De liberale Poll Mscliool voor meisjes Volksofiderricht In het arrondissement Aalst VERVALLEN GROOTHEID. ABDIJ AFFLIGEM ONZE VOLKSREIS NAAR ROME üesticM te Aalst, parochie van 0. L. Vrouw. 6 Met verwondering lezen wij in de liberale dagbladen,als Etoile Beige, Dernière Heure Laatste Nieuws, dat er Zondag bier te Aalst een algemeene poll heeft plaats gehad voor 'het aanduiden der liberale kandidaten voor de aanslaande kiezingen. Volgens het Laatste Nieuws gaf dien poll den volgenden uitslag Senaat Werden tot kandidaten voor het arrondissement Aalst uitgeroepen Werkelijke kandidaten M. J. De Blieck, brouwer en gemeenteraadslid, Aalsten M. Van Cleemputle burgemeester van Over- boelaro. Plaatsvervanger M. O. Van der Scheuren, brouwer, voorzitter der Handelsrechtbank te Aalst. Zoodra de kandidaten van 't arrondisse ment Audenaarde, zullen benoemd zijn, zal de beslissende lijst worden vastgesteld. Daar M. Bernaeyge, uittredend liberaal senator, de hernieuwing van zijn mandaat niet ver langt, zoo zal de e.ersl6 kandidatuur door M. de Bliek worden ingenomen. Kamer Werkelijke kandidaten MM. Jules Rens, uittredend volksvertegenwoor diger A. De Windt, notaris, gemeente raadslid te AalstS. Verbrugghen, eigenaar to St-Lievens-Hautem Belui, geneesheer, schepen van openbaar onderwijs te Ninove P. Mtchiels, advokaat te Aalst. Plaatsvervangers MM. De Windt G: Leveau, voorzitter van den Werkmanskring te Aalst M. Van Ileddeghem, handelaar to Erembodegem. In geval van kartel met de socialisten, maakt een der liberale kandidaten plaats voor een socialist. Wij schrijven dat wij die tijding met ver wondering lezen, en inderdaad, zij is nogal wonderbaar. W ij hadden er niets van ge hoord of geweten en hier te Aalst zelf wist men er niet meer af. Wij zijn dus op inlichtingen uitgegaan, en van een gekende blauwe politieker, hebben wij vernomen, dat de opkomst, welke door de liberale gazetschrijvers op 500 afgevaar digden geschat werd, uit diep in de 60 afge vaardigden bestond. Wie dié afgevaardigden gekozen heeft, waar, in welko vereeniging zij gekozen wer den, dat wist mén ons niet te zeggen. liet 60tal afgevaardigden was uitgenoo- digd... en zij kwamen, 't Schijnt echter, dat er meer uitgenoodigd waren, doch, dat de teli-iisblijvers to veel geestdrift veelden voor de liberale zaak, en hunne pollevieën veeg den aan den poll. Vijf honderd afgevaardigden Sehilt er iets dan Of zijn zij niet wel Zou de liberale Volksgazet do cijfers der uitslagen van den poll niet eens opgeven, zooals wij den uit slag medegedeeld hebben van den katholie ken pollDe lezers van de Volksgazet mogen dat toch wel eens weten, of waren zij misschien allemaal afgevaardigden Dan welen zij het natuurlijk reeds En nu wij van den katholieken poll .spreken, is het ons wel toegestaan eeno kleine vergelijking te maken, tusschen onzen poll en dezen liberalen. Voor onzen poll waren er 835 afgevaardigden aangeduid door de verschillige vereenigingen, van het arron dissement. en uit alle standen, waren er af gevaardigden burgers, handelaars, werk lieden, landbouwers enz. Vrij en vrank kwamen zij kiezen, voor do kandidaten, die hen best geschikt schenen om de belangen der katholieken te verdedi gen. Sedert weken en maanden, was er wer king, niet in het duister, maar openlijk en alle katholieken wisten het. Van die 835 afgevaardigden waren er 805 Zondag-mengelwerk. 5* Vervolg. Nog meer slagen vroeg Ivar en zag onwillekeurig om, als vreesde hij van de eeno «f andere zijde daarmede bedreigd te worden. Hoe komt gij dit vragen, vader Ik dacht toen ik jong was ook eenmaal •Is gij, en meende, dat de ploeg lastiger en ongeschikter om te hanteeren was dan het ge weer maar deze dwaasheid heb ik duur be taald, ik nam dienst, en liet de kleine bou werij, die ik van mijnen vader geërfd bad, aan de zorg van mijnen zwager over. In het eerste ging alles goed maar spoedig keerde het blaadje om. Door een geringon misslag haalde ik mij liet ongenoegen van eenen officier op den hals die niet naliet mij zulks bij elke ge legenheid te doen gevoelen. Tot mijn ongeluk kwam kort daarop de compagnie, bij welke ik stond onder zijn bevel en nu maakte hij van zijne macht gebruik om mij voor eeneon- beduideude fout bij liet exerceeren voor het eog van al mijne kameraden vijftig stokslagen te doen toedienen. Ook had ik mijne trots, zooals gij wel denken kunt, vandaar dat ik meer leed naar de ziel dan naar liet lichaam. Doch daarmede was het nog niet uitmen gaf mij bovendien op bet onteerendste mijn paspoort. Toen ik nu op deze wijze onteerd en mishandeld huiswaarts terugkeerde, moest ik ondervinden, hoe een meisje, die ik beminde mij den rug toekeerde eu zpggen liet, dat zij er nooit aan denken kon, om niet iemand, die zich zoo geschandvlekt had, in het huwelijk te treden. aan den poll komen deelnemen, hetgeen, ge zien de besneeuwde en moeilijke banen, prachtig mag genoemd worden. Voor den liberalen poll waren een zestig tal afgevaardigden opgekomen en zij hebben het op een foopje met het pollen gedaan gemaakt. Nu is de liberale partij zeker gered, na zulkcn poll. In de gemeentekiezing is de liberale partij geheel het arrondissement doer erg gehavend uit den slag gekomen. Dal belooft voor Juni, voor deKamerkie- zingen. Laat de liberalen hunnen zetel nog maar eenige weken vasthouden zij mogen hem gerust hebben tot aan de ontbinding der Kamers, maar dan, nadien, komt er geen liberale volksvertegenwoordiger voor het arrondissement Aalst meer in. Dien zetel moet naar onze zijde overkomen, wij zullen er hem weghalen, om er een katholiek in te plaatsen. De oude eerbiedwaardige Abt Dom Gode- liardus Heigl. dezer Abdij, uit eigen bewe gingzijn ontslag als Abt van Affligem inge diend hebbende, werd dit van den Heiligen Stoel enkel aanvaard, op voorwaarde dat do Hoogwaarde Prelaat, om zijne uitstekendé verdiensten, zijn leven lang Abt van Affligem zou blijven, met al zijne voorrechten en titels. Dies te gevolge is de abdij op 29 Januari laatstleden overgegaan tot de kiezing van eenen abt-koadjulor met recht van opvolging en verkoos quazi eenpariglijk den eerw. heer Dom Benediklus Van Schepdael, novice meester der zelfde abdij, de sympathieke en gevierde zangmeester der kerkmuziek vol gens de wijze van Dom Pothier. De nieuwe prelaat werd geboren te Onze- Lieve-Vrouw-Lombeek (Braband), den 9 Juni 1876 en is dus nog geen 36 jaar. Hij trad in bet klooster to Affligem en ontving er het kloosterhabijt den 19 Juli 1892 en werd priester gewijd den 17 Augustus 1902. Zijn lieftallig karakter deed hem van in den beginne de herten winnen van al zijne Medebroeders en zijn voorbeeldig leven, het vertrouwen zijnor oversten. Ook aarzelden deze niét. hem reeds den 1 April 1905 met Pauzelijke vergunning om zijne jaren de gewichtige bediening van Novicemeester op te dragen, bediening welke hij met het beste gevolg en gewe tensvol vervulde tot zijne aanstelling als Abt- Koadjulor van Affligem, op 7 Februari laatst leden. In zijne plaats werd de Oud-Noviceineester, de Weleerwaarde Pater Prior der Abdij, voorloopig, met de zorg der Nieuwelingen gelast. De dag der wijding van den nieuwen kerk voogd is nog niet bepaald. Vier en dertigste vervolg. Achter het Pantheum bevonden zich des tijds de Baden van Agrippa. Men heeft er onlangs nog overblijfselen van blootgolegd. In de via della Palombella ziet men nog een muur, welke ongetwijfeld den wand cener zaal moet geweest zijn. Eene marmeren zuil, versierd met schelpwerk en dolfijnen, werd er ook teruggevonden. Ten Zuid-Oosten van het Pantheum strekt zich de Minervaplaats uit. Op deze plaats verheft zich een marmeren olifant. De beeldhouwer Lo Bemin, die in 1667 het gedenkteeken oprichtte, heeft het dier eene oude zuil op den rug geplaatst. De kerk van Santa Maria Sopra Minerva Hier hield vader Christoffel op. Aan zijne laatste woorden kon men duidelijk hooren, dat de herinnering van het gebeurde hem nog diep ontroerde en er verliepen eenige oogen- blileken, eer liij in staat was op eenen meer bedaarden toon te vervolgen Ik heb, sprak hij, u van dit alles vroeger niets willen vertellen, maar thans zou het on vergeeflijk zijn, zoo ik het langer zweeg, daar u ook de last schijnt te bevangen, om met den uniform te pronken.Ook zult gij nu hooren dat met deze vernedering alles nog geens zins gedaan was. Ach neen toen ik te huis kwam, vond ik mijn erfdeel, bij gebrek aan behoorlijk toezicht, geheel verwaarloosd en geen korrel graan in de schuur. Om nieuw zaaikoren te bekomen moest ik mij in de schulden steken en daar de Heer mijnen vroegeren hoogmoed bovendien nog door misgewas strafte, was ik niet in staat de op penomen gelden weder af te lossen, en moest mijn goed gerechtelijk zien verkoopen want mijne schulden hadden zich derwijze opge hoopt, dat ik het niet langer kou staande houden, ofschoon ik met uwe moeder, die ik inmiddels getrouwd liad, dag en nacht werkte. Toen Christoffel zijn verhaal geëindigd had, naderde Ivar hein met een gelaat, dat niet alleen gehoorzaamheid en kinderliefde, maar tevens de levendigste deelneming uitdrukte. Vader, begon hij ernstig, ik heb begre pen, wat gij zeggen wilten hoewel ik niet ontkennen mag, dat ik aan. den militairen stand heb gedacht, waarin ik mij misschien even goed als rik ander zou kunnen verhef fen, zoo geef ik er u thans de hand op, dat ik er van nu af geheel van afzie. Gij hebt te veel kommer en zorg geimd, dan dat ik die nog zou willen vermeerderen. Eén ding even- DE VOLKSSTEM (O. L. Vrouw van Minera) is thans opge richt op de puinen van den oudsn tempel van Minerva, gebouwd door Domitiaan. Het is do oenige gothieke kerk uit de Roomsche middeleeuwen. Met haren op bouw werd begonnen in 1280, doch van 1818 tot 1855 werd zij geheel herstelden geschilderd. Deze kerk heeft drie beuken en bevat kunstwerken van onschatbare waarde. Links, bij de intrede, heeft men het graf van den Florentijner Francesco Tornabuoni (overleden in 1-180), gebeiteld door Mino da Fiesole in do derde kapel, rechts van het altaar, een St-Sebastiaan door Michelo Mai- ui. Rechts van de intrede, in de 4® kapel, eene schilderij, op gouden fond, verbeelden de de Blijde Boodschap op het voorplan Kardinaal Juan do Torquemada, aan de II. Maagd, drie arme meisjes aanbevelende, ter nagedachtenis van het genootschap der Blijde Boodschap, in 1460 geslicht, om een huwe lijksgift te bezorgen aan arme meisjes. Links het graf van paus Urbanus VII, (overleden in 1590) door Ambrosio Buovincio. In de 5° kapel, de graven der ouders van paus Cle mens VII, door Giacomo della Porta. In de middenbeuk, in eene kleine kapel, prijkt een kruisbeeld, uit hout gesneden door Giotto.DeCaraffakapel,thans geheel hersteld is met prachtige frescoschilderingen ver sierd, door Filipino Lippi. In dezelfde kapel, heeft Raffaelino del Gerbo, de vout en de altaarschilderijen geleverd. Links treft men ook het grof aan van paus Paulus IV (over leden in 1559), gebeiteld naar do plannen van Pietro Ligorio. In den muur, links van de Caraffakapel, is het graf van kardinaal Guillaume Durand (overleden in 1296), versierd met een O. L. Vrouwbeeld in mozaiëk, een der beste wer ken van de Cosmasschool. In het koor, de merkwaardige gedenk- teekens van twee Medicis links dat van Leon X (overleden in 1521), door Raphael da Montelupo, en rechts dat van Clement VII (overleden in 1534), door Nanni da Ba- ceio Bigio. Beide gedenkteekens zijn gebei teld volgens de plannen van Antonio da San- gallo. In den vloer is de grafzerk van kardinaal Pietro Bembo (1547), wereldberoemd ge leerde uit de middeleeuwen. Vóór het hoogaltaar, Crislus aan het Kruis door Michel-Ange. Eon bronzen schoeisel is aan den rechtervoet bevestigd, om to beletten, dat de voet door de eerbie dige kussen der geloovigen zou verslijten. In de kapel links van bet koor, liet graf zerk van Fra Angelico da Fiesole, de geleer de kunstschilder, overleden in 1455. Door de zorgen van den E. H. Lauwerys, pastoor van Mijlbeke en onder voorzitter schap van Movrouw Baronnes Louis de Be- thune, is er te Aalsl-Mijlbeke eene kant- school ingericht en reeds aan 't werk. Iedereen zal dezo edele poging tot welzijn van het volk toejuichen en we meenen wel lo doen eenige inlichtingen nopens de school te geven. Men mag deze inrichting niet aanzien als zijnde eene soort van Werkhuis (atelier), waar de meisjes, nog niet op de hoogte van hun vak, henen gaan en onder de leiding van eene meesteresleeren werken en eene zekere winst kunnen trekken. Neen,dat is liet niet: het is eeno echte school. Die school is dan ook niet wat ze was, bij do kantwerksters bij wie de kinderen ten huize gingen kantjes leeren maken Im mers lice ging dat daar Wel, de kinderen wel moet gij mij niet weigeren ik heb zin om naar de stad te gaan en te zien, hoe ik daar voort kau komen. Wanneer men zoo in de wereld rondziet, heeft men gelegenheid om do dingen van alle kanten te beschouwen, on dan zal mij ook wel invallen,wat mij het beste gelijkt. Daar ik niets tegen, mijn jongen, her nam Christoffel tevreden. Ik hob u zelf al willen voorslaan om naar de stad te gaan want het vel van ons arm paard moet toch verkocht worden. Wij hebben geen rooden penning meer in huis, cn dat is thans myne eenige uitkomst. Vader, riep Ivar met eene ontroerde stem, kunt gij mij deze smart niet besparen Dan zou ik er niet mijnen gezwollen voet zelf heen moeten, hernam Christoffel, cn bovendien nog drie werkdagen verzuimen. Zoudt ge dat willen, Ivar 1 Wij zijn arm, sprak Ivar zacht; helaas daarom moeten wij ons hart geweld aan doen. Ik zal de huid naar de stad brengen, vader En baar verkoopen zoo goed als gij kunt Ik zal alles doen wat mogelijk is maar thans moet ik hout voor moeder uit het bosch halen, opdat zij geene koude lijde, terwijl ik weg ben. Nadat Ivar eengegaan en moeder Ingierd met eene lean melk teruggekeerd was, die zij van eene buurvrouw tegen eenig zelfgespon- nen garen bad ingeruild, werd zij door haren man van het voornemen liaars zoons onder richt. Den volgenden nforgend, na het ontbijt, kreeg Ivar eenige schijven brood, eenen ha ring, een stukje schapenvleesch en den zegen zijner oudere, dezen laat6ten evenwel in veel ruimere mate dan de reiskost en ging kwamen bij 't braaf meesteresken toe met eene soort var> liefderijke bezorgdheid en té vens eene zekere fierheid, teekende de mees teres eene bloem of roosken en vooruit, mijn kind 't zal wel gaan. Dat kon goed zijn, in de veronderstelling dat de meisjes dio te leeren gingen al reeds den steek ken den. Doch naar ons bescheiden oordeel,zelfs in dit geval was er daar iets te kort, dat wat later het meeste te pas zou komen, te weten eene echte leiding in het vak. Er was geen leermethodezij die nochtans de grondsteen moet zijn aller vakkennis, zij die toelaat aan natuurlijken aanleg, die bij sommige meisjes wonder is, wat meer te wege te brengen dan hetgeen ze leerden. In de kantscbool beginnen de kinderen te leeren met het beginvan den eersten en eenvoudigsten steek tot den laatsten en inge- wikkelsten. Ze leeren trapsgewijze. De moeilijkheden aan iederen steek vast, wor den aanschouwelijk gemaakt. Stilaan bekwa men de kinderen zich in den «steek» totdat ze iederen steek op zijn eigen aangeleerd, niet alleen kennen maar vinnig met andere weten samen to brengen. En dit is met methode leeren dat is het wat het Staats bestuur vurig betracht dat is het wat in de pas geborene kantnormaalschool van Brugge geleerd wordtdat is het wat in de vak school van Mijlbeke zal gevolgd worden De kantscbool van Mijlbeke wordt gratis en kosteloos gevolgd, doch er kan daar nog geen kwestie zijn van geld te winnen maar enkel van een vak aan te leeren 't is eene vakschool, de kantschool Reeds verscheidene leerlingen zijn goed aan 't werk. Met Paschen zal eeno tweede afdeeling beginen voor do kinderen die reeds 12 jaren oud zijn. Allo inschrijvingen worden genomen bij den Eerw. Heer Pastoor. (2® VERVOLG). Hei menscheBijk lichaam C. SasnenstelSing Het menschelijk lichaam is een wonder- 'bare bouw de beenderen zijn er het tim merwerk van. Men telt in ieder mensch omtrent 240 beenderen, die to zamen het geraamte uit maken. Het geraamte ondersteunt het lichaam, bevrijdt gewichtige en teedere deelen, en geeft lengte en stevigheid aan de ledema ten. In de beweging der ledematen, speelt het geraamte ook eeno bijzondere rol de been deren zijn als hefboomen, waaraan bij mid del van koorden (spieren) getrokken wordt. Als voorbeeld van bescherming zullen wij aanhalen, den harden schedel, die ten allen kante de hersenen beschut, zoodat een zeor groot geweld noodig is om den schedel in to drukken en de hersenen te beschadigen. Hetzelfde mag gezegd worden van het ruggegraatmerg dat door do wervelkolom beschut'is, die zelf diep in den rug is geves tigd. De beenderen zijn aan elkander verbonden door gewrichten, bijvoorbeeld deze van de knieën, ellebogen, schouders, enz. vervolgens, de paardenhuid te zamen gerold ,en in den vorm van eenen ransel op den rug dragende, op weg naar Uddevalla. Totdat de laatste slip van zijnen jas in het bosch verdwenen was, bleef moeder Ingierd voorde deur staan, en zag haren zoon met liefderijke blikken na. Kom toch binnen, moeder riep Chris toffel eindelijk van uit de hut. Het is immers niet de eerste keer dat de jongen van huis gaat. God zij met hemIk heb van het uur zijner geboorte af tot op den liuidigen dag niets dan vreugde aan hem beleefd, sprak moeder Ingierd zacht en vroom, en zette zich weder aan haar spinnewiel. IV. DE REIS. KLEINE AVONTUREN. Ivar begon zijnen tocht op een zonnigen, helderen dag in 't begin van Oktober, en be reikte tegen den middag de hoogte bij de lier- berg van Qvistrum, van waar de weg in dat verrukkelijk schoone dal afdaalt, dat door eene rivier verlevendigt aan het oog zulk een rijk. afwisselend on betooverend gezicht oplevert. Hoe meer Ivar afdaalde, des te heviger klopte hem het hart en des te levendi ger werd hij van een gevoel overmeesterd, dat hij zich niet wist tg. verklaren. Uit de opgeto gen blikken, waarmede hij den schoonen om trek beschouwde, kon men echter duidelijk ontwaren dat dvze het was, die dat gevoel bij hem opwekte. Hij bleef op de brug staan en boog zich over'de leuning om beter te zien hoe de slan ke berken zich in de donkergroene golven van den stroom spiegelden, en liet vervolgens zijne oogen wijden over den lommerrijken heuvel, waar langs de weg eenkronkelde, die door de daarop heersckende levendigheid ÉN 12 FEBRUARI 1912 Waarom verslijten de gewrichten niet Wanneer gij tweo stukken suiker ejj( elkander wrijft, zal het niet lang duren of zö zullen in stof vergaan. Hebt gij u wel eens afgevraagd, waarbij het toch komt, dat, bij voorbeeld, de gewrichten uwer beenen ©pi den duur niet verslijten, met verscheidene uren lang te gaan of te loopen Hij, die het heelal opgevat heeft, is oven zoo goed de bewaarder als de schepper van ons wondervol gestel. Zonder de olieachtige zelfstandigheid, die onze gewrichten gestatig insmeert, zouden deze van korten duur zijn. Het gestadig wrijvGn der kniebeenderen zou ze al spoedig verslijten, indien zij droog bleven, zoodanig dat zij weldra buiten dienst zouden gesteld zijn. Noch het ijzer, noch het best geharde staal zou in dergelijke voor waarden lang blijven zonder te verslijten. Waarbij komt bet dan, dat het gewricht van de knie en dat der andere leden zooveel beter wederstaan? Omdat de onderste vlakte der gewrichts banden onophoudelijk een vocht laat doorsij pelen, dat denzelfden dienst doet als de olie of het vet, waarmede men de assen en rade ren onzer stoomtuigen smeert. Kent gij iels merkwaardiger Kent gij iels, dat duidelijker de oneindige wijsheid des Scheppers bewijst Bemerkt nu nog ditZoolang wij eene goede gezondheid genieten, is dit vocht in de vereischte voorwaarden doch als wij ziek worden, is er te veel of te weinig aanwezig, is het te dik of te dun. Wanneer dit vocht opdroogt, wordt het lid stijf en buiten staat zich te bewegen somtijds wordt men eene felle pijn gewaar in de gewrichten, die op zwellen de koude, de vochtigheid kunnen zinkingen en andere smartelijke aandoenin gen veroorzaken. De lieden, die een over vloedig gebruikmaken van sterke dranken, of die overdaad aan tafel doen, eindigen bijna immer met pijnen in de gewrichten te lijden. De kinderen loopen altijd en vallen ieder oogenblik. Doch vallen is hun niets nau welijks liggen zij ter aarde, of zij zijn weder te been. In den volwassen ouderdom, dat is te zeggen, als het lichaam zijnen vollen was dom heeft bereikt, is de buigzaamheid der beenderen veel geringer en breken dus veel lichter. Vallen voor oude menschen is zelfs zeer gevaarlijk. HET MERG vult de beenderen op en ver hardt de beenderen, naarmate men ouder wordt. F. (Wordt voortgezet.) DE "V.A.IDIEJFL Moeder, waar mag vader blijven 't Is zoo donker, 't wordt zoo laat, En in zulk een Ak'lig weder, Hoor, de regen valt op straat Moeder, waar mag vader blijven I 't Sloeg daareven middernacht, En nog hebt gij niet geslapen, Maar vergeefs hebt gij gewacht. 't Kindje weent. De teedre moeder, Neemt den engel op haar schoot, Kust hem op de bleeke wangjes, Wijl hij zacht zijn oogjes sloot. Maar de moeder, zij bleef waken. Zij bleef zitten voor het kruis, En de vader, o, die booze, Kwam des morgens dronken t'huis f eene nieuwe bekoorlijkheid aan hetlandschap byzette. Aan zijne linkerhand lag reeds destijds, evenals nog tegenwoordig de voortreffelijke herberg van Qvistrum, zoo dikwijls een ge- wenscht rustpunt voor vermoeide reizigers. Daarheen was het dat Ivar zijne blikken richt te, nadat hij zich zat had gezien aan den be koorlijken omtrek, die hem altijd even nieuw en aantrekkelijk- voorkwam, hoe dikwijls liy dien ook reeds gezien had. iDaar kon wel wat voor mij te vinden zijn, dacht Ivar, en hot welbekende voetpad naar de herberg inslaande, trad hij de deur binnen, en begaf zich naar de keuken. Hier bleef hij echter in de deur staan, verwonderd over een tooneel, dat eenen diepen indruk op zijn destydszeer opgewonden gemoed maakte, en 't welk hij ook in 't vervolg van zijn leven nimmor vergat. Bij het vuur stond eene dame, die een kind op den arm hield, en tevens'van tijd tot tijd met een lepel in een panneken met melk roer de, dat op het vuur stond. Aan de zachte hand,die hem witter voorkwam dan het schuim der rivier wtlke hij zooeveu gadegeslagen had, schittei'den kostbare ringen, door wel- steeuen 't vuur duizendvoudig teruggokaatst werd. Toen de vlam hooger steeg, wierp zij een roodachtig schijnsel op een bleek flink gevormd gelaat, uit hetwelk een paar donkere oogen straalden. De vreemde damo droeg een kleed van donker zwart fluweel, waarvan het fatsoen zelf voor don in dergelijke dingen ge heel onkundigen Ivar een uitlandscli voorko men had. De kraag was met pHs omzet, en werd vooraan don Vuils doer ren gouden haak en eene ketting vastgehoadon, waarmede het kind speeuie. (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1912 | | pagina 6