|j T EEN EN 'T ANDER Eon moordenaar geljncheerd Dit nummer bevat 8 bladzijden en v/Di'dt verliocbt aan 2 centiemen- Er wordt klare wijn geschonken i 4 II Achttiende jaargang n' 211 2 CENTIEMEN HET NUMMER Zondag 8 en Maandag 9 September 1912. d> f9 ABONNEMENTEN Zes maanden 4 franken. Een jaar 8 franken. Inschrijving in alle postbureelen van het land. EERSTE UITGAAF, 4 uren 's avonds. 4% TWEEDE UITGAAF, 7 uren 's avonds. r: i 4fl 728, BUREELEN TE BRUSSEL Steenweg wan Waterloo, 7 22, Bestuurder J. TE AALST Kerlistraat, Telefoon 114 Van Nuffet-De Gendt. AANKONDIGINGEN j KI. 2ank. (1 tot 4 kl. reg.) fr. 0.60 3* biaaz. (de regel) Ir. 0,50 4e bladz. (de regel) fr. 0,30 Financ. aankon, (per regel) fr. 2,00 Reklamen (per regel) fr. 1.0G Gemengd nieuws (per regel) fr. 2,00 Recht, herstel 1. (per regel) fr. 2,00 Overlijden (per regel) fr. 2,0(1 Voor niemand is er nog twijfel dat de socialistische partij eerst en vooral eene ongodsdienstige en bijzonder eene antikatholieke partij uitmaakt. Hunne propagandaschriften, de doe ning van hunne hoofdmannen zijn tast bare feiten die de godsdienstbekam- ping dier partij klaar en duidelijk doen uitkomen. Dit hevige antikiericalisme, die nij dige godsdienstvervolging, die droeve liaatuitboezeming hebben niet weinig bijgedragen tot den zege van 2 Juni laatstleden. De meest doorzichtige der roode leiders hebben het al te laat echter beginnen in te zien, en daarom von den heer Vandervelde en heer Huys- mans het gepast onlangs ter Kamer te doen uitschijnen; dat de socialistische partij een economisch doel beoogt en nastreeft, en den godsdienst van een ieder eerbiedigt. Beide roode hoofd mannen hekelden het zingen van die smerige, onhebbelijke, schandalige goddelooze» liederen,als de «Carmag nole de Ca ira en meer andere, die zoo veelvuldig, ja, zelfs regelmatig' gezangen worden in zeer talrijke so- c alistische middens. Zij die aan poli tiek doen of gedaan hebban in de grootsteden weten er bij onder vinding over mee te klappen. Die schandeliederen worden dus door bijzondere socialistische hoofd aanvoerders aan de kaak gesteld. Dat is wel, en wij zouden gelukkig zijn, konden wij vaststellen dat zulks in den wensch lag van heel de socialistische partij. Treurig genoeg, juist bet te genovergestelde is zoo. Als bewijs hoe ven we niet ver te zoeken. Luistert slechts naar hetgene op 2 September 1.1., gezegd werd in het hoofdartikel van de Journal de Charleroi Het komt er tevens op aan, het vertrouwen der menigten in den pries ter aan 't wankelen te brengen, met hem den oorlog aan te doen, in zijne priesterlijke hoedanigheid, en het ge loof te ondermijnen dat van de menig ten de onderdanige slaven maakt der geestelijkheid. Ge moet aan de geloovige me nigten bewijzen dat de priester een mensch is gelijk een ander, zelfs slechter dan een andere, omdat zijn toestand tegen de natuur, waar hij zich in plaatst, er een gevaarlijken mensch van maakt ten opzichte der zedelijkheid, terwijl de blinds onder worpenheid aan de bevelen zijner over sten, de kwakzalverij van zijne bedie ning, hem onwaardig maken van alle vertrouwen. Ge moet dus pastoors (papen) wreten zooals spottend onze tegenstrevers zeggen, en dezen die zich groote denkers wanen,laten de schou- dersophalen en u als botterikken laten behandelen. Wij beschouwen dat de vrijdenkerij een deel barer zendingzou verwaarloozen indien ze niet zocht om de eenroudigen te ontgoochelen die geloof hechten aan de eerlijkheid en de heiligheid van den priester, omdat hij priester is. Integendeel, ge moet hen doen verdenken dat deze hoedanigheid eene reden te meer is om wantrouwen te hebben. Doch zoo de misdrijven van talrijke leden der geestelijkheid het vertrou wen kunnen doen schokken in dit soort lieden, men zal niets bepaalds beko men, zoolang zal bestaan bet blinde geloof in de leerpunten als bij de god delijke zending der Kerk. Men zal het gedrag der onwaardige leden uit de geestelijkheid betreuren, maar men zal ze volgen. Het is daarom dat men alle reden zou hebben om den spot te drijven met de vrijdenkers die zich zouden tevre den stellen met papenvreten. Eet er van als eetlustverwekker, als buitenkansje (hors d'oeuvre) maar de hoofdpiet blijft altijd de godsdienst; het is hem dien ge moet treffen zoo men de regeering der vrijheid wil zien aanbreken. En het zou vooral aan de socialis ten behooren don godsdienst aan te vallen. Zoolang er in de massas het ge dacht zal heerschen, dat het leven maar de nevenkamer is van den anderen wereld, dat de zaligwording de hoofd zaak is, dat al de ellenden des levens niets zijn vergeleken bij het eeuwige geluk, dat men zich kan verschaffen met ze krisl^lijk te verdragen zoolang ook dat zij de economische leering zullen aanvaarden dat er rijken en armen moeten zijn omdat het de door God vastgestelde orde is, hoe kan men er dan op rekenen dat ze hun juk van ellende en vernedering zoeken af te schudden? Wij aarzelen niet te verklaren dat zoo de vrijdenker zich bij de anti klerikalen moet aansluiten, wanneer deze de scheiding van Kerk en Staat eischen, de verwereldlijking van al de openbare diensten en van de wetge ving, zij nog verder moeten gaan en den oorlog moeten verklaren aan den priester als priester, en aan den gods dienst als versterking waarin al de terugwerkingen, de réacliën zijn sa mengetrokken. En wij verhopen dat het Congres van Munich zich in dien zin zal uit spreken. Daar liggen nu al de schoone frika- dellekens van heeren Vandervelde en Huysmans in 't zand. Ze zouden ons zoo geerne siroop aan den baard heb ben gestreken, en daar komen plots die roode broeders uit de Journal de Charleroi en slagen met geweld de siroopkomme uit de hand der zoete smeerders. Het is in den aard als te Antwerpen voorviel vóór de kiezing M. Franck verklaarde: Wij eerbiedigen den gods dienst. 't Is niet waar, riep Gezel Modeste Terwagne, 't is niet waar.M. Franck, ge zegt dat maar omdat de kiezing voor de deur staat. Ge weet zelf genoeg dat ge beuzelt.... Het Vlaamsche volk had vóór de kiezing niet eens de rechtzinnige ver klaring van noode van wege M. Ter wagne; na de kiezing moest de Jour nal de Charleroi ook de ruiten van heeren Vandervelde en Huysmans niet komen inslaan het was overbodig al de verstandige Vlaamsche bewoners weten waar het kalf gebonden ligt. Papenvreten was, is en blijft het voornaamste doel der socialisten. vV- Belangtrsjlke maneuvers. Van 5 tot 11 September hebben zeer belang- rijke maneuvers plaats in de versterking van Luik. Van 5 tot 6 September zullen de forten van Lonciu en Hollogne gansch gemobiliseerd worden.Den 7 September zal er eene maneu ver plaats grijpen tusschen de forten Héron enEvegnée, den 10ea September zullen al de garnizoentroepen van Luik, het lle linie regiment van Hasselt en drie gemonteerde batterijen van de5eruiterij van Leuven, eene maneuver uitvoeren in dubbele werking in de omgeving van Loncin. Den 11" Septem ber zeer belangwekkende oefeningen te Bressoux. In de maneuvers van 7 tot 10 September zullen de vliegerds gebezigd wor den,uilgevonden door de onderofficieren van de forten van Embourg. Oa legerstepkften d?e>» landen. Moest er een oorlog uitbreken, het Drie- verbond zou 6.326.000 man te been brengen. Duitschland4.000.000man, waarvan620-000 onder dé" wapens en 3.380.000 reservisten Oostenrijk-Hongarië i.800.000 man(225.000 onder de wapens en 300.000 reservisten) Italië 525.000 man (225.000 onder de apens en 300.000 reservisten tegen de 7.400.000 man van d© Triple-Entente. (Frankrijk 2.100.000 man, 600.000 onder de wapens en 1.500.000 reservisten) Engeland 800.000 man, (257.000 onder de wapens en 543.000 reservisten) Rusland 4.500.000 man, (1.200.000 onder de wapens en 3.300.000 reservisten. De vloottsterkfen der landen. Moest een oorlog uitbarsten, liet Driever- bond zou 569 eenbeden kunnen in lijn bren gen tegen 1073 eenheden van de Triple En tente. CO T* co t-' cm' CM CS*; t- ID t CO CO t- CS C ft S C S - I CM OC co ci .o c c s x co MOCOCb "oVc 't Zit er al bovenarms op. In 't Walenland hebben 2 roode kopstukken een braven werkman, vader van 8 kindereu tot bloedens toe geslagen, omdat hij had ver klaard niet te zullen meedoen aan de alge- meene werkstaking, omdat hij zijne vrouw en kinderen geen honger wil laten lijden. En dan komen ze zeeveren over vredelie vende werkstaking. Landboywersbeweging. In 1910 waren er 1237 aankoopssyndikaten met 73.951 leden en hun aankoop bedroeg voor de som van 18.271.693 fr. Coöperatieve melkerijen waren er in 1910 in werking 658.met 59.400 leden. Zij ver kochten dat jaar voor 30.793.726 fr. In 1910 waren er 697 landelijke crodiet- maatschappijen met 21.892 landbouwers en 5.442 andere personen tot leden. De ontlee ningen bedroegen 10.955.072 frank. Wat heerlijk werk hebben de katholieken hier toch verwezenlijkt '3 '3 ft ft O p- O CT-J 00 rc CU of "o 5 •"Ij <M cs '<n -5 c T -r O K O ?-i M O O tS O Q rt s rt rt CS ,£5 "cl P> P» ra CO O c Cm E-i C-, CL OT '3 '5 5 3 Cl O ft lO co T3 ft O* m ui c UI o 3 W fed Zij zója tegen den gcrïs- diewst Iiaet S Het socialistisch Journal de Charleroi braakt de ergste beleedigingen uit tegen priesters en klooster lingen, en voegt er dan bij dat het niet genoeg is papen te vreten, maar dat men het vooral op den godsdienst moet gemunt heb ben de socialisten moeten den godsdienst uitroeien, indien zij willen meester WQrden. Nogmaals eern bewijs dat de socialisten tegen den godsdienst niet zijn. Ditmaal is het niet in Amerikamaar wel in Spanje, dat een moordenaar is geljncheerd geworden. In het stadje Baguèna, ontmoette een inwoner Pedro Bernard, in eene der drukste straten zijne stiefdochter, Mej. Pilar Sabiron. Daar zij reeds herbaalde malen twist hadden gehad, en het meisje onlangs de ouderlijke woning verlaten had, trok Bernard een revolver en loste twee schoten op het meisje. Deze werd door de beide kogels hot hoofd doorboord en bleef dood ter plaats. De verontwaardiging onder de ooggetui gen, die den moordenaar en zijn slachtoffer goed kenden, was zoo groot, dat de moorde naar die zich in zijne woning was gaan ver schuilen, daar weldra door eene aanzienlijke menigte belegerd werd. Het huis werd stormenderhand overrom peld en de moordenaar door de verwoede menigte vreeselijk mishandeld. Toen de gen darmen ter plaats verschenen, trokken" de straffers zich terug. De gendarmen, die Ber nard kwamen aanhouden, vonden nog slechts zijn lijk. lste BRIEF. Luxemburg, 6 September 1912. Ja, voorzeker, er is kermispret in aan tocht nu gaan de wisselagenten ons lan^ bespaarde geld omzetten in reisvermaak en globetrottingsgenot, in verrukte beschou wingder grootste naluurtafereelen, der hei ligste plekken op aarde. De Duitscher zegt dat zoo schoon Wien God wil groote gunst bewijzen, Dien laat hij reizen overal. Zal hem op zijne wonderen wijzen, In wei en stad, op berg en dal. Hetgeen bij den Franschman wil zeggen Le jours se suivent et ne se ressemblent pas. 'k Geloof u, meneer. Als er plezier te maken is, zijn wij. Aalstenaren, er altijd bij, net als de kinpen bij liet voeder maar nu is het toch iets buitengewoons,iets reusachtigs, iets amerikaansch, sedert de geboorte van Adam nooit geschied een Potter of Broe- ckaert uit de een en veertigste eeuw zal dat met verbazing opdelven uit de archieven en daar relaas van geven in de Volksstem. Wat een rumoer op Vrijdag 6 September 1912, aan de statie. Die dag zal aangeboekt blijven als een van koortsig geloop en ge wemel. Heeft het statieplein weer een concert in gericht of een wedstrijd van hardloopon motor-cycles en worstelstrijd in het program (ze hebben er daar immers een handje van weg om het volk te lokken.) of wordt de aankomst van het koninklijk echtpaar ge huldigd Meer, meer dan dat Honderden Aalstenaren gaan beslist de prozaïsche regenbuien van bunnen grijzen hemel ontvluchten onder 't geleide van den E. H. Deken en van M. De Valckeneer. Deze beweert dat niets beter opkan tegen rhumatiek dan de zachtblauwe hemel van 't schoone Italië, met zijn heldere luchten, zijn gulden zonnetje in 't azuren hemelge welf. Mensch toch Dat is andere kadee dan een doodgewoon Zondagsch uitstapje naar St-Job of een mijmerend voettochtje langs de Den derboorden, naar Hofstad®, als we rechts van ons net stille, zwartachtige water der rivier hebben en links die reeks fabrieken die den wandelaars gedachtenwisselingen van toch zulken verschillenden aard ontlok ken, en als men dan links afslaat, door het weidegroon, den berg op en af kuiert voorbij den molen van Matthys. Ja, voor zoo een expeditieken is 't genoeg van hoed op, wandelstok of parasol en handtaschje in do hand en op weg Maar nu, nu zien we er anders uit Waart ge niet daar Wel, gaat dan eens voor een uur in de statie te Brussel zitten, op de bank rechts, bij de horlogie. En ziot daar die Engelschen en Amerikanen eens loopen, ge kent ze wel, die hoog opgescho ten, uit liun broek gegroeide, glad geschoren magere venten en hun fijn puntigen neus met daarop den gouden bril, met hun grijsstoffen slappen hoed op, den voorderrand omhoog geslagen, in den hals omlaag, iets dat staat net als een hollandsche zuïderwester; of kijkt eens naar die houterige misses. Ge ziet niets dan regenmantels, waterproofs, reisdekens, losse overjassen en mantels met veel groen en geel en grijs daarin en geruite dik wollen reiskleuren, phototoestellen en verrekijkers over schouder en borst geriemd. Hemelman, men zag niets anders te Aalst. Echte Engelschmans, gestoofd en gebraden. Men zon gezworen hebben dat het in al hoedenwinkels van 't land reeds uitverkoop is geweest. Is 't nu winter of zomer, of tege lijk in de hoeden wereld 't Gaat net als bij Conscience's zonsopgang op de heide 't Is geen nacht meer, 't is ook nog geen dag. We zijn waarachtig in een overgangstijd perk. Onze reis naar Rome zal het zomer seizoen, sluiten. Eens dat wij terug zijn, is 't volop wintermode. De gevleugelde zwaluwen brengen zonne schijn en lenteweelde mee naar onze lucht streken; de Aulsterscho zwaluwen die nu optrekken komen weer met mist, nog eens regen misschien vorst, sneeuw en orkaan. De dames hebben er zich op voorzien, veel smaak betoond in don keus der reishoedj es windmolens krijgt men bijna niet te zien, trekschuiten evenmin, watertorens of appel en perelaars nog minder. Baden-Powel's hoed heeft veel succes gehad. Van dien vent hebt ge toch gehoord Hij was Engelsch vechtgeneraal tegen de Boeren en was ook de inrichter van de boy-scoutkorpsen. Die droeg zoo een viltje met broeden rund, links hoog omgoplooid, rechts schuin omlaag, 't Is jammer dat Rub- bens vergeten is dat ding te laten brevetee- ren in zijnen tijd. Daarom is 't nu made, in Engeland juist als de stekskens van Denderleeuw en Geeraardshergen. Zoo eene hoofdbekleeding zal onschatbare waarde hebben voor de dame die 't op heeft tijdens de reis. Ook heb ik gezien dat zij de kahki kleur heeft verkozen ..(Die is beter dan corisa- kleur, die maar goed staat op het zwartge- lokte hoofdje der zuid-frangaise, ook beter dan lichtgrijs of wit dat zoo goed niet kan tegen stof van trein en tram. Wat ik ook nog wel vond, waren die wil gebreide mutsjes. De juffertjes die dat dragen zullen het tegen geen goud willen ruilen. 't Is opperbest bij den hevigen wind op de Zwitsersche meren, 't eischt geen lange prie men en vervangt uitstekend de slaapmuts op reis. Van heerenhoofddeksels ziet men alle schakeeringen op den trein van af den los sen, zwierigen en lieren boerenhoed door generaals Botha en De Wet en den edelen president Krüger met zooveel roem gedra gen, tot het guitige, lustige petje van het mager jockeyken. Alleen le bonnet d'Astra- kan van den Pers heb ik vruchteloos trach ten te ontwaren dat is misschien voor da volgende reis ik zie ze nu nog maar dra gen door de kostschooljongens. En de pakkagie, lieve hemel Oude baan- trotters van reiszakken,♦frissche splinter- nieuwelingen, gastjes halfwas, zoo wat de keuteljacht uit de valisenwereld, volgroeide lui, groot en dik, met een paar sterke lede ren bretellen om hun romp, zuchtend onder de spanning van hun diklijvigheid, hier en daar ook een ouderling die toch de baan op- sukkelt on dooreen lichtgrijs linnen omhul sel, met roeden nestel omzoomd, goed figuur tracht te maken in het bontkleurig gezel schap, ja, zelfs met aristocratische stavingan schijnt behebt to zijn en nog wel eens gaarne stoeft met geel of rood geborduurde bloe- mekens op zijn overjas. En wat vormverscheidenheid 1 De recht- en rondhoekige langwerpige valiezen hebben de groote meerderheid in hun parlement; cylindervormige, vierkan tige, platte en rondlijvige komen achterna; sommige schieten van hun voetstuk loodrecht en stout in de hoogte; andere, met meer lijnenschoouheid, rijzen zachtjes op in zwie rige glooiing. Toc-h is iedereen gelijk op de reis zelfs on der dn valiezen. Er is verbond tusschen adel en democratie, tusschen meesteres en dienst meisje. Ik zag zelfs eene Stütze der Haus- frau zooals de Duitscher zegt dat was die eenzame eu schuchtere hoededoos die ook meegedragen werd. De malle De malle attention Opge past Opgepast daar Een laatste vaarwel aan vrienden en ma gen, een warme handdruk, elkaar nog eens om 't halsken gepakt, och, ja, bij 't afscheid voelt men zich toch wel wat melancholiek, bieren daar wordt zelfs een traantje wegge pinkt, maar in 't volle gezelschap, met de geestdrift die allen bezielt, in de gespannen verwachting van 't geen gebeuren zal, met dat geheimzinnig betrachten van groote din gen die in allen eenen zwerm van weelde doen opgaan komt alle melankolie tot bedaren en do glimlach speelt weer op aller lippen; vol moed en betrouwen zoekt ieder zijn plaats, doet en krijgt nog eens beloften van kaarten zenden, brieven schrijven en duizenderlei aanbevolingen. Och, zij .die blijven mogen gerust zijn. Met Codes hulp moet de reis heerlijk afloopen. Denkt toch eens 19 pastoors, 7 dokters, 3 apothekers nemen wij mee. Grafmakers waren niet ingeschre- vou. Van deze 4 uilersten hebben wij er op dit oogenblik dus drie op onzen kant. Moch ten we op den laatsten levensstond ook maar de drie beste van de vier meemaken en klaar ware kees. Een laatste handgroot, een zakdoekwui- vcn, en nu den steven gericht naar het heer lijke zuiden Te Luxemburg 9.33 ure. Op den trein algemeene indruk losse, gulle broederlijkheid men knoopt keunis aan, men wandelt van den éérsten waggon tot den laatsten, loopt rond in do gebuurte. Hier voert men een gemoedelijk praatje, daar lacht en schatert men, ginder zitten de kaartspelers. Verbeeld u nen Zondag avond in de herberg als de driftigste wiezers of biejers te gaar zijn. Er zitten er al eenigen in de hemdsmouwen, zoo warm krijgen zo liet. Daarnevens zit eene oude tante, ze fronst een beetje 't voorhoofd, drukt zich met beide wijsvingers de ooren dicht. Blijk baar is zij met wat Aalstersche luidruchtig heid niet goed 't akkoord. To Namen waren we met 20 minuten ver traging. Te Aarlen waren we reeds op ons uur.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1912 | | pagina 1