i 2 De misdaad van Ukkel. DE KAPITEIN ;.ivi DE VOLKSSTEM 's namiddags ben ik mot den blok trein naar Brussel gegaan, vanwaar ik dit telegram verzond, zonder te weten aan welk adres. Gaston bad mij gesproken over oen jood Karowski. Als ik hem vroeg waarom hij dien mensch vermoord had, kon ik er niets anders uitkrijgen 'lis een ongeluk. Na do'moord heeft hij mij een pakjo in do hand geduwd. Om geen argwaan bij mijne aankomende vrouw te verwekken, bob ik 't pakje aangenomen cn later in een struik verborgen. 's Anderendaags bob ik Gaston gevraagd, watermol bet lijlc gebeurd was. Ja, zegde hij, jk heb hot doen verdwijnen cn z'eu zullen liet niet meer vinden. Het onderboor is té 12 1/2 ure gedaan. He zitting wordt gehovénen om 2 ure hernomen. De namiddagzilting Op klokslag van 2 uren, doet het hof zijne intrede. Eon dor advokaten van Gaston Vergouts vraagt of hij eenigo proefnemingen mag doon met hel schrijl'machien waarop Gaston Vergouts de beruchte postkaart zou geschre ven hebben. Daar. de eigenaar ook een getuige niet kan aanwezig zijn, liuu de voorzitter zulks niet toestaan. Daarna begint Het getuigenverhoor De eerste getuige is de beer Lamproyo, onderzoeksrechter. Dezo legt in 'l lang:en in 't breed uit, hoe bij het onderzoek der zaak bogon, boe bij vermoedens kreeg op'Gaston Vergouts, boe bij nadion zekerheid kreeg, dat Gaston en ootRiohard de daders waren, hoe de twee gebroedors olkander be licht ton, enz., enz.... Kortom, do onderzoeksrechter in zijne verklaringen, hSrheult nog eens, mot nog meer bijzonderheden, al do feiten en bewijzen in de boschuldigingakle vervat. Do twee betichten schijnen zich erg to vervelen. - Hunne advokaten' stellen verscheidene vragen aan don onderzoeksrechter, namelijk over de betrekkingen van Gaston Vergouts met Provo. Uit liet antwoord van M. Lam- proye, blijkt, dat Gaston geruimen tijd de misdaad moet voorbereid hebben. Gaston had ten andere geld noodig want hij verteorde er schromelijk veel, daar bij betrekkingen onderhield met verscheidene vrouwen. s Sprekende over de juweelon van M. Provo on dezo van Gaston Vergouts, ontstaat er eeno betwisting. Gaston beweert dat do ring do zijne is, terwijl do onderzoeksrechter ver klaart. dat Mev. Provo den ring herkende als hebbende aan baron man toebehoord. Om 5 ure wordt do zitting geheven en tot Woensdag bepaald1. 4 Na de aanhouding van den vermoedelijke» dader. De onderzoeksrechter M. Dolaruwière, ge last met-hot onderzoek der moord op mad. Clara Pelsef te Ukkol gepleegd, is Maandag uit Amsterdam lo Brussel teruggekeerd, evenals do rechterlijke oliicier M. Anger- hauson. Daar Bestebroer cn zijne gezellin Neder landers zijn, kunnort zij niet uitgolovord wordeu.en moet bot' onderzoek bijgevolg door do Ilolbndsclie magistraten gedaan worden. ;i" Ondervraagd ovor liet gold dat bij korts na de misdaad to Ukkél bezat, beeft Besle- broor allerlei uiilegginge» gegeven, die zullen onderzocht worden. Gelijk men wool \Verden in het huis dor misdaad, op eeno wijnfloscli, vier vinger indrukken ontdekt. Déze zullen met die van Bestebroer vergeleken worden. Men hecht het meeste belang aari'dezo vergelijking. Algemeene aanval van Andrinopel door de Bulgaren. Dijnsdag morgend hebben de Bulgaren don algemeenen aanval van Andrinopel be gonnen. Al de versterkte 'plaatsen van don sektor van den Oostkant van do stad zijn in do handen der Bulgaren gevallen. De aanval. De aanval bogon to 1 uur van don mor- gond, langs allo kanten te gelijk. Rond 3 1/2 ure, deden do Bulgaren eenen stormloop met de bajonet en niettegen staande den bardnekkigen tegenstand der Turken, maakten zij zich meosler van al do versterkingen van den Oosterkant. De Bul garen maakten zich tezelfdertijd meester van twaalf kanonnen met al hunne toeheboor- len, vier mitrailleuzen en maakten rond do 300 Turken krijg6gevangon. Do Bulgaarsclie voorposten zijn nu gele gerd op omtrent één kilomotor afstand van de forten; op do andere sektons werd de vijand door do Bulgaren achtervolgd en langs vele kanton verjaagd. Gevechten te Tchataldja. Daar hebben de Bulgaren op heel do lijn do Turken achteruit gedreven, zij bezetten nu de hoogten van Onnanli en Epivalor. De bevelhebber van Constantinopel heeft aan al de officiers, die in verlof waren be richt gestuurd, dat zij op staanden voet terug naar hanne regimenten van Tchataldja moes ten optrokken. In Albanië. Talrijke benden Albaneezen doorkruisen bun vaderland en vallen do Serviërs langs alle kanten aan. Die benden hebben gewoon lijk twee honderd tot twoe honderd en vijf tig man, zij zijn overigens heel goed gewa pend. Een gevecht had plaats in den omtrek van Jakova, tusschen eeno dergelijko bende en Servische henden, geholpen door Monte- negers. Het gevecht duurde vier uren on dan alleen werden de Albaneezen op de vlucht gedreven. Een ander gevecht had plaats te Kaloan- délon. Rond Mitrovitza en Prizrend wordt de streek in allo richtingen door dergelijke bon den doorkruist. In do militairo kringen van Uskub is men zelf ©enigszins verontrust om do handelwijze dier benden. Men schijnt daar ook overtuigd te wezen dat al de wapens der Albaneezen hun wor den bezorgd door do Oostenrijkers. Sommi gen boworen zelf dat al de kloosters en ker ken in.stapelhuizen veranderd waren waar buskruit en vuurroer in overvlood voor handen liggen. Montenegro tegen Oostenrijk Montenegro lreeft aan Oostenrijk en aan al de Europee8che mogendheden eene nota gestuurd om hen le verwittigen dat do niet strijdende bevolking van Scutari do toelating zal krijgen de stad le verlaten. Diezelfde nota teekont verzot aan togen de handelwijzo van Oostenrijk. Een groot gevecht te Tchataldja Sedert Dijnsdag morgend wordt een lievig gevecht geleverd tusschen Iiadikeui en Tcha taldja. Dijnsdag avond liep te Constantinopel het gerucht, dal de Bulgaren totaal zouden ver slagen zijn. Een ander telegram voegt erbij dat het go vecht voortging op heel do front linie en buitengewoon lievig was. De rech tervleugel d9r Turken is vooruitgedrongen. Do troepen van San Sléfano zijn naar Tchataldja vertrokken. 27 mIaIIT 1013 A. Dat is heel gemakkelijk om zeggen, be onderzoeksrechter heeft mij herhaaldelijk loen schrijven, maar ik moest de letters ma len volgens zijn aanduidingen. V. Alvorens naar Biecht te rijden, zijt jij in den bazar der Groenplaats geweest en kebt gij or eene scliup gekocht A. Ja. V. Waarom hebt gij zulks in den be ginne geloochend A. Om bera te redden omdat, hetzelfde bloed ons door de aderen vloeit V. Gij hebt nog geloochend, toen Ri chard reeds bekentenissen had gedaan. A. Ik heb tot hel laatste oogenblik ge tracht hem te redden, omdat hij denzelfdon' Saam draagt als ik. V. Wat is er t£ Brecht gebeurd A. Mijn broeder heeft de scliup geno men en ik droeg het geweer, terwijl Provo ..den zak had genomen. Gekomen in het middenbosch, heb ik Ri- tharu aangeraden zich op den den weg to plaatsen om gemakkelijker wild te kunnen sckieton. Dramatische tooneelen Nauwelijks was ik wog of ik hoorde, vol gens mijn gedacht, t\vëe geweerschoten. Ik keerde op mijne stappen terug on zag Richard met het geweer in «le hand, en naast hem lag het lijk van Provo. Als waanzinnig riep ik uit Richard wat is gebeurd On dit oogenblik springt Richard recht, en roept - Wat or gebeurt was, dat gij Provo hadt doodgeschoten. Do Voorzitter spoort Richard aan kalm lo blijven, gij zult straks uwe verdediging mogen voordragen. V. Wat hebt gij toen gedaan A. Bij het zicht van het bebloed lijk van Provo, begon mij het hoofd te draaien, en het was mij alsof ik het verstand had verlo ren. Nochtans als in een droom, hob ik ver volgens gozien dal Richard de diamanten en Jiel geld van Provo heeft geroofd en het lijk in den put wierp. V. Ten slotte zijt gij samen terugge- koerd Hoe waart gij daarvoor overeenge komen 'i A. Aan hot einde van het bosch, op den .steonweg, is Richard bij mij gekomen. Hij /heeft mij verzocht hem op to laden en ik heb /aan zijn verzoek voldaan. Hoe kon ik anders? Jk was als waanzinnig dion dag en hij, do moordenaar, was immers mijn broeder. De eerste beschuldigde steekt alsdan do [bandon vooruit en roept op thealralen tóón - Bij bet kruisbeeld, dat daar hangt, zwoer •ik dat ik .geen moordenaar ben, maar dat mijne banden zoo rein zijn als van een pas geboren kind. n Richard roept nogmaals Gij hebt don moord gepleegd V. Maar- boe komt hét dan. dat gij aan den hr Mommens de diamanten hebt te koop geboden, welke aan Provo werden ontroofd A. Richard heeft mij in mijn bureel de diamanten ovörhandigd en mij gevraagd de zelve te verkoopon. V Gij wist toch wel dat uw broeder niet voor zulke belangrijke som diamanten kon bezitten A. Ik heb daar niet aangedacht. Overi gens, ik wist niet wat ik dien dag deed. V. Hebt gij aan uwen autogoleider en aan don bediende van den hr Flamont ge vraagd om niet te zeggen dat gij op dion dag dor misdaad, mot uw automobiel waart uilgereden. A. Ja, ik zou bet onmogelijke gedaan hebben om hem te redden. V. Cij bevondt u in een ongunsligen geldelijken toestand. De boekhouders hebben zulks vastgesteld. A. Do deskundigen hebben zich hier UOgmaals bedrogen. MET DE ROOIDE HAINTDEiV (32* VERVOLG.) Roscoff keerde naar zijn kabien lerug, Hrierp een mantel over do schouders en ver- Jscheen weldra weer, maar nu gevolgd door /Jules Grenier, Candal cn Pierick, die insge lijks in mantels gewikkeld waren. Pierick daalde het eerst in de sloep af, en een vaatje scheepsbeschuit werd met een louw naar beneden gelaten onder verschil lende voorwendsels liad men intijds de ma trozen zooveel mogelijk naar de kooien laten gaan, en bovendien was 't zoo'n stikdonkere nacht dat men op geen twintig meters afstand jets in dc zee kon onderscheiden. liet uur van middernacht sloeg. Dat men do lanteerns brenge, beval Roscoff en hij liet er op volgen Mijne hoe ren, zjjt go met alles gereed Kapitein, wij wachten u, was 't eenpa rige antwoord. Roscoff wende het hoofd en sprak met vaste stem tot den burggraaf de Kéroulas Burger, klim af Hector klom langs de touwladder in de sloep. In weerwil van de ontzettende duisternis was dit nachtelijk taforeel aan het scherpe oog der weinige matrozen, die de wacht had don, niet ontgaan. Zij konden zich de zaak niet verklaren, maar begrepen toch zeer goed, dat er op dit uur, by zoo'n buitengewoon duisteren nacht V.Gij waart g/Blil verschuldigd aan den hr Delhez en aan oen juwolier le Brussel. A. Dat norm ik goen schulden. Aan den hoer Delhez moest ik ongeveer 9000 fr. en aan den juwelier to Brussel 3000 fr. Ik had daarvoor 18.000 fr. juweelen gekocht. Wanneer men mij met vrede bad golaton, ware alles betaald geworden. Hiermede was do eerste ondervraging van Gaston geëindigd. Ondervraging van Richard Vergouts DE VOORZITTER. Gij waart nog nooit vóór den 24n September met uw broeder op jacht geweest. Wanneer heeft hij u daartoe uitgenoodigd A. Den vorïgen dag. V. Waart gij hierover niet verwonderd A. Zeker, iieer voorzitter, want ik was aan zulke vriendschapsbewijzen niet gewoon. Gaston deed mij op zijn bureel komen, en bet eerste wat bij mij zegde was eene opmerking omdat ik vijf minuten te laat kwam. Mot do automobiel zijn wij naar den bazaar der Groenplaats gereden, waar Gaston eene schup kocht. Ik was zeer verwonderd dat Gaston zulke grooto schup kocht om op hot fret te jagen. Nadat wij nog slil hadden gehouden bij den wapenmaker Gervais, verleide Gaston mij dat hij den vorige» een vriend had uit genoodigd om ons te vergezellen. Dezen persoon hebben wij opgeladen op don Mechef&chen steenweg. Om naar Brechl le rijden heeft Gaston altijd den achterkant der vesting gehouden. Wanneer ik hem vroeg waarom hij den slechten weg nam, kreeg ik ten antwoord Dat zijn uw zaken niet Te Brecht is Gaston uitgestapt om aan een man te zeggen, dat hij dien dag zijn diensten niet noodig had. Ik moet ook zeggen dat toen Provo, dien ik niet kende, in de automobiel stapte, en de schup zag, deze aan Gaston vroeg wat hij daarmede ging doen. Dat is voor mijn boschwachtor kreeg hij ten antwoord. Wanneer wij do automobiel te Brechl verlieten, deed Gaston mij het geweer hou den, ten wijl Provo do schup moest dragen. Deze vroeg leen waarom hij de schup niet aan den boschwachter had gegeven. Omdat wij die misschien kunnen noodig hebben, zegde Gaston. Vorvolgens geeft Richard breedvoerige uitleggingen over den weg, dien zij volgden in het bosch. Provo zegde op zeker oogen blik tot mij «Uw broedor ziet er zoo zon derling uit waarop ik antwoordde dat wij daarop geen aandacht moesten geven. Toen ik het geweer aan Gaston had over handigd, zag ik eon konijn loopen en was verwonderd dat mijn broeder daarop niet schoot. Als ik in don dreof was, zag ik dat mijn broedor bot geweer in den nek drukte van Provo, terwijl deze gebogen was en vervol- gons schoot. Mot dearmon in de lucht zwaaiend, kwam mijn broeder vervolgens tot mij geloop©», roepend Richard or is een -mgeluk ge beurd, ik heb don man bij ongeluu getroffor.» Ik antwoordde Gij liegt, lafaard, gij bobt hem met opzet gedood,ik heb het gezien.» 't Is een ongeluk, herhaalde Gaston. Dan zag ik hoe den heer om zoo to zeggon op do scliup was neergestuikt. Dan heeft Gaston nog tweemaal geschoten, dus drij schoten, waarvan het laatste moest verloren zijn gegaan. Op het smeeken en bidden van Gaston en om de schande voor de familie lo vermijden, heb ik hem beloofd te zwijgen. Onwaar is hot dat ik in eene herberg mijne handen heb gowasschen, Hij hoeft zijn han den gewasschen. Er is tusschen mij en Gaston geon kwestie geweest van diamanten, maar hij heeft mij den tekst van een telegram opgemaakt en geen sprake kon zyn van een tochtje of ver kenning. Bovendien toekende zich iets on heilspellends op liet gelaat van don kapitein, de officiers zeiven schenen moedeloos en wa ren stilzwijgend. en uit de oogen van burger Hector sprak zichtbaar eone grooto droef geestigheid. Na den burggraaf daalde Roscoff in de sloep, waar men hem verzocht de ©ereplaats in te nemen. De handen aan de riemen en vooruit beval de kapitein, cn ijlings schoot het lichte vaartuigje over den duisteren waterspiegel. De matrozen van de Themis lagen over do verschansing gebogen en beproefden iets te onderscheppen doch 't was hun onmogelijk de sloep in't gezicht te krijgen, zoodat het steeds zwakkere geluid van den geregelden riemslag alleen aanduidde dat het vaartuig zich meer en meor van hen verwijderde. Van dien nachtolijken tocht verwacht ik niets goeds, zegde een matroos tot zijn ka meraad, de mijnen springen tegenwoordig verkeerd én men zou zeggen, dat de sloep ginds een der Venitiaansche gondels is, waar van de passagiers nimmer terugkeeren. Waarom verbeeldt ge u dat vroeg zijn makker. Waar is het, dat men bij den kapi tein schijngestalten waarneemt als bij de maan, of het onderscheid tusschen een gril en slechte daad... De kapitein is tot alles in staatmerkte de andere kwaad op. Guilanek had opnieuw zijn speeltuig voor den dag gehaald en speelde de aria van juf vrouw de Kéroulas. Eenige matrozen voerden op liet achterdek een druk gesprek wat- zij bespraken kon men niet opvangen, maar hunne houding en gebaren beduidde jfniet veel goeds, en zy ge voelden natuurlijk dat een ongeluk op handen was. 't Was een uitgewekene, een edelman, zegde een zeeman, doch in ieder geval een flinke kerel, die ons allen een geduchte les heeft gegeven, welkeik niet spoedig zal ver goten, en die burger Roscoff, bij moge zoo knap kapitein zijn als!;.. De zeeman hield plotseling op, want een hartverscheurende gil weerklonk ovor de watorvlakte en trof de bemanning van de Themis diep. Gerechto hémelriep Flambard ontsteld, ginds wordt iemand vermoord Een boot! eert' bootschreeuwden de matrozen, men doodt tien dapperen vreemde- u,,ff 4. Andermaal klonk eén doordringende, pijn lijke kreet de manschap in de ooroD, maar nu als een vaarwél, langzaam en wegster vend/.. J# Mannon, sprak Flambard, doet geen noo- delooze moeite, 't is de verzuchting eens ster vende... Een oogenblik stond do manschap van ont roering als aan den 'bodem genageld, maar weldra overmeester.?*#) diepe reran i\vê«-rdi: ging en fello woedo hen goh cd en dreigend balden allen de vuisten in de richting, waar Roscoff met de zijnen |was heengeroeid. De vijandelijke steipming tegen den kapi tein, welke thans aan boord heerschte, wa3 veel heviger dan bij 'tui tb reken van den op roer. Toen was bun vaderlandse!) gevoel in verzet gekomen, omdat Roscoff weigerde bet gevocht met de E'igêTschen aan te gaaiff nu echter gevoelde ied^ftibfreos zich ten zeer ste gekrenkt duordiéjï bier Villoktiirig een afschuwelijk misdrijf r/erd gepleegd aan do menschheid. Toen de matroozen eindelijk den riemslag van de sloep hoorden naderen, spoedden zy zich naar den kant van het schip, waar do touwladder hing. Men hief de lichten in do hoogte, men peilde de duisternis cn de zee, doch zag niets. Alleen het geklots der baren zegde hun, dat de sloep steeds naderde, tot zij ten leste weer naast do Themis lag. De eerste, die aan boord kwam, was Pie rick op hém volgden Candale en Cremer en na dezen de kapitein, die order gaf de boot omhoog te hijschen. De ontstelde matrozen wierpen elkaar een gramslorigen biik toe, en zagen met ontzet ting, dat de vyf personen, die met de sloep heengegaan waren, er slechts vier terugkeer den. De kapitein riep de officiers bijeen in de kajuit, tegelijk ook vergaderkanjer. Zoodra allen waren gezeten, wiorp hij een ondervra- penden oogslag op hen de officiers geleken standbeelden, geen woord kwam over hunne lippen en de oogen stonden onbeweeglijk in de kassen. Komaan dacht Roscoff, 't is eenmaal zoo, ik zal den lesten druppel van den lijdens kelk drinken. Uit eene roode portefeuille haalde hij oenige papieren te voorschijn en las ontroerd on met gevende stem het bevel voor, hom op de reed© van Brest gezonden, benevens dat, waarvan hij daags te voren, overeenkomstig zijn or ders, bad kennis genomen. Burgers zegde hij ten slotte, het bevel is ondubbelzinnig un^ik was Yerplichk er mij stipt aan te houden... 't Is niet aan mij om het gouvernement in wiens dienst ik ben te bc- oordeelen... Nóchtans log ik de verklaring in uw aller tegenwoordigheid af, dat wy niet verantwoordelijk kunnon gesteld worden voor Brussel. Overreden. M. lienri B.., wonende to Luik, werd Maandag avond in do Prinsenstraat omvergereden door eonen automobiel, waarvan de wieion hem over hot lichaam liepen. Do ongelukkige werd erg gewond cn met verscheidene gebroken ribben opgenomen en naar hot St-Jansgast huis overgebracht. Aangehouden. Bë rechterlijke poli cie heeft Dinsdag morgend in eeno gemeu belde kamer van den Vlaamschen steenweg de echtgenoolen D. J..,aangehouden, afkom stig van Champ-Saint-Père(Vendée), beticht vau bedrieglijk bankroet in Frankrijk. Op liot oogenblik hunner aanhouding hadden zij 900 fr. in hun bezit. Etterbeek. Gevaarlijk speelgoed. Een 43jurigeknaap speoldoDinsdag morgend met eeno karubion op oen onbebouwde» grond achter do kazerne Tan Etterbeek. Andere knapen kwamen cr voorhij en be gonnen met den schutter te spotten. Deze word woedend, legde aan in de richting dor spotters, schoot en trof een hunner, Emma nuel Van Hemelryok aan de bil. Op liet hulp geroep van bet slachtoffer en dezes makkers snelden inwoners der wijk toe. Do gekwetste werd naar het gasthuis overgebracht, waar do kogel kon uitgehaald worden. Laeken. Goede vangst. Eon zekere Ad. M..., géborén te Brussel in 1878, word sedert lang door do policie opgezocht. Hij ha'd een straf uil le doon van 10 jaar wegens diefstal, moord en andere overtredingen. Maaiidag werd M. Coen, policieofficior te La eken, gewaar dat M... zich onder den val- j schen naam van Gardenat op eene gemoubol- de kamer van den Antwerpschen steenweg," 209, bevond. M. Goen, vergezeld van den rechterlijken agent Demoldor, begaf zich aanstonds naar dit adres, en vond er inder daad den bandiet. Deze maakte opstand togen de policie on poogde te ontvluchten. Na een langdurige worsteling slaagde M. Goen er in den kerel in bedwang le houden. Hij is dan naar 't policiebureol geleid en na eone korte ondervraging naar 'tgevang van Vorst overgebracht. De vrouw verandert dikwijls, maar nooit voor liaren koffie, want zij gebruikt altijd de uitmuntende chiooree der Trappisten Vincart. 1500 T Ukkel. liet drama op den Alsemberg- schen Steenweg. Ondanks de opzoekingen der policie werd F. S.., de dader van liet schrikkelijk drama dat Maandag morgend plaats had op den Alsembergschen Steenweg ie Ukkol, nog niet ontdekt. Men denkt dat de moordenaar, 11a zijne bloedverwanten be zocht te hebben aan de Liverpoolstrafft,in de vaart van Charleroi aal gesprongen zijn. Dinsdag morgend, was de toestand van het slachtoffer, zich bevindend ia het Sl*- Eiisabelhgasthuis, nog altijd zeer gevaarlijk. De meid word met een mes gestoken in het gelaat, in don schouder en in don rug. Jaloerschlieid zou de drijfveer der misdaad 'zijn. Leuven. Dief stallen in de treinen Wanneer een trein uit Herbestbal in de statie van Leuven (Stapelbuis) toekwam, stelde men vast dat een waggon onder weg word opengebroken. Eon verzekerd pakje, voor 10.000 fr. koopwaar bevattend, was ver dwenen. Een ander pak werd opengescheurd en daaruit verdwenen voor 250 fr. gouden voorwerpen. Erge hoefslag. Twee kinderen speelden op do vesting achter het stapelhuis. Twee paarden kwamen met eenen geleider voorbij de spelendo kinderen een der paar den stampte naar do kleine Darausor 2 1/2 jaar oud, Glasblazerijstraat, en trof het op hot hoofd, een groote wonde veroorzakende. Doktor Waaiers, die het kind rorzorgde, vond de zaak erg on kon geen uitspraak doon. Do paardengelcider is lot nu toe onbe kend. doze wandaad.,. Er bevond zich in Frankrijk een verdacht persoon, gij, myne lieeren, kunt getuigen, dat hij aan boord van mijn schip ls gebracht. Dat hij. Burgers, leve do republiek! Lore de ropubliek antwoordden de offi ciers nauw hoorbaar en droefgeestig. Thans verzoek ik u, burgers, liet proces verbaal to willen ©nderteekencn van 't geen er is voorgevallen... Do officiers zagon voor zich en toekenden stilzwijgend. Ziedaar alles, wat ik u had mcê te dcc* Ion, hernam Roscoff. Onmiddelijk stonden do officiers op en be gaven zich misnoegd en ontevreden naar hun hangmat, waar ze door don slaap 't doorge stane leed trachtten te vergeten. Toen Roscoff zich alleen bevond, bedekte hij zich't aangezicht met do handen en pein zend over het ontzettend tooneel, waarvan hij niet slechts ooggetuige, maar waarin hij ook handelend opgetreden was, begon liy over vloedig tranen te storten. Hij slaakte een die pen zuchten riep vertwijfelend uit Welke gruweldaad hob ik toch helpen uitvoeren... Erbarming, Heer Zoo kermde Roscoff en waarlijk, daar be stonden ook redenen voor den kapitein van de Themis om zioh over zijne handelwijze, te beklagen. XII. GUILANEK. Na al hetgeen wy in den vreeselijken nacht hebben zien gebeuren, waarbij de officiers van de Tjiemis als schuldigen in dit drama optra- den, kon het wel niet anders, of allen moes ten het overige gedeelte van den nacht zeer onrustig doorbrengen. [(Vervolgt.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1913 | | pagina 2