i 2
De misdaad van Ukkel.
DE KAPITEIN
;.ivi
DE VOLKSSTEM
's namiddags ben ik mot den blok trein naar
Brussel gegaan, vanwaar ik dit telegram
verzond, zonder te weten aan welk adres.
Gaston bad mij gesproken over oen jood
Karowski. Als ik hem vroeg waarom hij
dien mensch vermoord had, kon ik er niets
anders uitkrijgen 'lis een ongeluk.
Na do'moord heeft hij mij een pakjo in
do hand geduwd. Om geen argwaan bij mijne
aankomende vrouw te verwekken, bob ik
't pakje aangenomen cn later in een struik
verborgen.
's Anderendaags bob ik Gaston gevraagd,
watermol bet lijlc gebeurd was. Ja, zegde
hij, jk heb hot doen verdwijnen cn z'eu zullen
liet niet meer vinden.
Het onderboor is té 12 1/2 ure gedaan. He
zitting wordt gehovénen om 2 ure hernomen.
De namiddagzilting
Op klokslag van 2 uren, doet het hof zijne
intrede.
Eon dor advokaten van Gaston Vergouts
vraagt of hij eenigo proefnemingen mag
doon met hel schrijl'machien waarop Gaston
Vergouts de beruchte postkaart zou geschre
ven hebben. Daar. de eigenaar ook een
getuige niet kan aanwezig zijn, liuu de
voorzitter zulks niet toestaan.
Daarna begint
Het getuigenverhoor
De eerste getuige is de beer Lamproyo,
onderzoeksrechter.
Dezo legt in 'l lang:en in 't breed uit, hoe
bij het onderzoek der zaak bogon, boe bij
vermoedens kreeg op'Gaston Vergouts, boe
bij nadion zekerheid kreeg, dat Gaston en
ootRiohard de daders waren, hoe de twee
gebroedors olkander be licht ton, enz., enz....
Kortom, do onderzoeksrechter in zijne
verklaringen, hSrheult nog eens, mot nog
meer bijzonderheden, al do feiten en bewijzen
in de boschuldigingakle vervat.
Do twee betichten schijnen zich erg to
vervelen. -
Hunne advokaten' stellen verscheidene
vragen aan don onderzoeksrechter, namelijk
over de betrekkingen van Gaston Vergouts
met Provo. Uit liet antwoord van M. Lam-
proye, blijkt, dat Gaston geruimen tijd de
misdaad moet voorbereid hebben.
Gaston had ten andere geld noodig want
hij verteorde er schromelijk veel, daar bij
betrekkingen onderhield met verscheidene
vrouwen. s
Sprekende over de juweelon van M. Provo
on dezo van Gaston Vergouts, ontstaat er
eeno betwisting. Gaston beweert dat do ring
do zijne is, terwijl do onderzoeksrechter ver
klaart. dat Mev. Provo den ring herkende
als hebbende aan baron man toebehoord.
Om 5 ure wordt do zitting geheven en
tot Woensdag bepaald1.
4
Na de aanhouding van den vermoedelijke»
dader.
De onderzoeksrechter M. Dolaruwière, ge
last met-hot onderzoek der moord op mad.
Clara Pelsef te Ukkol gepleegd, is Maandag
uit Amsterdam lo Brussel teruggekeerd,
evenals do rechterlijke oliicier M. Anger-
hauson.
Daar Bestebroer cn zijne gezellin Neder
landers zijn, kunnort zij niet uitgolovord
wordeu.en moet bot' onderzoek bijgevolg
door do Ilolbndsclie magistraten gedaan
worden. ;i"
Ondervraagd ovor liet gold dat bij korts
na de misdaad to Ukkél bezat, beeft Besle-
broor allerlei uiilegginge» gegeven, die
zullen onderzocht worden.
Gelijk men wool \Verden in het huis dor
misdaad, op eeno wijnfloscli, vier vinger
indrukken ontdekt. Déze zullen met die van
Bestebroer vergeleken worden. Men hecht
het meeste belang aari'dezo vergelijking.
Algemeene aanval van Andrinopel door de
Bulgaren.
Dijnsdag morgend hebben de Bulgaren
don algemeenen aanval van Andrinopel be
gonnen. Al de versterkte 'plaatsen van don
sektor van den Oostkant van do stad zijn in
do handen der Bulgaren gevallen.
De aanval.
De aanval bogon to 1 uur van don mor-
gond, langs allo kanten te gelijk.
Rond 3 1/2 ure, deden do Bulgaren eenen
stormloop met de bajonet en niettegen
staande den bardnekkigen tegenstand der
Turken, maakten zij zich meosler van al do
versterkingen van den Oosterkant. De Bul
garen maakten zich tezelfdertijd meester van
twaalf kanonnen met al hunne toeheboor-
len, vier mitrailleuzen en maakten rond do
300 Turken krijg6gevangon.
Do Bulgaarsclie voorposten zijn nu gele
gerd op omtrent één kilomotor afstand van
de forten; op do andere sektons werd de
vijand door do Bulgaren achtervolgd en
langs vele kanton verjaagd.
Gevechten te Tchataldja.
Daar hebben de Bulgaren op heel do lijn
do Turken achteruit gedreven, zij bezetten
nu de hoogten van Onnanli en Epivalor.
De bevelhebber van Constantinopel heeft
aan al de officiers, die in verlof waren be
richt gestuurd, dat zij op staanden voet terug
naar hanne regimenten van Tchataldja moes
ten optrokken.
In Albanië.
Talrijke benden Albaneezen doorkruisen
bun vaderland en vallen do Serviërs langs
alle kanten aan. Die benden hebben gewoon
lijk twee honderd tot twoe honderd en vijf
tig man, zij zijn overigens heel goed gewa
pend.
Een gevecht had plaats in den omtrek
van Jakova, tusschen eeno dergelijko bende
en Servische henden, geholpen door Monte-
negers. Het gevecht duurde vier uren on
dan alleen werden de Albaneezen op de
vlucht gedreven.
Een ander gevecht had plaats te Kaloan-
délon.
Rond Mitrovitza en Prizrend wordt de
streek in allo richtingen door dergelijke bon
den doorkruist. In do militairo kringen van
Uskub is men zelf ©enigszins verontrust om
do handelwijze dier benden.
Men schijnt daar ook overtuigd te wezen
dat al de wapens der Albaneezen hun wor
den bezorgd door do Oostenrijkers. Sommi
gen boworen zelf dat al de kloosters en ker
ken in.stapelhuizen veranderd waren waar
buskruit en vuurroer in overvlood voor
handen liggen.
Montenegro tegen Oostenrijk
Montenegro lreeft aan Oostenrijk en aan
al de Europee8che mogendheden eene nota
gestuurd om hen le verwittigen dat do niet
strijdende bevolking van Scutari do toelating
zal krijgen de stad le verlaten. Diezelfde
nota teekont verzot aan togen de handelwijzo
van Oostenrijk.
Een groot gevecht te Tchataldja
Sedert Dijnsdag morgend wordt een lievig
gevecht geleverd tusschen Iiadikeui en Tcha
taldja.
Dijnsdag avond liep te Constantinopel het
gerucht, dal de Bulgaren totaal zouden ver
slagen zijn. Een ander telegram voegt erbij
dat het go vecht voortging op heel do front
linie en buitengewoon lievig was. De rech
tervleugel d9r Turken is vooruitgedrongen.
Do troepen van San Sléfano zijn naar
Tchataldja vertrokken.
27 mIaIIT 1013
A. Dat is heel gemakkelijk om zeggen,
be onderzoeksrechter heeft mij herhaaldelijk
loen schrijven, maar ik moest de letters ma
len volgens zijn aanduidingen.
V. Alvorens naar Biecht te rijden, zijt
jij in den bazar der Groenplaats geweest en
kebt gij or eene scliup gekocht
A. Ja.
V. Waarom hebt gij zulks in den be
ginne geloochend
A. Om bera te redden omdat, hetzelfde
bloed ons door de aderen vloeit
V. Gij hebt nog geloochend, toen Ri
chard reeds bekentenissen had gedaan.
A. Ik heb tot hel laatste oogenblik ge
tracht hem te redden, omdat hij denzelfdon'
Saam draagt als ik.
V. Wat is er t£ Brecht gebeurd
A. Mijn broeder heeft de scliup geno
men en ik droeg het geweer, terwijl Provo
..den zak had genomen.
Gekomen in het middenbosch, heb ik Ri-
tharu aangeraden zich op den den weg to
plaatsen om gemakkelijker wild te kunnen
sckieton.
Dramatische tooneelen
Nauwelijks was ik wog of ik hoorde, vol
gens mijn gedacht, t\vëe geweerschoten. Ik
keerde op mijne stappen terug on zag Richard
met het geweer in «le hand, en naast hem
lag het lijk van Provo. Als waanzinnig riep
ik uit Richard wat is gebeurd
On dit oogenblik springt Richard recht,
en roept - Wat or gebeurt was, dat gij
Provo hadt doodgeschoten.
Do Voorzitter spoort Richard aan kalm
lo blijven, gij zult straks uwe verdediging
mogen voordragen.
V. Wat hebt gij toen gedaan
A. Bij het zicht van het bebloed lijk van
Provo, begon mij het hoofd te draaien, en
het was mij alsof ik het verstand had verlo
ren. Nochtans als in een droom, hob ik ver
volgens gozien dal Richard de diamanten en
Jiel geld van Provo heeft geroofd en het lijk
in den put wierp.
V. Ten slotte zijt gij samen terugge-
koerd Hoe waart gij daarvoor overeenge
komen 'i
A. Aan hot einde van het bosch, op den
.steonweg, is Richard bij mij gekomen. Hij
/heeft mij verzocht hem op to laden en ik heb
/aan zijn verzoek voldaan. Hoe kon ik anders?
Jk was als waanzinnig dion dag en hij, do
moordenaar, was immers mijn broeder.
De eerste beschuldigde steekt alsdan do
[bandon vooruit en roept op thealralen tóón
- Bij bet kruisbeeld, dat daar hangt, zwoer
•ik dat ik .geen moordenaar ben, maar dat
mijne banden zoo rein zijn als van een pas
geboren kind. n
Richard roept nogmaals Gij hebt don
moord gepleegd
V. Maar- boe komt hét dan. dat gij aan
den hr Mommens de diamanten hebt te koop
geboden, welke aan Provo werden ontroofd
A. Richard heeft mij in mijn bureel de
diamanten ovörhandigd en mij gevraagd de
zelve te verkoopon.
V Gij wist toch wel dat uw broeder
niet voor zulke belangrijke som diamanten
kon bezitten
A. Ik heb daar niet aangedacht. Overi
gens, ik wist niet wat ik dien dag deed.
V. Hebt gij aan uwen autogoleider en
aan don bediende van den hr Flamont ge
vraagd om niet te zeggen dat gij op dion
dag dor misdaad, mot uw automobiel waart
uilgereden.
A. Ja, ik zou bet onmogelijke gedaan
hebben om hem te redden.
V. Cij bevondt u in een ongunsligen
geldelijken toestand. De boekhouders hebben
zulks vastgesteld.
A. Do deskundigen hebben zich hier
UOgmaals bedrogen.
MET DE
ROOIDE HAINTDEiV
(32* VERVOLG.)
Roscoff keerde naar zijn kabien lerug,
Hrierp een mantel over do schouders en ver-
Jscheen weldra weer, maar nu gevolgd door
/Jules Grenier, Candal cn Pierick, die insge
lijks in mantels gewikkeld waren.
Pierick daalde het eerst in de sloep af, en
een vaatje scheepsbeschuit werd met een
louw naar beneden gelaten onder verschil
lende voorwendsels liad men intijds de ma
trozen zooveel mogelijk naar de kooien laten
gaan, en bovendien was 't zoo'n stikdonkere
nacht dat men op geen twintig meters afstand
jets in dc zee kon onderscheiden.
liet uur van middernacht sloeg.
Dat men do lanteerns brenge, beval
Roscoff en hij liet er op volgen Mijne hoe
ren, zjjt go met alles gereed
Kapitein, wij wachten u, was 't eenpa
rige antwoord.
Roscoff wende het hoofd en sprak met vaste
stem tot den burggraaf de Kéroulas Burger,
klim af
Hector klom langs de touwladder in de
sloep.
In weerwil van de ontzettende duisternis
was dit nachtelijk taforeel aan het scherpe
oog der weinige matrozen, die de wacht had
don, niet ontgaan.
Zij konden zich de zaak niet verklaren,
maar begrepen toch zeer goed, dat er op dit
uur, by zoo'n buitengewoon duisteren nacht
V.Gij waart g/Blil verschuldigd aan den
hr Delhez en aan oen juwolier le Brussel.
A. Dat norm ik goen schulden. Aan
den hoer Delhez moest ik ongeveer 9000 fr.
en aan den juwelier to Brussel 3000 fr. Ik
had daarvoor 18.000 fr. juweelen gekocht.
Wanneer men mij met vrede bad golaton,
ware alles betaald geworden.
Hiermede was do eerste ondervraging van
Gaston geëindigd.
Ondervraging van Richard Vergouts
DE VOORZITTER. Gij waart nog nooit
vóór den 24n September met uw broeder op
jacht geweest. Wanneer heeft hij u daartoe
uitgenoodigd
A. Den vorïgen dag.
V. Waart gij hierover niet verwonderd
A. Zeker, iieer voorzitter, want ik was
aan zulke vriendschapsbewijzen niet gewoon.
Gaston deed mij op zijn bureel komen, en bet
eerste wat bij mij zegde was eene opmerking
omdat ik vijf minuten te laat kwam.
Mot do automobiel zijn wij naar den bazaar
der Groenplaats gereden, waar Gaston eene
schup kocht. Ik was zeer verwonderd dat
Gaston zulke grooto schup kocht om op hot
fret te jagen.
Nadat wij nog slil hadden gehouden bij
den wapenmaker Gervais, verleide Gaston
mij dat hij den vorige» een vriend had uit
genoodigd om ons te vergezellen.
Dezen persoon hebben wij opgeladen op
don Mechef&chen steenweg. Om naar Brechl
le rijden heeft Gaston altijd den achterkant
der vesting gehouden. Wanneer ik hem
vroeg waarom hij den slechten weg nam,
kreeg ik ten antwoord Dat zijn uw zaken
niet
Te Brecht is Gaston uitgestapt om aan een
man te zeggen, dat hij dien dag zijn diensten
niet noodig had.
Ik moet ook zeggen dat toen Provo, dien
ik niet kende, in de automobiel stapte, en de
schup zag, deze aan Gaston vroeg wat hij
daarmede ging doen. Dat is voor mijn
boschwachtor kreeg hij ten antwoord.
Wanneer wij do automobiel te Brechl
verlieten, deed Gaston mij het geweer hou
den, ten wijl Provo do schup moest dragen.
Deze vroeg leen waarom hij de schup niet
aan den boschwachter had gegeven. Omdat
wij die misschien kunnen noodig hebben,
zegde Gaston.
Vorvolgens geeft Richard breedvoerige
uitleggingen over den weg, dien zij volgden
in het bosch. Provo zegde op zeker oogen
blik tot mij «Uw broedor ziet er zoo zon
derling uit waarop ik antwoordde dat wij
daarop geen aandacht moesten geven.
Toen ik het geweer aan Gaston had over
handigd, zag ik eon konijn loopen en was
verwonderd dat mijn broeder daarop niet
schoot.
Als ik in don dreof was, zag ik dat mijn
broedor bot geweer in den nek drukte van
Provo, terwijl deze gebogen was en vervol-
gons schoot.
Mot dearmon in de lucht zwaaiend, kwam
mijn broeder vervolgens tot mij geloop©»,
roepend Richard or is een -mgeluk ge
beurd, ik heb don man bij ongeluu getroffor.»
Ik antwoordde Gij liegt, lafaard, gij bobt
hem met opzet gedood,ik heb het gezien.»
't Is een ongeluk, herhaalde Gaston. Dan
zag ik hoe den heer om zoo to zeggon op do
scliup was neergestuikt. Dan heeft Gaston
nog tweemaal geschoten, dus drij schoten,
waarvan het laatste moest verloren zijn
gegaan.
Op het smeeken en bidden van Gaston en
om de schande voor de familie lo vermijden,
heb ik hem beloofd te zwijgen.
Onwaar is hot dat ik in eene herberg mijne
handen heb gowasschen, Hij hoeft zijn han
den gewasschen.
Er is tusschen mij en Gaston geon kwestie
geweest van diamanten, maar hij heeft mij
den tekst van een telegram opgemaakt en
geen sprake kon zyn van een tochtje of ver
kenning. Bovendien toekende zich iets on
heilspellends op liet gelaat van don kapitein,
de officiers zeiven schenen moedeloos en wa
ren stilzwijgend. en uit de oogen van burger
Hector sprak zichtbaar eone grooto droef
geestigheid.
Na den burggraaf daalde Roscoff in de sloep,
waar men hem verzocht de ©ereplaats in te
nemen.
De handen aan de riemen en vooruit
beval de kapitein, cn ijlings schoot het lichte
vaartuigje over den duisteren waterspiegel.
De matrozen van de Themis lagen over do
verschansing gebogen en beproefden iets te
onderscheppen doch 't was hun onmogelijk
de sloep in't gezicht te krijgen, zoodat het
steeds zwakkere geluid van den geregelden
riemslag alleen aanduidde dat het vaartuig
zich meer en meor van hen verwijderde.
Van dien nachtolijken tocht verwacht
ik niets goeds, zegde een matroos tot zijn ka
meraad, de mijnen springen tegenwoordig
verkeerd én men zou zeggen, dat de sloep
ginds een der Venitiaansche gondels is, waar
van de passagiers nimmer terugkeeren.
Waarom verbeeldt ge u dat vroeg zijn
makker. Waar is het, dat men bij den kapi
tein schijngestalten waarneemt als bij de
maan, of het onderscheid tusschen een gril
en slechte daad...
De kapitein is tot alles in staatmerkte
de andere kwaad op.
Guilanek had opnieuw zijn speeltuig voor
den dag gehaald en speelde de aria van juf
vrouw de Kéroulas.
Eenige matrozen voerden op liet achterdek
een druk gesprek wat- zij bespraken kon
men niet opvangen, maar hunne houding en
gebaren beduidde jfniet veel goeds, en zy ge
voelden natuurlijk dat een ongeluk op handen
was.
't Was een uitgewekene, een edelman,
zegde een zeeman, doch in ieder geval een
flinke kerel, die ons allen een geduchte les
heeft gegeven, welkeik niet spoedig zal ver
goten, en die burger Roscoff, bij moge zoo
knap kapitein zijn als!;..
De zeeman hield plotseling op, want een
hartverscheurende gil weerklonk ovor de
watorvlakte en trof de bemanning van de
Themis diep.
Gerechto hémelriep Flambard ontsteld,
ginds wordt iemand vermoord
Een boot! eert' bootschreeuwden de
matrozen, men doodt tien dapperen vreemde-
u,,ff 4.
Andermaal klonk eén doordringende, pijn
lijke kreet de manschap in de ooroD, maar
nu als een vaarwél, langzaam en wegster
vend/.. J#
Mannon, sprak Flambard, doet geen noo-
delooze moeite, 't is de verzuchting eens ster
vende...
Een oogenblik stond do manschap van ont
roering als aan den 'bodem genageld, maar
weldra overmeester.?*#) diepe reran i\vê«-rdi:
ging en fello woedo hen goh cd en dreigend
balden allen de vuisten in de richting, waar
Roscoff met de zijnen |was heengeroeid.
De vijandelijke steipming tegen den kapi
tein, welke thans aan boord heerschte, wa3
veel heviger dan bij 'tui tb reken van den op
roer. Toen was bun vaderlandse!) gevoel in
verzet gekomen, omdat Roscoff weigerde bet
gevocht met de E'igêTschen aan te gaaiff nu
echter gevoelde ied^ftibfreos zich ten zeer
ste gekrenkt duordiéjï bier Villoktiirig een
afschuwelijk misdrijf r/erd gepleegd aan do
menschheid.
Toen de matroozen eindelijk den riemslag
van de sloep hoorden naderen, spoedden zy
zich naar den kant van het schip, waar do
touwladder hing. Men hief de lichten in do
hoogte, men peilde de duisternis cn de zee,
doch zag niets. Alleen het geklots der baren
zegde hun, dat de sloep steeds naderde, tot zij
ten leste weer naast do Themis lag.
De eerste, die aan boord kwam, was Pie
rick op hém volgden Candale en Cremer en
na dezen de kapitein, die order gaf de boot
omhoog te hijschen.
De ontstelde matrozen wierpen elkaar een
gramslorigen biik toe, en zagen met ontzet
ting, dat de vyf personen, die met de sloep
heengegaan waren, er slechts vier terugkeer
den.
De kapitein riep de officiers bijeen in de
kajuit, tegelijk ook vergaderkanjer. Zoodra
allen waren gezeten, wiorp hij een ondervra-
penden oogslag op hen de officiers geleken
standbeelden, geen woord kwam over hunne
lippen en de oogen stonden onbeweeglijk in
de kassen.
Komaan dacht Roscoff, 't is eenmaal
zoo, ik zal den lesten druppel van den lijdens
kelk drinken.
Uit eene roode portefeuille haalde hij oenige
papieren te voorschijn en las ontroerd on met
gevende stem het bevel voor, hom op de reed©
van Brest gezonden, benevens dat, waarvan
hij daags te voren, overeenkomstig zijn or
ders, bad kennis genomen.
Burgers zegde hij ten slotte, het bevel
is ondubbelzinnig un^ik was Yerplichk er mij
stipt aan te houden... 't Is niet aan mij om het
gouvernement in wiens dienst ik ben te bc-
oordeelen... Nóchtans log ik de verklaring in
uw aller tegenwoordigheid af, dat wy niet
verantwoordelijk kunnon gesteld worden voor
Brussel. Overreden. M. lienri B..,
wonende to Luik, werd Maandag avond in
do Prinsenstraat omvergereden door eonen
automobiel, waarvan de wieion hem over
hot lichaam liepen. Do ongelukkige werd
erg gewond cn met verscheidene gebroken
ribben opgenomen en naar hot St-Jansgast
huis overgebracht.
Aangehouden. Bë rechterlijke poli
cie heeft Dinsdag morgend in eeno gemeu
belde kamer van den Vlaamschen steenweg
de echtgenoolen D. J..,aangehouden, afkom
stig van Champ-Saint-Père(Vendée), beticht
vau bedrieglijk bankroet in Frankrijk. Op
liot oogenblik hunner aanhouding hadden zij
900 fr. in hun bezit.
Etterbeek. Gevaarlijk speelgoed.
Een 43jurigeknaap speoldoDinsdag morgend
met eeno karubion op oen onbebouwde»
grond achter do kazerne Tan Etterbeek.
Andere knapen kwamen cr voorhij en be
gonnen met den schutter te spotten. Deze
word woedend, legde aan in de richting dor
spotters, schoot en trof een hunner, Emma
nuel Van Hemelryok aan de bil. Op liet hulp
geroep van bet slachtoffer en dezes makkers
snelden inwoners der wijk toe. Do gekwetste
werd naar het gasthuis overgebracht, waar
do kogel kon uitgehaald worden.
Laeken. Goede vangst. Eon zekere
Ad. M..., géborén te Brussel in 1878, word
sedert lang door do policie opgezocht. Hij
ha'd een straf uil le doon van 10 jaar wegens
diefstal, moord en andere overtredingen.
Maaiidag werd M. Coen, policieofficior te
La eken, gewaar dat M... zich onder den val- j
schen naam van Gardenat op eene gemoubol-
de kamer van den Antwerpschen steenweg,"
209, bevond. M. Goen, vergezeld van den
rechterlijken agent Demoldor, begaf zich
aanstonds naar dit adres, en vond er inder
daad den bandiet. Deze maakte opstand togen
de policie on poogde te ontvluchten. Na een
langdurige worsteling slaagde M. Goen er
in den kerel in bedwang le houden. Hij is
dan naar 't policiebureol geleid en na eone
korte ondervraging naar 'tgevang van Vorst
overgebracht.
De vrouw verandert dikwijls, maar nooit
voor liaren koffie, want zij gebruikt altijd de
uitmuntende chiooree der Trappisten Vincart.
1500 T
Ukkel. liet drama op den Alsemberg-
schen Steenweg. Ondanks de opzoekingen
der policie werd F. S.., de dader van liet
schrikkelijk drama dat Maandag morgend
plaats had op den Alsembergschen Steenweg
ie Ukkol, nog niet ontdekt. Men denkt dat
de moordenaar, 11a zijne bloedverwanten be
zocht te hebben aan de Liverpoolstrafft,in de
vaart van Charleroi aal gesprongen zijn.
Dinsdag morgend, was de toestand van
het slachtoffer, zich bevindend ia het Sl*-
Eiisabelhgasthuis, nog altijd zeer gevaarlijk.
De meid word met een mes gestoken in het
gelaat, in don schouder en in don rug.
Jaloerschlieid zou de drijfveer der misdaad
'zijn.
Leuven. Dief stallen in de treinen
Wanneer een trein uit Herbestbal in de statie
van Leuven (Stapelbuis) toekwam, stelde
men vast dat een waggon onder weg word
opengebroken. Eon verzekerd pakje, voor
10.000 fr. koopwaar bevattend, was ver
dwenen. Een ander pak werd opengescheurd
en daaruit verdwenen voor 250 fr. gouden
voorwerpen.
Erge hoefslag. Twee kinderen
speelden op do vesting achter het stapelhuis.
Twee paarden kwamen met eenen geleider
voorbij de spelendo kinderen een der paar
den stampte naar do kleine Darausor 2 1/2
jaar oud, Glasblazerijstraat, en trof het op
hot hoofd, een groote wonde veroorzakende.
Doktor Waaiers, die het kind rorzorgde,
vond de zaak erg on kon geen uitspraak
doon. Do paardengelcider is lot nu toe onbe
kend.
doze wandaad.,. Er bevond zich in Frankrijk
een verdacht persoon, gij, myne lieeren, kunt
getuigen, dat hij aan boord van mijn schip ls
gebracht. Dat hij. Burgers, leve do republiek!
Lore de ropubliek antwoordden de offi
ciers nauw hoorbaar en droefgeestig.
Thans verzoek ik u, burgers, liet proces
verbaal to willen ©nderteekencn van 't geen
er is voorgevallen...
Do officiers zagon voor zich en toekenden
stilzwijgend.
Ziedaar alles, wat ik u had mcê te dcc*
Ion, hernam Roscoff.
Onmiddelijk stonden do officiers op en be
gaven zich misnoegd en ontevreden naar hun
hangmat, waar ze door don slaap 't doorge
stane leed trachtten te vergeten.
Toen Roscoff zich alleen bevond, bedekte
hij zich't aangezicht met do handen en pein
zend over het ontzettend tooneel, waarvan hij
niet slechts ooggetuige, maar waarin hij ook
handelend opgetreden was, begon liy over
vloedig tranen te storten. Hij slaakte een die
pen zuchten riep vertwijfelend uit
Welke gruweldaad hob ik toch helpen
uitvoeren... Erbarming, Heer
Zoo kermde Roscoff en waarlijk, daar be
stonden ook redenen voor den kapitein van
de Themis om zioh over zijne handelwijze, te
beklagen.
XII. GUILANEK.
Na al hetgeen wy in den vreeselijken nacht
hebben zien gebeuren, waarbij de officiers van
de Tjiemis als schuldigen in dit drama optra-
den, kon het wel niet anders, of allen moes
ten het overige gedeelte van den nacht zeer
onrustig doorbrengen.
[(Vervolgt.)