekend, dit tengevolge der algemeene stemming der bevol king en de goedkeuring der geestelijke en wereld lijke overheid der gemeente. De jonge burchtgra vin werd verzocht de Rozenmaagd te kronen. Met den lach van het geluk op het schoone wezen, aan vaardde zij de hagelblanke rozenkroou en plaatste die op de gitzwarte lokkeu van de reine Magda lena, daar zij murmelde Gisteren schonkt ge mij den bloemtuil van den welkom, vandaag ben ik gelukkig u, op mijne beurt, dit bewijs van achtiug te kunnen geven deze kroon, zinnebeeld der onschuld en wijsheid, die gij zoo wel hebt weten te verdienen te midden van al uwe kennissen... Vergeten we beiden deze schoone dagen nooit... Wat mij betreft, ik geef u de verzekering dat ge in my te eeuwiger tijde een krachtdadigen steun vinden zult. Magdalena antwoordde nietmaar hare blauwe oogen, tot nog toe zedig neergeslagen, verhieven zich nu tot hare jonge beschermster en schoten stralen van de diepste erkentenis, eene dankbetui ging welke men vruchteloos door woorden zou ver tolken. 's Anderendaags geschiedde een niet min plech tig feithet huwelijk van zes jonge paren, geko zen uit de jongens en meisjes van het dorp en be giftigd door MM. de Boisdesmares en de Lorgères, Eene der jonge bruiden was Magdalena Grisot, die in den echt trad met Jan Flocquet, de oudste zoon van eenen der bijzonderste boeren der streek. Wij doen opmerken, dat, gezien de vorige omstan digheden, de bruidschat van Magdalena veel aan zienlijker was dan dezen harer gezellinnen, vermits by de som haar geschonken, gelijk aan de anderen, ter gelegenheid der echtverbintenis van den burcht- graaf, heur nog deze toekwam als Rozenmaagd daarenboven de geschenken van Mev. de Boisdes mares. haar meter, en eindelijk deze die haar van wege bloedverwanten waren geschonken. Geen ha rer gezellinnen toonde zich over die voordeelen afgunstig integendeel, zij waren de oersteu om Magdalena toe te juichen. Deze huwelyken waren eene nieuwe, aantrekke lijke afwisseling in de feesten der bijzonderste bruiloft, aan dewelke thans de zes nieuwe paren met bloedverwanten en vrienden, in een woord het gansche dorp deel namen. Alleenlijk kon er voor de laatste geen spraak zijn van gansch deo dag aan de genoegens der viering op te offeren, zooals het geval was met de gasten van 't kasteel, want het veldwerk eischte een ruim deel van hunnen tyd y edoch, des 's avonds zette men zich in de hovingen van het slot aan lange tafels neêr, op welke de uitmuntendste spijzen in overvloed werden voorge- diend en waarbij den wyn en den cider bij stroo- men vloeiden. Vervolg.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1902 | | pagina 1