3000 FRANKE
N TE WINNEN
Voor onze kinderen.
flsor NI. PETRUS DAENS,
Volksvertegenwoordiger
ONZE VOLKSREIS
NAAR ROME
Pliclit.
Volksonderricht
Aan Sint Joseph
Patroon van Belgeland
Sint Martensgesticht
OutMeerlingenliond.
v
6
DE VOLKSSTEM
3 EN 4 MAART 1912
I.) Voor de derde maal da
gen wij M. Petrus Daens uit te bewij
zen dat M. Woeste in de Kamer gezegd
beeft dat hij eene remedie gevonden had
tegen de levensduurte, dat de werkende
menschen MIN MOETEN ETEN
Gansch bet arrondissement, gansch
het land wachten naar uwe bewijzen,
M. Daensen gij kunt er 1000 fran
ken meê verdienen
Als ge niet bewijst, zal iedereen u
achtehiaroepen dat ge een leugenaar
zijl, en dat ge 't volk bedriegt
M. Petrus Daens antwoordt daar niet
opmaar hij speelt voor de honderd
ste maal valscke coniedie
Hij schrijft in zijn Werkman van 1
Maart 1912 dat de Volksstem woorden
in den mond legt van Priester Daens
die bij nooit gedacht beeft of uitge
sproken, en dat de Volksstem, priester
Daens met razernij aanvalt.
Geen valsche gezichten zetten, M.
Daens, er is spraak tusscben ons van
Petrus Daens, en niet van priester
Daens.
II.) Petrus Daens wil dus den bal
keeren met te schermen met priester
Daens, en met ons te antwoorden dat
de laatste woorden van priester Daens
waren
Mijne vrienden, blijft vrije demo
craten maar ook goede kristen.1.1. z.
maakt een afzonderlijke vrije partij uit.
Wij zeggen 21 M. Petrus Daens, dat
gi) die woorden uitvindt voor uwe poli
tiek, en dat gij uw stervenden broeder
priester Daens, leugenachtig maakt
't Zijt gij dus die priester Daens aan
randt
Wij storten nogmaals 0 00®
franken in de handen van M. Petrus
Daens voor een goed werk. als hij kan
bewijzen dat die woorden uitgesproken
zijn door zijn stervenden broeder
De Liederavond De Hovre, opgeluisterd
met symplionie en blijspel door do looneel-
afdeeling I11 Liefde Bloeiend op 25 Fe
bruari jongst leden, mag een kunstavond in
den vollen zin des woords, genoemd worden.
Do muziek was zoo kunstkeurig en werd
zoo meesterlijk uitgevoerd, dat zelfs de moei
lijksten ten hoogste konden bevredigd wor
den.
Het kwartet," samengesteld uit de heeren
Cammaert, Lenssens en de gebroeders Do
Motte, heeft den warmsten bijval genoten
voor elk der 4 uitgevoerde stukken. Waar
die heeren samenspelen smaakt ge waarlijk
kunstschoonheid. De heer Cammaert weet
zijne mannen goed te leiden, zoodat het
kwartet uitmunt door eenheid van gevoelen
en juistheid van uitvoering elkeen daaren
boven is zijn speeltuig zoo goed meester, dat
ge hoog immer do zuiverste toonen uit de
snaren lokt, en de vingers, aan de noten
leven geven en zwier.
De heer Octaaf De Hovre heeft zijne faam
van Meester in de kunst ten volle be
waarheid, des te meer dat zijne heerlijk-kun
stige vertolking nog veel heeft bijdragen om
de echte kunstwaarde van het toondichten
beter te schatten.
De zangrijke melodie, immer in overeen
stemming met de keurige teksten, streelt het
oor en raakt de fijnste snaren van het hart
die zangerigheid schijnt vooral uit in Ach
mijn bietje en Voor u
Dc hegeleiding ook speelt een groote rol
ïn de liederen van den heer De Hovre soms
is zij zoo dichterlijk soms zoo nabootsend
dat men onwillekeurig dien zingenden ryth-
mus moet meevolgen zooals in De Averulle
en de Blotmne en in *Schommelschuilje»
voeg daarbij dat liet accompagnement altijd
eenvoudig blijft, vrij van ver-gezochte ak
koorden die maar al te dikwijls wanluidend
schijnen.
Is eenieder niet vatbaar om de volle kunst
der compositie te schatten, al de aanwezigen
echter waren verrukt over dé prachtige
manier op dewelke de kunstzanger zijne lie
deren heeft voorgedragen.
Met zijne volle, malsche basttem wist hij
zoo goed de uitgedrukte gevoelens weer te
geven, dat wij ze meevoelden mot hem we
hingen aan zijne lippen en we hielden soms
den adem op, om zelfs door het minste gc-
ruisch, die sums zacht trillende stem niet te
verdooven. Hoe goed wist hij den zin der
dichtkunst weer te geven door de juiste
maatbeweging en het verzachten of het zwel
len der stem, zooals b. v. in «Wiegeleid» en
Van t Kwezelken Die anders zoo zoet
klinkende stem kan soms ook tot geestdriftige
overtuiging overslaan, en zoo wist hij in
zijn machtig Mijn Vlaanderen de zaal in
verrukking te brengen, zoodat elkeen zijn
Vlaamsch liedje met hem meezong in het
meesterlik refrein
Wij wachten uioe bewijzen af, M.
Daens.
III.Ziehier als antwoord op de valscbe
gezegdens van M. Petrus Daens, de
Laatste woorden van priester Daens
Petnis (dat zegde hij tot u M.
Petrus Daens), gaat naar Gent bij
den bisschop en vraagt hem vergiffe-
nis over helgene wij misdaan hebben.
Petrus gij zijt op eene slechte baan,
keert terug tot de KATHOLIEKE PARTIJ
in de welke wij geboren zijn. Aan-
hoor mijne woorden, want 't zijn de
icoorden van een stervenden broe-
der
Die woorden zijn uitgesproken op 7
Juni 1907, rond 11 ure 's morgens, in
tegenwoordigheid van M. Weekers,
van Boom, Frans Van Lierde, zieken-
diener, en J. Delaforterie.
's Anderendaags 8 Juni heeft hij
die zelfde woorden herhaald aan den
Z. E. II. Deken Roelandts, van Aalst.
Priester Daens stierf den 14 Juni
1907.
Als wij die woorden herhalen, ran
den wij priester Daens niet aan inte
gendeel wij vereeren hem, want dat
zijn heilige woorden.
Voor de derde maal storten
wij OOO franken in de handen
van M. Daens voor een goed werk,
als hij kan bewijzen, dat die icoorden
niet uitgesproken zijn door den ster
venden priester Daens.
M. Petrus Daens, er is hier dus
geen broodroof tegen u.
Integendeel, De Volksstem laat u
3000 franken winnen, enkel en
alleen met de waarheid te bewijzen
WIJ WACHTEN
»-■
Mijn Vlaanderen spreekt een eigen taal
God gaf elk land de zijne
en, laat ze rijk zijn. laat ze kaal
ze is Vlaamsch, en ze is de mijne
Het blijspel Ik of Gij deelde de Lieder
avond in twee en schonk aan don gevierden
zanger eene halve uur welverdiende rust.
De H. II. Pr. Van der Taelen, Fr. Lim-
pens en J. Liebaut hebben hunnen rol goed
begrepen en meesterlijk vertolkt. Zij hebben
de spreuk
Om geestig te zijn met fatsoen,
Is er wijsheid hij van doen,
op hen toepasselijk gemaakt.
De innige voldoening en de hartelijke toe
juichingen van het uitgezen publiek heeft
eens te meer bewezen, dat ons Vlaamsche
volk geene zoutelooze prullen noodig heeft,
die dom en dierlijk lachen doen, maar hart
en geest niet bevredigen kunnen.
Ons volk dient hooger en hooger opge
leid tot echte kunstwaardeering, tot verhe
ven zielsgenot door een hertveredelend dra
ma, een geestverkwikkend blijspel. Zoo
komen de hoogere vermogens tot hun recht
zoo ontwikkelt meer en meer in 't Volk de
bewustheid der menschelijke waardigheid.
Hulde dan en dank aan de tooneelafdeeling
In Liefde bloeiend en tot weerziens
Ik heb de vaste verzekering dat al de aan
hoorders den indruk hebben medegedragen,
dat zij een der schoonste avondfeesten heb
ben bijgewoond, en dat menigeen de liede-
renreeksen van den lieer De Hovre zal wil
len bezitten om die kunstvolle zangen nog
dikwijls in den huiskring te laten weerklin
ken.
Troost in nood zijn naam te liooren
Vult met lioop de Kristen' ziel,
Wat voor angst liaar moge stooren,
Wat voor druk liaar overviel.
Ja de bruidegom der Moeder,
Die den Opperheer bracht voort
Is voor 't menschdom een behoeder,
Wijl hij ieders beê verhoort.
Echter door den trans der wolken,
Reikt Sint Joseph liefst de hand
Aan 't hem dierbaarst aller volken
Aan zijn kroost van Belgeland.
Laat ons aan betrouwend zuchten,
Nog zoo dreigend zij 't gevaar,
Joseph doet den duivel vluchten
En verstrooit heel d'helleschaar.
Al vereert de boosheid heden,
't Ongeloof met staf en kroon,
't Hindert niet, als w'onze beden
Sturen tot den landpa troon.
Op ons België zal hij waken
En 't volk redden uit den nood.
't Geusgehroed zal ons niet raken
Joseph's macht is wonder groot.
Zes en dertigste vervolg
Wij zijn verleden week gebleven aan de
kerk van Sancla Maria del 1'Anima. Langs
binnen is deze kerk, welke drie beuken
heeft, onlangs nog geheel vernieuwd gewor
den. De vout is versierd met een groot getal
heiligenportretten, door L. Seitz, die er
vijf jaar aan werkte. Dezelfde kunstenaar
teekendo ook de prachtige ramen boven het
portaal. In de 3® kapel links, frescoschilde
rijen van Michiel Coxie, het leven der Hei
lige Barbara voorstellende. Rechts in het
koor, prijkt het prachtig gedenlcteeken van
Adriaan VI van Utrecht, gouverneur van
Keizer Karei, overleden in 1523, gebeiteld
door den Ilaliaanschen beeldhouwer Baltha
zar Peruzzi. Op do hoeken van het gedenk-
teeken zijn vier beelden, de Rechtvaardig
heid, de Voorzienigheid, de Kracht en de
Matigheid voorstellende.
Daar rechtover, het graf van den hertog
Ivarel-Frederik van Cleves, gebeiteld door
Gilles van Rivieren en Nikolaas van Arras.
In de voorzaal, leidende naar de sakrislij, is
nog een half verheven beeldhouwerk, ver
beeldende de zalving van den hertog van
Cleves door paus Gregorius XIII.
In de onmiddelijke nabijheid van de kerk
van Sancta Maria dell'Anima verheft zich de
kerk van Sancla Maria della Pace (H. Maria
van Vrede).
Deze kerk werd in 1484 gebouwd en door
Pieter van Cortouen met een prachtigen
voorgevel en een schoon portaal begiftigd.
Deze kerk is veelal gesloten, doch de koster
woont in de onmiddellijke nabijheid, aan
den ingang van het klooster in 1504 door
Bramante opgericht.
Het binnenste der kerk van Sancta Maria
della Pace is in achthoekigen vorm, vooraf
gegaan van eene korte beuk. Boven de
1® kapel, rechts, schilderijen van Raphael,
de Sybillen Deze schilderijen werden
door den grooten kunstenaar gepenseeld, op
aanvraag van den bankier Augustinus Chigi,
stichter der kapel. Later werden de schilde
rijen, nog overschilderd, doch in 1816 ge
lukte de kunstenaar Palmarobi er in, de
nieuwe verflagen te verwijderen, zoodat de
schilderijën thans weer in hunne oorspronke
lijke kleuren prijken.
Gewoonlijk zijn de schilderijen bedekt,
doch mits een kloin drinkgeld aan den kos
ter, worden do doeken weggetrokken. Het
best geschikte uur om de schilderijen in
hunne volle pracht verlicht te zien, is 's mor-
gends van-10 tot 11 uur.
Boven de schilderijen van Raphael, heeft
de Italiaansche kunstenaar Timoteo Vite,
die ten tijde van Raphaël zich ook aan de
edele kunst wijdde, de oude profeten Jonas,
Oseus, Daniël en David gepenseeld.
Verder in de kerk treft men nog vele
beeldwerken aan, gebeiteld door Balthazar
Peruzzi.
Het is in deze kerk, dat de jonggehuwden
gewoonlijk hunne eerste Mis komen hooren.
De straat, rechtover de kerk doorgaande,
komt men langs de via del Gov 01,10 Vec-
chio en de via dei Coronari aan den Victor
Emmanuel Corso en zoo aan de brug der
H. Engelen.
Op den hoek van de Via dei Coronari ver
heft zich de kerk van San Agostino, ge
bouwd van 1479 tot 1483 en in 1860 geheel
hersteld. Aan den ingang prijkt een marme
ren Madonabeeld, geheel omringd door ex-
volos. Verder treft men er nog beeldwerken
aan van de gebroeders J. en A. Sansovino,
schilderijen van Raphaël enz...
De kinderen deugen niet meer De kinde
ren zijn ongehoorzaam Do kinderen zijn de
nagel van de doodkist der ouders De kin
deren kunnen niet meer goed opgroeien ge
zien de sluwheid en bedorvenheid van de
wereld! De kinderen willen niet meer weten
van God en meester En meer andere
dwaasheden en gezegden tuiten ons in de
ooren.
Maar aangezien er zooveel misbruiken,
ondougden, gemeene gebaren, woorden en
werken en voorheelden bestaan, waaromniet
tegen gewerkt Waarom de middels niet te**
hand genomen om booze wereld en algom*< n
of liever het te talrijk verderf en bederf te
keer te gaan, af te weren.
't Is niet genoeg van te klappen, te vra
gen, te kermen en te klagen. Met zuchten en
kuchten komt men er niet. Als er zieken
zijn,gebruikt geneesmiddels; als er gekwets
ten zijn, vermaakt en omwindt ze indien er
misbruiken,slechte gewoonten en diergelijke
onregelmatigheden beslaan, eliwel rooit ze
uit, keert dat jeugdig volkske naar 't goedo.
maar kruist uwe armen niot en zegt niet
bah daar is niets aan te doen j daar is geen
hand aan te steken 't is boter aan de galg
verloren moeite en verloren gewerkt.
De kinderen zijn liedendaagsch te gauw
opgeleerd 't Is waar hij die dulsekens die
standvastig vuile redens en onzedige ldap
hooren vertellen thuis, op straat, in
SCHOOL.
Dus weest gij anders geen zedensclien-
ners; houdt ze van straat, ziet wel toe met
wien ze verkeeren, lachen en klappen
zendt ze naar geen zedelooze en goddelooze
en onzijdige scholen.
De kinderen zien te veel 'k Geloof het
wel waarom gebaren en slechto voorbeelden
hen geven. Waarom ze laten staan gapen
voor winkels waar slechte, onzedige gazo'
ten, illustration, postkaarten en printen
voren hangen. Berispt ze, verwittigt ze, doet
de politiewerken zelfs. Men maakte geen
wetten om ze niet te doen uitvoeren.
De kinderen verliezen den familiegeest
't Is natuurlijk. Vader zit wat meer thuis
's Zondags en in de week 's avonds en niet
zoolang in de kroegen en herbergen. Weer
houdt ze wat meer van cinemas en schouw
spelen die de schepseltjes kunnen missen en
meest altijd van engeltjes die ze waren, dui-
veltjes'maken.
De kinderen willen niet meer gehoorza
men, eerbied betuigen, verstandig en deftig
leven en te werk gaan
Kan't missen Zooals de ouden zongen,
zoo piepen de jongen! Meent ge dat ze zullen
beter zijn dan hunne ouders en meesters.
't Zit er in Ja ehwel trekt het er uit En
steekt in de plaats 't goed, de welgemanierd
heid, de beleefdheid, de zinnigheid, en al het
overige, niet alleen de burger- of werk-
mansdeugden maar de christene deugden.
Men zou waarachtig beginnen veronder
stellen dat ons katholieken benauwd zijn
zich te vertoonen als ware zonen en dochters
en broeders en zusters van den Christus.
Weest dus gehoorzaam aan Paus en Bis
schoppen. En we herhinneren hier slechts
een bevel en besluit bij voorbeeld het de
creet over de vervroegde Eerste Communie
der kinderen, die dat moeten en mogen on
derhouden als de groote menschen.
Ehwel, hoeveel personen zijn er niet die
hunne kinderen daarvan weerhouden of niet
meewerken, ze zouden te ohristelijk worden,
zeggen ze, 't zou niet blijven duren, enz.
Maar als gij niet gehoorzaamt, gij vaders
en moeders en meesters en gij 't voorbeeld
voor en in 't goed niet geeft, hoe wilt ge dat
uw kinders dal. doen. 't Voorbeeld komt
altijd van hooger.
Aan 't werk dus en met moed.
De Paus gevolgd,de Bisschoppen gevolgd,
de goede voorheelden gevolgd, de goede
lessen onthouden en gevolgd.
Wat meer willen weten van God en zijn
gebod, van heiliging van le">n, van gebed
en dikwijler ontvangen der HH. Sacramen
ten die ons heilig maken Dan zal 't klagen
uit zijn. Want 't zal verbeteren en goed
komen.
In het jaar 1809 deed het 2de linieregi-
ment van het Fransche leger zijn zegevie
renden intocht te Straatsburg, nadat de sul-
daten met roem overdekt, bij Wagrain aan
het leger der verbondenen eene totale neder
laag hadden toegebracht en zij hunne vijan
den als schapen voor zich uitjoegen. Doch
niet allen jubelden, want een van hen werd
geboeid in de stad gebrachthet was Pierre
Pitois, een der dapperste soldaten van het
regiment. En wat was zijne misdaad? Hij
was daags voor den slag gedeserteerd, en
moest nu terecht staan voor den krijgsraad,
die hem dan ook wegens desertie in tijd van
oorlog, ter dood veroordeelde. Hij werd
naar de gevangenis terug gevoerd, en zou
den anderen dag, voor het front van het ge-
heelo regiment, zijn vonnis ondergaan.
Meer wakend dan slapend zat hij in zijne
cel na te denken, toen voor middernacht de
deur zijner gevangenis werd geopend en hij
oen officier zag binnentreden. Deze zette zich
naast den veroordeelde neder en begon hem
aldus aan te spreken
In den slag bij Austerlitz zag ik u
vechten ik bewonderde uwen moed, en nu
kom ik in dezen laatsten nacht van uw leven
hij u, om te vernemen, of ik u in een of
andere zaak van dienste kan zijn. Kan ik uwe
ouders, broeders of zusters soms de laatste
groeten van u overbrengen
Mijn vader is lang dood, en zusters of
broeders heb ik niet, was het antwoord.
Dan misschien de laatste groeten aan
uwe moeder vroeg de officier.
O mijnheer sprak de soldaat op smee
kenden toon, spreek dien naam niet meer
uit, want zoo dikwijls ik zulks hoor, dan
komen de tranen mij in de oogen.
Maar, vervolgde de officier, gij moet
mij op dit oogenblik alles zeggen, ook de
reden waarom gij gedeserteerd zijt.
Nu begon de soldaat het volgende verhaal
Sedert den dag mijner eerste Heiligo
Communie beminde ik. op aarde slechts één
persoon, en dat was mijne goede moeder
haar beminde ik ir.et al de kracht die mij
bezielde zij was mijn eënigsle geluk op
deze wereld. Toen ik soldaat moest worden
bracht de gedachte van haar te moeten
scheiden mij bijna in vertwijfeling. Zij be
merkte zulks en zeide mij deze woorden i
Pieter, als gij mij bemint, ga dan en do®
uwen plichtIk ging dan en volgde den
raad mijner moeder. De plicht van den sol
vent is gehoorzaam te zijn, en voor zijn
land zelfs zijn leven op te offeren. Ik nam
mij zulks voor en vocht met moed. Op
zekeren dag ontving ik een brief die
meldde, dat mijne moeder ziek was. Ilc
vroeg verlof om haar te bezoeken, doch
dit werd mij geweigerd... Tranen kwamen
mij in de oogen mijne goede moeder ziek
en ik kon bij haar niet zijn doch op eens
kwamen mij de woorden mijner moeder in
de gedachte als gij mij bemint, doet
uwen plichtZulks deed mijn moed her
leven en ik droogde mijne tranen af.
Eenige dagen later kwam er een tweedo
brief, die helaas, het doodsbericht inhield
van mijne lieve moeder. Wat moest ik nu
doen Ik was de vertwijfeling nabij. Ik ver
liet in stilte mijn regiment om ten minsto
nog aan haar graf een laatsten groet te
brengen. Ja, het was tegon de krijgswet,
maar ik wilde de plaats weten, waar zij dat
dierbaar overschot hadden neergelegd.
Na een vermoeibaren tocht kwam ik in
mijna geboorteplaats aan en ijlde naar het
kerkhof, om daar op haar graf mijn dank
baarheid voor hare liefde te uiten in een
hartelijk gebed voor liare ziel. Na oeniga
minuten stond ik op, ik zag een bloempot
staan met vergeet-mij-nietjes, plukte er
eenige bloempjes van en verborg ze op mij na
borst en na nog een laatsten groet aan de
rustplaats van mijne goede moeder te heb
ben gewijd, nam ik met spoed den terugweg
aan, om mij weer hij mijn regiment te voe
gen, doch te laat. Nu heb ik niets meer op
de wereld, want zij, die ik beminde, is mij
ontnomen.
Daar de wereld voor mij geen aantrek
kingskracht meer heeft, aldus vervolgde
hij, verzoek ik u beleefd, mij oen laatsten
liefdedienst te bewijzen, namelijk deze da
bloemen, i;a ik op het graf mijner moeder
heb geplukt, en in een zakje op mijne horst
rusten, moeten daar blijven tot aan mijn
laatste snik en ook met mij aan de aarde
worden toevertrouwd. Want zoolang ik
adem haal, zal de gedachte aan mijne moe
der mij bijblijven het is alsof ik haar hoor
zeggen Als gij mij bemint, doe uwen
plicht I
De officier beloofde hem dat aan zijn ver
zoek zou worden voldaan, drukte hem de
hand en verliet zonder nog een enkel woord
te spreken het gevang.
Den volgenden morgen klonk reeds vroeg
het geroffel der trommel, men hoorde het
marcheeren van een groot aantal soldaten,
die zich naar de strafplaats begaven, om liet
vonnis van den deserteur te volvoeren. Ook
de gevangene werd naar de gerechtsplaats
geleid en hem daar nog eenmaal het dood
vonnis voorgelezen, dat volgens de mili
taire wetten van desertie beloopen wordt.
Het peloton dat het doodvonnis moest uit
voeren, had de geweren geladen en wachtte
op het commando om te vuren toen er eens
klaps de kreet weerklonk: De Keizer! de
Keizer en deze was het die in gestrektea
draf kwam aanrennen.
(Wordt vervolgd).
Het menschelijk lichaam
2. Levensverrichtingen
(5® VERVOLG).
Wanneer de maag haar werk verricht
heeft, stuurt zij het breiachlige dunne chym-
vocht in de dunne darmen, waarvan het ge
deelte dat onmiddelijk met de maag in ge
meenschap staat den naam draagt van
twaalpjingerling darm (duodenum) omdat
hij eene lengte heeft van ongeveer twaalf
dwarsche vingers. Daar gekomen wordt
de chym met een paar vochten verrijkt ;-het
eerste is door de lever voortgebracht en draagt
den naam van galhet tweede is van de
alvleeschhlier(Pancreas) herkomstig en
heet daarom alvleeschvocht. Die inmenging
van nieuwe sappen geschiedt om de meel
soorten en vetstoffen tot voedzame bestand-
deelen om to zetten, terwijl de nog met de
spijzen vermengde maagsappen, hun werk
nog immer voortzetten.
Als alles goed doorkneed, en het spijs-
verterteeringsproces voleindigd is, (wat
hoofdzakelijk in het eerste gedeelte der dunne
darmen gebeurt), dan begint gelijktijdig de
afzondering van het eigenlijke voedende
bestanddeel. Daartoe zijn de wormvormige
inkrimpingen van het darmkanaal bijzonder
gunstig. Het chymvocht, dat immer vooruit
wordt gestuwd, zet nu tegen de binnenwan
den der darmen een wit melkachtig vezelig
vocht af, dat met den naam van chyle wordt
bestempeld.
Dit vocht, gedurig geprangd, dringt öl-
tersgewijze de darmen door en komt in d®
kanalen terecht, welke het vocht vorzama»