DE ROZENMAAGD
ROODE WETGEVERS.
NIEUWS VAN MIJN POLIDOOR.
8e Jaargang. Nr 566.
5 CENTIEMEN HET NUMMER.
Zaterdag 8 Maart 1902.
Inschrij
vingsprijs
Aankondi-
gingsprijs.
De geiiever bij de Belgen
Volkswil en ophitsing
De Belgische bedevaart te Rome.
Abenntm«nt«t>rij s
▼oor g*m»ch België,
franco f hmif, 2.50.
Yoor de vreemde
landen, 6,00. 5
centiemen het num
mer. Pakken en
brieven hoeven
rrachtvry toegezon
den te worden.
Alle briefwiiselin-
Sin moeten den
jnsdag avond' op
onze bnreelen toe-
Eekomen zijn, het
tad den woensdag
avond ter pers gaan
de. Ongeteekende
brieven worden in
de scheurmand ge
worpen. Alle
postbureelen ont
vangen inschrijvin-
|an, op alle tijd
stippen van het jaar
De onkosten der
kwgtingbrieQes xyn
ten laste van den
bestemmeling. Men
Believe, bij veran
dering van woonst,
bet juist terechtwijs
te zenden.
j
Drukktr-Ulitgtotr
3«n Ö#n Muffel-Ot ©citiit, iftiujcUtstraat, 13, tt 3alet
Vonnissen 1 fr.
den kleinen rèfel.
Aankondigingen
tusschen de nieuws
tijdingen 20 cen-
cob'-
tieipicn. de» regel.
Anpomen op de 4*
blaxk, ttóriieu bere
kend volgens uUa t« -
ruimte. - V<»«/r -I"
advertentiën buiten
de provincie Ooak-
V laanderen zich uit-
sl ai tend to wendon'
tut het OJice de Pu
blicity, Rue de la
Madeleine, Brussel.
De geabonneer-
den hebben 't recht
ren maal per jaar
ccue annonce van 5
regels te plaatsen,
die viermaal achter
eenvolgens zal ver
schijnen. Rucht-
baarmakingen in te
zenden vóór 's
Maaudaags.
Wat is, of wat zou moeten de taak zijn der
Hretgevende Kamers
De naam zelf duidt die taak aan wetten
voor te stellen, te bespreken te maken met het
doel het land wijselijk te besturen, het welzijn
hervan te bevorderen
Het is met dat inzicht dat het volk zijne
vertegenwoordigers kiest en ze naar Brussel
zendtdat is het mandaat dat de kiezers aan
hunne afgevaardigden opdragen
Zóó ook werd dat mandaat tot over weinige
jaren begrepen en vervuld. De volksvertegen
woordigers of senators, doorgaans wijze, ver
standige, bezadigde en geleerde mannen kwa
men bijeen om met goed overleg te beraadsla
gen wat er voor de belangen van het vaderland
moest of kon gedaan en verbeterd worden.
Het spreekt van zelf dat zij niet allen altijd
dezelfde zienswijze hadden, het heil van het
land niet altijd eenerwijze begrepen, dat zij
niet altijd seffens de wetsontwerpen goedkeur
den en stemden die door dezen of genen wer-
den aangeboden. Maar daarom juist waren zij
hijeen om er over te beraadslagen, ieder
mocht vrijelijk zijne gedachte ontwikkelen om
hier wat bij te voegen, daar wat weg te laten
om zoo, na alles gewikt en gewogen te hebben
eene deugfijke en degelijke wet tot stand te
brengen.
De wetgever verstond dat hij het recht niet
had zijn eigen wil alleen door te drijven hij
verstond- dat ook anderen recht van spreken
stand enSScht kan zitten dan in een
in alhier*! -de meerderheid beslissen moest»
Afliepen dan de zienswijzen soms ook ver
uiteen, al was men soms ook van een heel te
genovergesteld gevoelen als zijn tegenstrever,
■en kon men al eens wat hevig worden omdat
anderen dezelfde overtuiging niet deelden, de
zelfde gedachten niet aankleefden, immer toch
beraadslaagde men op eene deftige wijze en
was men jegens elkander beleefd en hoffelijk.
Gebeurde het dat een lid in een oogenblik van
hevigheid of opgewondenheid zich een onaan
genaam woord voor een collega ontsnappen
liet, onmiddelijk onderwierp het zich aan de
opmerking des voorzitters en was het bereid
zijne ongelukkige uitdrukking in te trekken.
Zoo ging het in vroeger dagen.
Thans helaas, sedert het intreden der soci
alisten, schijnt de Kamer van Volksvertegen
woordigers een heel andere zending ontvangen
'te hebben.
Zij gelijkt aan geen wetgevende Kamer
imeer, maar eerder aan eene vischmarkt.
De citoyens schijnen geen ander doel
te hebben dan alle ernstig werk te belemmeren
en alleen naar de Kamer te komen om spekta
kel te maken.
Zij wedijveren onder elkander, wie zich het
hevigste kan toonen, wie het hardste schreeu
wen, wie de meeste ongemanierdheid aan den
dag durft leggen. Gemeen te zijn voor hen
eene eer te wezen
Het is mij een paar keeren gebeurd in eene
stad door eene achterbuurt te gaan, waar juist
twee wijven aan 't krakeelen waren. Gij kunt
'denken wat er uit kwam, 't was of de aarde
beefde en de huizen daverden van de scheld
woorden, verwij tingen en verwenschingen die
zij elkander naar hun hoofd slingerden.
Ik weet niet of sommige onzer socialistische
wetgevers in zulke wijk zijn uitgebroeid, maar
zeker zou men het moeten gelooven in zake
van grofheid en gemeenheid geven zij althans
weinig of niets toe aan de Luiker botressen.
De deftigste kamerleden, die aller achting
en eerbied verdienen schelden zij uit voor al
wat leelijk is c lieger, bedrieger, valschaard,
dief, moordenaar zijn uitdrukkingen die bij
na in elke zitting uit hunne keel komen. En
durit een collega, zelfs de voorzitter hun op
merkzaam maken dan zulke bewoordingen on
gepast zijn en in eene vergadering van wetge
vers niet thuis hooren, dan gaat er een gejank
en een geschreeuw op alsof gij een hond op
zijnen staart hadt of een varken aan 't ringen
waart.
Bij schreeuwen en verwijten blijft hef al
tijd niet. De geringste terechtwijzing, een en
kel beroep op welvoegelijkheid is dikwijls ge
noeg om een rumoer uit te lokken dat het ge
welf er van dreigt in te storten. Terwijl de
eenen hunne lessenaars met geweld open- en
toeslaan, als kwajongens op hunne vingers
schuifelen de Marseillaise of de Carmagnole
brallen, vliegen anderen razend en brieschend
naar hunne tegenstrevers, steken hunne ge
balde vuisten dreigend naar hen uit en schij
nen gereed om, indien zij, tot hunne innerlijke
vreugde, niet bijtijds door de deurwaarders
werden tegengehouden, hunne tegenpartij te
lijf te gaan.
En dat, dat heeten onze socialisten beraad
slagen, wetten maken, dat heeten zij de belan-
811 yarftret VolkTtTètTaftrgen
Bïfcqf Ret rump£r nog binnen de wanden der
ïfam'ef fSrf"het ware voorzeker al erg ge
noeg, maar van uit de Kamer dringt het door
en vindt het weerklank op de straat en gaat
het gepeupeld in gisting brengen.
En eigenlijk dat is, ja, het doel dat zij door
hunne brutale hevigheid beoogen.
Bewust van hunne om door wettelijke mid
delen de katholieke regeering omver te smijten
leggen zij het er op aan om het volksschuim
in opstand te brengen en revolutie te maken.
De betoogingen die te Brussel, Luik en Char
leroi hebben plaats gehad, zijn daar om het te
bewijzen.
Maar het Belgische volk heeft, goddank te
veel gezond verstand om zich door de roode
revolutie predikers te laten opruien. Het be
grijpt dat het heil van het land niet in wanor
de en oproer te zoeken is, en daarom sluiten
allen, die het goed met hun vaderland meenen,
zich vaster om de katholieke regeering aan,
van welke zij weten dat alleen vrede en wel
vaart voor België te verwachten is.
Het Belgische volk heeft voorzeker eene der
schoonste geschiedenissen waarop eene natie
roemen mag. Elke bladzijde zijner geschiede
nis getuigt zijne wilskracht, zijne dapperheid
zijne vernuft. De Belgen riep Julius Cesar
uit, zijn het dapperste volk van Gallië, dit
wanneer hij over negentien eeuwen tegenover
hen op het slagveld gestaan had. In de mid
deleeuwen las men de helderheid van hunnen
geest op de voortbrengsels die'z in de hallen
ten toon of te koop stelden. Nu nog treft men
in ons land mannen aan die de wereld door ee
ne faam genieten moeilijk te ontstelen.
Helaas, ondanks al den luister die België
omglanst, dienen wij voprde toekomst te vree
zen De Belg begint zijrien wil te verzwakken
zijn verstand te verduisteren zijn oordeel te be
perken door het overtollig gebruik van sterke
dranken. Hij drinkt meer genever dan zijne
naburen, ten bewijze hoeve men hem maar ga
de te slaan bij de minste plechtigheid.
Een kind is geboren, gedoopt
Nauwelijks heeft men de kerk verlaten of
vader, peter en meter gaan met den kleine de
eene herberg in, de andere uit. Bij 't verlies
eens nabestaandens zal hij van 't kerkhof ko
mende zijn verdriet gaan smooren in een gla»
dat brandt en doodt. Èij 't vernieuwen des
jaars zullen vrienden en kennissen elkander
Heil en Zegen toewensclien, maar tot bekrach
tiging der vriendschap haalt men weer de ge
never flesch op, die echter een vocht bevat dat
zoo velen deed vallen in den bloei der jaren.
In rouw, in vreugd, schier in alle omstan
digheden is het de genever die als Engel-Be
waarder aangesproken wordt.
Moeten de Belgen zop verblind blijven niet
te begrijpen dat de sterke drank geene andere
kracht bezit dan den mepsch lichamelijk en ze- j
delijk te ondermijnen, zeker en vast is hun
ondergang nabij.
De voorstaanders vAri 't eenvoudig alge-
meeo-staBWÊto-be-.v.i*ii,?datJtanatej||«Hfc. w
derheid van het volk de afschaffing eischt van
het bestaande Kiesstelsel en er tegen den
volkswil niets te doen is. Te vergeefs nogtans
zou men naar den volkswil zoeken, en de soci- j
alisten zoeken er ook naar. Zij beleggen mee
tingen op meetingen om dien volkswil te kun
nen ontdekken....
Wat zij tot heden als volkswil inroepen, is i
niets anders dan ophitsing. Een wezenlijke j
volkswil ziet men nergens. En daarom ook i
doen zij hun uiterste best om het volk op te I
hitsen en desnoods lawaai en straatgeweld als j
volkswil te doen doorgaan.
Wanneer het volk wezenlijk zijnen wil doet
kennen, dan gebeurt dit regelmatig en ordelijk
door de stembus en wel zoo onverwacht en
klinkend, dat de tegenstrevers zelve het hoofd
moeten buigen.
De uitdrukking van zulk eenen volkswil
heeft men hier te lande zien gebeuren in 1884.
De liberalen hadden eene kieswet gemaakt, de
wet op de kiesbekwaamheid, meenende en j
zeggende dat zij alleen onderwezene lieden
waren en de nieuwe kiezers dus in groote
meerderheid voor hen zouden stemmen. En
wat zagen wij gebeuren Nooit wierd eene
partij zoo deerlijk geklopt als met de eerste
toepassing dezer wet. De meerderheid der
Katholieken was overal zoo groot en buiten
gewoon, dat de uitslag dezer kiezing wezen
lijk kon gelden als de uitdrukking van eenen
onweerstaanbaren volkswil.
En inderdaad, de wetgevende kiezingen die
op deze eerste proef volgden, waren nog eene
groote verplettering voor de liberale partij.
En die ommekeering gebeurde heel het land
zen Bouvier, gekend om zijne zotte streken,
en Tesch. de gekende geldgod.
Zoo iets mag wezenlijk volkswil heeten.
Maar wanneer politiekersfgelijk de socialisten,
die sinds jaren en jaren het volk ophitsen, bij
elke regelmatige kiezing nochtans de meer
derheid niet kunnen bekomen, dan is dit wel
een bewijs dat de volkswil niet langs hunnen
kant is.
Zij mogen niet inroepen dat de wet hun na-
deelig is omdat eenige rijken meer stemrecht
hebben dan minvermogenden het is voor
eerst nog niet bewezen dat de wet, onder dit
opzicht hun nadeelig is 't zijn slechts woor
den en veronderstellingen. Maar ware het nog
zoo, dit zou hen niet beletten de meerderheid
te behalen, wanneer wezenlijk het volk met
hen was. Tegen den oprechten volkswil is
niets te doen, gelijk zij zeiven het zeggen
hij vaagt allen tegenstand weg, maar hij doet
dit op eerlijke, ordelijke, wettelijke wijze
door de stembus.
Het straatgeweld kan nooit de uiting zijn
van eenen oprechten volkswil, vermits hon
derd lawaaimakers heel gemakkelijk duizend
treffelijke lieden kunnen overschreeuwen.
Hun gedrag in de Kamer bewijst dit voldoen
de. Onbekwaam om door kennis en weten
schap eegenstrevers te overtuigen, nemen zij
hunnen toevlucht tot grofheid en geweld, uit
misnoegdheid over hunne eigene onbekwaam
heid en onmacht. Op alle gebied zijn die groot
sprekers deerlijk door de mand gevallen, en
willen de gezonde rede nu vervangen door ge
weld en lawaai, het kenmerk van holle en
Zij hebben dus geene rëdèp om 'zich t>p" den
volkswil te beroepen. Die volkswil -is tegen
hen, en zij willen hem alleen vervangen door
ophitsing en geweld... wel zorg dragende ach-
l ter de gordijn te blijven zitten, terwijl soms
arme verdwaalden zich in moeilijkheden bren-
j gen, voor eenige dier ophitsers.
Mgr Rutten, bisschop van Luik, die de bel-
gische bedevaart naar Rome vergezelt, heeft
al de wagons van den trein bezocht en werd
overal door de reizigers met den grootsten
geestdrift onthaald.
Rome, 2 Maart 1902.
De trein van Mechelen is hier juist op het
vastgestelde uur toegekomen.
Uitmuntende reis. De noveen wordt goed
gevolgd.
Morgen zal bij de plechtigheid ten 9 ure, in
St-Pieter, gehouden ter gelegenheid van het
verjaarfeest der kroning van den Paus, bij
bijzondere gunst van Z. H., eene tribuun voor
behouden zijn voor de Belgen alleen.
Dezen avond plechtig Te Deum in St-Jan
vanLatranen, bijgewoond door de cardinalen
en de diplomaten.
Al onze bedevaarders zijn vol geestdrift.
Schoon voorjaarsweer.
Men meldt uit Rome dat de Paus dinsdag
middag Z. Em. Kardinaal Goossens, aartsbis-
door, zoodanig dat er op 65 te herkiezen Ka- j schop van Mechelen, in bijzonder gehoor ont-
me^leden, er slechts 2 liberalen wierden geko- vangen heeft.
10 Mbksblwbbk.
Vbbbodek kaduuk.
Verhaal nit de Fransehe Revolutie
DOOS
Petras VAN NUFFEL.
Daarna volgde tusschen schoonvader en
schoonzoon eene geestdriftige woordenwisseling
over de verdiensten der legers, over de uitbrei
ding der omwenteling, redekaveling welke wij
niet zullen beschrijven en aan dewelke ook de
▼rouwen geen deelnamen.
Evenals M. de Boisdesmares h«t voorspeld
had, kwamen Leo en Lodewijk, twee maanden
later op het slot van Lorgères toe. Ze waren te
Granville ontscheept. Hunne blijde tehuiskomst
werd zonder plecht, zonder lawaai gevierd,
want meer om meer versomberde de gezichtein
der, akeliger doemde de toekomst op niette
min heerschte de zoetste vreugd en scheen de
Onrust die het afscheid der twee geliefden had
▼er wekt eenigermate gebannen.
De twee broeders waren bovendien erg mis
noegd over hunne zending. Het meestendeel
der invloedrijke personen scheen niet veel prijs
te hechten aan het oproer, dat in de westtrpro-
vinciën moest worden gewekter werd meer ge
rekend op de medewerking van den vreemde
ling dan op een inlandsch verzet.
Het is eene groote dwaling, op den Vreem
de te steunen, sprak Lodewijk met bitterheid
sinds lang is hij afgunstig der Bourbons, en ver
van den Koning in zijne macht rechtzinnig te
willen herstellen, zoekt hij niets dan Frankrijk
te verzwakken, het te verdeelen, misschien, of
ten minste zich den geringen bystand duur te
doen betalen.
MM. de Boisdesmares en de Lorgères waren
van hetzelfde gevoelen.
Ja, zei de eerste, wij moeten onze zaken
regelen zonder vreemde hulp.
Eu dit kunnen wij, meende de tweede,
indien wij elkaar goed verstaan. Wat mij be
treft, ondanks mijnen ouderdom, heb ik nog
goede oogeu, eeue vaste hand, en ben ik bereid
op de vijanden van God en Koning het eerste
geweerschot te lossen. Doe wat ge meet, ko-
me ervan wat wilZoo klonk de leuze mijner
voorouders, zoo schalie nog de mijne
De wapenkreet de Boisdesmares galmde te
eeniger tijde Deo et Regifidelis perpetuo kreet
de graaf, in geestdrift ontvlammend en ik heb
de vaste overtuiging, mijne zonen, dat gij ze
nooit vergeten, dat gij ze immer getrouw blijven
zult, wat u ook mochte overkomen
Wij zweren het, vader antwoordden de
jonge lieden en wij zweren ook, getrouw te zul
len blijven aan de leuze van onzen edelen groot
vader, dewijl de zijne en de onze slechts éene
uitmaken.
Zoo is het wel, kinderen. Wij zien met ge
luk, dat ge nog niet rijp voor verbastering zijl.
Edoch, thans genoeg gesproken er worde ge
handeld
Aanstonds regelden de heeren de betrekkin
gen met eenige edelen uit den cimtrek, waarop
men kon staat maken. Eenige dagen daarna
werden onder voorwendsel van maaltijden of
jachtpartijen, geheime vergaderingen belegd, nu
in het eene, dan in het ander© kasteel, maar
toch bijzonderlijk in het slot van Lorgères, ver
mits zijne eenzame ligging, in die nabijheid van
een dichtbewassen bosch, ver- van alle groote
wegen en volkswijken, toeliet deze bijeenkoms
ten talrijker, en, ten andere, meer onopgemerkt
te laten plaats grijpen. Derwijze bleef men op
de hoogte der gebeurtenissen en vereenigde
men, met ongestoorde bezorg dheid, allerhande
verweermiddelen, rustte men. zich uit, om, bij
de gunstige gelegenheid, met open vizier, de
omwenteling gewapenderhand aan te vallen en
te verpletteren.
Suske, een leurder uit de Hoogstraat te
BpiihhcI, heeft een hekel aan de policie. Den
26 Augusti verleden jaar, erfde Suske onver
wacht van zijn vader eene som van 45,000 fr.
Hij waande zich zoo rijk als Rotschild en li< t
zich per open koets in 't MarolleDkwartier rond
voeren, kroeg in kroeg uit. Hij begreep ni-1
waarom de policieagenten hem niet groeteu en
zegde 't hun met eon vloed scheldwoorden. Een
agent, minder geduldig dan zijne collegas,
haalde Suske uit zijne koets en leidde hem naar
den amigo. Suske riep dat hij rijk was en bijge
volg het. hooge woord mocht voeren niets hielp
en de hoogmoedige erfgenaam kreeg een duch
tig proces-ver baal.
Maandag verscheen Suske voor de boetstraf
felijke rechtbank en werd veroordeeld tot 1
maand gevang en 50 frank boet voor slagen aan
de policie, en tot 15 dagen en 15 Irank boet
voor bcleedigingen en openbare dronkenschap.
Het buitengewoon gezantschap, dat gelast ii
den koning der Belgen bij het jubelfeest van
den Paus te vertegenwoordigen, is zaterdag te
Rome aangekomen en in het Hotel Bristol
afgestapt.
De Paus heeft bevolen dat de twee Gobelijn-
sche tapijten, hem door den president der
fransehe Republiek geschonken, in zijne bijzon
dere bibliotheek zouden gehangen worden.
Maandag morgend, had er eene indrukwek
kende plechtigheid plaats in de Basiliek van
St-Pieters, te Rome, in de pauselijke kapel.
Deze plechtigheid was sinds 1870 niet meer in
de Basiliek gecelebreerd geworden, maar altijd
in de sixtynsche kapel en met gesloten deuren^
De Basiliek was rijk versierd. De plechtigheid
werd bijgewoond door een dertigtal kardinaals,
talryke aartsbisschoppen en bisschoppen, de
bijzondere gezanten van de vreemde landen, het
diplomatisch korps, het romeinsch patriciaat en
door eene overgroote menigte. De pauselijke
gendarmen bewezen de eer in de Basiliek.
Ten 10 are 30 is Z. H. Leo XIII naar de Ba
siliek gekomen, gedragen op de Sedia Gestatoria
voorafgegaan door het pauselyk hof en omringd
door edelwachten en zwitsers. De H. Vader
werd geestdriftig toegejuicht, zoodra de Paus op
den troon plaats genomen had, celebreerde
kardiuaal Seraphin Vanutteli de H. Mis. Buiten
de Basiliek werd de orde gehandhaafd door de
italiaansche troepen. Na de mis werden door de
VIERDE HOOFDSTUK.
De Lidteekcns der de Boisdesmares.
Een bol worp van het kasteel, op de grenzen
▼an het uitgestrekt bosch de Lorgères, stond
eene hoeve, in de -wandeling geheeten het
Schalïcnhuis. Dit pachthof werd bestuurd door
▼ader Ivo Floquet en zijne vier zonen, waarvan
den oudste, zooals we gezien hebben, gehuwd
was met Magd alena Grisot, daags na hare kro
ning als Roze nmaagd. De burggravin de Bo is-
desmares, of mevrouw Lodewijk, gelijk men
heur gemeenl ijk noemde, ten einde ze uit hare
schoonmoede r te onderscheiden, had de belofte
die zij Magda lena op haren bruiloftsdag gedaan
had, niet vei geten. Binst de lange afwezigheid
haars gems,aIs, richtte zij dikwijls de schreden
naar het Sob aliënhuis, aangetrokken door een
brandend v-erlangen nadere kennis te maken
met de je qgdige boerin, waarvan zij, bij monde
harer scb .oocimoeder en schoonzuster, met zoo
veel ach' ring had hooren gewagen
Aire© ie bij de everste onderhandelingen welke
zij met Magdalena had, vond zij den haar toe-
gezwaa iden lof beneden de wezenlijkheid. Zij
was vc jrrukt, getroffen door den goeden smaak,
de gez ,onde rede en die karaktervastheid dezer
jonge dorpelinge, en bijzonderlijk door het diep
chris .telijk ge voeden die hare gaven als eenen
ÜQii tkrans omstraalde en van haar eene uitmun
tende vrouw maakte.
De eerste bezoeken naar het Schaliënhuis
deed Mer. Lodewijk in gezelschap harer schoon
moeder of van Leonia, somtemets van allebei
later ging zij er alleen, want van langs hoe meer
schiep zij er een innig genoegen in, met de Ro-
zenmaagd te kouten, en vond zij in deze gesprek
ken eene vertroosting nog heilzamer dan deze
welke zy van den graaf zelf ontving.
Bij de terugkomst haars echtgenoots, sprak
zij dezen met eene hartelijke genegenheid van
Magdalena, zij uoodigde hem uit tot een bezoek
aan de jonge familie. Lodewijk, die van zijne
prilste jeugd de dochter des tuiniers heel wel
kende, schatte de lofrede zijner eega een bee'je
overdreven maar na Magdalena Grisot gehooid
te hebben, vond hij ook dat zij zijne verwach
ting had overtroffen. Zulks was niet te verwon
deren ook, daar hij vroeger nooit veel acht p
haar sloeg, noch haar nimmer het woord toe
stuurde.
Verscheidene reizen nog vergezelde Lodewijk
de Boisdesmares zijne vrouw naar het Schaliën-
huis. Tijdens eene dezer bezoeken zooals hij
geen enkele gelegenheid onverlet liet om de
zaak te dienen voor dewelke hij bereid was zijn
bloed te plengen toetste hij Magdalena over
de groote gebeurtenissen, die aller geesten hiel
den gespannen. (Vervolgt).