'T EEN EN 'T
6e Reeks lirieven van
M. Vincent Dieriex
Brusselsclie Briefwisseling
Q
O
C3r X3 T Jr-k~ 313
Dramatische poging tot ontsnapping
in het Ministerie van Landbouw.
Dubbele moordpoging te Brussel
Zeventiende jaargang nr 280.
•2 CENTIEMEN HET NUMMER Zondag 3 en Slaandag 4 December 19if
ABONNEMENTEN!
Zes maanden 4 franken, Een jaar 8 franken.
Inschrijving in alle postbureelen van liet land.
EERSTE UITGAAF, 4 uren 's avonds. ijf 4»
TWEEDE UITGAAF, 7 uren 's avonds.
EUREELENi
TE BRUSSEL j TE AALST
728, Steenweg van Waterïoof 728. I 9, Kerkstraat,
Telefoon 114
BestuurderJ. 1 'an Nuffel-De Qendt.
AANKONDIGINGEN j
KI. aanfc. (1 toUU. reg.) fr. O.GO
3e bladz. (de regel) lr. 0,50
4e biadz. (de regel) Ir. 0,30
Financ. aankon, (per regel) fr. 2,00
Reldamen (per regel) fr. 1.03
Gemengd nieuws (per regel) fr. 2,03
Recht, hers teil. (per regel) fr. 2,00
Overlijden (per regel) Ir. 2,00
Na al die redevoeringen voor en
tegen den heer minister van Oorlog
waren we benieuwd geworden, wat
onze volksgezinde hoofdminister zou
mededeelen. Zeggen wij maar vooraf
dat hij de tegenstrevers letterlijk uit
hun lood hééft geslagen.
M. Leon Huysmans, liberaal, ver
klaarde in volle ICamer, dat, moest
liet van hem afhangen, hij minister de
Broqueville een prijs zou toekennen
voor zijne Fransche redevoering. Het
moet z'jn dat die redevoering, overtui
gend, dus waarheidsinhoudend was,
zoo niet, zou een tegenstrever zoo niet
spreken. De minister heeft de tegen
partij op eene bevallige, op eene be
hendige wijze geroskamd. Ik geloof
dat de heeren Troclet en Monville de
zaak niet meer zouden beginnen, moes
ten zij liet kunnen herpakken. Doch
dit was te voorzien. Menscheu die niet
vast in do schoenen staan, zouden zoo
moedig de interpellatie niet hebben
aangenomen; en zelf vóór de interpel-
leerders den toestand hebben blootge
legd.
Komen wij echter terug tot de rede
van den beer kabinetsoverste van Don
derdag. 30 November. In Engeland
begon hij is het zelfde schouwspel
bij te wonen als bij ons Lord Berres-
fond trachtte over eenige dagen te be
wijzen dat de Engelsche vloot alles
ontbrak en tegen geen enkelen aanval
bestand wasDat is hetzelfde niet
als in België, onderbrak M. Hymans.
Inderdaad, wedervoer onze <- pre
mier. De Engelsche oppositie heeft
al de uitgaven gestemd die door de
rogeering gevraagd werden ze wilde
zelfs de regeering tot grootere uilga
ven dwingen.
In België hoeft de oppositie hoege
naamd niets willen geven. Gij hebt
niets gevraagd, merkt M. Monville
aan. Dat is niet zoo, zegt M. Hymans,
wij hebben alles gestemd wat noodig
was. Rijmt de gezegdens van heeren
Monville en Hymans nu maar aaneen.
De eene spreekt den anderen tegen.
M. de Broqueville zet ze nochtans
alle bei op hunne plaats. Herhaalde
lijk verwierp de oppositie al de kredie
ten die wij aanvroegen voor de herin
richting der artillerie, alsook voor de
bewapening van onze forten en van de
vesting van Antwerpen. Zij weigerde
de kredieten te stemmen voor den v:a-
gendienst van het leger.
Ik bén tegen het voorgestelde on
derzoek, maar ik ben bereid een on
derzoek aan te nemen dat ons zal uit
wijzen hoeveel houwitsers en patronen
wij zouden hebben gehad, zou wij had
den moeten voortgaan met hetgone de
oppositie ons wilde toestaan
De verdediging van generaal Hellebaut.
De heer kabinetsoverste bespreekt
nu de houding van den minister van
Oorlog. Ilad de beer minister de artil
lerie niet beter toegerust, de Kamer
zou hem niets te verwijten hebben. Nu
echter wordt hij voor de vierschaar
gebracht, omdat bij uil eigen bewe
ging', meer heeft gedaan dan hem was
opgelegd.
De verdediging van de Regeering.
Ik heb gaat bet kabinetsboofd
voort al de maatregelen genomen
ten-einde mijne verantwoordelijkheidte
dekken. Daarom is bet onderzoek dat
ge vraagt, een ongehoorde eisch. Wij
hebben de waakzaamheid lol het uiter
ste gedreven, en de oppositie die ons,
wagens, ammunitie, kanonballen, kor
tom, alles weigerde, is voorwaar niet
gerechtigd ons rekenschap te vragen.
Het onderzoek ware daarbij een
jammerlijke maatregel in een interna
tionaal opzicht wij mogen niét too-
nen, langs welken kant wij onze
meeste voorzorgen hadden genomen.
Daarbij nog, dat onderzoek ware
van aard om orde en tucht in hel leger
te schaden.
Onze maatregelen werden genomen
in gemeen overleg met de legerhoof
den, en men wil hen aanranden, dat is
voorzekeroen erg govaar voorde tucht.
Bovendien, wat kan eene Kamer-
kommissie hierin uitrichten M. Van-
dervelde heeft de leden ervan vroeger
nog kamer-krijgskundigen genoemd.
De minister van Oorlog heeft de vraag
stukken van technischen aard mot on
betwistbare bevoegdheid en onbetwij
felbare stukken behandeld.
Waarom Pd. Hellebaut minister bleef.
Bij het ontslag van M. Schollaert,
wilde M. Hellebaut ook demissionee-
ren.
Hij verlangde rust, waarop hij recht
had. Hij had de wervingswet her
vormd, de bewapening van de Ant-
werpsche vesting doen stemmen, en
de artillerie zoodanig ingericht, dat ze
thans het beste materieel bezit van de
gansche icereld. Hij heeft aan de be
staande artillerie een zeker getal vuur
monden toegevoegd en onmiddelijk het
gebruik ervan aanbevolen.
Hij mocht dus met recht rust ver
langen, te meer dat hij dacht in ons
den noodigen steun niet te vinden. Ik
beloofde hem ten 1°) een ontwerp
neer te leggen betreffende het pensioen
der officieren ten 2°) eene degelijke
inrichting te geven aan onze ver
sterkte plaatsen de best mogelijke
uitrusting on voorraadsbezorging voor
bet leger onder de nieuwe wijze van
werving.
Dit gebeurde op 6 en 20 Juni, dus
lang vóór de gebeurtenissen van Ma
rokko. Zoo kwam hel dat do lontpijp
jes in Maart, in Mei en in Juli... dus
vóór de crisis, besteld waren.Dit over
reedde den heer Hellebaut om te.
blijven.
Na lievig verzet te hebben aange-
teekend tegen den onvaderlandschen
veldtocht van zekere oppositiebladen,
de jammerlijke mobiel making van
1870, onder Frère Orban, te hebben
herinnerd, het verschil aangewezen
lusschcn hel platte België en het hooge
Zwitserland, den veldtocht van 1814
aangehaald, waarin 70000 soldaten
aan een millioen krijgers weerstond
boden, sluit de kabinetsoverste met de
stellige verklaring, dat België nooit
zooveel proviand en schietvoorraad had
bezeten als thans, dat de Maasforten,
die van eerste gehalte zijn, hel uitslui
tend werk zijn der katholieken, en dat
de regeering besloten is al te doen
wat maar eenigszins mogelijk is om
het land allerbest tc verdedigen.
Herhaalde malen werd het hoofd
der regeering door de gansche rech
terzij toegejuicht. Bij het sluiten brengt
de geheele meerderheid hem eene
geestdriftige ovatie. Wij sluiten ons
aan bij de welverdiende hulde en luide
roepen wij onzen premier toe
EE BE AAN DE BROQUEVILLE
Oe bevolkesig wan ceaige
Europeesche Sfaie?a» Bulgarië
4 millioen; Denemarken 2 millioen 700,000;
Griekenland 2.600.000 Noorwegen 2 mil
lioen 370.000 Bolland 5.800.000 P >rlu-
gal 5,400.000 Rumenië 6.000.000 Servië
2.800.000 Zweden 5.500.000; Zwitserland
3.700.000 Duitschland 65 millioen; Frank
rijk 39 millioen België 7.500.000.
0e begrooting wan c3e natio-
naSe werdediBgis?g wan die lan
den*Bulgarië 30.700.000 fr. Dene
marken 38.200.000 fr.; Griekenland 35 mil
lioen 100.000 fr. Noorwegen 26.100.000
fr. Holland 15.300.000 fr. Servië 26 mil
lioen 600.000 fr. Zweden 114.200.000 fr.;
Zwitserland 14.000.000 fr. Duitschland
1.529.000.000 fr.Frankrijk 1.247.700.000
fr. België 100.000.000 fr,
Dat komt per hoofd e De Bul
gaar 9.93 fr. do Deen 14,J9 fr. de Griek
13.05 fr. de Noor 11 fr. de Hollander
17,92 fr. de Portugees 11,03 fr. de Rou-
meen 10 fr. de Serviër 9.50 fr. de Zweed
20.85 fr. de Zwitser 11,90 fr. de Duit-
scher 23,52 fr. de Franschman 31,99 fr.
do Belg 13,33 fr.
Meevee! soldaten in vredes
tijd,' hoaveel in oorEcgsiijd
Bulgarië 63,000 en 380,000 Denemarken
12.00C en 150.000 Griekenland 25.500 en
298.000 Noorwegen 9.000 en 110.000
Holland 29.000 en 171.000; Portugal, in
vredestijd niet gekend, in oorlogstijd 258
duizend Rumenië 43.200 en 290.000 Ser
vië 30.000 en 250.000 Zweden 39.500 en
510.C00 Zwitserland, in vredestijd onge
kend,. in oorlogstijd 484.000Duitschland
030.800 en 9.710.000 Frankrijk 637.000
en 4.556:000-; België 12.800 en 180.000.
Efö. Petrus Daens, wolkswer-
tegenwaordigepvan Aalst,op
reis aiaar Congo. Wij vernemen
uit de beste bron dat M.Petrus Daens heslist
heeft nog vóór dc kiezing van 1912 op reis
te gaan naar den Congo.
Gausch hot land door is het geweten hoe
M.Daens in 1908;zijne herkiezing heeft doen
gelukken, dank aan het oxploiteeren der
Gongokwestie.Men herinnert zich overal nog
hoe hij door zijne meetingen over den Congo,
do volkeren deed ijzen en schrikken, en dc
kiezers bevend en sidderend voor de nacht
merrie van den Congo naar do stembus deed
gaan. Men sprak met M. Daens over niets
dan over arme kinderkous die vermoord
wierden, over zwakke wiegelingskens door
boord met de vergiftige pijlen der zwarten,
over soldalen dio in kip kap gemalen wier
den door wreede negers met lange slagtan
den, over pest en cholera die uit het zwarte
land naar ons gingen overkomen, over slach
terijen, over moorderijen, over menschen-
elorijen.
Tot hiertoe wierd er niets bewaarheid van
M. Daens' voorzeggingenAlles loopt rustig
en vreedzaam af in den Congo, zooals het
klaar en treffend beschreven is in do merk
waardige brieven van M. Vincent Dieriex,
in de Volksstem zelf.
M. Daens wil nochtans in 1912 aan het
kiezerskorps de bewijzen leveren van al de
schrikkelijke tooneelen die hij beschreven
heefthij wil als een eerlijk politiek man
doorgaan, en hij wil niet uitgefloten worden
als een volksbedrieger.
Daarom gaat hij op studiereis naar den
Congo, ten einde in 1912 aan de kiezers de
waarheid te bevestigen en do bewijzen lo
geven over de menscbeneterij van blanke
kinderen en over de soldaten slachterijen die
in den Congo gebeuren.
Al do kiezers van het Land van Aalst zijn
natuurlijk nieuwsgierig om den afloop en
den uitslag van die reis te vernemen, en
wachten ongeduldig M. P. Daens af op zijne
kiesrondo om hem daarover te ondervragen.
Ifreeselijk drama van het bijgeloof
Te Almeria, Spanje, zijn voor het assisen
hof, de debatten begonnen van eene vreese-
lijke misdaad, welke aan hel bijgeloof moet
toegeschreven worden. De Spaansche boeren
zijn thans nog zoo bijgeloovig als een tiental
ecuwen geleden.
Te Gador was de landbouwer Francisco
Ortega Rodriguez erg ziek. Twee kwakzal
vers maakten hem wijs, dat hij niet kon ge
nezen, indien er geen kind geslachtofferd
werd.
Eene gehuwde vrouw, Augusta Rodriguez
on een man, Francisco Leone, verhonden
zich omhel kind te leveren, mits dc betaling
eener som van 750 pesetas.
De echtgenooten Ortega Rodriguez aan
vaardden den koop. Zij verkochten hunne
geiten om do 750 pesetas bijeen te krijgen.
De twee schakers gelukten or in een ldnd
op te lichten, en de arme kleine werd ge
slacht en op ijselijke wijze verminkt,
Toen de 750 pesetas tusschen do twee
schakers moest verdeeld worden, vond de
vrouw dat zij niet genoeg lcreqg.
Zij ging dc zaak bij het gerecht aanklagen,
dat een onderzoek deed en al degenen die
in de gruwelijke zaak een aandeel hadden
genomen, deed aanhouden.
Een der gendarmen had hem echter be
merkt en niets dan zijn plicht kennende, ach
tervolgde hij hem op de loopplank. Hij
greep den vluchteling vast en wilde hem
terug in hel rijtuig doen plaats nemen, doch
de kerel verdedigde zich.
Een akelige strijd ving nu aan, op het
smalle plankje, terwijl de trein met eene
snelheid van negentig kilometers per uur
reed.
Hetgeen noodzakelijk moest gebeuren,
deed zich voor. De gendarm en de gevangene
rolden van do plank.
De gendarm werd op den slag gedood. De
vluchteling werd erg gekwetst en gelukte
er in zich tot in eene naburige woning te
slepen, doch daar kon hij niet verder meer
en hij werd terug aangehouden en onder
goed geleide naar het gevang teruggevoerd.
Een genaamde Lalanne. aangehouden we
gens belangrijke ontvreemdingen, moest van
Parijs naar Bordeaux overgebracht worden.
Hij nam met twee gendarmen plaats in een
express trein.
Onderwege vroeg hij om aan eene natuur
lijke behoefte te mogen gaan voldoen. Hij
begaf zich naar het gemakhuisje en gelukte
er in de deur langs binnen te sluiten. Dan
brak hij de ruit, kroop door de opening en
bevond zich weldra op de voettrede van den
wagon.
De heer minister Van de Vvvere komt ver
scheidene hervormingen in zijn departement
in le voeren, welke met vreugde door zijn
personeel zullen begroet worden, en welke
zijne vaderlijke zorg voor zijne onderhoorigen
bewijst.
Zijn personeel werd tot heden beheerd
door 3 verschillige reglementen de dienst
van Bruggen en Wegen, de dienst van Land
bouw, en het Algemeen Sekretariaat. De
Bruggen en Wegen hebben een eigen regle
ment dat van den Landbouw dagteelcent
van 1889, later eenigzins gewijzigd toen het
hij het ministerie van Binnenlandsche Zaken
werd aangesloten op het Algemeen Sekre
tariaat, paste men. volgens de omstandig
heden. het reglement van de Financeo toe.
Daarin heeft heer Van de Vvvere nu, be
grijpelijkerwijze eenheid en methode in ge
bracht. met deii breedsten geest van welwil
lendheid, door uit de verschillige reglementen
de gunstigste schikkingen te nemen.
Niemand zal er bij verliezen. Integendeel
zal de toestand van velen, vooral der min
deren, erdoor verbeteren.
gewezen-volksvertegenwoordiger, reizende in Kongo
XL.
30 Oogst 1911.
Voorbij de Black-rivier Brand aan
boord Eiland Bamou
De kusten, zoowel deze van den Franschen
als van den Belgischen Kongo, bobben een
bevallig voorkomen. In het verschiet hebben
we bergketens, die op gelnkkigo wijze den
gezichteinder als met kantwerk afzetten.
Sommige plaatsen moeten voor Zwitserland
niet onderdoen. Do bergtoppen zijn ontelbaar
en verwekken, voor vorm en kleur, schilder
achtige landschappen waar zonnelicht en
schaduwen zich afwisselen en heuvelen en
valeion net afleekenen.
We komen nu aan de Black-rivier. In
t Vlaamsch de zwarte rivier. Do waters,
door dezen zonderlingen vloed, in den Kon-
gostroom gelost, zijn inderdaad zwart on
scheiden zich af van de zuivere Kongowaters.
Een nette post der Compagnie Améri-
camc A. G. C., aan den mond der Black-
rivier gelegen, heeft een wit vaandel in den
top van zijnen mast. 't Geen zeggen wil dat
de. voorbijvarende schepen den koerier moe
ien nemen. Ons schip schuifelt viermaal en
zoo laat do kapitein weten komt afgeva
ren met uw schuit, ik ga stilstand hevelen
Eene prauw komt dan uit de verte en, na
een halve huur wachtcns, bereikt zo ons
schip onze kapitein ongeduldig, roept
Geeft rap en gauw uwe brieven af We
hebben geene brieven -•« antwoorden de zwar
ten we komen zien of go geen nieuws hebt
voor de Compagnie Américaine. Ge ziet
van achter uwe sloof bel wezen van onzen
kapitein, die al de moeite gaat hebben om
vandaag nog te Kinshassa aan te komen.
Het schuit moest rap zijn om uit don stroom
van ons schip te geraken
De Kongostroom is voor het oogenblik
zoo onstuimig als een gewone zee de door
tocht is moeilijk en dat wordt hieraan toege
schreven dat de rivitr juist gelegen is van
Noord naar Zuid en zoo tegen cencn eeuwi
gen wind testrijden heeft. We varen stroom
af, tegen wind on haren zoo hoog zijn de
baren dat ze tot op het dek slaan cn het red
dingsclub l bij poozen opheffen.
Gisteren avond, rond 7 1/2 uren, hebben
we brand aan boord gehad! 't Avondmaal
was nog niet opgediend, we wachten lot dat
het schip aan zijn eiudepunt zou komen
't geen geen tien minulon ging duren. De
reizigers waren rond het licht vergaderd en
vroolijk aan 't praten, toen de dame van den
protestanschen dominee buiten adem kwam
aangeloopen en haar kind aan haren man
overgevende, kon ze nauwelijks nog uitroe
pen Brand Brand Wo sprongen recht,
liepen naar den voorkant van 'l schip en
zagen eene rookwolk uit het trapgat opstijgen
maar we bemerkten ook dat de zwarten, die,
gelijk de duivels, zoomen zegt, hel branden
gewoon zijn, in vollen rook aan 't blussehen
waren. 'I Vuur was rap overwonnen en
't verlies bepaalde zich aan eenige voorwer
pen die de zwarte passagiers lo dicht hij dn
ijzeren schouw van den stoomketel geplaatst
hadden.
Met al die tegenslagen konden we maar
aan het eiland Banna geraken om er te ver
nachten. Dicht geslolene bosschen bedekken
den bodem van dit eiland. Wo hebben nog
eens getracht in eenen Kongohosch te drin
gen maar le vergeefs men moet zicht te
vreden houden met do voet wegen der inboor
lingen te volgen om in het bosch te dringen
moet men vooruit gaan met eene bijl in do
hand en dan komt men alle vier of vijf slap
pen waterplassen cn moerassen tegen waar
bot struikgewas nog meer door een geweven
is. In die bosschen is hel een wam planten-
slrijd, de eene plant overgroeit de andere en
wordt ten slotte door lianen verwurgd.
Op het eiland Bamou is er een post voor
veekweek, dio toebehoort aan de maatschap
pij A. B. G. Reeds over do zes honderd
koeien maken den rijken veestapel uit. die
weldra zal toelaten beesten te slachten. De
maatschappij Alimentation clu Bas Congo
heeft onder andere een hotel te KinshassaM
waar we morgen zullen afstappen.
Kqngotrotter.
Vrijdag morgend was een genaamde Jan
Van den Reen zeer gevaarlijke kerel,
wonende Wauthierstraat, te Laken, uil het
gevang van Sint-Gillis, waar hij eene straf
van 7 maand gevang had uitgeboet,ontslagen
geworden.
Hij hadeenig geld en zijn vader ontmoet
hebbende, gingen zij samen op zwier.
Rond 10 ure 's avonds landden zij aan in
eene herberg der Groendreef. De patroon
weigerde hen echter drank to geven, daar
zij reeds erg bedronken waren. Van derR...,
daarover woedend, wilde het herborggcrief
aan stukken slaan, en men was verplicht
hem buiten te steken.
Van der R...., ging niet weg, en bleef op
don dorpel der herberg slaan, roepende dat
hij do eerste die huilen kwam zou gedood
hebben. I)e broeder van den herbergier wilde
eens zien of de dronkaard reeds weg was, en
trok de deur open. Op hetzelfde oogenhlik
bracht de kerel hem een geweldigen steek in
de horst toe. Hot slachtoffer moest erg ge
kwetst naar zijne woning overgebracht wor
den.
De moordenaar nam de vlucht, achter
volgd door talrijke personen. Zekere Ver-
schaeven was aan do Werkhuizen er in
gelukt hem in te halen en wilde hem vast
grijpen. doch do moordenaar bracht hem een
geweldigen messteek in het gelaat toe.
Eenige slappen verder kon Van derR....,
eindelijk omsingeld en gevat worden. Nadat
men hem ontwapend had, werd hij door de
verwoede menigte geducht afgeranseld. De
kerel weigerde dan nog lo gaan en men
moest hem letterlijk naar het policiebureel
slepen. Hij is ter beschikking van het parket
opgesloten.
Uit Brussel wordt ons volgend schrijven
toegezonden
Zaterdag, 2 December 1911.
Zondag om 2 ure was hel in St Michel en
Sinlo Gudula Te Deum ter gelegenheid
van St Albert. Al de overheden bezetten het
koor der kerk. Het diplomatisch korps met
den pauselijken noncius aan T hoofd, de
ministers, dc Staatsministers Beernaert en
Woeste, do volksvertegenwoordigers cn
senators, het Verbrekings- het Beroeps- en
het Rekenhof, allen in olliciëele kleed ij.
Een Irompettengeschal der ruiterij kon
digt de komst aan van 't Hof. De Deken,
omringd van zijne geestelijkheid, ontvangt
de koningin, den prins Leopold en de gravin
van Vlaanderen aan den ingang der kerk.
Hij wenscht hun welkom en biedt hun wij
water aan.
Het orkest van het conservatorium voert
bet Te Deum uit, begeleid door de parochiale
Kapel. Na de plechtigheid, verlaat do ko
ninklijke familie de kerk, voorafgegaan der
priesters cn onder het spelen van den Bra-
baneonne. Altijd indrukmakende plechtig
heid, die steeds eene enorme menigte te za-
men brengt in de hoofdkerk.
Prins Pierre de Caraman Chimay, buiten
gewone gezant en gevolmachtigde minister,
.zoon van onzen oud-minislor van Buitenland-