NIEUWS UIT DE STREEK Van rond de wijde wereld. W3fwyzf t Eene genezing te Oostakker EENE KUNSTENAARSLOOPBAAN -Peper en zont Priesterlijke benoemingen Suijgraan of Snijrogge. Erembodegem. Geeraardsbergeu. Denderwindeke. Een, landIbouD- Lebbeke. r, Pe rSTiJke-^0CT? St-Lievens-Essehe. -°nzerus- Abdij vau Allligem. Lieve Wvotite haijf- MMoff3t» blijde dag door gansck de wijde wereld. Gegroet» o koningin van hemel eu Mlde, gegroetl gy, die met ziel en lichaam ver heven zijt boven al do schepselen, gegroet. Wees voor ons allen de Deur des Hemels Het goudgele koren valt onder de slagen der pikkers. Sedert jaren heeft de oogst zoo overvloedig niet geweest als dit jaar. Spijtig dat hij wat gevallen was, door de hevige stortregens der laatste weken en alzoo het werk der pikkers wat lastiger gemaakt heelt. De rogge is met opperbest weder binnen en nu ia het de beurt van de tarwe en de haver. Eens dat dit alles bij Meester Van der Schuren is, wordt het 's morgens en 's avonds al killig. en we draaien stillekens aan naar den winter. Het spreekwoord zegt immers De akker geschoren, De winter geboren. Wel djeemenisse toch «>udt ge daar niet van achterwaarts over op uwen buik vallen Sedert 40 jaar geeft de gemeen teraad van Brussel, het geld van Jan en alle man, dus ook van de katholieken, twee honderd duizend frank hulpgeld per jaar aan de framas- sons-universiteit van Brussel. En de liberale bladen schreeuwen, gelijk de duivel in een wijwatervat, omdat drii'provincie- raden van ons land een klein hulpgeldeken hebben gestemd voor de Hoogeschool van Leuven. Schreeuwt maar op, geuskens, gy hebt al te veel lang de oogskens van onze soep geschept. Wij eischen ook ons deel tot hetwelk wy recht hebbeü. zoo als gij, schoefelaars I MMe choleramenschen, die wreede ziekte, is in Kusland. Daar komen tochgeesels op dat land neder. Van den 1 tot den 8 Augustns, hebben in de gouvernementen Astrahan, Saratoffen Samara, op het grondgebied van den Don, 125 over- lydens plaats gehad, welke moeten toegeschre ven worden aan cholera. Dat onze Lieve Heere ons toch beware van alle besmettelijke ziekten I Ei! iteee werklieden ont hoofït! Twee mijnwerkers, Henri Liétard, 40 jaar oud en Istace Dieudonné, 24 jaa, stegen uit den put Boulier, te Cbatelet met een wag- gontje omhoog. Zy botsten met het hoold tegen het schorhout, zoodat zij om zoo te zeggen ont hoofd werden. De lyken werden Daar het gasthuis gevoerd. Ach 1 hoe wreed toch 1 l'tree meisjes irm/p» ver giftigd. Zaterdag namiddag, is het paiKct van Brugge naar Aartrycke gegaan bij de echtgenooten Nolf, waar den avond te voren een vreeselyk ongeluk had plaats gehad. Vader Nolf en zijn oudste zoon bevinden zich voor het oogenblik in Frankrijk. Vrijdag namiddag was de echtgenoote Nolf naar het veld gaan werken en had hare twee dochtertjes, Marie en Julie, wederkeerig 9 en 11 jaar oud, te huis gelaten. De afwezigheid barer moeder benuttigende, waren de twee kinderen uitgegaan, op zoek naar vogelnesten. ü|Ze bevonden zich dicht bij de haag,welke den tuin van den landbouwer Vau Bezien omringt, wanneer de jongste door eene opening de vruch ten kon naar zich toetrekken van eenen bella donna, welkej goed gelijken aan kersen en een hevig vergif zijn. De kleine Marie at er van. Zij gaf er ook van aan haar zustertje die ér enkel vier van opat. Moeder Nolf, die 's avonds terug thuis kwam, bemerkte niets ongewoons aan hare kinderen en legde ze te bed. Een uur later, hoorde ze het gerucht van eenen val. Het was de kleine Marie, die uit haar bed was gevallen en zieltoogde. De arme vrouw riep eenen gebuur ter hulp zij zag ook dat haar oudste kind een zeer beroerden slaap had. Daags nadien, bij het eerste uur, vond de geneesheer de kleine Marie in een hoogst be denkelijke toestand, Het kind is daD ook enkele stonnen later bezweken. Het oudste meisje zal wellicht kunnen gered werden. Ouders, bewaakt toch altijd uwe kinderen. Een erg spoorwegonge luk had plaats te EckernfardaZondag avond is aldaar een diensttrein tegen een ledigen trein gebotst. Negen personen werden ge dood. Er zijn, bovendien, talryke personen gekwetst, waaronder 9 nog al erg. Eene gisting is omstaan onder de mijnwerkers der Borinage, tengevolge van de loonvermindering. De bevolking is opgewon den, zelfs in de koolmijnen van Crachet-Pic- query is reeds eene gedeeltelijke staking uit gebroken. Ach! in eene kuip met te at er verdronkenEiisa Destailleur, eene alleen wonende jonge vrouw van 57 jaar, die veel aan vallende ziekte onder hevig is, werd Zaterdag namiddag in haar huis, te Roubaix verdronken gevonden, met het hoofd en het bovenlijf in eene waschbuip. Als het kwalijk gaat, duurt het niet lang om de reis naar de eeuwigheid te doen.,.. De Jkorein*' zegt Cicero, is eene tweêde krank zinnigheid. Er was een huiskrakeel in eene woning te Breendonck, tusschen Jules Kerre- man en zijne familie. De woeste jongeling, schuimbekkend van woede, grijpt een mes en sprong er mede naar allen die bij kon bereiken. Een broeder n eeno zuster is gedood. De va&er en eene andere zuster is erg gekwetst. O de bloeddorstigaard, fly is opgesloten in het gevang van Mechelen, alwaar bij verschei dene jaren over de gevolgen der koleire zal mogen mediteeren. Mn de kerk van Ste Madeleine te Parijs, is Maandag om twaalf ure 's middags, het plechtig huwclyk iDgezegend van do dochter van den president der Franscho Republiek met M. Jan Lapra, algemeene secretaris van bet presidentschap. Buitengewone kostelijke ge schenken zyn toegekomen, onder andere van den Keizer van Rusland en van de prinses van Bulgarië. Gij ziet dat zelfs iu Frankrijk, hoe slecht dat. land ook zij, men toch nog komt knielen voor het outaar des Heeren, om Gods zegen te trekken ovef dien gewichtigen leven- staat. MMe jacht geopend worden den 22 Augustus aanstaande. Er zijn nog al veel hazen en overvloedig veel konijntjes dcch patrijzen en ander gevogelte is er niet veel te vioden. Fien zal van dees jaar niet veel patrijs ken moeten eten. Hij wilde verleden jaar den grooten heer uithangen en hij vertelde in den namiddag, dat hij 's noens een lekker patrys- ken had binnengesmieseld. Ja, antwoordde hem iemand, wij zien nog de pluimen op uwe borst hangen het warenpapplaasters lil Een vreesdij k ome etter is losgebroken boven de streek rond Szegedis, iu Hongariö. Eene fabriekschouw werd wegge slagen en verbrijzelde de machien- en de droog te amer der fabriek. Een honderdtal werklieden werden onder de puinen begraven. Men heeft 4 dooden, en 14 erg gekwetste* personen onder de puinen uitgehaald. Zeventig werklieden moesten nog verlost worden men vreest dat de ramp nog grooter zijn zal. KHcbclachtiff. Stien en Koben waren alle dagen tezamen in de Vlaamsche Kermis, Koben trok het telkens nog al lang, maar Stien moest iederen keer vroeg naar huis... zijn vrouw was nog al erg, en hij was er benauwd vanl Jaloersch van Koben, die zoolang mocht uitblijven. Maar Koben, zeg eens, is uwe vrouw dan niet kwaad als gij zoo laat t'huis komt? Z"ker, zei Koken, en neig kwaad maar «lat en duurt maar ne weerlicht... ik vertel dan een klucht ot ik doe ne vlezen toer... ze moet zij lachen,en daarmee is dat gedaan 1 Het is spijtig, zei Stien, dat ik geen loeren en kan. Wacht, zei Koben, ik zal u eenen leeren.en ge zult zien uwe vropw zal wel lachenl Koben haalde uit «len zak eenige boonen, die hij expres mee gebracht had, en zei Stien, gij hebt toch nog hooren spreken van Napoleon Boonaparte Ehwel ziel (en Koben legde eene boon van kant, geheel alleen, a part) dat is BOONAPART. Sapristi, zei Stien, dat is wel 1 't en steekt vandaag op geen uur of twee... en hij bleef nog ne geheelen tijd zitten in Restaurant en Bodega, 't Was laat als hij thuis kwam en de vrouw was dui vels kwaad en keef geweldig... Zwijg, vrouwke, zei Stien, ik kan toeren... ge zult lachen... Gij hebt toch nog hooren spreken van Napoleon Ehwel, zei de vrouw, en dan Kijk. zeiStien, en hij haalde eene boon uit den zak en legde ze op tafel, kijk zie... dat Napoleon Zaterdag 8 Augustus is in de kerk van O, L.V. van Lourdes te Oostakker, eene plechtige hoogmis gezongen tot dankzegging voor de ge nezing van het kind van Mr en M9 Cardon de Lichtbuer, van Gentbrugge. De kleine Irénée heeft nu 2 jaar. Sedert een jaar leed het aan eene droeve oorontsteking (otïte purulente bilatérale) uit beide ooren vloeide gestadig etter. Een gansch jaar werd het verzorgd door den hoogleeraar Eeman, der Universiteit van Gent* niets kan baten en men besloot, als laatste redmiddel, tot de pijnlijke operatie die men mastoidectomy noemt over te gaan het hoofd van het kind moest achter i^der oor open' gesneden worden. Toen M. Cardon de Lichtbuer dit vernam heeft hij gezegd dat zal niet waar zyn, O.L. V. van Oostakker moet en zal Iréuée zonder operatie genezen. Gansch het huisgezin be gon eene novene den 9 Juni laatstleden, men kwam alle dagen naar de grot van Oostakker men offerde een wassen hoofdje. Alle dagen werd er water van de grot in de ooren van het kind gegoten. Den 14 Juni,5e dai der novene, was de rechter oor genezen,' Don derdag 18 Juni, H. Sacramentsdag, laatsten dag der novene, ging men in Oostakker te com munie, Mijnheer en Mevrouw met hunne kinde ren gingen driemaal rood de grot, den rozen krans biddende, na iederen paternoster bleef men voer het beeld knielen om water uit de kom te scheppen en het in de ooren van het kind te laten vloeien en vurig zyne genezing van O.L.V. van Lourdes af te smeeken. O wonder van Maria'a goedheid en macht 1 Het kind was gansch genezen. Den Maan dag daarna 22 Juni, toonde men het kind aan den hoogleeraar hy verklaarde dat de kwaal verdwenen was, hij onderzocht het kind nog eens, eene maand later, den 28 Juli, en gaf schriftelijk getuigenis van de ziekte en van de volkomene genezing van den kleinen Irenèe Cardon de Lichtbuer. Dit zal ook getuigen een marmeren plaat, geplaatst in het portaal der kerk van O. L. V. van Lourdes te Oostakker. TOQl?T>TT TT A "VTkTV dig be8taa°' dan trekt gij met uw vrouwtje V V7k3JCjJL XL Xlü. X XJll j waarheen Hij u roept. Maar, wat ziet gij er 29" vervolg. Vader Keiler, gij drijft den spot met mij, antwoordde Haydn geraakt. Hoe zou ik, die piet genoeg heb om in mijne behoeften te voor zien, er aan durven denkeD, een eigen haard te vestiger, waarin geen vuur zou branden, om tot stilling van den gemeenschappelij ken hon ger der familie eene al ware het ook magere soep te koken Neen, vader Keiler, laat mij eenzaam mijnen weg daarbij ware het ook wellicht verkeerd van mij gehandeld, mijn hart tusschen de muziek en eene echtgenoote te dee len. De oude keek misnoegd. Dat zjjn altemaal bittere woorden, die in den mond van een godvruchtig mensch niet maal de zon voor een schoon, gelukkig leven op laat slechts eerst de nevelen, die het licht verduisteren, optrekken. Ik geloof zoo vast aan uw taleDt en aan eene beroemde toekomst, dat ik althans, terwijl gij niets zijt en niets bezit dan uw talent, u een mijner dochters ten huwelijk zou willen geven. Haydn's oog schitterde verheugd. Hij dacht aan Anna. Ziet gij, ging de oude op gemoedelijken toon voort, gij kent mijne Carolinanu,waar om wordt gij zoo bleek blijft in mijn huis wonen en eet aan mijne tafel wat ik heb, deel j ifc met u, en zendt u de lieve God een zelfstan- j ernstig en bedrukt uit, als haddet gij een Jobs tijding ontvangen I Of bevalt u mijn voorslag niet Ja, dan en hij pinkte toornig aan zijn jabot was het onverstaadig van mij, u zoo lief te hebben, om zelf u hét dierbaarste wat ik bezit aan te bieden. Haydn zag het toornig opflikkeren in het oog van den ouden pruikenmaker. Beste vader Keiler, sprak hij ontwijkend, wat gij daar zegdet, heeft mij zoodanig verrast' dat ik mijzelven niet meer meester was. Dui zendmaal dank voor uwo goedheid I Laat mjj slechts eenigen tjjd om te overleggen... Gij hebt geljjk, viel de pruikenmaker hem lachend in de rede, ik heb u als eeD onweer overvallen. Dat heeft u verschrikt 1 Ik kan mjj dat zeer goed verklaren. Maar het is etenstijd, vervolgde hij, zijn horiogie uithalende kom meê, ik heb honger 1 Het middagmaal werd tamelijk stilzwijgend gebruikt. Keller was bijna de eenige, die praatte Haydn en Carolina mengden er nn en dan eene korte bemerking tusschen, Anna ech ter sprak niet alleen geen woord, maar zag ook in het geheel niet van haar bord op, waarop de spijzen nagenoeg onaangeroerd bleven liggen. Slechts eenmaal vestigde zich haar oog smarte lijk op het aangezicht haars vaders, toen deze zijn wijnglas omhoog hief en schertsend uitriep: Op uwe gelukkige verloving,beste Haydn 1 f Deze was daarop bloedrood geworden, Anna I had dit bemerktzij moest al hare krachten bijeenrapen, om niet van haren stoel te zin- i ken. Zjj ademde zichtbaar,toen de vader einde- lijk opstond. Voorkomend schoof zjj zjjn rust- stoei bjj de kachel, doch de onde man maakte eene aikeerende beweging met de hand. opgedragen aan PESR DABN8. Goed doen aan zijnen evennaaste, is loiweer- dig maar goed doen ia stilte, zonder zich er over te beroemen, is handelen volgens het Evangelie. Aan iemand zijn afkomst verwijten is het teeken van eene lage ziel want alle menschen hebben dezelfde natuur en zijn gelijk voor God. Die gerust is en niets op zijn geweten heelt, moet dat in de gazetten niet drukteen. De ge ruste ziel betrouwt op God, en dat is haar vol doende. Al de afvalligen hebben zich afgescheurd van den Paus en het kerkelijk gerag overtre den, de Ketters en scheurmakers hebben altijd vrij en onafhankelijk willen zijn. Zeg niet lijk de Faeizeëf. Heer, ik ben beter dan deze of gene, ik doe meer goed aan het volk dan een ander. De gebeehendie hy anderen toeschrijft, draagt de mensch dikwijls in zyn eigen hert. Zoo zal een haatdragend man dikwyls anderen van haat en nyd beschuldigen. Spot nooit met oude en eerbiedwaardige man nen de ouelerlingenwie ze ook zyn, ver dienen eerbied en ontzag. Hoe hooger men vliegt, hoe dieper men valt. Die zich vernedert, zal verheven worden, en die zich verheit, zal vernederd worden. Een zetel, hoe zacht en hoe schoon hij ook moge wezen, is eene ware pijnbank voor dezen die hem heeft bekomen met liegen of bedrie gen. Elk zal bekennen, dat Meester Pier sinds eenigen tijd zoo wat peper en zout van noode had. 't Is zelfs te bejammeren, dat het hem niet eerder aangeboden werd. Wellicht zou hy wat minder veel eerlijke en treffelijke menschen door den modder getrok - ken hebben. Wat meent die vent wel Snuf-Sntjf. Bisdom van Gent: De E.H. Tytgat,ekonoom van het St-Lievensgesticht te Gent, is bestuur der benoemd vaa de Zusters van Liefde te Melie. De E. H. Burm, leeraar in het St- Lievensgesticht te Gent, wordt ekonoom van hetzelfde gesticht. De E. H. Van Nieuwen- hove, onderpastoor in St-Joseph te Gent, wordt in dezelfde hoedanigheid benoemd te Huysse. Het is algemeen bekend dat het snijgraan kostbare diensten bewijst aan de landbouwers, want 't is het eerste groen voeder, waarover zij in het voorjaar be schikken. 't ls ten andere,een gezond en tamelijk kloek voedsel, dat de melkgeving bevoordeeligt. Te meer, snijgraan wordt gemakkelijk gekweekt vóór tabak, aardappels of voederbeeten. Wij moeten nochtans bekennen dat de opbrengsten gewoonlijk maar middelmatig zijn, om reden ^.dat de bemesting te wenschen laat. Tal van landbouwers geven slecht eene kleine hoe veelheid stalmest, ongeveer 20,000 tot 25,' 00 kgr. per hectare, en voegen daarbij 1 tot 2 hectoliters beir per are. Wij houden er aan te verklaren dat de stalmest de basis der bemesting uitmaakt, maar naar ons oordeel is de hoeveelheid te klein, wij raden aan ten minste 30,000 kgr. per hectare te geven, en daarenboven twee tot drie hectoüters beir per are. Verder dient deze bemesting volledigd te worden door eene goede hoeveelheid minerale meststoffen als fosfoorzuur en potasch, die tijdens het omploegen worden ondergewerkt. Ten einde de planten vóór den winter kloek te doen opschieten, is het aanbevelenswaardig, eenigen tijd vóór het zaaien, eene goede hoeveelheid zwavelzuren ammoniak uitte strooien (100 kgr. per hectare), dien men met de eg kruisgewijs zal inwerken. De zwavelzure ammoniak dia trapsgewijze werkt, stelt niet bloot aan verliezen, zooals het sodanitraat. In geval men zorgt vroeg en dicht te zaaien, zal het onnoodig zijn sodanitraat te gobruiken, de zwavelzure ammoniak bevoordeeligt hier de spoedige ontwikkeling der plantjes. Wij raden dus de volgende bemestingsformule aan: 350 kgr. kalksuperfosfaat 25( tot 300 kgr. zwavelzure potasch. 100 kgr. zwavelzuren ammoniak. In de Lente zal men nog 150 tot^OO kgr. zwavelzuren ammoniak aanwenden, ten einde het hernemen van den groei te bevorderen. Wij raden het gebruik van zwa velzure potasch aan, omdat meststoffen die chloor bevatten, nadeelig werken op de hoedanigheid van tabak, wanneer deze op. snijrogge volgt. J. Aidit. - Anna, sprak hy, vandaag neem ik geen slaapje. Het is wel geheel en al tegen mijne ge woonte, maar... Hij voleindig-je den volzin niet, maar ging voor het raam staan en zag naar buiten. De herfstwind veegde door de straten en langs het zwerk vlogen, dikke regenwolken. De lucht was vochtig en di k Die over de straat gingen, wikkelden zich «Lichter in hunne mantels, op de oude daken knarsten de windwijzers. De oude man keerde zich weder om. Ja, ja, spr ak hy met innig welgevallen en toch met bijzor tderen nadruk, de mensch is toch eerst waa rlijk gelukkig als hij een gezellig t'huis heeft. Zyn oog vestigde zich daarbij vorschend op Carolina, die dien blik met een lichten hoof db nik beantwoordde. Waar is Anna Vade^f, zy heeft my gezegd vandaag alleen den boel in de keuken te zullen afwasschen daarna gaat zij naar de predikatie bij de Jesuïete- a. G aed 1 Myne Anna, vervolgde hy, tot Haydn gewend, heeft een zeer stil en vroom gemoe' dj voor de wereld deugt zij echter niet. Dan is mijne Carolina een geheel ander meisje, braaf,, "vlijtig, vroolijk, beda chtzaam, eene vol maakte huisvrouw; heb ik daarin geen gelijk, M. Jose iph Hayrin knikte toestemmend. L aat ons niet veel on slag maken I Ik ben evenali j onze prins Eugenius 1 Ik bestorm de vesting zonder lang te dralen. Lientje, zeg mij, kind, .en hij vatte hare hand, zoudt gij den goeden Joseph Haydn tot man willen hebben Het meisje zag verheugd op. Ji i, vader, zeer geerne I Daarop sloeg zy de oogc n neder. Maar ik weet niet Qj i Joseph u lijden mag Meisje, daarvoor Lcdo Eenige schelmen hebben Maan- dag nacht al het fruit gestolen van den landbouwer Karel-Lodewijk Triest op de wijk Heipiasdaarna hebben zij al zijne tabak planken vernield. Een onderzoek is door den kommissaris notaris te Erembodegem, heeft van wege den Staat het bijzonder eereteeken van lBt9 klas mutualiteit ontvungen, als belooning voor zijne onuitputbare milddadigheid jegens de maat schappij a Ondersteunt elkander Hartelijke gelukwenschen aan den verdienstelijken Volks vriend. Meerbek e. -Zaterdagnamiddag is de genaamde Tistjen De Deyu verrast door den buurttram van Ninove naar Hal, toen hij over de spoorlijn wilde gaan. De ongelukkige werd vreeselyk gekwetst aan het achterhoofd. Het slachtoffer is eenige uren later in de vreeselykste pijnen gestorven. Hij was 80 jaar oud. Ach Heere 1 Ou li PP Maandag morgend, tusschen 2 en 3 ure, werd de beenhouwer Frans Merckx, op het gehucht Herlinckhove, nacij de Beek, aangevallen door een wraak- zuchtigen kerel. Merckx bekwam n^gen mes steken, waarvan twee zoo erg zijn dat er weinig hoop op redding bestaat. De ongeluk kige zegt de aanvaller te kennen en de gendar men hebben dien persoon aangehouden. l\itlOVe De ISjarige knaap Kasyncki, van het gehucht Preulegem, is uit een boom gevallen en werd erg gekwetst aan het hoofd en aan den hals. Zijn toestand is wanhopig. Maandag namiddag verschrikte alhier het peerd van een brouwer van Aalst, die in de Geeraardborgschestraat bier geleverd had. Het dier deinsde achteruit en de kar verbrijzelde de vensterraam van M. B. De Decker, herber gier en winkelier,'; op den hoek van gezegde straat en van de Beverstraat. Arthur De Pessemiere-Labia, op de Kaai, heeft het leven geschonken aan een zevenden zoon, die den naam zal dragen van Leopold. Z. M. de koning heeft het peterschap aanveerd en zal zich doen vertegenwoordigen door den burgemeester. Er zou reeds vroeger een zevende zoon geweest zijn, doch twee achtereen volgende keeren stierf er een voor de geboorte van den zevende. De moeder en de nieuwge borene genieten eene goede gezondheid. wer, zekere J. B, De Deyn, wonende op het gehucht Meerbeke, by Ninove, keerde terug van het veld, en ging over de baan van den buurtspoorweg, Halle- Ninove. £Hy werd door oenen tram verrast en bekwam twee verschrikkelijke verwondingen aan het hootd. Niettegenstaande de verzorging van den ge- neeshee is hij in de ijselijkste pijnen be zweken. HcrZClc Dieven zijn 's nachts bin nengedrongen in de statie van Horzele. Zij hebben de brandkas doen springen en er eene groote som gelds uit geroofd. Van daar zijn zij naar het goederenmagazijn gegaan waar zy vele koopwaren van waarde hebben gestolen. Een onderzoek is geopend. Tramongeluk. Zondag bleef de stoker Evarist Ponnet, gehuwd en vader van drie kin deren, bij het maDceuvreeren vau de machien, haperen met zijn been, hetwelk van aan den knie tot aan den voet opengereten werd de beenderen lagen bloot. De ongelukkige viel in bezwijming. Dokter Leo Van der Snickt, aanstouds ter plaats geroepen, heeft de wonde toegeoaaid op verschillige plaatsen, waarna de gekwetste met het gerij van de kinderen Huylebrouck, naar Borsbeke bij zyne moeder overgebracht werd. WpttPTPn OP de wijk Gransvelde loopt sedert eenigen tijd een miszinnige jongeling, die zich inbeeldt jacht-» wachter te zijn, met een geweer; hij schiet rechts en links. Uit medelijden laat men den armen jongman doen, doch hij is een gevaar voor de geburen, die hij allen voor pensjagers aanziethy diende opgesloten te worden. Zaterdag nacht hebben baldadigaards voorzeker uit wraak ten nadeele van den heer Felix Beernaerts in zijne nieuwe huizen op den Driesch, de vensterruiten verbryzeld. behoeft gij niet bevreesd te zijn I Haydn hier hebt gy mijnen lieveling gij zijt mijn zoon. Ik geef u beiden kost en inwoning tot God u de tafel dekt, blyft dit zoo. Mijne oudekleeren in de kas moeten ook eens weêr in de lucht en het zonnelicht komen, anders verteert ze de schimmel. Vader, bracht Haydn bedremmeld hier tegen in, gij vergeet dat ik niets ben en niets bezit 1 Domme praatjes Maar gy wordt wat en wel iets veel grooters dan ik ben. Geluk en aaD-zien zullen uw deel worden,doch niet daarom geef ik u mijne dochter maar omdat gij zulk een goed, biaaf mensch zijt, gelyk ik er in geheel Weenen nog geen tweeden aangetroffen heb. Het is waar, mijn kind had ook een ryken burger kunnen trouwen, maar een beter mensch dan gij zeker niet 1 Haydn wierp zich aan de borst van den ouden man. Het is wol, sprak deze met een van vreugde stralend aangezicht, ga nu naar uwo Lina en zeg haar wat uw hart u ingeeft. Haydn ging verlegen naar het meisje toe. Lina stak hem de hand toe, trok hem tot zich, en fluisterde Joseph, gy behoeft geen woord tot my te zeggen, ik weet dat gij de mijne zijt. God zegene u, myne kinderen, en make u gelukkig, sprak de oude man aangedaan. Daar werd met de huisbel getrokken alsof er brand was. Driftig liep Keiler naar de voordeur, en opende ze. Een jongeling stond voor hem. Wie zijt gy Wat wilt gij snauwde de oude. Vandaag scheer ik niemand meer, al waart ge de keizer van Japan 1 De bewoner, begenaamd Louis de Domper, sprong uir zijn bed en achtervolgde de twee kerels, die wegvluchtten in de richting van het gehucht Overbeke, doch zonder dat men ze kon herkennen. zal te Lebbeke uitgaan tot sluiten van de merkwaardige jubelfeesten, op Zondag 16 Augustus aanstaande, om 2 1/2 ure namiddag. Advies aan alle personen, die dezen prachtigen stoet reeds bewonderd hebben en vooral aan degenen die deze processie nog niet zagen. NieUWPIlhoVP Diefpoemg. Zondag LIirUWCIIHUVt). laatstleden, terwijl Felix Saelens, baas uit 't gemeentehuis, naar de vroegmis was en zijne kleindochter 12 jaren oud te huis wachtte hoort deze gerucht op den zolder en den stap van eenen mannenmensch, die de trappen afkwam. Verschrikt loopt zij langs de achterdeur buiten en roept op A. De Cooman,die daarjuist op zijnen boomgaard was. Zij komen getweeën binnen en zien eenen kerel die in den winkel op zoek is. Wat doet ge daar ?zegt Wiezen. De kerel komt buiten op zijne koussen en antwoordik zoek naar iets. Wiezen vraagt of hij daar vernacht heeft. Op het bevestigende antwoord vraagt Aloysius waar zijne kloefen of schoenen zijn. Op zolder, was het antwoord. Hebt gfj reeds koffie genomen Neen, ik was het van zin, was het antwoord. Wiezen gaat en neemt e^ne koffietas en terwijl springt de kerel buiten en is op loop. Hij heeft den tijd niet gehad iets te ontvreemden. Men veronderstelt dat ter wijl dat Frans Saelens (die gansch alleen te huis zijnde) eene haastige boodschap in de gebuurte gaan doen was en de deur zijner woonst open latende de dief zal binnengedrongen zijn. De kleindochter was er slechts eenige minuten voor 6 uren aangekomen om het huis te bewaken. Terwijl deze om hulp geloopen was, had de dief reeds met een breekijzer de kram, waar de gren del van de zolderdeur in stak, opengebroken. Het was oen magere kerel van middelbare lengte ep kneuvel. Niemand heeft er hem zien wegloopen. De dieven, die zooals deze op heeterdaad betrapt worden zouden zelden zoo gemakkeliik uit de handen geraken. Voegen w'hier bij dat Wiezen alleen tegen over dien kerel niet al te stout was. Doch, er is niets gestolen, niemand mishandeld en einde wel, alles wel. tige gemeen te werd Dinsdag namiddag rond 1 ure in op schudding gebracht door een hevigen brand, welke 6 huizen vernielde Op den kruisweg, 10 minuten van het dorp staan zes aaneenpaieude woningen waaronder eene kleine boerderij, de andere zijn werkmans woningen. Eensklaps zag men de vlammen boven een der daken opslaan. Het vuur liep zoo snel voort, doordien meest allen die daken met stroo gedekt waren, dat er weldra aan geen blusschen meer te denken viel eu de woningen de prooi der vlammen werden. De geburen deden hun best om te reddt n wat er te redden viel weinig huisraad kon aan de vlammen onttrokken worden. Weldra bleef er niets van de zes huizen over dan een smeulendeu puinhoop. De schade be- draagd ruim 25,000 fr. dag zal in de oude abdij van Affligem de eeuwenoude solemneelejommegang plaats heb ben. Zijne Hoogw. de Prelaat van Perk, zal 's morgens, om 9 1/2 uro, de Pontjfiteale Hoog mis en 's namiddags, om 2 ure, de Pontifikale Vespers celebreereD. Na de Vespers zal hy in de processie van het wonderbeeld van O.-L.- Vrouw van Affligem het Allerheiligste dragen. De parochiën van Hekelgem, Meldert en an deren zullen wedijveren om die processie allen mogelijken luister bij te zetten en wederóm, zooals elk jaar, zullen duizenden geloovigen naar Affligem komen. Moge het een schoone dag wezen tot verheerlijking van het Aller heiligste Sakrament eu O.-L.-Vrouw, van Affligem I AsSChe. briefwisseling is ons te laat toegekomen, met spijt moe ten wij den prachtigen uitslag welke de katho lieke Turners van Assche, in de gouwkamp te Halle, bekwamen, verschuiven tot te naaste week. Daar is een proleet van i_^^neue. goddeloosheid aan >tzeeve_ veren geweest in den geuzenvergaarbak der geuzensnotters. Die propere paljas doet geweld om te doen gelooven dat er iets of wat van gods dienst aan zijn wegen is, en dat in eene godde- looze moddergazet 1 Zeg mij, is zoo iet niet ten volle lijp voor Evere 1 Gheel kan daaraan niets verbeteren. Dat pak is ongeneesbaar I Weder om heeft die tweepooter (want voor zijn mod dergazet bestaat er geen ziel) zijn druipenden muil omhoog 1 en hij broddelt over een strooi briefje zonder handteeben. Welnu, de katholieke vereeniging van Es- schene is gekend. Aan het hoofd staan de gees telijken... maar gy, goddeloozs snotter, wie zijt gij Laat eens uw vel zien, dat wij u ken nen.... Over drij weken zegden wy dat het groot gaaiken Pijlschieter, de razige smeerder, een klein gaaiken gekocht had. Wij waren slecht ingelicht, 't Was maar eenvoudiglijk een ge - weldig huiskrakeel... Wij hebben ook verno men dat Pijlschieter zijne collectie van blauwe vlaggende voor de kiezing moestf n dieneD,aan 't uitverkoopeD is. Teeken der tyden 1 Bericht aan de poefers 1 De andere zag een oogenblik verwonderd, in Keller's verstoord gelaat en berstte in een scha terend gelach uit. Zulk eene onbeschaamdheid heb ik van myn leven nog niet gezien! brulde de huisheer. Ik zou geerne Joseph Haydn spreken Keiler deed een stap achterwaarts. O I vergeef mij, ik bid u duizendmaal om verschooning Hij rukte de deur wagenwijd open. De vreemdeling trad binnen, ging naar de huiskamer en viel daar Haydn om den hals. Oudje I riep hij, buiten is het herfst, maar bij u wordt het lente met zonneschijn. Ik breng u eene blijde tijding I Ditters, ik begrijp u niet 1 Wel mogelyk I Vooi alles moet ik u ver klaren, dat gij mij van morgen vreeselyk geër- J gerd hebt. Ja, zie my maar zoo verwonderd i niet aan I Hebt gij niet in bitteren wrok tot my j gezegd, dat voor Joseph Haydn het allerslecht- f ste goed genoeg was en gij bestemd waart uw leven als organist en pianomeester te verslijten? Mensch, uwe woorden hebben my diep ge krenkt en geërgerd. Gramstoorig verliet ik u, met het vaste voornemen om u tot eenen leuge - naar te maken. Ik dacht aan graaf Morzin, ging naar hem toe, prees u zoo sterk, dat de oogen hem overliepen en hij ten leste uitriep Welaan 1 op uwe aanbeveling neem ik Joseph Haydn als kapelme» ster in myuen dienst. Hij is toch ongehuwd niet waar. Vrij als een vogel in üe lucht, antwoordde ik, gaf den graaf in uwen naam het jawoord, en thans zyt gy kapelmeester van graal Morzm. Joseph glimlachte. En hier staat mijne verloofdesprak hij, Carolina bij de hand nemende. Wordt toorigexet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1908 | | pagina 2