'T EEN EN 'T ANDER T Reeks brieven van i. Vincent Dieriex Erge aanslag te Scliaarkek. Ge kandidatuur van M, Woeste Een drama ineen cinema te Berlijn. Zeventiende jaargang nr 300. Donderdag 28 December 1911 BestuurderJ. Van Nuffel-De Qendt. X3 CS- 3E3 T T~> STARKADD Vitriooldrama te Elsene. Drie personen erg getroffen. gewezen-volksvertegenwoordiger, reizende in Kongo M. Mélot en ile zetel van M. Woeste ii ABONNEMENTEN: Zes maanden 4 franken. Een jaar 8 franken. Inschrijving in alle poslbureelen van het land. EERSTE UITGAAF, 4 uren 's avonds. 4|:- 4® TWEEDE UITGAAF, 7 uren 's avonds. 2 CENTIEMEN HET NUMMER BUREELEN TE BRUSSEL j TEfifiLST 728) Steenweg van Waterloo) 728. KZerlcstraat, &g Telefoon 114 AANKONDIGINGEN KI. aank. (1 tot 4 kl. reg.) fr. 0,60 3® biadz. (de regel) fr. 0,50 4* bladz. (de regel) fr. -0,30 Financ. aankon, (per regel) fr. 2,00 Reklamen (per regel) fr. 1.00 Gemengd nieuws (per regel) fr. 2,00 Recht, herstelt, (per regel) fr. 2,00 Overlijden (per regel) fr. 2,00 Al wat de klok slaat, is volksver heffing, volksveredeling, volksopbeu ring, volksontwikkeling; voorwaar een schoon, heilzaam, voortreffelijk ver schijnsel in onzen roemvollen volks stam. Doch is dc algemeene ontwaking in al onze gewesten sterk-op wellend, machtig-ophruischénd, waar te nemen, doch blijft het nog een feit, een droe vig feit, dat een grqot deel, het groot ste deel onzer bevolking nog weinig- vatbaar blijft voor edele gemoedsaan doeningen. voor prachtig uitgebeelde tafereelen Geeft een vat of eene ton bier ten beste, en velen, die anders niet naar vergaderingen te krijgen zijn, zullen nu van zelve komen opgedaagd niet dat wij zijn tegen het schenken van eene goede pinte bier, verre van daar, maar wat we moeilijk verteren kunnen, het is dat komen, enkel en alleen voor dien krijg, voor dat hier. Dat toch is niet waard geleefd door een menschenzielWat wij uit ons volk langzamerhand maar stelselmatig moe ten verwijderen, het is de overdreven heid naar zinnelijk genot, die overdre venheid in drank en sportzucht. Wij hebben over eenige dagen nogmaals 't schouwspel gadegeslagen. Een onzer landgmiooten deed mede aan de zes- dagenkoers van New-York wij eok, wij volgden den uitslag van den strijd, uit nieuwsgierigheid, toch niet uit drift, zotte, dwaze drilt. Wij zagen kinderen van elf jaar en nog jonger, koortsachtig naar de bladen grijpen om den uitslag te kennen schier gansche dagen ring-aan-een werd er van anders niet gesproken. Hadde het toeval ge- ild dat onze landgenoot de koers had gewonnen, go zoudt eene betooging gezien hebben die mogelijk hare weer ga niet hadde gevonden. En nochtans in wat bestaat de grootheid in het be trappen van een rijwiel De mensch is toch maar groot als mênsch door zijn verstand, door zijn vernuft, en hoofdzakelijk door het hart. W at grootheid is er toch gelegen in uren aaneen u af te tobben een work te verrichten van liehaamlijke afmat ting en totale uitputting,zooals eertijds de slaven vechten moesten in het oude Rome, in het Capitoleum en het Am phitheater der Romeinsehe Keizers, om de grooten en machtiger^ te be hagen, en verstrooiing en plezier te brengen; thansechter rijdt of sport men niet meer, uit dwang, op bevel van koningen of keizers, maar men mat zich af, men doet werk dat aan dieren niet zou toegelaten worden te doen, om door die onmenschelijke afbeulin gen eenige honderd duizenden franken te winnen. Het is dus heel en al per soonlijk, baatzuchtig, eigen-belangheb bend werk, geen tastend en blijvend voordeel brengend aan het volk noch aan het land wij vragen ons dusvol- gens af Waarom aan zulke zaken zulke ongepaste, ongerijmde, onbere deneerde eêr en roern geschonken. Daartegen hooren wij in ons Vlaan deren langs alle kanten onze dichters vol jeugd en gloed en schoonheid ons volk bezingen en begeesteren we zien onze schilders de schoonste kleuren van ons zoo diep geschakeerd volksle ven in wondervolle tonen op doek en linnen neerpenseelen wij hooren onze toonkunstenaars in overweldigende akkoorden het lief en leed, het vrome en wee, liet zijn en 'i worden van ons eigen zelve in ons volk, uitbazuinen. Wie zijn ze die sclioone dichters, die mooie schilders, die machtige zan gers, zij die geheel ons leven met zoo veel schoons en goeds en edels en ge- lukkigs overgietenwaar zijn ze, waar blijven ze, wie kent ze Wie En nochtans ze zijn velen, ze zijn talrijk in al de streken van ons sierlijke, be vallige land en toch zij vinden dikwijls, o zoo dikwijls, zoo weinig steun en aanmoediging. En is het niet onze plicht, als levendmakende eenheid van onzen stam, het onze bij te dragen tot hulp en uitbreiding van het ware ont wikkelingsleven, van het echte bescha vingselement. Steeds zullen wij ongebonden en onvoorwaardelijk die personen en die werken volmondig en geestdriftig goedkeuren die tot dit doel mede werken. Hoevelen van ons zijn er, die ooit hebben liooren spreken van Starkadd, het meesterstuk door een jongen Vla ming in 1S98 geschreven en van wien we sedertdien niets meer gehoord hebben, ondanks zijn zoo schitterend belovend talent Wie kont het stuk, waarvan hoogleeraar Sharpé van Leu ven getuigde en neerpende dat het mag aanzien worden als het eenige Vlaam- sche tooneelspel onzer dagen, en waar van wij zelve mogen, kunnen en moe ten bevestigen, dat we getrild hebben met al de Snaren van ons gemoed, ge trild, onweerstaanbaar en vol machti gen gloed, bij den waarlijk overheer- iijken balladezang Dit meesterwerk van den thans zwij genden Bard zal door eene schaar uitgekozen kunstenaars op den stads schouwburg van Aalst den 1° Zondag van Januari worden opgevoerd. Men doet passend en navolgenswaardig werk vreemde tooneelkunstenaars bij gelegenheid uit te noodigen, juist zoo als men anderszins vreemde sprekers en vreemde toondichters uitnoodigt. De kunst is algemeen, universeel, onbeperkt en onbegrensd, en nooit mag het geschieden, dat de kun stuiting van een volk in lokale grenzen zou wordefi opgesloten. De kunst moet zijn een brecde, machtig-golvende vloed, die geheel een land, geheel de maat schappij met zijne sappige en wel doende wateren bevruchtigten verrijkt. Wie zal zeggen of het niet is hij gemis aan den noodigen steun, dat do schepper van Starkadd moedeloos zijne pen heeft ter zijde gelegd, en dat die talentsmiskenning, dit schuldig te- kortdoen, de oorzaak niet is geweest, dat ons volk talrijke prachtige, eigen taalsche, eigen zeedschetooneelstukken moet ontberen. Doen wij, vooral katholieke Vla mingen, wat minder aan overdreven sportuiting en schenken wij wat meer aandacht aan de kunst, in al hare ver scheidenheden en vertakkingen zoo zullen wij ons zelve, onze taal, ons volk en ons land ten beste en op eene blijvende wijze dienen Socialistische Vpijlieids- liefde. Ia 1907 werd in Grand Gonty de werkman Van Escotte door socialisten vermoord, omdat hij weigerde in hun gareel le loopen. Twee socialisten werden daarvoor door het Assisenhof veroordeeld. Dit jaar werd de werkman Dongé te Le Havre in Frankrijk om de zelfde redenen door socialisten afgemaakt... Overal willen zij heer en meester spelen en alle werk lieden moeten dansen zooals de roode men ners fluiten. 03 B°oo£3e leer. De Peuple heeft dit jaar nog geschreven hoe de socia listen zich moeten gedragen tegenover de niet socialistische werklieden. In de groeven en fabrieken moet de «gele» van kant worden gehouden. Het is noodig van hen zooveel mogelijk af te zonderen door duizende middelen waarover men in do w erkers wereld beschikt. De gele is een handdruk, een bijstand, een raad of welkdanige hulp onwaardig. Dat de gele, wanneer hij voor eene groote moeilijkheid staat, beroep gaat doen op de kerk. op den pastoor die hem van zijne plichten in het fabriek heeft doen afzien 011 dan zal hij zien of de man met den rok hem uitliet slecht laken zal kunnen trekken. Zelfs geene vereeniging in de café ook niet tijdens de eeluren, met dengene die gele wil spelen. Niets gemeens met de gelen en dit zal eindigen met lien te leeren nadenken. Ziedaar, o werklieden, de vrijheid der socialisten Ijs het land den venlichting. De Temps een der eerste anti-katho lieke bladen van Parijs schrijft over de offi cieel© statistieken van het getal ongeletter- den in 't Fransch leger Het is droef te moeten vaststellen dat 25 ten honderd van onzo soldaten ongelet terd zijn, of toch zoo goed als ongeletterd hij hunne komst onder do. vaandels. 345 per regiment gaan de lessen der lagere school volgen in 't leger, iets wat enorm is! Die onderwijzers worden leerlingen-officier, van af den dag- hunner inlijving. Ze worden naar Joinville gezonden waar men er onderluite nanten van de reserve van maakt. Zoohaast ze vrij zijn, zullen deze onderwijzers, jonge onder-luitenanten, in' hunne stad of hun kan ton, deel maken van eenige maatschappij van militaire voorbereiding en zij zullen de toekomstige soldaten voorbereiden. Alzoo, door eene zonderlinge overzetting 'van be dieningen, zijn liet de officieren die het lezen gaan onderwijzen en het zijn do onderwijzers die het handteeren dor wapens bevelen. Zooals ge ziet, in Frankrijk is van alles te leeren, maar veel dat niet deugt Oh Oe fiere liberale Sicam- bers. In eender laatste zittingen der Kamers ging het over de vrijheid van den arbeider. De socialisten kloegen een patroon aan van Namon en de maatschappij Gocke rill. waarvan de patroons liberaal zijn. Bij Gockerill waren er 26 werklieden (so cialisten) doorgezonden. De socialisten kloe gen al de patroons aaii. Do katholieken ver dedigden 'het recht én van den patroon én van don arbeider. Weet ge wat de liberalen deden Ze gin gen allemaal uit de Kamers loopen 2 enkel bleven op hunne plaats. Doch gedwongen terug te komen, bulderden Ileeren Masson en Hymans op den patroon die katholiek is, maar wisten niets te zeggen op de liberale patroons van Gockerill. M. Masson voegde er zelfs bij dat de feiten van Gockerill, be twist werden. Zij zijn zoo danig betwist, dat gezel-Furnémont, in naam dor socialistische werklieden, den algemeenen bestuurder van Gockerill rechtstreeks voor liet gerecht heeft- gedaagd, om aanslag te bobben gepleegd tegen de vrijheid van vereeniging. Ziet ze daar nu staan, de fiere liberale Sicambers Een tienjarig meisje erg mishandeld. Gisteren avond rond 6 ure, kwam het lOjarig dochtertje der echtgenooten X..., wonendq^ieven Gezellenstraat, door de Hen drik Choméstraat, toen het achter het kerk hof van Schaarbeek aangesproken werd, doqr een kerel, vergezeld van een grooten hond. De schurk .beloofde aan het kind een half franksken, indien het met hem wilde mede gaan. De arme kleine liet zich overhalen en de laffe kerel gelukte er in haar in do velden te krijgen, waar hij haar ten gronde wierp en vrecselijk mishandelde. Zijne lage schurkenstreek gepleegd, nam do ellendeling de vlucht Het slachtoffer, dat erg gekwetst was,riep om hulp, en een voorbijganger bracht het kind naar het policiebureel der Daillyplaats. Tweepolicieagenten,vergezeld door hunne speurhonden, werden onmiddelijk uitgezon den, om den schurk op te sporen, doch alle hunne opzoekingen bleven tot hiertoe vruch teloos. I-Iet signalement van den ellendeling is evenwel gekend, en men loopt hem weldra in handen te krijgen. Ongeveer tweo jaar geleden, was een plafoneerdersgast, Paul Heerinckx, thans 23 jaar oud, in het huwelijk getreden met een meisje van zijnen ouderdom, Eliza D... Do jeugdige echtgenooten kwamen niet lang overeen, en na ten jaar huwelijk, scheidden zij van elkander. De man ging eene kamer betrekken op den Boendaalsteenweg, le Elsene, terwijl de jonge vrouw eene kamer huurde in de Bel- vederestraat, en daar met haar kindje, pas twee maanden oud, ging wonen. In do laatste dagen vernam Eliza D..., dat haar man betrekkingen had aangeknoopt met een meisje, dat in hetzelfde huis als hij vor- hleef. De verlatene echtgenoote besloot zich te wreken. Gisteren avond rond half negen, ging zij post vatton in den omtrek der woning van haren echtgenoot. Weldra zag zij hem aan komen, met zijne minnares aan den arm. Eliza D..., kon hen ongemerkt naderen en slingerde hen eensklaps den inhoud eenor las vitriool in het aangezicht. Beiden wer den erg getroffen en verbrand aan het ge laat, de aimen en de horst. Een lOjarig meisje, de kleine Eliza Lievens, wonende in de buurt, werd ook erg aan de handen ver brand. Op het hulpgeroep der slachtoffers kwam een policieagent toegeloopen, die deplichtigo vrouw aanhield en naar het policiebureel overbracht. Paul Heerinckx en zijne vriendin moesten inderhaast naar liet gasthuis overgebracht worden. De kleine Liovens werd te huis verzorgd. Eliza D..., is ter beschikking van den prok-ureur des Konings opgesloten. IX. 15 September 1911. Banana Banana is een schiereiland, gelegen tus- schen den Kongostroom en den Atlantischen Oceaan, 't Is hekend dat deze streek zeer heilzaam is voor zieken. Sedert twintig jaar is Banana de verblijfplaats van doktor Etienne, die er eenen sanatorium bestuurt, welke eenieders vertrouwen geniet. Banana is, langs den stroom, met zoet-water en, een paar honderd meters verder, met zeewater bespoeld. Op den hek van het schiereiland, staat hel «Hollandsch huis», 't is een mach tig handelshuis, eerder gevestigd dan de Onafhankelijke Kongostaat daardoor ge niet het eenen- bevoorrechten toestand. In de bijzonderste posten onzer kolonie zijn er hijhuizen dezer rijke firma. Schoone wandelingen, met ornementpal- men afgezet, verschaffen een aangenaam ver blijf villas, genees- en handelshuizen, sier lijke bloemhoven verrijken hot landschap. Ilct klimaat, gestalig aan den wind onder hevig, is eerder koud dan warm. Hel hooge tij overspoelt oen groot deel dezer streek, welke, hij laag water, gedeeltelijk met moe rassen bedekt is gelukkig dat de wind de geuren wegdrijft, zooniet zouden die modder poelen aanloiding geven tot besmetting. Banana bezit in zijne moerassen tweo bijzonderheden krabben en kruipende vis sollen. De krabben zijn zonderling om na te gaan. Elk dezer schuinsgaande dieren heeft zijn hol bij uwe aankomst zijn ze er allen in, maar blijft ge een oogenUik roerloos, dan komen ze te voorschijn. Ontmoeten ze eikan deren, aanstonds zijn ze aan 't vechten. Ze hebben maar een enkelen nijper maar in evenredigheid grooter dan deze onzer krab ben. Men ziet ook krabben met rosse voor- pooton, als ware ze reeds gekookt geweest. De kruipende visschen zijn oven zonderling en onaangenaam voor !t oog ze loven in 't water of op drogen grond ze gelijken de hagedissen (lazards) als lengte, dikte van lijf en bewegingen op hunne korte voorpooten kruipende, slijpen ze hun slijkachtig achter lijf, derwijze dat zo een spoor in 't zand laten. Zijn ze kruipdieren op strand, ze zijn visschen in 't water. Hun hobbelig lomp hoofd komt nog zonderlinger voor. Daar de oogen in geene holten staan maar wel op het uiteinde van twee beweegbare stokjes. Doch er bestaan hier ook bevallige dieren, onder andere de roisduiveri, welke vroeger den postdienst lusschen Banana en Boma deden. Do draadloozo telegraaf is onlangs in deze twee steden geplaatst, zoodat do belang rijkheid van don duivenposl: verminderd is. Vroeger was hij het snelste verkeermiddel tusschen den voorpost en do hoofdstad de brief werd in een kokertje gesloten en aan eenen vleugel vastgemaakt de duif deed de boodschap. Boma en Banana hadden elk hunne eigene duiven, die, bij middel der sloombooten, verwisseld worden. Moest de aankomst van eenen boot aan Boma gekon- digd worden, eene duif van Boma werd er jnede gelast en vloog in snelle vlucht naar haren nest. Dat gedurig over en weer vlie gen had de aandacht der roofvogels gewekt deze een dagelijksch voedsel op de luchtbaan der reisduiven vindende, verbleven gestalig in de streek, zoodat vole duiven, en dusvol- gens vele brieven, do prooi werden van de roovers. Men had schoon drij vior duiven met het zefde nieuws le laden, het kwam niet altijd te recht. Heden blijft men de ^duiven nog behouden als bijgevoegde dienst, voor 't geval van breuk aan electriek stelsel. Door de gedurige tegenwoordigheid der roofvogels verschrikt weigerden vroeger de duiven hun nen dienst te doen ze gingen in werksta king ze vlogen met hunne vracht rond den post en sliepen 's nachts op de hoornen, in plaats den weg in te slaan waar ze een ge wisse dood to gemoet gingen. De werkloos heid dor gevleugelde postboden zal voor ge volg hebben dat de roofvogels naar andere gewesten zullen gaan. Kongotrotter, Gisteren deelden wij mede wat de Bien Public verklaarde over de kandidatuur van M. Woeste. Thans laten wij den brief kennen dien de Metropole van Antwerpen ont vangt van haren briefwisselaar uit Namen. Vergadering der afgevaardigden in de Katholieke Associatie. De afgevaardigden van de katholieke Associatie van het arrondissement Namen zijn Zondag avond vergaderd geweest in den Katholieken Kring te Namen, met hot oog- op do aanstaande wetgevende kiezingen onder het voorzit tersschap van M. Jozef Sainlraint, burgemeester van de stad Namen en ondervoorzitter van de associatie, in af wezigheid van voorzitter M. A. Frapier, die eene zware ziekte heeft. De lieeren Barons de Mevius en de Giey, senators, Mélot en Petit, volksvertegenwoordigers, baron de Gaiffier en Goppeé, bestendige afgevaardig den, woonden do zitting bij. De vergadering was uiterst talrijk en zeer geestdriftig. Zij heeft M. de Broqueville, en de eenheid en de tucht der parlementaire rechterzij toegejuicht. Redevoeringen werden uitgesproken door lieeren de Mevius, Mélot, Sainlraint, Bribo- sia,. enz. en zeer toegejuicht. Iu zijne redovoering, heeft M. Mélot, zin spelend op het gerucht dat in omloop is ge weest en volgens hetwelk hij zijn zetel aan M. Woeste zou afslaan, gezegd, dat deza zetel hem niet toebehoorde, maar toebehoorde aan de afgevaardigden. Maar, heeft hij er hijgovoegd, ik ben den eerste om u to verklaren Jat, zoo de Aalster- sche katholieken de groote fout begingen zich af te scheiden van den dapperen strijder die M. Woeste is, het arrondissement Namen zich grootelijks zou vereeren aan den uitmunten den parlementsman eene kandidatuur aan te bieden. Deze verklaring van M. Mélot is begroet geworden door eene eindelooze én eensge zinde ovatie. Do XX0 Siècle deelt insgelijks het hierbovenstaande bericht mede. Vreeselijke poging tot zelfmoord "te Scliaartoeeir Mev. D., wonende Groenstraat, te Schaar beek, leefde sinds lang mot haren man in oneenigheid, tengevolge van het slecht ge drag van dezen laatste. Dikwijls hadden er twisten plaats en zulk leven moede, besloot de ongelukkige er een einde aan te stellen. Gisteren avond, terwijl haar man zich an dermaal in eene herberg bevond, overgoot zij hare kleederon met pelrool, en slak er dan het vuur aan. In een oogwenk leek do ongelukkige een toorts on weldra rolde zij stuiptrekkend ten gronde. Zij riep evenwel niet om hulp, vast beslo ten als zij was. haar ellendig leven te eint digen. De geburen, opmerkzaam gemaak- door den brandgeur, kwamen toegesneld on doofden de vlammen uit. Mov. D... had ech ter reeds gruwelijke brandwonden bekomen aan de horst, het hoofd en de armen. Zij werd in allërhaast naar het gasthuis overgebracht, waar haar toestand als hope loos aanzien werd. De policie heeft een onderzoek geopend. Dooden en gekwetsten. Dinsdag avond, rond 7 ure, is een film in brand geraakt in een cinema der Frankfort- dreef te Berlijn. Eeno groote vlam sloeg op, en deze werd bemerkt door de personen, die zich in da nabijheid van de kabien bevonden. Onmiddelijk weerklonk de kreetBrand en eene vreeselijke paniek ontstond. Allen vluchtten naar de uitgangen, doch daar de zaal zeer lang en smal is, was deze spoedig met een dikken rook vervuld. Verscheidene personen werden in de wilde vlucht omver geworpen en vertrappeld. De pompiers snelden reeds ter plaats, toen het volk nog niet al buiten was. Zij gelukten er in, binnen te dringen en eene betrekke lijke orde te herstellen, aldus het vertrekken der toeschouwers gemakkelijker makende... Binnen, lusschen do omgeworpen stoelen en banken, vonden de pompiers zeven per sonen erggekwetst, eene vrouw half verstikt en vijf knaapjes die geen teelten van leven meer gaven. Drie der kinderen konden nog tot hot leven teruggeroepen worden, doch de twee anderen, die do borst letterlijk ingestampt waren, hadden opgehouden te leven. Dg toestand der andere slachtoffers is zeer erg. liet vuur kon nog spoedig uitgedoofd worden. De bestuurder van den cinoma en de bediende die het toestel deed werken, wer- don aangehouden, wegens doodslag door onvoorzichtigheid.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1911 | | pagina 1