Reeks iü'ieven van
M. Vincent Dioricx
nieuwjaarsgiften voor den Paus.
nieuwe bloei moet aan onze inrichtingen ge
geven worden, nieuwe stichtingen tot het
leven geroepen als bekroning van ons prach
tig congres.
Laat ons dit gedacht niet uit het oog ver
liezen De strijd is voor ons een plicht. Da
gelijks vermeerdert de hardnekkigheid van
onze tegenstrevers, ieder jaar dat ons aan het
bewind meer wordt geschonken, verbittert
hunne gemoederen alle middelen zullen zij
weldra goedkeuren en aanvaarden alle ver
bonden die tot den val der katholieke partij
zouden kunnnen leiden. Meer om meer ziet
men de liberale partij afstand doen van hare
grondbeginselen om de medehulp der socia
listen te bekomen meer om meer ziet men
hunne verderfelijke verbonden aanwinnen
meer om meer ziet men dat zij al hunne per
soonlijke verschillen van kant laten om
slechts hun gemeenen haat tegen den gods
dienst te behouden.
Ook, indien liet wetsvoorstel overhetlager
onderwijs met warme geestdrift wordt be
groet door al de katholieken van het land,
heeft het bij onze tegenstrevers een razende
woede verwekt.
Het wetsvoorstel heeft een dubbel hoofd
doel
De uitbreiding van het lager onderwijs
te verzekeren en de vrijheid van den huis
vader in den keus van de schooi te waar
borgen.
De katholieke partij heeft altijd op bijze'i-
der wijze do uitbreiding van liet onderwijs
behertigt. Zij heeft zich niet bepaald, naar
bet voorbeeld dor liberalen, niet aan de open
bare besturen min of meer groole uilgaven
te vragen, wat gemakkelijk is, maarzij heeft
zich altijd groote opofferingen voor het onder
wijs weten troosten.
Getuigen daarvan, die 8866 klassen van
onze achtbare scholen dio het land overdek
ken. Getuigen daarvan, de aanneembare en
aangenomene scholen, die gebouwd met het
geld der katholieken, zonder tusschenkomsl
der openbare machten alle jaren nog belang
rijke uitgaven vereischen.
Ook mogen wij bestatigen dat het onder
wijs en namelijk het lager onderwijs eene
iwonderbare uitbreiding sinds 25 jaar heeft
genomen.
In 1884 waren er slechts 4810 lagere
scholen, thans bestaan er 7525.
In 1884 telden die scholen slechts 8698
klassen, thans 20632.
In 1884 waren zij bezocht door 324.867
leerlingen, thans 929340.
Tevens is het getal ongeletterden, traps
gewijze verminderd, en ik ben gelukkig te
mogen bestatigen dat hier in onze stad waar
het vrij onderwijs een zoo prachtige uitbrei
ding heeft genomen er in 1910 slechts 2 1/2
ten honderd ongeletterden waren onder de
militianen
Doch de oogenblik is gekomen om een
stap verder te gaan. De memorie van toe
lichting zegt het met reden De toekomst
zal toehooron aan het land dat de bekwaam
ste voortbrengers zal bezitten en zonder
een uitgebreid onderwijs kan men die be
kwame voortbrengers niet kweeken. Ook
stel het wetsontwerp v ór een vierden
graad van onderwijs wat beteekent, dat
het lager onderwijs in 't vervolg twee jare"
meer zal bedragen dan h*>den, jaren di« ->•
deele zullen besteed worden aan vakonder
wijs en praktische kennissen en alzoo tot
voorbereiding zullen dienen aan de eigenlijke
vakscholen.
De ouders worden ook verplicht 't onder
wijs aan hunne kinderen te doen geven en
verbod wordt gedaan, de kinderen aan het
werk te nemen vóór den ouderdom van veer
tien jaren.
Sommigen hebben de verplichting met
zekere vrees in de wet u biv gen. Ik
dgel hunne meening en n ik b -groet met
innige vreugde de bepaling, voorgesteld door
het ministerie omdat hei hei n' woordt aan
eene noodzakelijkheid.
23* Vervolg.
Ik wil u eene gedachte mededeel en, zei-
de Zuster Clara, die mij 'ui een scheidingsuur
dikwerf getroost heeft, en ofschoon ik bid en
hoop, lief>te, dat gij nooit van Hugh zult moe
ten scheiden, weet ik oj>k d uw vrees daar
voor uw lijden slecht* to»i^ vnro.oocderen.
Och Dat is het juist. Eva. Hoe goed hebt
gij geraden wat erin mijn hart omgaat
Ach, Kate, zeide Zuster Clara, met een
glimlach, het mensclielijk hart is meestal het
zelfde wanneer wij in ons huigen hart te le
zen, leeren wij liet leed van a ren gevoelen.
En die gedachte, lieve Eva, die u zooveel
troost gaf, welke is zij
Het was dit, Kathleen, da', hoe groot on
ze liefde voor elkander ook moge zijn, en
hoe groot de reine liefde eener vrouw voor
haren man, en van eene moeder voor haar
kind is, ik weet het, zij is omlig groot
dat nog niets is in vergeli.il met do liefde
van God voor de ziel, tlie I" i heeft.geschapen.
God bemind uw Hugh oneindig meer dan gij
hem kunt beminnen. Katte; zou Hy hem
dan leed aandoen Zelfs gij waakt niet over
leder haar van zijn hoof doch God doet dit
wel.
Ach, Eveline, dat is eon hemelsehe ge
dachte ik wilde wel. dat ik er mij mede kon
vereenzelvigen, evenals gij: dm h gij he.it v.
van dodingen der aarde losgemaakt.
Zuster Clara glimlachte, en v. iMo op dit
laatste gezegde een uit.voeri - a i1 d geven,
toen zij eensklaps zeide
Luister Kathleen, ik l.o -'i men die
ons roepen. Wy moeten
De straften zijn overigens van zedelijken
aard de berisping en de aanplakking. Zeker
zullen die straffen weinig invloed uitoefenen
op gansch plichtverzuimende ouders, die
hunne kinderen van alle onderwijs berooven,
maar zij zullen voor gevolg hebben de sohool-
bijwoning regelmatiger te maken.
Het is niet te betwisten dat de groote
leemte in het onderwijs juist de onregelma
tigheid is in do schoolbijwoning en 't vroeg
tijdig verlaten van de school. Vele ouders
loonen zich te veel onverschillig onder dat
opzicht, en indien er nog tamelijk vele onge
letterden zijn,is hot niet omdat zij de scholen
niet bezochten, maar enkel omdat zij de
school onregelmatig bijwoonden.
Die leemte scheen ons zoo groot, dat het
bureel der5° afdeeling vooraleer het wetsont
werp te kennen, den E. II. Vlerick, oud-
diocesanen schoolopziener bad verzocht, een
verslag te doen over de schoolbij woning.
Doch,indien wij don heer Scbollaert geluk-
wenschen over de uitbreiding dio hij" aan hel
lagere onderwijs geeft, uitbreiding* die aan
liet volk zal toelaten mede le dingen met d<-
grootste en bekwaamste mogendheden, heb
ben wij hem eene bijzondere hulde te bren
gen, omdat hij aan het toppunt van de wet,
twee grondbeginsels steU, die ons steeds dier
baar zijn De vrijheid van een huisvader in
len keus van de school en de gelijkrechtig-
heidvan de scholen op de subsidién van Staat,
gemeente en provincie.
Is or een heiliger recht dan het recht van
den huisvader op de opvoeding zijner kinde
ren Is er een recht, dat meer eerbied af
dwingt dan het recht van den kristene buis-
vader, om aan zijne kinderen eene christelijke
opvoeding te geven in do school van zijnen
keus. En dal recht is ook plicht, eene plicht
waaraan hij niet wil of nooit zal verzaken.
Wij eischen eerbied voor dal recht
Van der Velde, de socialistische leider,
heeft dat recht betwist, toen hij in een
meeling te Brussel in het Volkshuis zegde
de openbare machten moeten aldus hande-
len, dat de vader aan zijne kinderen niet
alléén een onderwijs geve, maar een goed
onderwijs en hij voegde er bij dat goed
onderwijs kan slechts in de ollioieele scholen
gegeven worden.
Ik zal niet betwisten,dat er gQede officieele
scholen zijn, doch het zijn juist diegene niet
doorM. Van der Velde aangewezen. Goede
scholen zijn voor ons diegene alléén, waar
eene krislelijke opvoeding aan de kinderen
gegeven wordt.
Er bestaan goede officieele scholen in onze
Vlaamsche gewesten, omdat onze katholieke
besturen een beseheiden keus doen van on
derwijzers duch zulks is overal niet het
geval. En wat mag men verwachten onder
opzicht van christelijke zedenleer, van een
onderwijzer die noch van God, noch van zijn
gebod houdt Zal hij zelf die zoogezegde on
zijdigheid kunnen eerbiedigen, die hun opge-'
legd wordt
Het is d^röm dat wij degelijkheid van
toelagen eischen. De vrijheid van 'dén huis-'
V'afler in de keus van dö school zal niet be
staan zonder gelijkheid van toelagen. Want
indien de Katholieke Vrije School niet kan
steunen op de noodige middelen, waarop zij
recht heeft, dan is haar recht gekrenkt, ver
minkt en onthoofd. De katholiek moet even
veel rechten bezitten als do vrijdenker en
aanspraak kunnen maken op dezelfde toela-
gen.
Het wetsvoorstel waarborgt die vrijheid en
die gelijkheid daarom noemen wij liet een
heilzaam wetsvoorstel. Daarom moeten wij
ons scharen rund het ministerie, dat het heetl
voorgesteld. Zeker kunnen er aan't wetsont
werp verbeteringen gei r.icbt worden, name
lijk wat den toestand aer onderwijzers be
treft en wij hopen dal die verbeteringen zul
len bekomen worden.
Maar dat voorsiel he-ft de woede van de
gousvijandon doen losbarsten.
Zij zullen voortaan iuitn-rs de kans niet
meer hebben op de armoede van den wen.-
XVI.
De nacht daalde over Drocheda neder, en
de stad was uitwendig rustig
Sir Arthur Aston en zyn krijgsraad waren
wel is waar op hun hoede, officieren met pa
trouilles doorkruisten de stad, onderzochten
de poorten en wallen, ora te zien of er ook
een zwakke plek was, waar de vijand in eene
nachtelijke verrassing daar kon binnenslui
pen, doch de drukte en de beweging der be
zigheden van den dag waren voorbij, de lich
ten waren uitgedooid, het leven en geraas aan
de rivierzijde werd niet meer gehoord, en de
maan, die in al haar glorie opkwam, wierp
een vloed van zilveren lichtstralen over de
gladde wateren van de Bojjne.
In de woning van Bride O'Sullivan had een
treurig en «aangrijpend tooneel plaate.
De nonnen waren allen voor de reis gereed,
en menige traan werd vergoten, en menig ze
genend woord baande zich een uitweg uit de
liefhebbende harten van degenen, die de goe
de Zusters als hun dierbaarsten schat be
schouwden.
Het is nog geen tiid, zeide Vader Taafïe,
terwijl hij het vertrek binnentrad, het getij is
nog niet dienstig wy moeten nog een poosje
wachten, en als gij er niets tegen hebt, kinde
ren, wenschte ik, voordat gij vertrekt, nog
wel een enkel woord tot afscheid tegen u te
spreken
Och, Vader, zeide Moeder Abdis, wees
zoo goed dat te doen onze harten zijn vol van
het pijnlijke denkbeeld, dat wij uwe vaderlij
ke zorgen voortaan zullen moeten missen.
Al de aanwezigen namen plaats, en Vader
TaafTe, in hun midden staande, sprak in dezer
voege
Geliefde kinderen in Onzen Heer Straks
zullen wij scheiden, en het zal niet aan ieder
man te speculeeren, om hém te verplichten
een goddeloos onderwijs aan zijne kinderen
ie geven.
Na eene meeting over korte dagen te
Brussel gehouden en waar de liberalen eens
te meer getoond hebben, dat zij zonder de
socialisten in België van geenen tel meer
zijn en waar zij volgens liet woord van
Anseele de roode vlag hebben moeten volgen,
sprak Vander velde volgender wijze
Het is een schoone strijd dien wij gaan
aanvangen, het is destrijd voor de gewetens
vrijheid, het is de strijd voor onze kinderen,
de strijd voor de officieele scholen door hel
wetsvoorstel heeft men ons tot het diepste
van ons gevoel getroffen. Men heeft orfS uit
den slaap geschud. Wij herinneren ons dal
wij de zonen zijn van de geuzen van de XVI°
eeuw die op hunne beurt het Christusbeeld
vervangen door de halve maan.
Katholieken van Vlaanderen, kristenen
van België, wij zullen zonder vrees de hand
schoen oprapen die ons door den hatelijkcn
tegenstrever is toegeworpen.
Wij zijn de zonen der Vlaamsche christe
nen van weleer. Wij zijn de zonen van die
manhaftige strijders-van weleer. Wij zijn de
zonen van die manhaftige strijders, die in den
boerenstrijd konden sterven voor hun geloof.
Dat is de schoonen strijd dien wij gaan aan
vangen Dit is de strijd van de gewetens
vrijheid, het is destrijd voor onze kinderen
En gelijk.de helden van 1879, alle bijzaken
daarlatende, aan alle werkelijkheden, aan
alle persoonlijke twisten on geschillen verza
kende, zullen wij eensgezind roepen
Zij zullen haar niet hebben de schoone
ziel van 't kind
DoZ. E. H. Kanunnik De Baels, Vicaris-
generaal, brengt aan de vergadering den
zegen, en de gelukwenschen van Zijne Door
luchtige Hoogheid Msr Slillemans.
Hij wenscht bijzonderlijk de inrichters ge
luk voor hunne stoute opvatting van het
Congres, de jeugd voor haren geestdrift en
de damen en jufiers voor hunne toewijding
tot de goede zaak.
DU ITSCH LAN D.
Dramatische luchtreis.
Tijdens een prijskamp voor luchtballen,
ingericlit door de Luehtvaardersvereeniging
van Saksen, is de luchtbal «Nordhausen» te
vroeg opgestegen. Een nijveraar van Dresden
M. Korh, bleef aan het schuitje hangen. De
luchtbal botste tegen eene fabrielcschouw en
door den schok werd M. Korb ten gronde
geslinte d. Hii kwam er met een gebroken
been van af. Kort daarna schoot de lochtb l
in brand en de vier luclltreizigers weiden erg
gekwetst.
MAROKKO
De toestand rond Fez.
De stam der Beni-Yyagain, welke men
dacht tot getrouwen van den sultan te be-,
hoeren, met pak en zak tot. de oproerige ben
den overgeloopen zijn.
Zij vereenigden zich met de bende der
beni-M'Tois en vielen Fez aan. Zij vonden er
echter alle poorten gesloten.
Uit Fez werd gemeld, dat er ook binnen de
stad vele oproerlingen zijn. Men vreest dat
dezen de poorten zullen openen voor hunne
vrienden.
De artillerie van den sultan heeft gisteren
geruimen tijd het kamp der muiters beschoten.
De konsuls hebben aén de Europeanen
verboden de stad te verlaten.
De toestand is zeer ernstig, doch men denkt
dat de muiters zullen afttvkken, daar eene
sterke afdeeling onder de bevelen van kom-
mandant Brémond komt het garnizoen van
j'(.-•'. versterken.
De afdeeling van commandant Brémorfl
onzer gegeven z:jn, elkaar hier op aarde we
der te ontmoeten.
Bride, wier gelaat in de breede plooien van
het habijt der Abdis verborgen was, rilde van
het hoofd tot de voeten.
Wie onzer zal het eerst de wereld verla
ten f God alleen weet hei. Kinderen, ons le
ven is in Zijne handen. Het is nutteloos voor
ons zei ven te verbergen, dat er vreeselyke tij
den op handen zijn. Het beleg van Drogheda
'-ial een streng beleg zijn. Gij, mijne Zusters,
zult de gevaren eener reis moeten doorstaan
en dan wie weet hoe lang Wexford eene vei
lige verblijfplaats voor u /al zijn Ik raad u
aac daarheen te gaan, opdktgij met uwe Zus
ters daar zult kunnen raadplegen, hoe gij ver
der in deze gevaarvolle dagen moet handelen.
Gods hand «lrukt zwaar óp ons. kinderen
doch Iaat ons troost zoeken in het H. Schrift
Die Hij bemint, kastijdt Hij. Heft dan uwe har
ten op tot den Heer,en laat ieder uwer zeggen:
Ofschoon I j mij slaat, blijf ik op Hem ver
trouwen Ja, al moge Hij ile dierbaarste hoop
onzer zielen, het verlangen onzer oogen ver
nietigen, d *,t Zijn Heiligo vVil in ods geschie
de Vreesi het lijden niet, mijne Zusters
Vreest niet, als de nagels van het Kruis uwe
handen en oeten doorboren het leven is
kort, de eeuw 6heid is lang. O Mocht het God
behagen ons cot do reien Zijner martelaren te
doen bohooren Geve God, dat wij Zijnen
naam *ot den dood toe belijden Zeg, Zusters
en geliefde kinderen, is er één zwak hart on
der u
En jonge mannen in de volle kracht van den
mannelyken leefti d, en oude mannen in hun
ne grijsheid, en vrouwen in hunne zwakheid,
antwoorden allen oprecht en vol geestdrift
Pieen
Gaat r -irt, vervolgde hy, in den
werd reeds verscheidene malen door oproe
rige stammen aangevallen, doch zij kon alle
aanvallen afweren.
Nieuwe Fransche troepen
Vier bataljons koloniale infanterie zullen
zoo spoedig mogelijk te Toulon inschepen,
om de Fransche troepen to gaan versterken.
TURKYE
Het oproer der Albaneezen
Er wordt gemeld, dat do betrekkingen
met Teuzi hersteld zijn. De stam der Malis-
soren, welke door de troepen van den sultan
bijna ingesloten was, beeft zich verspreid en
konden er aldus in gelukken le ontsnappen.
De troepen van den sultan bezetten al de be
langrijke punten.
ACHT EN-DERTIGSTE LIJST.
Overdracht der vorige lijsten 106.664,60
M. en mevr. M. G. Cuesmes, 50 Veld
bloem, Lichtervelde, 65 St-Ignatius, Ant
werpen, 100 de priesters van het kanton
Leuze, 102 naamloos, P. 100 van wege de
Derde Orde, Yper, 63,77 parochiale gees
telijkheid der dekenij Herve, 100 M. en
mevr. J. J. Potit-Soumagne, Verviers, 50;
B. B., dat de H. V 'er ons zegene, 25;
damen en juffrouwen der congregatie der
kinderen van Maria, Verviers, 125 mevr.
Alfred Ma us, id., 400; Godsdienstige week
van Vlaanderen, tweede storting 3,000 M.
E. De Staercke-Jouret, Gent, 100 O. G.,
Gent, 25 E. H. Dewitte, pastoor van Buls-
camp, 25 jufvrouwen Thièrnesses, Elsené,
25 M. A. Bucket, Romerée, 5 M. J. D.
Minnaert, Thielt, 5; eene vrouw Langemark,
2 onbekend, Wacken, 2 H. Vader, zegen
o:i/, wénschen, 10 voorden Paus, de Kerk
en België, 2om eene genezing te bekomen,
5 F. V. Isegliem, 5 H. Vader, zegen onze
kinderen, S. Melle, 10; patronaat der Jonge
Dochters, S e-Agnes, Ronsse, 20 God geve
mijne genezing, Leuven, 3 A. D., Zeve-
cote, 1 een werkman, Ilarelbeke, 2 opdat
de H.Vader ons huisgezin zou zegenen, 1,90;
eene weduwe, Antwerpen, 15 E. W., Die-
ghem, 5 H. Vader, zegen mijne familie,een
werkman, 1 God zegene mijn buisgezin, M.
H. H. M. 10 opdat God mijn huisgezin zou
zegenon. Veurne,5; Ernest Karnas, 2 mad.
Louis Fontaine, 5 Heil den Paus, Dilbeek,
10 om van God eene genezing te bekomen,
Strombeke, 2 voor de gezondheid van mijn
man. Etterbeek, 1.
Voor 't geluk van mijn huishouden en kin
deren, id., 1 voor 't geluk en de gezond
heid mijner moeder, 0,50 R. D., voor eene
bekomene gunst, 5 om eene genezing te be
komen, Beernem, 1 A. V. S. K. T., Ler.de-
lede. 5 inzameling in de vereeniging der
oud-leerlingen van Gosselies, 14 jufvr. L.
L.,Yper, 15; onbekend, Boesinghe, 1 E.
H. De Beer, pastoor,, Kemmel, 20; jufvr.
Am. Vermeersch, id., 10 ;M. en mevr. Huys-
Depuyst. id., 5,09 Col. Devoogt, id., 5
R. J., 5 St-Jozef, bescherm mijne kinderen,
4 M. en mevr. H. R. F. Le Pas, Verviers,
16 naariiloos, 10 id., Ilerve, 10 G. B.,
10; D. G. L., 5 Vader, zegen onze
parochie, Dison, 5 H. A. Schellings, deken
van Limburg, 10 H. Vader, zegen mijne
familie, 2 E. H. J. G. R., 5 M. J. Peter-
kenne-Lekeu, Dolhain, 5 H. Vader, zegen
mijne familie en mijne werken, 2H. Vader,
zegen ons, 3 ter eere van St-Jozef. 3 M.
H. Kauteknelle, Spa, 5 naam.uos, 5 voor
de genezing van eene zieke, Heusj, 1 M. en
mevr. C. Beckers, Stembert, 5; E. H. Vync-
kie s, pasloor, Ploegsteert, 20 naamloos,
Git 1 id., id., 10; D. A., opdat mijne
moeder mij zegene, 1altijd getrouw en ver-
kleefJ, 20 voor de bekeering mijner nicht,
1; H. Vader,zegenonzeonderneming,Ninove,
3 H. Hert van Jesus, ik heb betrouwen in
u, 10 E. U. D. Vanhoecke, Kemmel, 2
jufvr. Leter.ie, id.,5. Toiaal: 111,121.86 fr.
De inschrijving is thans gesloten de laat
ste 'ijst zal binnen eenige dagen afgekondigd
worden.
naam van God! Vreest niets: storm noch wind,
noch vuur, noch zwaard Gaat voort, en ver
draagt alles, en lijdt alles, om der wille van
Jezus-Christus
Toen gaf hij hun den zegen, en ging hen
voor naar de kade aan de rivier. De nonnen
volgden twee aan twee. Bride O'Sullivan wil
de hen vergezellen, en wikkelde zich in een
mantel, die geheel gelijk was aan die, welke
de religieusen droegen. Hugh Maguire en Va
der TaalTe zouden haar weer naar huis begelij-
den, als de nonnen in de booten waren. Zwij
gend trok do processie door de straten, en be
reikte de kade. Twee booten konden al de
Zusters bevatten.
De Vicares en verscheidene der nonnen
stapten in de eerste, en de bood werd van wal
gestooten. De Abdis en de andere religieuzen
namen plaats in de andere. Zuster Clara van
Jezus was de laatste, daar Bride baar lang in
hare armen gekneld hield en niet van haar
scheen te kunnen scheiden.
Plotseling voelde Bride dat zij van Eveline
werd afgetrokkoü, opgetild, eene hand op
haar mond werd gelegd, en dat zij weggedra
gen werd.
Zij verstikte bijna, doch was nog genoeg bij
haar zinnen om te onderscheiden, dat zij door
eenige personen langsdo kade gedragen werd.
Eenige minuten later werd zij weder op den
grond gezet, en men wilde haar met geweld
dwingen in een boot te stappen. Hare aanval
lers werden een oogenblik opgehouden door
een aanval van Hugh. Zij kon zijne stem hoo-
ren doch wat verwacht één tegen tien
Bride's kregelige natuur kende geen vrees.
Zij trok de kap van haar hoofd en wierp zich
tusschen de vechtenden.
(Wordt vervolgd.)
Sswezen-voliisvertEgenwoordiger, reizende in Kongo
VII
Rechtover de Woestijnermijten gedachten
Allantischen Oceaanpetfilover den Sahara
10 Maart 1911
Feesten en aantrekkelijkheden ontbreken
niet op den Kildonandoch mijn bedroefd
gemoed doet mij alle luidruchtigheid ont
vluchten. Eenzaamheid past aan mijnen rouw
en zij alleen geeft mij peis en kalinen vrede.
Er beslaan leerrijke boeken (Vlaamsche ook)
over Kongo, en die lees ik nu, terwijl we
langs dekust varen der woestijnen/iöz*a. Dezen
namiddag herijken we Blanco-Kaapwat n
zegt dal we Marokko voorbij, dichtbij Sene-
combiczijn.
Het is treffend dat, telkens we de aarde
nabijkomen, zeemeeuwen de lucht door
kruisen en mijn gedachten, als op hunne
vleugelen, naar't Vaderland, naar Geeraards-
bergen overvliegen. Mijne vrouw zaliger had
de loffelijke gewoonte, 's Winters, de vogelt
jes eten te geven. (Vrouwenteergevoeligheid,
die de mannen ontbreekt, 'tgeen bun niet tofc
eere spreektDe gezellin mijns levens ont
viel mij schielijk, op 22 Januari laatstleden,
en daags na de begrafenis, uit mijn ledig
huisje gedreven in den hof, scheen mij alles
somber en droef. Ik zag nochtans talrijke
vogelen in de bijtende koude, bitterend te
treuren zilten op de takken der bladerlooze
Women. Ik begreep... die vogels wachtten,
helaas te vergeefs, naar hunne weldoenster,
wier genegenheid en liefde ik ook voortaan
zal derven. Een traan ontrolde mijne oogen.
Medelijden en genegenheid voelde ik voor
die vogeltjes, deelgenooten van mijn leed,
en, met bevende hand, strooide ik, kort na
dien, kruimels brood aan mijne gevleugelde
vrienden uit. Van dien dag af, gaf ik de
vogelen te eten, en. vóór mij op weg te zeilen
naar Aerika, sprak ik lot de meid Geef. ge
durende mijne afwezigheid, aan de arme
menschen hun godsdeel en aan de vogels hun
nen nooddruftdit ter gedachtenis van haar
die zelfs geen vogeltje zien lijden kon en wier
gezondheid schipbreuk leed onder den drang
eener te groote menschlievendheid.
14 Maart 1911.
Zwarte pot en vliegende visschen
Wij naderen de lijn van den evenaar.
Zwarte wolken belemmeren bet zicht het
regent bij poozen. De matrozen noemen die
streek Pot au noir Zicarte Pot. Waarlijk
de zee beeft hier zwarte strepen en men mag
zeggen dat, voor de oogen als een rouwfloers
gespannen is
De oceaan heeft den indruk van een wei-
gerold zaailand, om plotseling, door eenen
rukwind in Éeweging* gebracht, te gelijken
ann't gólvencPgraan van den korenakker.
Ons'schip is natuurlijk onderworpen aan
de grillen vah den Oceaan. Wanneer het
zonder; tegenkanting van wind of stroom
vooruitgaat, dan is het watergedruisch een
tonig en twee' witie moustachen van schui
mend water vallen neder aan beide zijkanten
van den voorsteven (proue). Wordt bet door
wind of stroom heen en weder geslingerd,
dan doorploegt bet de zee, eens rechts, dan
eens links, en stuurboord en bakboord wor
den, afwisselend, hoogte en afgrond.
In vollen Oceaan kunt ge den waterspiegel
aanschouwen als een onmeetbaren cirkel, die
de projectielijn van het schip als koorde
heeft. Daar kunnen wiskundigen over droo-
men, maar ik schrijf voor mijne vrienden,
die meer lust hebben naar pittiger dino-en.
Als merkwaardig verschijnsel van den vol
len Oceaan ontmoeten we benden vliegende
visschen. Dat zijn witte cadeitjes, zoo groot
als haringen, wier zwem tuigen, ware vleu
gels, krachtig genoeg zijn om die zonderlinge
schepsels toe te laten eenige meiers boven
't water te vliegen, om dan rap en gauw
terug visch te worden.
De vliegende visschen zijn met de haaien
(requins) de eigenaardigheid van de eve-
naarslijn en kregen wellicht van Godsvoor
zienigheid hunne vleugels om de alverslin-
dende haaien te ontvluchten.
15 Maart 1911.
Een eigenaardige regenboog
Vandaag, beste vrienden, kregen we
eenen regenboog te zien. Hij verscheen niet
in de wolken, gelijk op 't vaste land, maar
wel op het water zelf. Die verschijning ge
schiedde, daar wij, toeschouwers, de zon
achter den rug hadden en het zonnelicht zijn
kleuren, vóór ons schip, op de walerprismen
verdeelde.
21 Maart 1911.
Drij seizoenen op een goed veertien dagen
Men kan onze reis naar Zuid-Afrika in
drie woorden samenvatten Winier-Zomer
en Lenteweder. Inderdaad, wij zijn op 4en
Maart te Southampton met. winterkle°d«ren
vertrokken we deden iederen dag rond de
350 zeemijlen (berg op) derwaarts den eve
naar, om op 13 Maart, de lijn over te varen,
in volle heete, en dan (berg af) de rechtneer-
vallende zon ontvluchtende, verlieten we
stilaan onze Zomersche Afrikaanscbe kleedij,
om ten slotte, op 21 Maart, met Europee-
sche plunje, in Kaapstad te ontschepen.
Na het werkeloos zeeleven staat or ons,
voor een achttal dagen, eene schokkende
reis per spoorbaan to.wachten. Dag en nacht
bijna zonder tusschenpoos, zullen we stoo-
men door Kaapkolonie, OranjeTransvaal
en Rhodesialot bij ons in Kongo. Daar le
ven we vrij en zorgeloos lijk Bohemers bij
dag gaan we vooruit per Adamstrein, 's nachts
rusten we in tenten.
Ik verhoop aan mijn trouwe lezers zaak
rijker brieven te kunnen schrijven, daar ik
meer ga te zien krijgen dan op 't water, zal
ik ook meer kunnen vertellen.
CoNGOTROTTER.