De Bulgaren verlaten Istip en worden door de Serviërs omsingeld. Bezoek van den Czaar ALEXANDER I in Holland ZON DAG 20 JULI 1913 WEEKKRONIJK üe tolijde intrede don Koninklijke ï^stxrtilie te Laxils: ^den hZaandam °P touw 8®zet om den honderdsten verjaardag do onainankelijkheid van Holland te vieren (1813-1913.) Een historische stoet werd gevormd. Hij was vooral belangrijk, daar Pieter de Groote een n1nfr^Uem faan^nlclfg te ?aandam ontving. De voorstelling van Czaar Alexander en van ning Willem I aan de scheepstimmerwerven vormde dan ook het belangrijkste deel van huU vM Czaar Pieter den GrooTe'begfven.00' Van de uit^DOOdl«dei1- di® van daar naar van be- Ko den het Het blijkt van nu af dat deze tweede oorlog niet lang duren kan. Nauwelijks is hij aangevan gen, nauwelijks hebben de Serviërs en de Grieken, gansch verontwaardigd om de dubbelzinnige handelwijze van de Bulgaren, den handschoen opgeraapt die men hun toewierp en zelf den oor log verklaard, of de Bulgaren veranderen hun geweer van schouder en smeeken nu eenen wa penstilstand af, dien zij zelf eerder niet wilden geven. Rumenië dat zoolang in oneenigheid leefde met Bulgarië, maakt nu ook van de gelegenheid gebruik om plots op die gewesten te vallen welke het beloerde. Zoo wordt Europa voor een voltrokken feit geplaatst. Turkyë ook, dat zich tegen heug en meug aan de vredesvergadering van Londen had onderworpen, staat ook gereed en is reeds begonnen met aan de Bulgaren te ontnemen, wat ze hun vroeger hebben moeten afstaan. 't Was een Zomerschen Zondag. Gelukkig dat de sluizen van den hemel gesloten schenen verlelen Zondag, wanneer onze Vorsten met hunne kinderen hunne blijde intrede moesten doen in de stad van Maas en Ourthe Gelukkig dat al de moeite die men zich gaf om aan de stad een luisterrijk en vroo- lijk uitzicht te geven niet zou verloren noch nutteloos zijn, maar dat de Here stad onder de blijde zonnestralen al hare pracht, heel haren luister zou kunnen ten toon spreiden. De aankomst De statie der Gu llemins was luisterrijk versierd, op de middenkaai lag het roode tapijt.Daar ook stonden de burgerwachten in groot» kleedij. Te 10 ure juist rolde de koninklijke trein de statie binnen terwijl de Brabanponne weerklonk. De koning was in groote kleedij van luitenant-generaal en droeg het groot lint van het Leopoldsorde. Hij stapte op de kaai, weldra gevolgd van de koningin en van de prinsen, alsmede van de kleine prinses Marie-José. De gouverneur der provinciën M. Del- vaux de Fenffe trad vooruit met M. Kleyer Burgemees ter van Luik, om de Vorsten welkimte heeten in de provincie Luik en hare hoofdstad. Ondertusschen zag men M. Carton de Wiart, minister van Justitie, en het kabinetshoofd vervangende die door een onvoor zien ongeval thuis weerhouden was, M. Davignon minister van Buitenlandsche zaken en M. Berryer minister van Binneland zich mengen metal de heeren en 'ignitarissen van het koninklijk gevolg. De koning neemt de troepen in oogenschouw. Onder tusschen heeft men al den tijd om de naiiëve eenvou digheid na te gaan van de kleine prinsen, eenvoud die zoo fel afsteekt tegen de koude stijfhoudigheid der officieele ambtenaars. Aanstonds daarna verlaat men de statie. Daar wach ten de koninklijke rijtuigen. Nauwelijks verschijnen de Koning en de Koningin en de Prinsen op die openbare plaats, of een storm van toejuichingen breekt los en die daverende applaus hou den enkel op wanneer de stoetaan het provinciaal hotel is toegekomen. Naar het provinciaal hotel Daat kon de geestdrift van de volks massa zich volle lucht geven. Overal aan huizen en vensters, aan balkons en aan dakgoten zag men met zakdoeken en hoe den wuiven. De Koning houdt gedurig de hand aan den hoed om de menigte te groeten. De Koningie zendt overal eenen lieven glimlach rond. De kleine prinsen hielden hunnen vollen ernst en verroerden niet. Aan de Avroy-laan was het een geest drift zonder weerga. Daar stonden de kinderen der Vrije scholen samenge- schaard, een 6000 jongens en 4700 meisjes met hunne onderwijzers, met priesters, kloosterlingen en kloosterzusters. Uit die massa gaat een hoera op die alles be- heerschtelEn wanneer een oogei blik daar na de koninklijke rijtuigen blijven staan en kleine meisjes uit den groep treden om aan de koningin garven aan te bieden van orchideën en rozen, dan gaat uit die men- schenzee een kreet op van dolle vreugde en van ware begeestering. Naar het Stadhuis, Na de ontvangst, aan het Provinciaal Hotel van al de afvaardigingen, te beginnen met de missiën door den Keizer van Duitschland en door de Koningin van Holland naar hier gezonden, om onze Vorst in te groeten, begeeft men zich naar het stadhuis Alle oogenblikken moeten de rijtuigon stilstaan, zoo dicht is de menigte policie en soldaten zijn waarlijk overrompeld en de koninklijke stoet ligt alle oogen- blikken vast tusschen twee muren van samengeperste menschenlichamen. Op het Stadhuis hoorde men de redevoeringen van den Burgemeester en het antwoord van den Koning Een ontbijt werd opgediend in het Provinciaal Raads huis. Daarna bracht men bezoek aan het Museum Cur- tuis en aan het huis Gretrv, en dan eindelijk woonde de koninklijke stoet den doortocht bij van de Waal- sche liederen. Betoogingen. Men moest er zich aan verwachten dat verscheidene heethoofden van deze gelegenheid zouden gebruik ge maakt hebben, om hunne scheidiogs-gevoelens lucht te geven. Maar hunne kreten gingen in den algemee- nen geestdrift verloren.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1913 | | pagina 1