Helena Middleton BUITENLAND. G3!B86B!er22!!SZl!t!2g m 11 Juni 1C!2 is Aalst DE VOLKSSTEM V. Hebt ge geene bloedsporen ontdekt? A. Neen. Meester ROYER. Hoe was de hand doek A. Hij was in twee gevouwen. V. Was er bloed aan A, Neen, maar als ik hot lijk heb aan geraakt vloeide er bloed uit neus en mond. en dit bevuilde het linnen. V. Zag men de plooien van den hand doek nog A. Ja. Daarna wordt M. Augerhausen, policie- kommissaris gehoord. Deze heeft verschei dene huiszoekingen gedaan en ook een on derzoek, om te weten of er geene automobie len langs de baan gereden waren den nacht dor misdaad. Hij heeft echter niets ontdekt. Om 12 uren gelieven wordt het verhoor om 2 ure namiddag hernomen. Dokter Taminiau. van Vorst, is do eerste op de kamer der misdaad geweest en heeft de eerste vaststellingen gedaan. Het lijk van M. Agneessens lag op den buik, gewikkeld in een versch gewasschen hemd, dat met bloed bedekt was evenals een handdoek die er onder lag. De dood was aan verwurging te wijten. Mevr. Agneessens handelde gelijk zot als de dokter haar zegde dat er misdaad in 'l spol was en de policiekomtnissaris moest verwittigd worden. Handel om ter best, x.was alles wat zij kon antwoorden. Dr Gilbert Higer, wetsgencesheer, heeft op het lijk kwetsuren vastgesteld aan de rechter wang, don neus, de lippen, het linker oor, de oogen, de keel, do linker arm en elleboog, heide voelen, den rug, enz., allen samen 85 kwetsuren. De dood is echter aan verwurging te wijten. Getuige beschrijft den toestand der moord kamer. De spiegel van de lavabe w as gobro ken, een paneel was van 't meubel gerukt en een hoek van 'L marmerblad verbrijzeld. Onder een open valies lag het tapijt met Jdoed bevlekt, maar de deur zelvo en hare beide handvatsels waren met bloed bezoedeld, ovenals de heddelakens, een handdoek en het hemd, welke men gepoogd had uit te was- schen. Alles wordt in leekening voor de jury ge bracht. Ook op het stuk zoep en op den zeeppot waren bloedvlekken. Dr Higer zegt nog, dat vrouw Agneessens, gekwetst was aan de linker hand, boven het oog en eene blauwvlek had op den linker arm. Deze sporen konden even oud zijn als de moord de wetenschap kan echter niet met zekerheid juist zoggen hoe oud zij wa ren. Karei Van Eeckhoudt was gekwetst aan de vuist, hetgeen kon voortkomen van een stamp op den mond van hot slachtoffer. In de kamer van Mad. Agneessens werden geon bloedsporen gevonden. Dr Alfred Lebrun, sedert 88 jaren wets- genecsheer, lieeft dus veel ondervinding en li ij twijfelt geenszins dat de dood van M. Agneesse.is aan vorstikking moet toege schreven worden. Drie dagen na de misdaad vond hij kwetsuren op beide handen van Karei Van Eeckhoudt: en bloed onder zijne vingernagels dit werd bij Mad. Agneessens niet gevonden. D' GustaafDe Rechter, wetsgeneesheer, geeft uitleg over do breuken aan spiegel en lavabo en betuigt dat men overal gepoogd bad de bloedsporen weg te wassehen. De zitting, voor eenigen tijd geschorst, wordt om 4 ure hernomen. Dr Stokis, geneesheer, geeft eene voor dracht over de theorie der vingerafdrukken, en dat met teokeningen op een bord. Hij herhaalt onder ander, dat de ongeletterde Russen vroeger alle akten onderteekenden mot den afdruk van hun duim. Vingerafdrukken zijn best kennelijk op voorwerpen van fijne en geslepen stof. Ge tuige doet den deurwaarder een tasschoteltje vastnemen mon ziet er niets op, maar met zeker vocht doet hij er de twee vingeraf drukken op verschijnen, waarin men duide lijk de laaglijnen der huid onderscheidt. Dezelfde proef doet getuige met een blad papier, waarop hij de afdrukken doet schij nen met er een poeder over te strooien. In de moordkamer zijn al de vingerafdruk ken gefotografieerd. Elk jurylid heeft aldus de lichtteekening van 48 vergroote afdruk ken. Op de waschkom waren er negentien, waaronder verscheidene van de twee betich ten. MMrs Braun en Bonnevie, verdedigers van Karei Van Eeckhoudt, betwisten zulks; volgens hen beeft betichte Van Eeckhout een lidteeken op een der vingers en dat werd op de vingerindrukken niet gevonden. Doktor Stokis zegt echter dat liet heel w el kan gebeuren, dat er geen drukking genoeg werd uitgeoefend en hel daardoor is, dat liet lidteeken niet zichtbaar is. D iktor B -nfils. van Nizza, heeft aldaar verscheidene malen M. A. Agneessens ver zorgd deze was eenigzins ziekelijk, doch niet zoo erg, dat een doodelijken afloop kon gevreesd worden. De zitting werd om 6 uren geheven. Woensdag, wordt geene zitting gehouden daar de moeder van Advokaat David begra ven wordt en het 's namiddags beurs is le Brussel. v/V* Da Chedive naar Engeland. De chedive zal Woensdag naar Engeland vertrekken, waar hij den koning te Windsor zal bezoeken. Italië Een brief aan de Armaniers. De Osser- vatore Romano bevat eenen brief van den Paus aan den Patriark van Armenië. De Paus betreurt levendig do handelwijze van den Armeenschen beheerraad. Hij verklaart de beraadslaging nietig en van geene waarde. CJ-axloo,. Negeropstand. De negeropstand neemt op het eiland Cuba zulke uitbreiding, dat men begint te vreezen voor het leven der blanken. H«-t departement van oorlog der Vereenig- de-Slaten heeft dan ook 2 oorlogschepen naar Havana gezonden. Volgens een telg ram van Santiago te Cuba hebben opstandelingen de stad Sagua- de-Tanino verbrand, alsook de statie van Carrière-Liangua. De Amerikaansche kanon- eerbool Nashville begeeft zich naar Sagua de-Tanino. Twee andere pantserschepen,de Nebraska en de Neio Jersey hebben bevel gekregen om naar Cuba te gaan.Volgens een telegram uit Santiago de Cuba, hebben de opstande lingen de compagnie Amerikaansche infan- teiïosoldaten die do mijnen van Cuero bewa ken,aangevallen. De Amerikanon leden geen verliezen. De verliezen der opstandelin gen zijn onbekend. 2e vervolg. Wel, mijnheer, om de waarheid te zeg gen, ik ben zoo vrij geweest dit haar te vra gen het was gister, dat Maria Evans en ili liaar smeekten om den geneesheer te ontbie den Neen, neen, riep zij ons toe, hij kan mij niet helpen, en zij begon te weenen, hetgeen ik haar nog niet zien doen had. Ho madame zeide ik, indien hij u geen goed kan doen, ik ken iemand die het kan. En wie is dat vroeg zij, zich in haar bed oprichtende en mij sterk beziende. Mijnheer Lacy, madame, zegde ik, die geestelijke, welke verleden Zondag het avondgebed voorlas. Zij legde zich wederom neder als teleurgesteld, en ik voegde erbij dat gij waarlijk een heilig man waart, eon licht der kerk, zooals Jantjes schoolmeester zegt. Stil, stil, goede vrouw Denley, let op van zulke namen niet te gebruiken, of liever niet te misbruiken. Maar weigerde madame Rodney mij of eenen anderen geestelijke te zien Ja, mijnheer en zy verzocht mij daar niet meer van te gebaren. Dat is inderdaad eene spijtige zaak eene jonge vrouw, zonder vrienden ster vend misschien.en waarschijnlijk door inwen dige droefheid gekwollen, noch de hulp van den godsdienst, noch de kerkelijke bediening willende ontvangen, zegde M. Lacy, meer tot zich zeiven dan tot vrouw Donley. Hebt gij eenige reden, vroeg hij, zich tot haar wén dende, om te veronderstellen dat die onge lukkige vrouw, niettegenstaande zij somtijds don dienst der kerk bijwoont, eenen anderen eeredienst belijdt 13 JUNI 1912 met de Capucienenlaan, met de uitvoering van don doorsteek der nieuwe straat van de Keizerlijke Plaats naar de Nieuwe Beekstraat van te onderzoeken waardoor liet. komt dat de drie buomeu staande opliet Esplanadeplein rechtover het huis van den heer De Coninck-Van den Bossche, weeral aan 't kwijnen zijn hetgene liet anders zoo mooie plein, onsierlijk maakt, of er geene mogelijk In-id beslaat om zooals M. de Belhu- iie hel heeft gevraagd nog meerdere versie- ringswerkon niet kleinen kost, in onze stad De Vlaamsche Schouwburg M. DAENS vraagt hoeverre het staat met de werken aan den schouwburg. Hij verlangt ook den naam Veemarkt te zien veran deren, en aan die plaats don naam te geven van Deken D'Hert, schilder De Sadeleer, Meganck, Dr Bauwens of andere nog levende Aalslenaars. M. D. DE WOLF. Het schepencollege heeft voorzeker de belofte niet vergeten, over eenige maanden in den gemeenteraad edaan, aangaande het oprichten van eenen u-l° le Vöüren| zooals een klein bloemen- TD cj.its g Lui es. m. Een huiselijk drama. To Lauffen aan Neckar kreeg gisteren een 38jarige werkman ruzie met zijne dochter. Het meisje vluchtte naar haren oom, den herbergier Kast. Toen deze tusscben vader en dochter wilde be middelen, dooddode eerste zijn broeder met een schot. Na die misdaad sloeg hij in zijn uis alles in stukken en zelfmoordde zich daarna. TTIrn Veroordeeling bevestigd. Het beroeps hof van Londen bevestigt de veroordeeling lot drie maanden gevangenis en uitdrijving, uitgesproken tegen den ltaliaanschen liber tair Malalesta, wegens een schotschrift waarin hij een zijner landgenooten te Lon den uitmaakte voor spion van Italië. Ss?]p£*,:oJ Bloedig gevecht te Barriobusto. Te Barriobusto ontstond een gevecht tussclien twee jonge lieden. Andere snelden toe. Er zijn twee dooden en een erg gekwetste. Acht personen werden aangehouden. Ecuador Revolutie te Los Ri06. Er is eene revo lutie uitgebroken in do provincie van Los Rios. Zij wordt aangevoerd door M. Carlos Af faro. ~\7~ ereenigde-Statsn Dreigende staking te Pittsburg. 25,000 mecaniciens en andere bedienden van liet Pennsylvanet ten Oosten van Pittsburg, dreigen met staking. Rusland. Roovers omsingeld, 5 gedood. De policie omsingelde in het dorp Dmitriewka, nabij Makejewko, een huis, waarin eene bende dieven verborgen was. Toen men hunne overgave eischle, openden de bandie ten het vuur op de policie. De troepen wer den geroepen, «lie het huis beschoten. Vijf bandieten worden gedoöd. Men vond bommen in het huis. Het geval Malecka. Mej. Malecka, dio tot vier jaar tuchthuis en verlies van hare burgerlijke rechten veroordeeld was, heeft van don Gzaar genade gekregen. Zij zal naar de Russische grens worden gebracht en mag nooit meer don Russisclien bodem betreden. Er zijn een 60 tal toehoorders als re ze zaagt buitenkomen, ge zoudt gezeild hebben wel honderd man. Als de zitting ten 6u.20m. begint, zijn al de leden op post ter uitzon dering van MM. Gyselinckx Do Valkeneer, op reis in den vreemde. De Clerck en Aug. De Goninck, door rouw belet. De afwezigheid van M. Gyselinckx werd fel opgemerkt. Zooais naar gewoonte, geeft de heer sekre- taris verslag over de vorige zitting, dat ongewijzigd wordt goedgekeurd. M. DE HERT, legt de rekening on de voor- loonigo begroeting van de middelbare jon gens- en meisjesschool ter goedkeuring. M. DE BLIECK vraagt de oppoetsing van den voorgevel der middelbare jongensschool. M. D. DE WOLF zegt, dat zulks reeds gedaan ware geweest, zoo er geen misver stand ware opgerezen tussclien don aannemer en den architekt. In 'plaats van enkel dei: voorgevel, willen wij tevens ook de zijgevels met ciment doen bezeilen, zoodat de uiig; ven van 1800 fr. op 3400 fr. zal komen. Hot werk #al nu toekomend jaar wordei uitgevoerd. M. DE WINDT vraagt andermaal een crediet voor de liamiélsafdeeling. M. DE HERT antwoogdt zeer te pas, dat sulk een krediet in de algemeen© bgrootin moet komen, en hier niet kan opgenomen worden. Hij verzekert dat de handelsafdoe- ling in princiep is aangenomen, en zonder twijfel zal ingevoerd worden. M. D. DE WOLF vraagt de goedkeuring van het bestek der aanbesteding voor het bijhouwen van 3 klassen boven de gymnase- zaal in de Brusselschestraul. M. Van den Eynde is de aannemer voor den prijs van 10510,77 fr. Voor de bemeubeling is «le aan nemer M. Jan Seghers voor den prijs van 2958,66 fr. Andere Rekeningen en Begrotingen M. DE HERT stelt de rekening en de be grooting voor, eerst voor de Academie van Schoone Kunsten, dan voor de Muziekschool. M. MOYERSOEN doet hetzelfde voor de Burgerwacht. Dit alles wordt zonder aanmerkingen aan genomen. nieuwen schouwburg. Binnen enkele dagen zullen de raadslieeren kunnen bemerken, dat liet aangekochto gebouw, palende aan den huidigen schouwburg, zal afgebroken wor den. Ik ben reeds in onderhandeling geweest voor den aankoop van huisjes, gelegen in de Korte St Jorisstraat. dewelke voor de vor- grooting zouden moeten onteigend worden. Ik mag u ook verklaren, Mijnheeren, dat ik reeds eenige theaters hen geweest nazien, onder andere de Vlaamsche Schouwburg van Geut. Het schepencollege stelt zich ook voor toekomende week den schouwburg van Kortrijk te bezoeken.Gij ziet dus Mijnheeren, dat wij tot hiertoe niets vernalatigd hebben, om onzen nieuwen schouwburg zoo schoon en praktisch mogelijk te kunnen inrichten. Ik heb het voorstel gedaan aan liet schepen college, wanneer het oud gebouw waarvan ik zooeven sprak zal afgebroken zijn, langs dien kant aan den huidigen schouwburg twee ijzeren trappen te mogen plaatsen, al was het maar voor een jaar, om in geval van brand meer gelegenheid tot redding te even. Wij hebben in verschillende steden de schouwburgen gaan .bezichtigen, o. a. den Vlaamschen schouwburg van Gent, om al/.oo aan onze stad iels te geven dat waard is van bare bevolking en van hare belang rijkheid. W<tt nu de naamverandering aan-1 gaat, me dunkt, dat de naam Hopmarkt en I niet Veemarkt, gelijk M. Daenszegt, zeer gepast is, en niet moet veranderd worden. Er zijn nog talrijke andere plaatsen waaraan wij denaam kunnen geven van onze Aa'ster- sche beroemdheden. Ik bon overtuigd dat mijn hooggeachte en zoo verdienstelijke confrater DrBauwens, met mij daarin gansch t'akkoord is. M. B\ron deBÉTHUNE. De naam van Willem Van Papenrode, die zoo held haftig onze Aalstersche legerscharen in 1302 le Groeninge aanvoerde, mag niet vergeten worden. M. DE BLIECK. We mogen nu zeggen: de nieuwe schouwburg komt er. De eer van dit werk komt toe aan onzen burgemeester; hel is door hein dat hij er zal komen, want hij heeft altijd voet bij stek gehouden. M. BOSTEELS. Ik sluit mij aan bij M. De Bljeck om hulde te brengen aan onzen burgemeester. De Vlaamsche schouwburg van Aalst, dat zal zijn werk zijn. M. Dr BAUWENS. Ik moet M. Daens bedanken voor zijn goed inzicht ten mijnen opzichte, maar vele namen' wachten in Iret vi.'ried on; die mannen moeten wè eerst ge denken. Later kjiiit ge nog zien wat er te doen slaat. Algemeene hulde aan M. D. De Welf, Schepene van Openbare Werken. De kasseiwerken. Om de beurt vragen nu bijna al de raads leden verbetering aan de eene of andere straat, of de eene of andere uitwijk der stad. Allen nochtans, zonder de kleinste uitzon dering, allen brengen de warmste hulde aan M. Schepene De Wolf, die waarlijk de stad helpt besturen ter bevrediging van de gan- sche bevolking. M. D. D© Wolf bedankt de heeren voor hunne lofbetuigingen en antwoordt in korte woorden op de verschillende vragen der Gemeenteraadsleden. Nog enkele vragen M. BOSTEELS, vraagt hoe ver het staat Neen, mijnheer, dat denk ik niet heeft een klein kerkboek, welk ik soms op hare tafel zie liggen. Ehwel, madame Denley, sprak M. Lacy, na een oogenblik overleg, wij moeten beiden God bidden dat hij in zijne oneindige barmhar tigheid het hart van dit jeugdig schepsel tot zich trekke, en tot de genade, die hij zelf is komen aanbrengen. Wanneer wij morgen in 't Huis Gods met onuitsprekelijke vreugdeden luister van de zegepraal der Kerk zullen vieren, en de gelukzaligheid der heiligen zul len overdenken, van diegenen die door geva ren, arbeid en beproeving ten hemel zijn opgeklommen, dan zullen wij het lijdend lam indachtig zijn, en vurig bidden dat aan haar, zoo wel als aan ons, genade geschonken worde om onzen weg goed te behandelen. Dat zal ik doen, mijnheer antwoordde de goede oude vrouw, met tranen in de oogen maar zoudt gij niet trachten haar eens te bezoeken Ik kan haar toch niet dwingen mij te aanvaarden, zeide M. Lacy evenwel zal ik dagelijks naar uw huis komen vernemen naar hare gezondheid, met de hoop en het betrou wen, dat de tijd zal komen op welken zy zal ophouden hare deur te sluiten voor dengene. door God zelf aangesteld om woorden van vrede aan de beproefden te spreken, en ver giffenis aan de zondaars te schenken. Ik weet, «lat gij alles zult doen wat in uwe macht is om dat einde te bereiken, en daarop, goede vriendin, vaarwel Ik wensch u goeden avond, M. Lacy, en bedank u erkentelijk het moot waarlijk een steenen hart wezen, dat van u zoude weggaan zouder verlicht to zijn. En dit zeggende, nam vrouw Denley haren mantel, greep haren lantaarn, en keerde huis- parksken op de Stalieplein voor liet huis van apotheker Do Valkenecr, hoornen in de Statiestraat enz. Is er geen middel om een onderkommissie te benoemen in den schoot der kommissie van Openbare Werken, gelast mot de versiering der siralen? M. DE WOLF, De raadsleden zijn juist dezolfden als de inwoners. Hue meer er ge werkt wordt, hoe meer er gevraagd wordt, wij doen al bet mogelijke, en juist daarom wordt er door u steeds meer e:i meer ge vraagd. Ik zal mijn uiterste best doen, om aan allen de meest mogelijke voldoening te geven. De werken, waar M. Bosteels van sprak, slaan allen op goeden voet en zullen mogelijk nog dit jaar bun beslag krijgen. Ik ben reeds in onderhandelingen geweest met de eigenaars, palende aan de Capucie nenlaan, met enkelen ben ik reeds t' akkoord en zoodra ik het met allen eens ben, zullen de werken onmiddolijk aanvang nemen. Voor wat betreft den doorsleok, van de Ar- beidstraat naar de Keizerlijke Plaats, liob ik mij ook met de eigenaars onderhouden en ik hoop binnen korten lijd aan de heeren raadsleden te kunnen mededeelcn. dat alle hinderpalen uit den weg geruimd zijn om den bedoelden doorsteek tot stand te brengen. Ik deel volkomen de meening van den heer Bosteels dat wij er moeten naar streven de stad zoo sierlijk en aantrekkelijk mogelijk te maken,het is echter onmogelijk alles in eens le doen daarenboven mag men niet uit het verliezen dat vele veranderingen en nieuwigheden veel gelduitgaven vergen. Hel plaatsen van hoornen in de Statie straat ware voorzeker niet te misprijzen, dit zou echter veel geld kosten, daar er noodzakelijk wijzigingen zouden moeten ge bracht worden aan de straat en de voet paden. Voor wat betreft de hoornen staande op de Esplanade, zal ik eerstdaags doen on derzoeken, wat de oorzaak is van het weg sterven dezer hoornen. De Zwemkom. M. DAENS vraagt den prijs voor 't baden te houden op 15 cm. en niet te brengon op 25 cm. Doch nogmaals gaf M. Daens het ste vigste bewijs steeds maar te klappen en te babbelen, zonder zich de moeite te getroosten eens in don grond der zaak te gaan. M. DE WOLF antwoordde dat de veran deringen genomen waren op. aanvraag van burgers en juist in 't belang van 't werkende volk. In den dag komen dc burgers en om die to „ontlasten van de talrijke kinderen, hebben wij gemeend goed te doen den prijs op 25 cm, te stellen. In den valavond wan neer de werkende klasse komt, hebben wij den prijs gebracht van 15 c'". op 10 c'". 's Zondags, om aan de werkende klas nog eens de volle gelegenheid te geven zich to komen baden, is de pi ijs ook 10 cm. in plaats van 15 c'n. Die maatregel is dus geheel en al demokratisch do burgers moeten meer, de werkende klas min betalen. Doch de burgers hebben geen reden tot klagen, want zij ook kunnen 's avonds komen, of Zaterdag 's en 's Zondags, zoodat dezelfde voordeeion ge nietbaar zijn voor gansch de bevolking. Bo vendien kan ieder aan zeer goedkoopen prijs een abonnement nemen... Ondanks die zoo volksgezinde voorstellen, meende M. Daens weeral eens te moeten critikeeren hadde hij de zaken bestudeerd, hij zou evenals alle liberale en katholieke raadsleden gezwegen hebben, en geen nutteloozen tijd doen ver spillen. waarts door de duistere straten der oude stad. 's Anderdaags 's morgends waren de ge dachten van M. Lacy verdeeld tusschen de troostvolle beschouwingon. die do aanbre kende dag inboezemde, en de droevige bekom mernis, welke de vorige avond in zijnen geest achtergelaten had. Deze laatste nochtans werd ter zijde gelegd toen hi.! in de kerk was, en liet plaats aan de inwendige gerustheid en de vurige godsvrucht, die voor eenigen tijd, als sprankels van 't goddelijk licht, (le zorg en de kwellingen der ziel wegnemen. Wanneer deze bejaarde dienaar des Heeren van op den stoel der waarheid, met indruk wekkende woorden over de gemeenschap tusschen de heiligen van hierboven, en die op de aarde, over den band, die de strijdende Kerk met de zegepralende vereenigt, gehan deld had bovenal wanneer hij mot de meeste eerbiedigheid en liefde.over onzen Hoer Jezus- Kristus gesproken, en hem gevraagd had, dat hij zelf en al degenen die op dezen dag met hem zouden bidden, van God, volgens zijn welbehagen, zouden verkregen hebben zijne tegenwoordigheid altijd indachtig te zijn, en zijnen dienst, in den tijd zoowel als in de j eeuwigheid, goed te onderhouden, was er iets zoo vurig in zijne uitdrukking, zoo aantrek kelijk in zijne godsvrucht, dat de vergaderde menigte, die hem aanhoorde, zich door eenen met vrees gemengden eerbied getroffen voelde. Het scheen hun alsof Elias buiten de schaduw des heiligdoms dezer aarde, tot de glorie van het nieuw Jeruzalem hierboven opgoheven, met zijnen vurigen wagen, uit het gezicht verdween. Na het einde van het sermoen bleef M. Lacy nog in het gebed, tot dat de laatste geloovigen vertrokken.en de stervende tonen des orgels langs de wanden der kerk versmolten waren. Toen hij dan traagzaam den zijbeuk doortrok, stond hij voor de plaats, waar eenige dagen te voren vrouw Rodnev gezeten had. en ter wijl hij daar het verhaal van mevrow Rodnev overdacht, bemerkte hij op den pilaar tegen denwelken zij de gewoonte had te leunen, eenige woorden met potlood geschreven. Zij waren zoo flauw geteekend en waarschijnlijk reeds zoo menigmaal uitgeschrabt geweest, dat hij groote moeite had om ze aan elkander te brengen. Eindelijk nochtans gelukte hij or in, en las het volgende Mijn brekend hart kent niets dan zuchten Mijn geest, die dwaalt, wil mij ontvluchten Mijn ziel 111 inij versmacht Hoe diep be i ik veracht De schimmen doen mij schromen, Die spoken in mijn droomen, Ik zie zo in spotternij, Zich schamen aan mijn zij, En dood en hel en donkerheid, Vervoeren mij tot zinn'loosheid t Het zou moeilijk wezen de verwarring te beschrijven die in de gedachten van M. Lacy ontstond, bij het lézen dezer wanhopige woor den, welke zoo wonderbaar streden met de vreugde en den vrede, die hij in het hart ge voelde. Er was een soort van onverschillige hulpe loosheid te bespeuren in deze belijdenis van zielbenauwdheid, daar staande om misschien door onmedelijdende oogen gezien te worden. Wellicht waren zij geschreven in eenen dier oogenblikken, wanneer het gekwelde hart zou breken, indien het zijnen angst op de eene of andere wijze geen lucht gave. Na eenige oogenblikken overdenking, nam M. Lacy uit zijn zakboek een potlood en een velletje papier., en schreef er de ontdekte regelen op hij schrabde ze dan zorgvuldig van den pilaar, waarop zij geprint geweest waren. Terwijl hij langzaam de kerk uitging, en zich naar vrouw Denley richtte, overlegde hij iu zijnen geest hoe hij best zou te werk gaan om bij madame Rodney toegelaten te worden. Hij was overtuigd dat indien zij kon weten dat hij de woorden gelezen had, die hij nu in zijn bezit hield, zij min tegenzin zou gevoeld hebben om met hem in onderhandeling te treden doch hec was moeilijk haar dit ken baar te maken, zonder hare gevoelens te kwetsen. Wanneer hij het huis bereikt en op de deur geklopt had, was hij nog in twijfel hoe hij de zaak zou aanvangen. Maria. Evans, die madame Rodney oppaste, kwam open doen, en toen M. Lacy naar de gezondheid van ma dame Rodney vernam, antwoordde zij Mijnheer, zij zegt dat zij heden wonder lijk beter is, en zoo kloek, dat zij opgestaan is en op hare kamer wandeltmaar ik vrees dat hare sterkte uit de koorts voortkomt want haar gezicht is rood als vuur, en zij schijnt zich niet te kunnen stil houden. Inderdaad, het is de waarheid mijnheer, maar er is niets aan te zeggen wanneer zy aan den gang is. Zij spreekt in 't algemeen zacht als een lam zij knort noch klaagt maar als zij door iets, wat men haar verzoekt of verbiedt, aangehitst is, dan ziet zij er gansch verwilderd uit. Vrouw Danley zag u daar zoo even inde straat komen, zij zeide het aan madame Rodney (vrouw Denley was boven naar 't vuur eens gaau zien. Ehwel, zeide zij tot madame Rodney Zie, daar komt mijnheer Lacy naar hier ik denk dat hy naar u zal vragen daarop keerde zich ma dame Rodney eensklaps om en sprak Als ik zoo moet vervolgd worden, dan zal ik dadelijk dit huis verlaten I (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1912 | | pagina 2