■h
enBescherming der Kindsheid
in Kongo
De onthulling van het gedenkteeken den gebroeders
Van EyGk gewijd
Standslast
TOE JUFFERKE
DE TOOVERAARS
ALLERLEI
NIETS
Een weerdige notaris
Ret tweede weldadigheids werk welke
[n het, Paleis van de Kongo stand heeft
gevat is de
Nationale bond tot bescherming
der Kindsheid in Kongo.
Ten einde de bezoekers van de Gent-
b'che Tentoontelling in staat te stellen
bij den eersten oogslag het nut en het
dc&l dezer menschlievende instelling op
[te vatten, hebben de inrichters van de-
W stand, bij middel van levensgroo'te
beelden de werkzaamheden van den 11a-
ïionalen bond aanschouwelijk gemaakt:
Eene Belgische dame, gansch in het
jivit aangekleed en op een plooibare stoel-
ffi|éten, komt daar een zwart wichtje,
ip de kinderweegschaal te leggen, en
lóor de opschrijvingen van vroegere da-
opschrijvingen welke op de kaart
[te lezen staan welke de dame in het lin-
:er hand vasthoudt, bemerkt men dat
liet negerkind op onregelmatige wijze,
van zijn vroeger klimmende gewicht ver
loren heeft. De dame roept de aandacht
Van den heer doktoor op dezen anorma-
gas Jen toestand.
I)e doktor gansch in officieel kostuum
op het punt het lijdende kind te on
derzoeken.
Eene Zuster van Liefde alsook eene
protestantsche dame, missionarisse, dra
gen elk een aangekleed negerkind op de
gifvooruitstekende armen, om aan de daar
ïechtoverstaande negervrouw te wijzen
op welke manier zij haar kind warm, los
en rein moet aankleeden, ten einde het
tegen de noodlottige gevolgen van hd
veranderlijk klimaat van Kongo te vrij
l iv aren.
Een reeds groot geworden zwarte
krollekop zit scharrelings te paard op de
lei linker heuri zijner moeder en is met
merkbare gulzigheid aan het drinken.
Welken afgrond van beschaving ligt
niet tussclien deze schier naakte ne
gervrouw en die wel aangekleede euro-
peanen Is die wilde vrouw, zoo primi
tief gekleed, niet daargesteld om de bru
tale naaktheid van de 17 millioen inwo
ners van Belgisch-Kongo te herinneren
en aan elk teergevoelige bezoeker der
tentoonstelling tastbaar te doen gevoelen
welk goed hij bekomen kan, welk breed
deel hij aan het beschavingswerk zal
hebben met lid te worden van dit doel-
md
anti
oest treffend werk van kinderbescherming in
Kongo
Uit dat zonderling schouwspel zal
'olitfnien besluiten welke verdiensten die
vrouwen verzamelen, die den moed
hebben niet alleenlijk hunnen man in
Kongo te vergezellen of zeiven als zen-
naar het zwart Kongoland te
Jtrekken, maar zelfs, voor hunne inscbe-
Helping, hier in België de onderrichtingen
en wetenschappen te verschaffen die eene
vroedvrouw onmisbaar zijn om de onwe
tende moeders met raad en daad te kun
nen bijstaan en daardoor veel levens van
onkundige moeders en schuldelooze kin
deren te kunnen redden
Aan de dames van ambtenaren, be
dienden, officieren of dominés, die voor
taan hunnen echtgenoot gaan vergezel
len, aan de Zusters van Liefde welke zich
tot de Kongomissies voorbereiden, ver
schaft de nationale bond de noodige ken
nissen om tijdens de zwangerschap, bij
en na de bevalling de moeders ter hulp
te komen
Heeren doktors, het werk genegen
leeren hier aan die verdienstelijke perso
nen voor elke kinderkwaal een redmid
del aan, en stellen die dames, werkende
leden, in staat, bij de kinderverpleging
de voorschriften van de doktors stipt te
kunnen uitvoeren en door de zwarte
moeders stipt te doen naleven. Door die
leergangen zullen die dames zelf be
kwaam wezen desnoods den heer doktor
te vervangen, want alle dorpen of alle
posten zijn in de koloniën door geen dok
tors bediend en eene ervaren medelij
dende witte vrouw, zal in de hut der
kranke negerin weten te dringen en haar
heilzame hulp mogen aanbieden, dan
en daar, waar dikwijls de verachterde
schèpsels hunne kwaal voor een genees
heer verstoppen.
Deze instelling is van nationaal nut.
want algemeen is het aangenomen dat
de kindersterf'ten een der grootste oor
zaak is van de ontvolking van Kongo
Ontelbare kinderen in Kongo geboren,
vinden de gelegenheid niet hunnen eer
sten stap te beproeven en nochtans 't en
mist de moeders niet aan kinderliefde
hijgeloovigheid en on wetenheid zijn de
reden van die kwaal.
1_IHS
het
edden indien wij, die ons Belgenland
niet kunnen verlaten, dezen nationalen
bond met milde hand bijstaan.
x
De jaarlijksche bijdrage, om in het
bereik te staan, is minimum 1 frank!
Welk huisgezin zal daar niet over kun-
uen? Wie zal er niet het onmogelijke
doen om, tot heil dier kleinen, het zijne
bij te brengen in evenredigheid van zijn
vermogen, want nationaal zal de bond
maar zijn voor zooveel dat alle welden
kende Belgen er zullen deel aan nemen.
x
De beste waarborg van de levendig
heid dezer nieuwe instelling is dat er in
Matadi Boma Kisantu Léopokl-
stad Balobo en Elisabethstad reeds
een pleeghuis werkzaam is.
In België staat het werk der kindsheid
onder de bescherming van het gouver
nement verders, onder het wijs bestuur
n de goede zorgen van al wat ons land
als edelmoedige en menschlievende da
mes telt en boven al deze waarborgen
prijkt de kroon van die doorluchtige
rouw, die bij alle noodlijdenden den
gezegenden naam draagt van Koningin
Elisabeth
PAUL O.
De moeders onderrichten voor het be
kampen der kindersterfte.
Hen van de noodewndigheid doordrin
gen hun kroost van de eerste levens
maanden aan te kleeden.
De kinderen kunstmatig voedsel toe
dienen, zie daar de rol welke de wer
kende leden der nationale kinderverple
ging ten deele valt.
De uitvoering van dit schoon pro
gramma, nochtans zal niet enkel de op-
ring vergen van die verdienstelijke
vrouwen die als kinderredders naar Kon
go gaan vertrekken.
Christene liefde alleen, voedt nieten
met goeden raad alleen kan men de
aaakte ledematen van een behoeftig kind
met dekken; de dames die zich in Kongo
gaan ten pande stellen om de kinder
sterfte, die ware kanker onzer kolonie te
"'sl gaan bekampen, zullen de gelegenheid
vinden duizende en duizende Kinderen te
iedere stand heeft zijn last, en als
't is gelijk het behoort te wezen, dan de
vorsten stand wel den grootsten. Wel
schittert de kroon en verblindt menig
oog maar als gij den mantel met her
melijn en den rok met gouden sterren
goed beziet, wat zijn deze dingen an
ders, dan behangsels om een borst vol
zorgen en een leven vol moeiten Een
vorst immers moet zijn een nooit sla
pend oog, om voor allen te waken en
zelfs alles te zien een scherp oor, om
den verste te hooren en de waarheid
licht te vernemen een welsprekende
mond, om, waar strijd is, naar recht te
beslissen, en te troosten, waar niet te
helpen is een nooit rustende hand,
om 't onrecht te bestrijden en den on
derdrukte op te richten een helder
hoofd, om te doorzien, wat tijd en rede
is, en een warm hart, om met liefde zijn
volk te omvatten
Hij is een berg om wiens kruin de
meeste wolken samenpakken, een
kaars, die anderen licht geeft en zich
zelve verteert. Bedenk wel vorstelijke
pracht," vorstelijke onrust en, wat het
zwaarste is, vorstelijke verantwoording
hier en ginder. Wanneer gij dus over
een vorst oordeelt, oordeel althans met
gelijke gerechtigheid, waarmede gij
wilt, dat men ook u in uw doen richten
zal.
Toe, jufferke, keer uw huizeken uit,
Uw huisje kleen en vaardig
En veeg er al de vuilnis uit...
Dan wordt het eens zoo aardig.
Dan wordt het o zoo blank, zoo rein
En straalt er lentezonneschijn
Steeds fijn.
Toe, jufferke, keer uw huizeken uit
Het huizeken van uw harte,
En jaag het fransch gespuis» er uit...
Dan kent het rouw noch smarte.
Dan droomt het vrij en zonder schroom
Voorwaar den zoetsten liefdedroom
Steeds vroom.
Maar, jufferke, als uw karteke lust
«Romans» en fransch e boeken»,
Dan faalt alras uw levenslust
En komt de smart u zoeken;
Dan wordt uw hart zoo dor als hout
Uw maagdenhart. wordt eindloos stout
En koud.
Och, jufferke, laat uw lippekens niet
Met fransche woorden prijken,
Of, jufferke, kent. ge de tale niet
Die voor geen fransch moet wijken
Ons dietsch moet orgelen in uw mond
Ja, klinken moet het gul en bont
In 't rond
Toe, jufferke, keer uw huizeken uit,
Üw huisje, kleen en vaardig
En veeg er aide vuilnis uit...
Dan wordt het eens zoo aardig
Dan wordt, het o zoo blank, zoo rein.
En straalt, er lentezonneschijn
Steeds fijn.
Manille ENCKELS.
Om de oogen of punten van
twee dobbelsteenen te raden.
Men laat iemand met twee dobbelstee
nen werpen, zonder dat men er naar ziet
Stel dat er 3 en 6 geworpen is. Laat dan
het hoogste getal met 2 vermenigvuldi
gen, daar 5 bij tellen en dan de som
weer met 5 vermenigvuldigen. Bij de
verkregen uitkomst of produkt laat gij
oogen van dén tweeden steen tellen en
vraagt naar 't getal dat nu verkregen is
Als gij van dit getal 25 aftrekt, zullen
de twee cijfers van het verschil de ge
worpen oogen zijn. Ziet hier tot voor
beeld er is geworpen 3 en 6 het hoog
ste getal 6 met 2 vermenigvuldigd, is 12;
5 er bij tellen, is 17 dit getal met 5 ver
menigvuldigd, is 85 en bij dit getal nu
de laagste worp 3 gevoegd, is 88; vraagt,
dan naar het verkregen getal, en het
antwoord is 88 trekt 25 van dit af, en
de uitkomst is 63 dus 6 en 3 waren de
geworpen oogen.
Van af 1 1/4 ure verdrong zicli-eene diclit op elkaar gepakte menigte aan
het Geeraardduivelssteen en aan het hofje aldaar gelegen om de onthulling bij
te wonen van het gedenktebken aan de gebroeders Van Eyck, de groote rnid-
deneeuwsche schilders, die onder andere het groot tafereel De Aanbidding
van het Lam Gods vervaardigden, welk prijkt m eene der bovenkapellen der
hoofdkerk van St-Baafs, opgericht.
Binnen de omheining opgericht rond den vorsteiijken troon en de tribunen
voor de genoodigden, verdrong zich eene talrijke menigte, bestaande uit per
sonen behoorende tot de hoogere militaire, bestuurlijke, geestelijke, rechter
lijke, geleerde wereld, enz.
Wij bemerken er onder andere de heeren generaais Ligy, Guiette en Broost,
baron de Kerchove, gouverneur Braun, burgemeester Mgr Stillemans en Mgr
Hebbelynck M. Verbeke, eerste voorzitter van het beroepshof; Nap. de Bauw,
eere-prokureur-generaal; leden der Koninklijke Akademie van België en der Ko
ninklijke Vlaanisclie Akademie, en tal van andere hooggeplaatste vreemdelin
gen, onder andere, M. Saint-Saëns, den grooten Franschen toondichter. Verder
talrijke senators en volksvertegenwoordigers, provincie- en gemeenteraads-
Kond 2 ure verschenen Z. Majesteit Koning Albert, vergezeld door kolonel
De Moor en twee vleugeladjudanten per automobiel aan het Geeraardduivels
steen Het muziek van het tweede linieregiment speelde de Branbangonne en
de duizenden toeschouwers, op elkaar gepakt gelijk haringen in eene ton, wuif
den met hoeden en zakdoeken, terwijl onafgebroken werd geroepen Leve de
Koning
De heeren Gouverneur, burgemeester Braun, staatsminister Cooreman, po-
liciekommissarissen en leden van het Van Eyekkomiteit, begeleidden den Vorst
tot aan den troon, wélke opgeslagen was vlak voor het monument.
De heer Jozef Casier, voorzitter van het Van Eyekkomiteit, trad vooruit en
sprak de onthullingsrbdevoering uit.
Namens de Belgische en vreemde komiteiten bedankte de heer Casier voor
af Z. M. den Koning, voor de groote gunst hun bewezen, door de plechtigheid
ter eere der twee beroemde schilders met zijne tegenwoordigheid te willen
vereeren.
Hubert en Jan Van Eyok, vervolgde de heer Casier, zijn wereldberoemd
hunne namen zijn in gouden letters neergeschreven in het Geschiedboek der
Kunst. Hunne namen zullen Vlaanderen eeuwig tot eer strekken.
Piet Dorstig ontving voor zijn ver
jaardag- van een vriend een fleschje co
gnac. Hoe groot, was zijn vreugde. Docli
zijn vrouw legde beslag op de flesch en
verborg ze in een linnenkast.
De arme Dorstig, die aldus beroofd
werd van iets waarvan bij zicb zooveel
bad voorgesteld, kon bier niet in berus
ten. Hij doorsnuffelde alles en rekende
op het toeval, dat hem de flesch wel zou
doen vinden.
Op zekeren dag voélde bij tusscben
een stapel linnengoed een langwerpig,
koud, stijf voorwerp. 0, vreugde, bet
was bet fleschje cognacEn toen begon
de manoeuvre, die eenigen tijd duurde.
De flesch ging geregeld been en weer
tusscben den stapel linnengoed en de
lippen van den wettigen eigenaar. Zij
hield niet op voor alle cognac in de
maag van Piet verdwenen was.
Mevrouw Dorstig, argwaan krijgende
door de schitterende oogen van baar
echtgenoot, wilde zicb overtuigen van
de volheid van bet. fleschje. Ze open
de de linnenkast en doorzocht ze, want
zij herinnerde zich niet meer, waar zij
bet fleschje verborgen bad.
Met een spottenden glimlach op bet
gelaat liet Dorstig baar geruimen tijd
zoeken.
Eindelijk vroeg bij met ironie in zijn
stem
Wat, zoekt gij toch, vrouwtje?
Metsantwoordde zij gemelijk.
0, zei Dorstig toen, zoo droog mo
gelijk, dat kunt gij in de flesch vinden,
waar de cognac in gezeten beeft.
Eene dame, gevaarlijk ziek zijnde,
deed eenen notaris roepen om hem te
verklaren dat baar inzicht was hem ba
ren algemeenen erfgenaam te maken en
verzocht tem den akt op te stellen. De
notaris, ten uiterste verwonderd, zeide
haar
Ik ben u ten uiterste dankbaar voor
uwe goede inzichten, maar wat mij be
treft, mevrouw, ik zou dit niet kunnen
aannemen.
En waarom niet
Vooreerst, uit hoofde van mijn
ambt. Men zou kunnen denken... Daar
enboven, hebt gij geene wettige erfge
namen Ik zou tot bun nadeel niet wil
len...
Ik heb redens om aldus te bande
len! Mijne erfgenamen! Ben ik niet
meester over mijne fortuin, vrij van er
over te beschikken gelijk bet mij belieft
ÜngetwijefeldNochtans, laat mij
toe bet u te zeggen, verondersteld dat
gij niet tevreden waart over uwe bloed
verwanten, zou bet niet edelmoedig zijn
van uwentwege van te vergeven?
Heer notaris, ik acht u en ik heb
uwe raadgevingen altijd boog geschat.
Ik beschuldig mijne bloedverwanten
niet, maar, ik heb bet u gezegd, ik heb
mijne redens. Gij kent mij en gij weet
wei dat bet vergeefscbe moeite zou zijn
mij van gedacht te doen veranderen,
wanneer ik een besluit genomen heb. Ik
heb aan u gedacht voor mijnen erfge
naam, vooreerst uit hoofde onzer oude
vriendschap, en ook omdat gij een wei
nig mijn boedverwant zijt, alhoewel in
verderen graad. Zoo dus, geeue opmer
kingen meer en antwoord mij uitdruk
kelijk, neemt gij aan, ja of neen?
De notaris begreep dat bet nutteloos
was langer aan te dringen en dat eene
weigering van zijnen kant niet ten voor-
deeie der erfgenamen zou afloopen bij
stemde toe, zeggende
Vermits dit uw besluit is, Me
vrouw, en onwankelbaar, zal ik bet niet
langer bestrijden. Ik ga eenen collega
ontbieden om den akt op te stellen.
Eenigen tijd daar na stierf de dame en
de notaris deed anstonds de wettige erf
genamen verwittigen, welke bij weinig
bemiddeld wist en waarvan twee Enge
land bewoonden. Wanneer zij vergaderd
waren, gaf bij bun kennis van bet testa
ment, waarvan de lezing, gelijk men wel
kon denken, bun niet aangenaam was.
Een hunner zelfs zegde
Waaroni ons zoo verre doen komen,
om zulken smaad in bet aangezicht te
bekomen? Was bet niet voldoende ons
te schrijven? Laat ons vertrekken, mij
ne heeren, wij hebben bier niets te doen,
waar anderen onze plaats hebben inge
nomen.
Nog eenige oogenblikken, mijne
heeren, zegde de notaris, en een weinig
minder opgewondenheid, als ik u ver
zoeken mag. De titels zijn wel in regel,
zooals gij ziet, en bet erfdeel boort mij
wettiglijk toe. Maar mijn geweten zou
mij verwijten zoo ik u uit dit efdeel uit
sloot indien ik bet verlangen uwer
bloedverwante ingewilligd heb, na te
vergeefs getracht te hebben baar van be
sluit te doen veranderen, bet was in uw
eigen belang, met het gedacht eener we
der gaaf. Die akt was in mijne oogen
slechts eene erfmaking met last van
overgaaf, en, nu hij onnoodig wordt,
laat ik recht wedervaren. De notaris in
derdaad den akt verscheurende, deed
inderdaad afstand van bet erfdeel, ge
schat op meer dan 100,000 franken.
SPAARZAAM.
Een oude vrek loopt bij den apotheker
binnen,
Ik heb zoo'n pijn in mijne maag
geef me een braakmiddeltje.
Laat eens zien ja, dat zal helpen.
Zie bier.
Hoeveel kost dat?
Twaalf stuivers.
Hemel, wat 'n geld... Hebt ge er
soms met een, dat ai gebruikt is.
x
IN DE KAZERNE.
Sergeant. Soldaat Van Pimpelen,
wat moet ge doen, ais bet paard van den
majoor op den loop gaat en deze gevaar
loopt er af te vallen
Lachen, Sergeant, zei Van Pimpe
len, en bij was verwonderd toen bij voor
twee dagen in de politiekamer moest.
EENS IN ZIJN LEVEN.
Eerste disputant. Dan ben ik een
leugenaar.
Tweede disputant. Integendeel,
mijn waarde beer; gij hebt juist de waar-
beid gesproken.
EEN LEUGENAAR.
Getuige, gij zijt klerk op 't stad
huis?...
Ja, mijnbeer de juge, al sedert tien
jaar.
De beschuldigde beeft recht over u
aan denzelfden lessenaar gezeten... Gij
zult hem dus wel kennen?
Och, mijnbeer de juge... denkt gij
dat ik tijd heb gehad om iiem te bezien
AFDOEND.
Mevrouw (tot meisje dat zicb aan
biedt) En dan nog iets, ik wil geen
dienstmeisje dat zicli met vrijerij af
geeft.
Dienstmeisje. Dan moet u maar een
ander nemen, mevrouw. Een dienst kan
ik alle dagen krijgen, maar een vrijer
niet.
TE BELEEFD.
Heeft uw madam uwen vrijer ge
vonden, die in de kast zat
Ja... maar dat is zijn eigen schuld
geweest: bij is te beleefd van aard.
Zoo?
-—Ja. Zij moest niezen terwijl zij bij
mij stond te keffen... en toen riep bij
hardop God zegene u
REVUE.
Bij de volksoptelling kwam de cham
petter bij Spaantjes Pie, die met eene
weduwe getrouwd was.
Hoe zit bet bier met de kinderen
zei de champetter, ik moet ze allemaal
opschrijven.
Ailée, snotters, riep Pie, gaat daar
'nen keer allemaal staan... Zie, die daar,
zijn die van mij... en die andere daar,
zijn die van beur... en die kudde beele
kleine, dat zijn de onze
ONBETROUWBAAR.
Madam Scobs tot baar vriendin, ma
dam van Zon. Is uwe kindermeid al weer
weg, Liza? en gij hebt ze pas 8 dagen.
'k Geloof u. Zoo 'n schepsels zijn
er in de wereld geen twee. Verbeeld u,
toen ik baar voor de eerste maal met
Marieken liet wandelen kwam zij thuis
met bet kind van een ander, met een
vreemden bond en twee soldaten.
x
Rechter (tot eenen wegens dierenmis
handeling vervolgden boer)Hoe
kwaamt ge er toe bet varken van uwen
buurman zoo bard te slaan
Beklaagde. Veronderstel, mijnheer
de rechter, dat gij bet varken zijt e'n gij
met uwen leelijken varkenssnuit in mijn
mooi tuintje rondwroet, zeg dan zelf of
ge niet een behoorlijk pak slaag zoudt
verdienen
IN EN UIT.
Moeder Snobs (tot een vriendin).
Ik weet waarlijk niet wat ik met mijn
jongen moet beginnen. Vérleden week
heb ik pruimen ingemaakt en op de
flesch een etiket geplakt met de woor
den
Ingemaakt 1 September Marie Smid.
Vandaag vind ik de flesch leeg terug-
en op bet etiket staat
Uitgelekt 7 September Jefke Smid.
EEN LIEVE SCHOONZOON.
Schoonmoeder. Het volgend jaar
laten we ons ook bij de telefoon aan
sluiten.
Schoonzoon. Hé ja, mama, een uit
stekend idee. Dan behoeft u niet zoo dik
wijls meer bij ons te komen.