Inhuldiging van den Z. H, Deken
VERVALLEN GROOTHEID,
Een vieze Meer en de
Meid snel sterk geheugen.
Onze lieve Heer en het kind
Huis PETIT,
Tli. Stevens,
OFFICIEELE KWOTEERING
fir t 'ia 0 -
aanleiding tot verwarring, maar wij
kunnen den twijfel opheffen door het
hoofd even opzij te draaien. Wanneer
het gehoor eenerzijds slecht is, dan zal
natuurlijk deze vergelijking op veel
wisselvalligheden stuiten en dikwijls
verkeerd uitvallen.
Onze oogen kunnen wij sluiten om
niet te zien,onzen mond kunnen we toe
houden om niet te smaken, maar onze
ooren missen alle natuurlijke slot
onzen neus kunnen wij toenijpen om
niets te rieken, maar de kunstmatige
opstopping van onze ooren. blijft nood
zakelijk nog onvolledig. Wij hooren
altijd terwijl wij rustig ingeslapen
liggen, waken onze ooren, nauwkeurig
lettend op elk geluid.Erzijn maar twee
zintuigen die ons steeds zoo getrouw
bijstaan, dag en nacht het gevoel en
gehoordoch het gevoel is trager, om
dat het ons slechts verwittigt, als wij
reeds den slag gekregen hebben, ter
wijl het gehoor ons wekt eer het on
heil ons treft. Wij moeten, om deze
aanhoudende trouwe waakzaamheid,
zooveel te meer onzen duurbaren schat
verzorgen.
Na de inlichtingen over den bouw en
de werking van het oor. kunnen wij
terdege de gevaren en verdedigings
middelen, bestudeeren.
(Wordt vervolgd).
TE HERZELE
Een dag die lang in 't geheugen zal blijven
der Herzelenaren is wel deze van 8 Septem
ber. dag per plechtige aanstelling en inhul
diging van den Z. E. H. Deken.
Met fiere vreugde hadden de inwoner#
vernomen dat hunne gemeente de hoofd
plaats ging wordon van eene nieuwe uitge
strekte dekenij en begeerig keken ze vooruil
om hunnen nieuwen pastoor-deken te be-
groeteu en geestdriftig toe te juichen. Immers
de faam der priesterlijke deugden en iever-
volle werking van den Z. E. H. De Meester
had de palen van Maria-Oudenhove's gebied
overschreden en vol begeerte- maakten zij
zich gereed hem eene ontvangst te doen,
weerdig van zijne verhevene bediening, weer-,
dig van zijne faam.
Iedereen wilde aan zijn huis, aan. zijne
Straat een feestelijk uitzicht geven en vele
dagen en nachten zelfs werd er gewerkt aan
opschriften, bloemenkransen en triomfbogen.
De langverwachte dag was eindelijk daar;
maar, o jammer, de zonne pronkte en feestte
niet mede en van in den vroegen morgen
poogde een zwarte lucht en regenvlagen ont
moediging in de harten te leggen maar die
kuude regen kon de begeestering niet koelen
en tegen weer en wind in zal men versieren,
zal men opstappen in Stoet en dén Z. E. H.
Deken bewijzen dat liet slechtste weder niet
baat als hel geldt een langbegeerden herder
te begroeten en eer te bewijzen.
Om 3 ure, op de provinciebaan, wordt de
eerste welkom uitgesproken door den heer
Burgemeester Malthys en een klein lief
meisje biedt een prachtige tuil van natuur
lijke bloemen aan, in naam van 't gemeente
bestuur.
Daar bollen de velos, daar draven de
Zondag - mengelwerk.
31° Vervolg.
Na eenig rondsnuffelen vond men echter op
eene tafel, die in eenen hoek stond, een
aanteekenboekje, eenige vollen schrijfpapier
en eene kleine zilveren schrijfgarnituur en
om aan het geheel toch een eenigzins weten
schappelijk en gelétterd aanzien te geven,
lagen eenige deelen van de Chèmivan Ber-
relius de Esprit des Lois van Montes
quieu benevens de Jeugdige herinneringen
van Böttiger ofschoon met stof bedekt
daarnevens in het rond.
Ernstige studiën,sprak de baron lachend.
Maar zie eens hier rier Wirèp, terwijl
hij een door den kamerjonker beschreven
blaadje uit het aanteekenboekje haalde, en
met eenen gesmoorden lach den arm des
barons grijpende, fluisterend vervolgde Op
mijne eer, hier zijn verzen van zijne hand
Naar het opschrift te oordeelen, behooren ze
tot de klassieke school Aan haar, de godde
lijke.
En al moest het mij drie flesschen kos
ten daarmede is hij verzoend, dan moet
ik toch de dichtader van den kamerjonker
leeren kennen, riep do assessor. Toen hij
echter juist op het punt stond, om de belang
wekkende lezing te beginnen, trad de dichter
zelf meteen briefje in de hand binnen,dat hij
hem overreikte.
Bij het doorloopen van het briefje namen
de vroolijke trekken van den assessor allengs
oene meer ernstige uitdrukking aan, tot bij
paarden, daar rollen de rijtuigen die den*
Z. E. H. Deken opleiden naar de Kerkstraat.
De klokke luidt, 't kanon dondert, de Bra-
bamjonne klinkt en de vreemde maatschap
pijen, afvaardigingen der dekenij, en de
lokale societoiten begroeten geestdriftig den
nieuwen Deken. Daar staan Erembodegem
met muziek en afdeeling Xaverinnen. Ter
joden, Höldergem, Sint-Antolinckx, Resse-
gem, Welle met muziek, Borsbeke, Bam-
brugge, Kerkxken, Gent en Haeltert met
muziek.
Verder de lokale maatschappijen Berlin-
dis" sociëteit, pompierskorps, oud-soldaten-
hond, af vaardiging-patronaat, heilige-familie,
zangmaatschappij De Ware Vrienden en
de koninklijke Harmonie St-Cecilia
Vóór 't klooster, eene verrassing een
bloemenperk van veldbloemen, roode kollen
en blauwbloemen die schitteren op hoed en
staf en de lieve kleedij der herderinnekens
van de II. Germana's groep wuivende pal
men. blinkende sterren boven de lange
blonde,vlottende haarlokken der maagden in
wit-rooskleurige habijten gehuld, frissche
stemmen die den gevierden herder tegenroe-
pen Benedictus qui venit...
Iedereen drukte zijne bewondering uit over
die welopgevatte en weluitgevoerde versie
ring en kleeding dier nieuwe groep die met
de processie het H. Sacrament zal begroeten
en onder den toovergloed der zonne al zijne
pracht zal krijgen.
En nu vooruit onder de opwekkende tonen
der pas-redoublés langs Groenlaan, Are- en
Hoogstraat. De frissche bloemtuilen, die
jaarschriften, en in rijmgezetle welkom
spreuken, die triomfbogen en wapperende
vlaggen, die wimpels en die warme toejui
chingen van Leve Mijnheer den Deken
dit alles spreekt luide van de liefde en den
eerbied die de inwoners hunnen nieuwen
herder toedragen.
Het met bloemen beladen rijtuig heeft
stil gehouden. Opgeleid door 't kruis, door
de geestelijkheid en door de gemeenleover-
heid treedt de Z. E. H. Deken zijne kerk
binnen. Prachtig waarlijk is ze versierd.
Gewelf, muren, pilaren, meubels verdwijnen
onder een pracht van behangsels, heider-
schitterende banieren en drapperijen.
Wat zal ik al zeggen van de plechtigheid
der aanstelling Men moet ooggetuige er
van zijn, om al den indruk te gevoeleo:door
die ceremonie in 't heet gegoten. Die ge
loofsbelijdenis en plechtig op het Evangelie
gezworen eed van getrouwheid aan den
II. Godsdienst en de kerkelijke O erheid; die
inbezitstelling van al de plaatsen, waaruit
voor de christenen bronnen van graliëa ont
springen door den nieuwen herder ontslo
ten die plechtige aanspraak van den Z. E.
H. Vikaris-generaal én tot den nieuwen
Herder van aanmoediging en betrouwen, én
tot de Schapen van opwekking tol plicht
jegens hunnen nieuw-aangestelden pastoor
deken. Die zang van dank Te Deum die
helmde om God te danken voor de gunst die
Hij Herzele schenkt door den schat van
eenen priester dien Hij voorbeschikt heeft
voor de lastige taak in moeilijke omstandig
heden die aan de deur staan. Die eerste
zegen van den Herder aan zijn volk, een
zegen door het Allerheiligste Sacrament,
waaruit overvloedig zal vloeien, én kracht
volle hulp voor den nieuwen aangestelden,
zich eindelijk tot zijnen verrasten gastheer
wendde, zegende
Lieve heer kamerjonker, het doet mij
bijzonder leed, dat ik na de lezing van dit
briefje gedwongen beu u te verlaten ik
moet eenen dokter gaan halen. Het briefje
komt van Borgenstjerna, wiens kind ernstig
ziek is geworden en daar mijn vriend zijnen
Alfred niet alleen wil laten, zoo verzoekt hij
mij voor de spoedige komst van den doktor
zorg te dragen.
Wel foei, dat is afschuwelijk! riep de
kamerjonker op geinelijken toon. Heb ik niet
negenhonderd oesters laten komen, en een
champagne-wijntje, waar de engelen in den
hemel naar zouden watertanden het is alles
behalve aardig van den heer Borgenstjerna,
mij op deze wijze de grap te bederven.
Ik stem toe, dat dit hoogst verdrietig is.
maar zoo gij de oesters niet al te haastig opeet,
dan kom ik binnen een uur of daaromtrent
terug en sta voor mijne honderd in.
Doe dat, lieve assessor Gij zult ons niet
alleen binnen een uur nog bijeen vinden,
maar met 's hemels bijstand nog by vijven,
als wanneer wy een rijtoereje willen doen,
waarbij ik het geluk hoop te hebben, mijue
allergoddelijkste...
Wirèn snelde heen, Zonder het slot van
dezen volzin af te wachten. Toen hij juist
den hoek der straat wilde om slaan, liep hij
haast op jufvrouw Nyqvist die van den kant
der brug.kwam.
Lieve assessor, riep zij, heb de goedheid
mij deze afschuwelijke hoogte op te leiden, en
bij deze voorden klampte zij zich aan Wirèn
vast, die nooit minder dan thans lust gevoelde
•haar oenen dienst te bewijzen.
Lieve jufvrouw Nyqvist, sprak hij daar
om, ik heb om u de waarheid te zeggen
DE
V'
éh gratie van gehoorzaamheid en onderda
nige medehulp voor de Herzelenaren.
Een buitengewoon prachtig vuurwerk
moest de feest sluiten, maar oii^duklriglijk
heeft de regen hier de bovenhand gehad en
alhoewel hij het vuur yan den geestdrift niet
kon dooven, heeft hij nochtans belet dat
vuur op te schieten;
't Is dus uitgesteld tot Zondag.
Dit verslag mag niet gesloten worden
zonder luide, openbare hulde te brengen aan
de zelfopoffering en onbaatzuchtige bijtreding
der vreemde afvaardigingen en der lokale
maatschappijen en bijzonderlijk aan den
nooit getemden iever der inwoners van Her
zele die eens te meer bewezen hebben dat de
eerbied voor de priesters in bun hert hoven-
zwemt,
Hier volgen eenige jaarschriften en in
rijingezet te wenschen
Van Bellingen
Zander
En geen ander
Die met een zonental van zeven
Den Zeereerweerden Heer
Een blijden welkomgroot mag geven.
I erstraeten
Jozef Verstraeten
En kan niet laten
Voor den eerweerden Deken
Ook iets uit te stoken
Conscience huis
Dit huis gaf eens Conscience logist
Die zijn volk te leeren lezen wist
't Staat open meer voor u. Eerweerd'
Die onze kindren Jndden leert.
Goublornme- Beenhomoer
Gezondheid schenke u d'IIeer
Tot welzijn van ons ziel,
Een maag diogoed verteer
Tot welzijn van, mijn stiel.
Wagenmaker
Mocht ik aan uw levenswagen
Waarde Heer, mijn handen slagen,
'k Deed hem loopen op de zachtste veer
En ik smeerde hem met 't fijnste smeer.
Aan de Wolvenstraat
UW zaChtstesChapen, LofWaarDIgehcrDer.
Wonen WeL In De WoLvEnstraat.
Baashen
Men noemt mij Baas,
Dat is mapr dwaas,
Maar van ons deken, dat is echt,
Ben ik een nè'derige knecht.
Boven de kerk
Breve longe major
Ecclesia, nooo decano»
UIT HERZELÉ.
Zondag 15 September.'om 8 uren 'sav'ond^
buitengewoon prachtig, vuurwerk aan dep
ouden toren, rechtover.de dekenij. Heel de
toren zal in kleurlichtcn slaan. Eflekten
Bombardement en voor 't sluiten Toren
in brand.
Daar was een heer die een mejsje
huurde. Dat is geen vvonder, neenmaar
die, heer en was geen heer gelijk een
andere 't was een vieze heer hij wou
alle dingen nen anderen naam geven
dan dien welke ze droegen in zijn land
zoo weinig tijd, dat ik u moeilijk tot een ge-
wenschte steun kan strekken. Ik loop te
hard.
O neen, volstrekt niet, ik heb ook
haast, mijne b^ste vriendin, de gravin P...,
wacht mij op een kopje chocolade, en het is
reeds lang over den tijd. Doch ik heb eerst
een bezoek bij de Dressens willen afleggen,
om to zien hoe dat volkje tiet maakte. Het is
echter geene kleinigheid voor iemand die aan
het andere einde tier stad woont, om hierheen
te komen. Maar het spreekt van zelf, do
morischen moeten bij de keus hunner woning
natuurlijk hunne middelen raadplegen, en het
is den hemel bekend, waar de Dressens het
geld voor hunne badreis van daan hebben ge
haald Intussehen, de gravin, mijue beste
vriendin, zooals ik daareven zegde, heeft mij
in vertrouwen medegedeeld, ofschoon zij,
wat bij eene dame van haren rang natuurlijk
is, niet hebben wil, dat men van haar zou
zeggen, dat zij van de omstandigheden van
zulke menschen notitid 'neemt, dat zij door
een harer kennissen in net zekere onderricht
is, dat de luitenant-kolonel tot de voor deze
reis benoodigde som de geinen opgenomen en
daaimede zijn landgoed bezwaard heeft, dat
toen al niet veel te beduiden moet hebbeo.
Ach, T is droevig, lieve assessor, dat de men
schen zich door wereldsehe ijdelheid zoo zeer
laten verblinden en vervoeren Hij is anders
geen onknap mau, die luitenant-kolonel.
Maar zijne vrouw en dochter goede hemel
wat zijn dat voor zottinnen Men kan wel
zien, dat zij tot nog toe niet veel van huis
.zijn geweest. De gravin P.., myne beste vrien
din, 'S echter zoo goed geweest, mij toê te
staan, om de Dressens te doen hopen, dat zy
tot de gezelschappen der gravin zullen toege
laten worden. Onder ons gezegd, heb ik voor
en daarom vroeg hij een meid met sterk
geheugen.
Een flipke boerendochter bood haar
dan aan en 't eerste wat de drollige
heer haar vroeg was dees: «Zijt gij
sterk van Memorie
Vraag mij den dobbelen Kate-
chismus. heerschap, wat en waar ge wilt,
zei 't wakker meisje ik geef U ant
woord zonder een letterken te missen.
Goed, goed zei de heer, die
van alles wist, buiten zijnen Katechis-
musGij moet dus eerst en vooral
weten dat ik alle dingen anders noem
dan de menschen dit doen.
Goed, zoo, Mijnheer maar, ver
schooning, hoe zal ik U dan noemen
Mij zult ge heeten Mijnheeren-
MIJNGOD.
Verstaan zei de meid, terwijl zij
in haar eigen peisde, 't ware beter
Mijnheer Dezot.
En hoe moet ik Mevrouw noe
men
Mevrouw zult ge Juffvrouw Van-
derzoten heeten.
Opperbest,» zei 't meisken, glim
lachend.
Mijn jachthond zu zult ge Kale-
grijze en mijne kat Naaktenblooten
heeten. Het vuur noemt men in mijn
huis Gloria in excelsis den stal,
Klarinnen en de schuur Klaruiten.
't Zal geschieden naar Uw ver
langen, Mijheerenmijngod zei 't meis
ken, en moest ik mij eens misspreken,
werp mij dan maar buiten.
De drollige heer beloofde 't meisje een
groote huur, zegde haar dat zij genoeg
wist voor eenen dag, en "wenschte haar
de beste rust.
Het meiske trok lachend naar hare
kamer en droomt den heelen nacht van
Klarinnen en Klaruiten.
's Anderdaags 's morgens wilde zij
spek en eiérs in de pan doen voor Mijn-
heerenmijnged en voor Mejuffrouw
Vanderzoten, die allebei nog sliepen.
De jachthond (Kalegrijze) en de kat
(Naaktenblooten) lagen hen te warmen
bij het vuur, van weerskanten den
heerd. Kalegrijzen kreeg trek naar het
spek en Naaktenblooten rekte er ook
den poot naar uit, en terwijl de nieuwe
meid aan 't roeren was, stootte de
hond de kat op de kisselende pan, deze
sloeg om, met het noodlottig gevolg
dat de kat, haar pootjes, staartjen en
lieven pels verbrande, en in vlam en
vuur klagend en kermend' den stal in
liep.
Spoedig stond geheel den stal in
brand en de meid liep ras hare meesters
wekken,roepende
Mijnheerenmijngod
Sta toch op
Roept ook Juffrouw Vaderzoten,
\Vant de Kalegrijze
Heeft den Naaktenblooten
In den Gloria in excelsis gestooten
En toen is hij geloopen
Van de Klarinnen
Naar de Klaruiten
En nu brandt het van binnen,
En bruischt het van buiten,
En heel den boei staat in Gloria in ex
celsis
Uit Almanak van Af/lig em.
hen een goed woord gedaan want het ver
kwikt een goed mensch, zijnen naaste te kun
nen helpen, vooral in eenen zoo boozen tijd,
waarin eigenlijk het gold alleen iemand aan
zien verschaft. Doch daar valt mij juist in,
dat ik u nog iets wilde vragen, omtrent de
staatkundige aangelegenheden van...
Ik bid u duizendmaal om verse! ooning,
lieve jufvrouw, ginds zie ik den doktor over
de markt gaan. Ik moet hem spreken, ver
schoon mij. En voor dat het jufvrouw Nyq
vist gelukte, den assessor bij den arm tegen
te houden, was hij haar reeds ontsnapt.
Heer assessor heer assessor riep zij
uit alle macht. Wacht een oogenblik Zeg
mij ten minste,of gij in het dagblad van heden
het vervolg van het artikel... Hemel, wat
een ongelikte beer Ik wilde hem juist mijnen
dienst aanbieden, om hem en zijne versteende
vrouw aan de gravin voor te stellen maar
nu laat ik dat aan een ander over.
In Borgenstjerna's kamer lag Alfred in eene
heete koorts en klaagde over pijn in het hoofd
en op de borst. Zwijgend zat de vader voor
het bed, en hield de hand van den kleinen
lijder in de zijne. Een donker voorgevoel van
het hem boven het hoofd hangend ongeluk
vervulde Ivar's borstde grootste ongerust
heid sprak uit zijne blikken.
Wit gij niets hebbeD, mijn kind vroeg
Borgenstjerna, terwijl hij over Alfred heen
boog.
Ja, ik wil al dat mooie goed hebben,
dat Arcmi gisteren voor mij uitgeknipt heeft.
Ik zal zulke mooie paardjesvoor u knip
pen als zij.
O neen, paarden wil ik nietdie heb
ik al zoo veel gehad. Ik wil kaartenhuisjes en
scheepjes hebben, zooals Ammi ze maakt.
Borgenstjerna nam een blaadje uit zyno
a
16 EN 16 SEPTEMBER lPjg
God, die in den schoone» hemel
Woont, en kent al wal geschiedt,
Is 't wel waar dat ik daar kome,
't Anne kind dat Gij hier ziet l
Ja, mijn kleine, 'k schonk u 't leven
En mijn Zoon zelf kocht u vrij,
Om met d'Englen in den hemel
Eeuwig wel te zijn bij Mij.
Maar, o God, daar zijn ook mehsclion
Die niet naar den hemel gaan
O, ik schrik dat ik als dezen
In de hel zou komen aan.
Deze willen mij niet vragen
Vragen slechts het aardsch genot,
Leven, sterven voor de wereld,
En verachten mijn gebod.
Heer ik wil van nu U dienen
En uw vriend zijn als ik mag,
'k Wil U graag dit leven geven,
Voor den hemel, eeuwig, ach
Kind, mijn vriend, de wereld dreigt u
Docli hij krijgt u niet van Mij
Kom maar immer te Communie
G'erft den hemel dan hij mij.
O. W.
WISSELAGENT,
16, Onderwijsstraat (Achterstraat), Aalst.
Telefoon 68A
Aankoop en verkoop van titels aan 1 frank per
duizend. Kostelooze uitbetaling van coupons en
nazien van trekkingen.
BEURS VAN BRUSSEL 13 SEPTEMBER
Leen van Staat, Provin., Steden
Belgische leening le r.
3
80.90
Belgische leening 2e r.
3
80.70
80!90
Beigisehe leening 3e r.
3
81.—
Belgische leening
2,5
Belgische sehatkistbon 4
100.—
Kongo uitkeerbaar
4
95.60
Kongo (Loten)
77.—
Annuïteiten
3
82.15
82.20
Gemeentekrediet
3
81.40
Gemeentekrediet 1S68
3
100.25
Buurtspoorw. Jan.-Juli 3
79
79.30
Bunrtsn. obl. Mei-Nov
3
79.—
79.30
Buurtspoorw. (loten) 2,5
97.—
Anderleelit 1907
3,5
Aalst
3
Antwerpen 1S87
2,5
84.—
A n (werpen 1908
2
71.75
Brussel 1902
2,5
84.-
Brussel 1905
"2
72.50
Brussel Zeehaven
2
69.50
69.75
Charleroi 1905
3
Gent 1896
2
Elsene 1880
3
Elsene 1908
3.5
Laken 1902
3
Luik 1860
3
133
133.50
Luik 1897
2
69.75
70.25
Luik 1905
2
71.25
71.75
Meehelen 1885
3
81.95
Mechelen 1897
3
Oostende 1852
Oostende 1898
2
06,75
07.—
Sint-Gillis 1904
3
St-Joos-ten-Noode 1 SS:
3
84.50
Schaarbeek (100 fr.)
2
67.50
Schaarbeek (500 fr.)
3
Spa 1909
3,5
Doornik (50 fr.)
3
51.—
Verviers 1873
3
Verviers 1893
3
Tomaten aan 0,25 fr. en 0,15 de kilo.
Witloof, schoone witte Selder, Wijnbeziën
aan 1.00 fr. tot 1,20 fr. de kilo, Meloenen,
fljne Peren en alle soorten van groenten en
fruit. 1026
brieventesch en schreef met potlood eenige
regels aan mevrouw von Dressen, waarin hy
haar Alfred's ziekte en diens verlangen mede
deelde, om de snuisterijen te bezitten, die
jonkvrouw Amalia den vorigen dag voor hem
geknipt had.
Nadat hij dit schrijven afgezonden had,
traden de doktor en de assessor binnen. De
eerste vond den toestand van den kleine niet
zonder gevaar, en de andere beloofde zijnen
vriend, hem elk oogenblik te zullen wijden
dat hij vrij was.
Weinig getroost bleef Borgenstjerna alleen
achterwant de assessor wilde den doktor
uog onder vier oogen vragen, of er kans was,
om den knaap zonder gevaar over straat te
dragen. Hij achtte het niet wenschelijk, dat
Afred bij Ivar bleef, zoo zijn toestand mecht
verslechten, al nam men ook eene zieken
oppasster aan, daar Ivar toch niet van het
ziekbed zijns kinds zou willen wijken. In
plaats dus van naar den kamerjonker terug te
keeren, en bij dezen oesters te eten, begaf hij
zich naar huis naar zijne vrouw.
Lieve Virginia, sprak hij, op den vrieu-
delijksten toon, Borgenstjerna's kleine jongen
is zeer ziek geworden. Mijn arme vriend is
weduwenaar, zooals gij weet, en staat dus
geheel alleen. Hij heeft niemand om hem in
zijnen bedenkelijken toestand te helpen en te
radeD, geen vrouwelyk wezen dat zich het
kind aantrekken kan.
Dat is ongelukkig, antwoordde Virginia
zonder een oogenblik van haar werk op te
zien.
Voor alsnog zou het mogelijk zijn om
hem naar elders te vervoeren.
(Wordt voortgezet.)