HET VRIJ ONDERWIJS
'T EEN EN 'T ANDER
De bandieterijen in Frankrijk
DA.G
Achttiend* jaargang n' 84
CENTIEMEN HET NUMMER
Dinsdag 9 en Woensdag 10 April I9I9>
~v
ABONNEMENTEN!
Zes maanden 4 franken. Een jaar 8 franken.
Inschrijving in alle postbureelen van het land.
EERSTE UITGAAF, 4 uren 's avonds. m
TWEEDE'UITGAAF, 7 uren 's avonds. 4»
T28f
BUREELEN
TE BRUSSEL
Steenweg van Waterloo, 728.
Bestuurder
TE AALST
0Kerkstraat,
Telefoon 114
J. Van Nuffel-De Gendt.
Qd
AANKONDIGINGEN i
KI. aank. (1 tot 4 kl. reg.) fr. 0.60
3* bladz. (de regel) fr. 0.50
4* bladz. (de regel) fr. 0,30
Financ. aankon, (per regel)fr. 2,00
Reklamen (per regel) fr. 1,00
Gemengd nieuws (per regel) fr. 2,00
Recht, herstell. (per regel) fr. 2,00
Overlijden (per regel) fr. 2,00
Artikel 17 van de Belgische Grond
wet zegt dat het onderwijs in België
vrij is. Dat is kort, klaar en ondubbel
zinnig. Doch na die algemeene verkla
ring volgt er eene tweede, die niet als
hoofdbepaling, want dan zou ze voor
zeker voorop gezet zijn, maar als aan
vulling dient. Het openbaar onder
wijs gegeven op de kosten van den
Staat, wordt eveneens geregeld door
eene wet. -
Als wij nu die bepaling eens even
aandachtig onderzoeken dan zullen wij
bevinden dat er niet gezegd wordt
Het openbaar onderwijs wordt gege
ven of moet worden gegeven door den
Staat, maar wel, het openbaar onder
wijs, gegeven door den Staat, wordt
eveneens geregeld door eene wet.
Daarin ligt wel duidelijk dat er een
openbaar onderwijs mogelijk is dat
met gegeven wordt door den Staat. En
inderdaad, de vrije aanneembare en de
vrije aangenomene scholen, die bet
toezicht van den Staat ontvangen, zijn
ten minste zoowel openbare scholen,
ais welke Staatsscholen dan ook.
Onder hetHollandsche stelsel luidde
artikel 3, alinea 2, van de wet van
1829, dat bet openbaar onderwijs kon
gegeven worden in gestichten opge
richt door bijzonderen en onderhouden
door hen zonder bijgestaan te worden
door eene enkele openbare kas. Dus
die bijzondere scholen konden zeer
goed openbare scholen zijn wat wil
men dan wijsmaken dat de vrije aan
neembare en aangenomene katholieke
scholen, geene openbare scholen zou
den zijn
De geschiedschrijver Thonissen in
zijn eerste boekdeel, sprekende over
artikel 17, vermeldt dat eene der at-
deelingen van het Congres gevraagd
had, de 2"' paragraaf van artikel 17
wat breedvoeriger te maken omdat
zij vreesde dat men wit den primitie
ven opstel het gevolg zou kmmen trek
ken, dat de Staat verplicht zou zijn
een onderwijs op te richtenHet is
dus wel duidelijk dat de Staat geens
zins verplicht is een ouderwijs op te
richten.
En nu zouden onze tegenstrevers
met de grondwet willen schermen om
te bewijzen en te beweren, dat bet
Staatsonderwijs enkel en alleen recht
zou hebben in leven te kunnen blijven.
Die opvatting is virtueel, is vierkan
tig tegen den geest der grondwet. M.
Dams heeft dan ook zeer gepast deze
woorden uitgesproken op het Natio
naal Congres
Indien men zorgvuldig het alleen-
bezit (het monopoolin alle zaken
moet vermijden, is dit vooral wanneer
het er op aankomt dz rechten te beper
ken, die voortvloeien uit het vaderlijk
gezag, dat de Macht moet onderzoeken
met zorg en wantrouwen, of de schik
kingen die zij meent te moeten nemen,
wel dringend bevolen zijn door 't alge
meen loelzijn van de maatschappij.
De grondwet heeft het openbaar on
derwijs, gegeven ten koste van den
Staat, onderworpen aan eene bijzon
dere wetregeling, om het vrij onder
wijs te beschutten tegen de aanslagen
van de wetgevende macht.
Daarbij om goed te begrijpen hoe
de makers der grondwet het meen
den, hebt gij maar na te gaan wat er
gebeurde van 1830 tot 1842.
De katholieken hadden op vele plaat
sen scholen gesticht er waren er
ver over de twee duizend door de ka
tholieken opgericht. De niet-katho-
lieken hadden er ternauwernood een
paar dozijnen.
Doch in vele gemeenten bestond er
geene school, en het was om dit tekort
van het vrije onderwijs aan te vullen,
en tevens den vooruitgang en den iever
van het privaat onderwijs te prikkelen,
dat er besloten werd door de wet van
1842, in elke gemeente ten minste
eene school te bezitten.
Hadden de menschen te dien tijde
kunnen vooruitzien, zij hadden voor
zeker in al de gemeenten de noodige
vrije scholen opgericht, en dan ware
de Staat niet persoonlijk opgetreden
om zelf scholen te bouwen en een
Staatsonderwijs in te richten.
De vrije school, opgericht door bij
zonderen, en dat als algemeene regel,
dat is de hoofdgedachte geweest in de
grondwetmaar wanneer het privaat
initiatief onvoldoende bleef, tekort
kwam in zijne werking dan kon do
Staat tusschen komen om ook een
openbaar onderwijs in te richten.Maar
juist om te beletten dat dit openhaar
onderwijs het vrije onderwijs zou heb
ben verstooten, het vrije onderwijs zou
hebben onmogelijk gemaakt, zooals
het reeds gebeurd was in de eerste
jaren van het Hollandsch Bewind
daarom werd er in de grondwet de
bepaling gevoegd Zoo de Staat een
openbaar onderwijs inricht, dan moet
dit geregeld worden door eene wet
En wat zien wij nu? Wordt de geest
der grondwet niet overal in de groote
steden en in de antiklerikale gemeen
ten miskend
Tracht men niet door alle mogelijke
middelen het vrije katholiek onderwijs
te benadeeligen, hel bestaan onmoge
lijk te maken, door het openbaar on
derwijs, onderhouden en gevoed met
het geld van alle lastenbetalers, tegen
het vrije onderwijs op te jagen Zoo
zien wij dat verleden jaar de anti
klerikale bestuurders van Gent, in alle
wijken der stad, juist inde nabijheid
der katholieke scholen, nieuwe g
meentescholen hebben gebouwd, niet
uit noodzakelijkheid, want de gemeen
tescholen hebben juist 54 leerlingen in
1911 bijgewonnen, maar enkel en al
leen met het doel, de vrije aanneem
bare scholen te bevechten.
Wij vragen aan ieder rechtzinnig
man: Is dat handelen volgens de grond
wet 1 Is dat het vrije onderwijs als
hoofdpi inciep huldigen 1 En zijn het
wij niet die met het vrije onderwijs te
verdedigen tegen de aanvallen der
antiklerikalen, ter zelfdertijd ook den
geest der grondwet verdedigen Zon
der aarzelen zeggen wij Ja
Van waar kwam die brief
- De antiklerikale pers is nog leelijk in de
war met den brief van logebroeder Wanger-
meé, Het blijkt dat M. Vandervelde dien
brief niet meer in zijn b«zit beeft. Hij is dus
geenszins ontstolen, noch ontvreemd, maar
heel waarschijnlijk gevonden. Nu het is een
strenge regel der vrijmetselarij, allevrijmet-
selarijstukken. bijzonder goed te bewaren.
Hij heeft dus kans in de loge op zijn polle
vieën te krijgen.
Nieuwe toegevingen. Van
1879 tot 1888 heeft de liberale minister
Bara bijna niets dan liberale benoemingen
gedaan in 't gerecht. De katholieken, zonder
de liberalen uit te sluiten, hebben de zaken
nagenoeg in juiste verhouding gebracht hoe
wel sommige gerechtshoven nog krioelen
van liberale rechters. De liberale partij be
looft nu, zoo zij ooit aan 't bewind komt, ook
socialistische burgemeesters, socialistische
ambtenaars en socialistische rechters te be
noemen. Wij leven in een tijd van groote
sociale wanorde om die wanorde te ver
helpen weten de liberalen niets beters dan
de hoofdmannen der partij van waarde aan
de hoogste plaatsen te helpen 1Zoo ver
is 't liberalisme al gekomen.
De grootste tunnel der we
reld. Dq Russische regeoring doet de
voorloopige werken uitvoeren van een ijze-
renweg die de twee lijnen langs weerkanten
van den Caucasus moet verhinden. Die ijze-
renweg zal te midden van Borgen aangelegd
worden en 1200 kilometers lang zijn er zal
een tunnel moeten geboord worden van 23500
meters; het zal dus ue grootste zijn die tot
nogtoe zal bestaan. Die doorboring zal geene
groote moeilijkheden opleveren en de warmte
zal er enkel 35 centigraden bedragen.
De samenwerkende Maat
schappijen. In 1911 zijn er 205 bij
gekomen, waartusschen 84 landbouwcoope-
ratioven, voor 't verbruik zijn er 38 bijgeko
men voor verscheidene artikelen 31. voor
kapitalistische voortbrengst 14, voor verze
keringen 12, voor ^len aankoop van grond-
atollen 11, voor woningen 7, voor krediet 4,
voor natiën 2, voor apotheek 1 en voor
arbeidsvoorlbrengst 1.
Op einde 1911 bestonden er, de landbouw-
cooperatioven niet inbegrepen, 1224 samen
werkende maatschappijen.
Het vrouwenstemrecht in
Engeland. Pas is 't vorig ontwerp
verworpen met enkel 14 stemmekens meer
derheid, of heernn Arthur Henderom, ge
steund door M. Ramsay Macdonald komen
een ander ontwerp in te dienen, waarhij aan
ieder persoon, man of vrouw, getrouwd of
niet, 21 jaar oud, Britsch onderdaan door
geboorte of inburgering, stemrecht krijgt...
Wij hebben het over enkele dagen geschre
ven Niemand hier op aarde is bij machte de
strooming voor vrouwenstemrecht tegen te
houden.
De verklaring van Tisseau.
De verklaring van Tisseau, die zijn on
dergang toeschrijft aan zijne opvoeding in
de wereldlijke school, buiten allen gods
dienst, heeft veel ontroering verwekt.
De zedenlooze letterkunde
in Duitschland. Het getal boeken,
postkaarten, beeldekens, die tegen de zeden
strijden, vermeerdert van dag tot dag in
Duitschland. De verkoop van boeken alleen
volgens de Frankfurter Zeilung van 4 No
vember 1907 brengt 30,000 mark op. De
onzedelijke romans hebben 200,000 vaste
abonnenten en worden verspreid op meer
dan 1 millioen exemplaren.
In 't jaar 1904-05, werden te Munich al
leen 18,000 fotografiön aangeslagen en in 3
maanden tijds 2822. In 10 catalogen vond
men 40893 onzedelijke reproducties.
De invloed blijft niet achterwege. In 1905
waren er in Pruisen 36657 geboortens min
dan in 1904. Te Berlijn zijn jaarlijks gemid
deld van 15000 tot 18000 onwettige geboor
tens.
Duitschland verliest door de onzedelijke
letterkunde, schrijft die Apologetische Rund
schau, jaarlijks 50 millioen mark.
Heft pensioen der onderwij
zers. Het wetsvoorstel van M. Maen-
haut, aangevuld door bepalingen van het
voorstel Gocq is door de middenafdeeling
aangenomen. M. Poullet heoft er zich bij
aangesliften en gewild dat hel tijdens zijne
begrooting besproken worde. Het wetsont
werp zal alzoo nog voor het einde van den
zitlijd gestemd kunnen worden.
De onderwijzers hebben van den beginne
af hun volle vertrouwen gesteld in den heer
minister. Zij kunnen de gelukkige ondervin
ding opdoen dat zij zich niet bedrogen heb
ben. Minister Poullet is een goedaardige een
zachtaardige mensch. Ons Volk gaf er
er onlangs eene ko.rte levensbeschrijving
van en getuigde van hem dat hij misschien
wel te doorbraaf en te goed van harte was,
om een politiek man te moeten zijn.
Onze spoorwegen. Te einden
het reizen naar de Belgische badplaatsen
gedurende de Paaschvacautie te vergemak
kelijken, rijden treinen, uitsluitend samen
uit salonwagens, alle dagen tot en
met 13 April tusschen Brussel en Oostende,
en tot en met 15 April tusschen Oostende en
Brussel, in aansluiting te Brugge met de
treinen naar en van Blankenberghe en Heyst.
De dienstregeliug van die treinen is vast
gesteld als volgt
A. Van Brussel (Noord) naar Oostende,
Blankenberghe en Heyst
Trein nr3045SD Brussel (Noord) V. 16,14
Gent (St-Pieters) V. 17.5
A. 17.36
Brugge (V. 17.43
Oostende A. 18.5
Aansluiting te Brugge naar Blanken
berghe te 17 u. 46 naar Heyst te 17 u. 52
B. Ven Oostende, van Blankenberghe
en van Heyst naar Brussel (Noord)
Trein nr 3024 SD Oostende V. 7.2
A. 7.23
V. 7.29
Gent (St-Pieters) V. 8.2
Brussel (Noord) A. 8.50
Aansluiting te Brugge Uit Blankenber
ghe te 7.20 uit Heyst te 7.14.
BoerinnenkringenDeze
kringen houden zich bezig om de vrouwen
van den buiten gezonde begrippen van
landbouw te geven, en hen voor te bereiden
hun rol van pachteresse en huismoeder vol
lediger en gepaster te vervullen. In die
kringen wordt er vooral gesproken van
huishoudelijk huiselijk onderricht, van ge
zondheidsleer, van bereiding en voedzaam
heid der spijzen
Brugge
In 1906 bestonden er slechts 2 boerinnen-
kringen met 115 leden. In 1911 waren er
104 kringen met 13273 leden. In het afge-
loopen jaar heeft men in die kringen 532
conferenties gegeven bijgewoond door
55713 personen.
Omioodig er bij te voegen dat die kringen
het hoogste nut afwerpen voor de buitenlie
den.
Tot hiertoe hebben de socialisten en de
liberalen nog geen enkelen boerinnenlcring
geslicht. Nochtans binnen eenige jaren, zal
het dank aan hen weer zijn, dat de buiten
lieden zoo vooruit zijn gegaan onder alle
opzichten.
Wij kennen dat liedje. Wij het werk doen
en zij de pluimen op den hoed stekenHet
blijft te bezion of zij de pluimen zullen
krij gen
Nog eene belangrijks aanhouding.
Zondag morgend heeft de Parijzer veilig-
heidspoiicie nog eene belangrijke vangst ge
daan.
Raymond Callemin, c-ekend onder den
naam van Raymond Laöcience, is door de
policie aangehouden geworden. Huiszoekin
gen waren gedaan geworden, te Lagny en
te Romainville, bij gekende anarchisten. Deze
huiszoekingen hebben de policie op twoo be
langrijke sporen gebracht.
Op eene plaats kwam de policie echter te
laat. Garnier de beruchte bandiet was juist
vertrokken. Op de andere plaats, kwamen de
agenten echter in tijds.
Sinds eenige dagen reeds, wist de policie
dat Raymond Callemin,veel in een huis van't
arrondissement kwam. De policieagenten
legden zich in hinderlaag. Zondag morgend
zagen de policieagenten hem binnenkomen
in gezelschap van zekeren Clement. Onmid-
delijk sprong een agent naar Raymond en
bracht hem een vuistslag in volle gelaat toe.
Daardoor viel de pince-nez van der. bandiet
ten gronde en spoedig kwamen nog een drie
tal policiemannen toegesprongen. Raymond
werd ten gronde geworpen en in minder dan
geen tijd, was hij machteloos gemaakt.
Hij werd afgetast en in zijn bezit vond
men twee hrowningrevoivers geladen met
zestien kardoezen.
Aan het rijwiel, dat hij bij zich had, hing
een mantel en daarin stak ook nog een gela
den revolver verborgen. In de voering zijner
broek waren voor 5600 fr. bankbriefjes ge
naaid.
Middelerwijl was Clement, die in het huis
eene kamer bewoonde, naar zijne kamer ge
vlucht en had er zich opgesloten.
Toen de policie hem ook ging aanhouden,
boocf hij geen tegenstand. Men vond in zijn
bezit ook een revolver.
De gezellin van Clement werd ook aange
houden, daar zij den policiekommissaris be-
leedigd had.
Men deed er ook eene huiszoeking en een
heel magazijn inbrekersgerief werd aange-
Raymond is een Brusselaar.
De aangehoudene bandiet is een Brusse
laar van geboorte en 21 jaar oud.
Het is een gevaarlijke kerel, die verdacht
wordt, ruimschoots deel genomen te hebben
aan de aanslagen der Ordenerstraat en Ha-
vreplaats te Parijs, alsook te Montgeron en
te Chantilly.
Raymond moet slechts 1 m. 52 en is dus
van kleine gestalte.
Toen de handiet buiten gebracht werd om
in taxi naar het policiebureel gevoerd te
worden, wilde de menigte hem te lijve. De
policie had de grootste moeite om hem tegen
de volksmenigte te beschermen.
De ondervraging der aangehoudenen
De onderzoeksrechter, M. Gilbert, heeft
in zijn kabinet achtereenvolgens de drie aan
gehoudenen ondervraagd.
Raymond wordt beticht van moord, moord
poging, diefstal, van de misdaden der orde
nerstraat, Havreplaats, Montgeron en Chan
tilly. Hij zal ook terechtstaan wegens deel-
making van eene moordenaarsbende.
Wat Clement betreft, deze wordt vervolgd
omdat hij eene schuilplaats verleende aan
Raymond en hij dus als medeplichtige aan
zien wordt.
De onderzoeksrechter kou echter uit bei
den niets vernemeu en beiden weigerden te
antwoorden op de vragen die hen gesteld
werden.
De minnares van Clement werd ook onder
vraagd, over de aanwezigheid van Raymond
Zij beweerde nooit geweten te hebben wie
Raymond was.
Het onderzoek te Romainville.
Zaterdag avond werd de veiligheidspolicie
verwittigd, dat vier kerels te Romainville
over den afsluitingsmuur geklommen waren
van eene villa, waar vroeger het blad
L'Anarchie gedrukt werd.
MM. Guichard en Jouin, oversten van de
veiligheidspolicie, begaven zich onmiddelijk
naar deze villa, in gezelschap van talrijke
vermomde policiemannen zelfs was een der
agenten in briefdrager verkleed.
Een der policiemannen klom ook over den
muur terwijl de anderen de deur open bra
ken. Met den revolver in de vui9t, doorzoch
ten zij geheel het huis, doch daar was niets
te vinden. Later vernam men echter, dat de
policie slecht ingelicht geweest was, en men
hier niet met inbrekers, maar wel met perso
nen, die eens van na >ij de plaats wilden
zien waar Carouy, Garnier, Bonnot, enz.
zoolang vertoefd hadden, te doen had.
Men vond er niets, dat kon aanduiden, dat
iemand tusschen dit en eenige weken, in
de villa verhieven heeft. De policie moest
dus onverrichter zake terugkeeren.
De opzoekingen van Maandag.
Maandag hebben vermomde policieman
nen nog de straten van Parijs en omstreken
doorkruist, doch vruchteloos. Er werd geen
spoor ontdekt van Garnier, Bonnot of een
der andere bandieten.
M. Guichard de overste der veiligheids
policie heeft zich eene slaapkamer doen in
richten in eene plaats, naast zijn kabinet ge
legen... Daardoor is hij altijd vaardig, om
op het eerste signaal op te treden.
Er zullen in het gebouw waar de bureelen
der veiligheidspolicie gelegen zijn, nog ver
scheidene andere plaatsen als slaapkamers
ingericht worden, ten einde de ongehuwde
policiemannen zooveel mogelijk bij de hand
te hebben in geval van nood.
De policie beeft ook te Parijs een huis
ontdekt waar Garnier destijds dikwijls kwam.
t Schijnt dat Garnier er in de laatste dagen
ook verscheidene malen geweest is, name
lijk nog daags na de aanslagen van Montge
ron en Chantilly. Hij weet zich echter ook
zoo behendig te vermommen, dat men hem
tot hiertoe niet kon herkennen.
De policie heeft evenwel goede hoop, den
gevreesden bandiet in 't kort ook bij den
kraag te vatten.
Raymond was bang.
Toen Raymond aangehouden was en naar
den taxi gebracht werd, waarmede hrj moest
weggevoerd worden, zag hij de menigte
welke dreigend naar hem toekwam.
Verschrikt vroeg hij aan de agenten Gij
gaat mij toch niet in de handen van het volk
leveren niet waar De agent antwoordde
Neen, zijt gerust wij zijn hier ook. Daar
op wedervoer de bandiet't Is dat ik weet
hoe bloeddorstig de menschen zijik...
De overste der veiligheidspolicie klaagt.
M. Guichard, de overste der veiligheids
policie, heeft Maandag in zijn bureel de
Parijzer dagbladschrijvers ontvangen, en hen
zijn misnoegen uitgedrukt, over het aankon
digen der te doene opzoekingen, door de dag
bladen. Zoo hadden de Parijzer bladen mede
gedeeld, dat de policie een hotel der Marca-
detstraat te Parijs ging omsingelen, daar
Bonnot en Garnier aldaar verbleven.
De policie kwam inderdaad het hotel om
singelen, doch er werd niets meer gevonden.
Toen men echter de hotelhouder, de be
dienden en de andere personen die in het
hotel verhieven ondervraagd hadden, bleek
het al spoedig uit hunne verklaringen, dat er
inderdaad twee kerels in het hotel verbleven
hadden, die niemand anders waren, dan
Bonnot en Garnier. Zij hadden echter ook in
de dagbladen gezien dat bunne schuilplaats
gekend was, en waren reeds vertrokken.
Het is nu reeds de tweede maal, zegde M.
Guichard, dat door de schuld van een dag
bladschrijver, de bandieten ingelicht worden
over de opzoekingen der policie.
M. Guichard voegde er ook nog bij, dat
het laf was, de policiemannen dronken te
maken, om van hen inlichtingen te verkrij
gen.
Een grappenmaker in de klem, te Brussel.
Gisteren avond heeft de policie van Brus
sel een angstig oogenblik beleefd. Ken jonge
Franschman kwam in het hoofdbureel van
policie verklaren, dat Garnier, dien hij zegde
zeer wel te kennen, zich in eene herberg der
Trapstraat tusschen het Stadhuis en de Sint*
Jansplaats gelegen, bevond.
Dadelijk trokken de drie officieren van
policie, Ertel, Claessens en Janssens, aan
het hoofd van een tiental agenten, naar het
aangeduid adres.
Hunne intrede verwekte groote opschud
ding, zooals men denken kan. Doch de zoo
gezegde Garnier geleek hoegenaamd niet op
den baudiet en de man werd dan ook niet
verontrust. Doch de jonge grappenmaker
kwam er zoo goedkoop niet van af. Het kort
ingesteld onderzoek, wees uit, dat hij den
man aangeklaagd had uit minnenijd.
Naar het policiokanloor gebracht, werd
hij ondervraagd en daar het bleek, dat hij
zich zonder middelen van bestaan te Brussel
bevindt, werd hij opgesloten ter beschikking
van het gerecht.
Het is de 18jarige Georges Ghailloux, ge
boren te St-Ouen-bfl-Parijs.