LEEF' uw LEVEN A LL E R L EI r voor de inhuldiging der nieuwe mis- faertien dagen-te voren scheepten de iters te Bergen in. Te Christiania ging itoor Kjëlstrup te scheep mét zijne iter, en ook de mijne, die zou helpen je stofleering der nieuwe pastorij, u boord der beide stoombooten was al geladen wat tot de nieuwe missie be nul was. [Ids welgelukken tot hiertoe had de ede van den geest der duisternissen trewekt. Rauwelijks had de stoomboot waarop stoor Kjëlstrup medereisde de haven b Christiania verlaten, toen een ge ldige storm losbrak. Bergen van wa terden opgezweept en slingerden het lip op de baren heen. Ten laatste ge- ikte de kapitein in een binnenland- ten fjord en het schip landde goed aan Aren dal. De Zusters die uit de haven van Ber il zeilden hadden een tragischen over- art. Zoodra zij de haven van Christian- id buitenvaarden, brak de woedende nu los. Zoo schrikwekkend was liet iaan dat het schip op alle oogenblik- d in gevaar was tegen de kusten aan k geslagen te worden. De arme Zusters, meer dood dan le id, klampten zich aan de meubels van salon vast, die op en neer dansten, feeder, zegde een der jongere Zusters, pu wij God bidden dat Hij toch de oone hospitaalbedden zou redden it, hoe zouden de Zusters, die ons >ten opvolgen, nog zulk schoon bed- oed vinden rod, die aan de baren gebiedt, had smeekend gebed zijner bruiden ver- rd en bedaarde den storm. Daar is |ndal in de verte riep de kapitein. Idank, wij zijn gered! Een half uur pr zeilden zij de haven binnen, te kapitein, vooraleer den voet aan 1 te zetten, zegde tot de Overste iod heeft een mirakel gedaan Wij psten nu allen in het diepste der zee raven liggen. God zij gedankt. laai nog was de woede van Satan bedaard. Wanneer de Zusters eene re uur in hun nieuwen thuis waren, on het te donderen dat hooren en zien j vergingenhet nieuw huis scheen ijne grondvesten te beven en de Zus- riepen uit Dat is het einde van wereldStraks valt het huis in», een andere. De overste trachtte ha- ïedezusters te bedaren; zij allen ba rnet vurigheid en na verloop van ■half uur was de storm uitgewoed, it nog had men te Arendal zulk een er beleefd. ine week later ging ik zelf te scheep Christiania. et weder was uitermate slecht de n-sloegen over de kaaien. Mijne eters wilden mij de reis doen uitstel- Docli de dag der inhuldiging was gesteld kost wat kost moest ik de aangaan. Ten andere de stormen ben geen ander uitwerksel op mij dan i eetlust op te wekken, en mij nog rhumatisme te veroorzaken, 'e vertrokken dus... en we landden ikkig aan te Arendal. ?n nieuwe klok was in den kerkto opgehangen daar luidde het An- s voor de eerste maal sinds vier ren. ranneer de katholieken der stad en omliggende eilanden deze vreugdige o hoorden weergalmen, weenden zij vreugde. den namiddag deden wij de wij der nieuwe statiën van den Kruis- van het beeld der Onbevl. Maagd au den H. Frauciscus-Xaverius, pa- der nieuwe parochie, dag der kerkwijding brak aan. •t deze plechtigheid hadden wij al wereldlijke overheden en het puik stad uitgenoodigd. Het was een re- chtige koude dag en wij verwacht- alleenlijk een klein getal geloovi- r Doch, tot onze groote verwondering 1(1 reugde, waren al de overheden te- 1 roordig. De gouverneur der provin- de eerste rechter, de burgemeester policiekommissaris het zien van. zulk een machtige Wering, beklom ik den predikstoel 'eu zin der plechtigheden uit te leg- toonde hoe redelijk de Katholieke te werk gaat, en hoezeer zij ver- 'Van de kleingeestige kerk die de Wanten in hare plaats gesteld lieb- Ik voegde er bij dat, moest Katho- Kerk zoo kleingeestig zijn als de Itanten het beweren, ik de eerste sou om haar den rug toe te keeren; jde nog dat het de Katholieke Kerk he aan Noorwegen vijf eeuwen van laving en glorie verschaft had dat |ae Noorwegers hun geloof ontsto- 'aren, dat de moederkerk hare af- r{.'wdene dochter niet vergeten liad. |s jdigde met gebeden te vragen op- "oorwegen tot liet katholiek geloof voorvaderen zou terugkeeren. hl woorden werden gretig aan- ,en menige traan werd af gevaagd dwongen. Neen, Noorwegen heeft bristus niet verzaakt de meeste Iers zijn in den grond katholiek het te weten. installatie van den pastoor en de van het hospitaal waren niet ii aandoenlijk. In eene der zalen I 'et hospitaal hadden wij de over 's [tot een banket uitgenoodigd. Al- at 'antwoorden onze uituoodiging en H *n geestdriftig den heildronk toe n ik voorstelde aan Paus Pius X en zoning Haakon VII. De gouverneur antwoordde en wensch- te de nieuwe missie geluk; een bijzonder woord stuurde hij toe aan de Eerweerde Overste der Zusters. Eenige dagen geleden zegde mij een protestant: Monseigneur, ik moet u zeggen dat ik u zeer dankbaar ben omdat ge ons een katholiek priester geschonken hebt. Wanneer mijne dochter tot den ka tholieken godsdienst overging, weende ik bittere tranen. Doch sindsdien was ik bevreesd dat zij bij gemis aan geleider in haar geloof zou wankelen. Nu is dit gevaar voorbij. De vrouw van het stedelijk hospitaal sprak den lof uit (Ier katholieke Zusters en eindigde met te zeggen: Gezegend zij de dag waarop de moederkerk ons deze maagden zond om ons te toonen door de vruchten hunner werking, dat het Christendom de ware godsdienst is.» Ik heb het weeral moeten hooren, dat beroemd gezegde... Gisteren nog. Een jong meisje stond te wachten in mijn bureel en wierp mij dat naar den kop. Zij stond daar met haar blauwe oogen, haar gezwollen voorhoofd, haar gehekeld haar, onbeschaamd... met vuur m 't oog... kwaad en woedend om haar mislukt huwelijk Ik zal tot met Pasclien.nu wach ten zegde ze. En dan Dan?... Hare dunne lippen trok ken nog dunner samen, en zij steunde op ieder woord Des te erger indien ik niemand vind Maar ik wil mijn leven leven 't Is te zeggen Ge weet wel wat Inderdaad, ik weet het maar al te wel. Dat gezegde klinkt u overal in de opren tegenwoordig. Dat is de bloem van de nieuwe weten schappelijke en nuttigheidslievende ze denleer Leef uw leven... volg uwe vreugde in!... Gij hebt verstand?... Ge moogt het ontwikkelen, zooals ge wilt!.,, en met al wat ge begeert Gij bezit wilskracht?... Dat zij om verwerpe al wat uwen weg verspert i Gij hebt een hert?... Dat het zich schenke aan alles wat u aanstaat Uwe zintuigen?... Dat deze ook geen verstekelingen en verstootelingen we zen binst uw leven... Zij ook mogen van 't leven genieten!... Leef uw leven 't. Is te zeggen: menschelijke boom, groeit!... wordt grooter en grooter!... breidt u uit Achteruit alle verbod Achteruit gij hovenier; die de hemelhongerige takken afkapt... die de gulzige twijgen snoeit... die de afgehaakte stengels naar eenen vastgestelden zin doet opstijgen... die al het plantensap bijeen verzamelt en het in die heerlijke vruchten overzet!... De boom leeft voor den boom... en niet voor zijne vruchtDe mensch leeft voor den mensch... Noch de godsdienst, noch de even- mensch, noch het goed, noch de maat schappij, hebben het recht eene hinder paal te stellen aan zijne neigingen en lusten. Noch God noch meester!... Kent ge het voorschrift?... Het be stond reeds voor de wereld geschapen Zijn leven leven. Dat wordt hedendaags door schouw burgen en romans en ronfans aangepre- dikt. Ziehier wat ik, korts geleden, las in eene gazet, die nochtans er op groot gaat niets onzedigs te schrijven. Er was spraak van eene kleine schuch tere buitendochter, bestemd tot een bur gershuwelijk,zooals haar moeder, groot moeder eu voorouders hadden aange daan. Ja, maar eene stille haardstede, een werkzaam echtgenoot, en vele op te voe den kinderen wachtten haar. Peinst ge datGe zijt er wel mee. Ik lees zonder een letter te verande ren De kleine witte gans (het burgers- dochtertje) is een schoon vogeltje met heel wat andere pluimen, geworden. Zij wint 22.000 fr. per week a. u. b. Zij be zit een groot huis in stad, een auto, een kasteel op den buiten, een kostelijk hals sieraad van perelen... Zij kan dansen en zoo wel, dat ze nagevolgd wordt en zelfs welhaast geëvenaard. Zedenleeraars zul len van haar gewagen in niet al te voor- deelige bewoordingen... Maar waartoe mag dat wel dienen? Juffrouw X maakt weinig kas van al hun zeggen en babbelen zij leeft haar leven vol gens de academische zedenleer, de offi- cieele zedenleer en zij moet over niets berouw gevoelen, want zij heeft geenen lijd verloren en heeft geen danspartijtje gemist. De wijze zal misschien inbrengen dat die vrouw niet gelukkig is Wat weet hij er van?... Zij is voorzeker gelukki ger dan eene menigte eerlijke vrouwen. Verzekert de deugd wel het geluk? Wat besluiten Dat men geen staat mag maken op die buitendochtertjes, en dat op onze dagen van bevallige kiesch lieid en sierlijkheid, eene vrouw map spotten en lachen met het wat zal men van mij zeggen ten minste wanneei zij 22.000 fr. per week verdient... Tot overmaat van dwaasheid, zijn er vele treffelijke menschen die, na zulke dwaasheden gelezen en gesmaakt te heb ben, ze overhandigen aan hunne vrouw en zelfs aan hunne dochter zeggende Lees dat eens... 't is zeer aardig!... De schitterende groote lieeren van Versailles spraken ook zoo in 1789. Twee jaar nadien, mochten ze hun hoofd in den bril der vaderlandsche guillotine steken om het door het beulsmes te laten afhaken. Maar zij wisten dat alles niet wat men nu weet!... Immers zulke vroegere ge vallen hadden nog nooit plaats gegre pen Terwijl de burgers der XX® eeuw van -dag' tot dag' verwittigd worden En nevens dat schromelijk artikel, op dezelfde bladzijde van die gazet, waar van ik u een uittreksel kom voor oogen te stellen, stonden er vier verderfelijke lichtprenten de portretten van twee vermoorden en van twee zelfmoorde naars. Volgende blad andere akelige lichtprenten: een jong meisje doodt door een revolverschot hare moeder en den vriend van hare moeder... Doch die armzalige menschen zien niet klaar genoeg om te bespeuren de nauwe betrekking die bestaan tusschen het ar tikel: Zijn leven leven en het bloed dat daarnevens in de andere kolom des dagblads vloeit. Want, ge ziet van hier, er bestaat meer dan zoo een misloopen burgers- dochtertje De werkman, gebogen onder zijnen zwaren arbeid... de bediehde met. zijn gering loon, die dagelijks zijn patroon ziet rijker en rijker worden, en nagaat de bekoorende omloop der blauwe bank briefjes... de kleine modemaakster, de soldaat in de kazerne^ als de gedoemden der aarde, om zoo te zeggen, zij insge lijks, en meer misschien dan de misloo pen burgersdochter, zouden het recht hebben op te rijzen en hun deel van zulk geluk, zelfs zonder dans of sprong, te eischen. Eu alsdan, zal liet de pikdonkere nacht worden... ik wil zeggen de inloop au den overwinnenden moordenaar, de inval, de diefte, de wildemansstaat... veel meer nog dan in de eerste eeuwen, dan wanneer de herders volkeren kalme en geloovige menschen waren. En dat begint reeds!... Men wan trouwt iedereen een groot getal kleine eigenaars kochten revolvers en wacht honden, eu wanneer men in eenen trein stapt, is men niet meer zeker zich wel haast, met. een mes tusschen beide schouders zich op de spoorbaan terug te vinden G walgelijke schijnheiligheid van het off'icieele journalismus. Het zal voorzorgen nemen en groote, om de slechte betrekkingen tusschen landen of staten niet te verergeren en al gekkende en lachende wekt het de ergste hartstochten en driften op... op voorhand reeds worden alle zedelijke laf- en laagheden verrechtveerdigd... het dwingt zijne lezers een dierlijk droombeeld of ideaal op... het moedigt ze aan om, hun volledig rantsoen van ha ver en liefde, van het leven te eischen, en daarbij mankt hun wijs en stelt ze gerust wanneer ze gansch den beker tot op den bodem geledigd hebben. Over jaren moest ik een voorname wijnhandelaar de laatste HH. Sacra menten toedienen. En nadat alles goed van stapel was geloopen wees hij mij met zijne krachtelooze hand naar den kelder: Er liggen daar nog 1200 flesschen wijn!... mompelde hij met stervende stem. ...En ik moet van hier vertrekken, zonder dat alles leeggedronken te heb ben Hij sprak nog toen de dood hem tot voor Godes rechtbank slingerde. Ik gevoelde een zelfde indruk bij het lezen van dat hooger aangehaald arti kel... en nog meer met het te zien lezen in tramways door weerlooze arme dut sen. En er zijn nog katholieken die twij felen aan de noodwendigheid van een door en door christen en katholiek dag blad!... van dat dagblad dat iederen morgend rekening houdt van 't Evan gelie, steunt op 't Hert. van den Meester die zegde Die zijn leven bemint, zal het verliezen (Naar PIERRE TERMITE.) OOK EEN ZUIGELING. Hebt gij die vrouw wat gegeven? 't Komt niet in mijn hoofd op. Dat mensch bedelt voor haar zuigeling en zij heeft er geen. Ja, ziet ge, ik ben haar man en die noemt zij haar zuigeling omdat ik alleen dun voedsel kan verdragén. Twee Duitschers willen de Luxem burgscke grens ovej;. Bij de douane ge komen werd hun gevraagd of ze ook al coholhoudende dranken bij zich hadden. Ja, was het antwoord, ieder twee flesschen wijn. En waar zijn die In ons lijf, klonk het. De belastingbeambte sloeg zeer ern stig zijn tarief boek open en las: Wijn in vaten, 25 frank in ezels huiden, vrij. In orde, heeren, vervolgde hij, op ziende, gij kunt doorgaan. STAATSLOTERIJ. Twee buurvrouwen spelen samen in de Staatsloterij. Bij het nazien van de trek- kingslijst zegt de eene tot de andere: Wij zijn niet bij de nieten en ook niet bij de watten. Spiegels kwam bij den schilder en be wonderde een portret, dat op een ezel prijkte. Verduiveld, zei Spiegels, wat is dat schoon geschilderd. Maar waarom zoo'n leelijk model gekozen. 't Is mijne zuster O verschooningTen andere, ik had het moeten bemerken, zij gelijkt u x KORT EN BONDIG. Nellie, doctor De Veer heeft zich bereid verklaard, u de schilderijen op de tentoonstelling van moderne kunst te verklaren misschien verklaart hij u in zijn verstrooidheid meteen zijn liefde wel. x Nagels kwam een koppel tegen op wiens bruiloft hij twee jaar te voren aan wezig was. Nog geen kleintje vroeg hij, na de gewone beleefdheidsgroeten. Neen, antwoordde de man. En mevrouw ook niet? vroeg Na gels heel ernstig aan de echtgenoote. x KINDERLIJKE VRAAG. Kleine Betsie en haar mama zaten aan het ontbijt. Een van de lekkernijen wa ren sardines en mama achtte het ver standig er eenig« nuttige beschouwin gen aan vast te knöopen. -Deze vischjes kind, begon zij met mendelijke stem. worden dikwijls door groote visscken gegeten. Betsie keek een oogenblik met stom me verbazing naar de sardines, en mama dacht, dat zij bezig was deze wijsheid te verwerken. Maar plotselings vroeg de kleine: Maar mama, hoe krijgen de groote visschen dan de blikjes open ZOO HAD HIJ HET NIET BEDOELD. Een zeer dikke dame, die op zekeren avond een groot gezelschap te gast had, wendde zich tot een groep jonge man nen, die dicht bij haar stonden, en vroeg glimlachend. Mag ik een van de heeren om een glas water verzoeken Verscheidene der jongemannen snel den weg om aan het verzoek te voldoen. Een hunner, die bijzonder vlug was, slaagde -er in het eerst de tafel te be reiken. Terwijl hij de gastvrouw het glas wa ter overhandigde, maakte zij hem een compliment over zijn vlugheid. Och, dat beteekent niets, zei hij. Daar ben ik aan gewoon. Toen ik nog een jongen was, mocht ik vaak in een circus of beestenspel water voor den oli fant aandragen. Eerst toen hij de uitdrukking op het gelaat der gastvrouw zag en het alge meen zwijgen opmerkte, begreep de jon ge man, wat hij gezegd had. x PR ACTISCH. "V rouw. De dokter heeft me aange raden naar een badplaats te gaan. Waar zou ik heengaan Man. Naar een anderen dokter. x STIJLBLOEMPJE. Casimir schrikte zoo geweldig, dat zelfs zijn schaduw op den muur ver bleekte. BIJCELOOVIC. Hij. Werkelijk, ge hebt veel noo- dig, Lize. Als ik de rekeningen nazie, heb ik nu al sinds verleden jaar dertien hoeden voor u betaald. Zij. Dertien? Goede hemel, Jan, dan moet ge me er gauw nog een bij koopen ENFANT TERRIBLE. Jantje wil zich absoluut niet meer door zijne tante laten kussen. Toen tante hem hiervan de reden vroeg, zei hij: Pa zei onlangs, dat u een vergiftig mensch zijt x EXAMEN-ANTWOORD. Professor. De beenspieren van de zen patiënt hebben zich samengetrok ken, zoodat het eene been veel korter is dan het andere, zoo komt het dat de patiënt hinkt. Wat zou u in zijn geval dóen Student. 1 Ook hinken. x - BEGREPEN. Ziet u, zei de jonge schrijver tot den boekbinder wien hij zijn eerste werk te binden, had gebracht, ik zou den band graag in overeenstemming hebben met den inhoud. Heel goed, mijnheer, was het ant woord, ik zal het in kalfsleer binden. x EEN GOEDE AANBEVELING. De jongen, die bij u gewerkt heeft, wil zich bij mij verhuren. Is hij kalm. Ja, heel erg. Als hij nog iets kal mer was, dan was hij roerloos. DEVOOT. B. Is er al iets anders bekend, om trent de ongesteldheid van den baron? D. -Ja, de geneesheeren veronder stellen dat zijn Hoog Edel Geboren lever niet in orde is. x OOK EENE HUWELIJKSVRAAC. Heer Pieters tot jufvrouw Peeters Mejufvrouw, zoudt ge in 't vervolg uwen naam met i niet willen schrij ven x EEN BEDEKT AANZOEK. Hij. Heusch, juffrouw Ellie, u lijkt als twee druppels water op Zij. Welnu, op wie? Hij. Üp mijne aanstaande vrouw. EEN WEDDING. Drie Fransche jonge dames, tot de groote stoefferij belïoorende, kwamen op het denkbeeld, eene wedding aan te gaan wie zich het snelst zou kunnen kleeden. Die de wedding won, deed dit in den buitengewoon korten tijd van twee uur en dertien minuten. x Sissen, zei de juge, hoe zijt'gïj^an die blauw oog geraakt? Ik ben uitgeslibberd, menheer, zei Sissen, en 'k ben op mijnen rug geval len Ja maar, zei de juge, uw gezicht en staat toch op uwen rug niet Neen, menheer, zei Sissen, maar er lag nog eenen boven op mij x SNUGGER. Zeg eens, Dirk, werd op een kan toor gevraagd, gaat gij eens kijken op wat voor dag de 1° Januari 1914 valt. Dirk (na lang zoeken). Dat kan ik niet zien, de almanak houdt op bij den 81® December 1913. x KLEINE VERGISSING. Een heer (die gemeubileerde kamers zoekt, wordt door de juffrouw rondge leid). Hij staat verrukt over wat hem te huur wordt aangeboden. "Kijk, dat is nu eens een flinke groo te kast. Hier kan ik heerlijk mijn klee- ren hangen en -nog andere dingen. De juffrouw (ten hoogste verontwaar digd) Mijnheer, dat is geen kast, dat is een zitkamer. x OPMERKING. Weet ge waaraan Van Rulpen mij doet denken, als hij zoo mooi gekleed is Wel? Aan een mooi etiket op een leege flesch. x EEN PRACTICUS. Wat, juffrouw Smits bevalt u? Ja, ze heeft een zeker iets Druk u toch in cijfers uit. x ARME MAN. Meneer ('s nachts erg onder den in vloed thuiskomend.) Hé, vrouw, houd toch op met dat gekijf'is het geen straf' genoeg voor mij, dat ik u altijd dubbel zie, als ik uit de sociëteit kom x VERKORTE GANG VAN ZAKEN. Gast (tot kastelein). Geeft u dien bedelaar een borrel, in plaats van een aalmoes Kastelein. Zeker, waarom zou hij mijn geld ergens anders verteren x Dame. Ik vind mijn portret weinig gelijkend. Schilder. Ja, maar gij hebt ook ge zegd, dat het mooi moest worden. x Marie. Ik vind Karei een heerlijk danser, hij danst zoo licht. Anna. Als ge hem wat beter kent zult ge wel merken, dat hij heelemaal erg licht is.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1913 | | pagina 3