EEN MERKWAARDIG JÜRELFEEST
p Een portret
ALLERLEI
">:Sv
't Staat daar op mijne scliouw dat
ortret... die photo van 't jaar 7U liet
rordt geel-bruin zoo wat. 't Schiet zijn
leur! Niet te verwonderen, de tijd staat
,iet stil, en toen het wierd getrokken,
,s ik nog' niet van deze wereld en thans
dt mijn haar stillekens aan peper en
DUt.
Pat portret stelt me voor een goede
i groote vriend'mijns vaders die ook
ens over eene kleine twintig jaar mijn
oezenivriend werd. Toen leerde hij mij
andere menschen een bezoek brengen
wist mij te zeggen hoe ik later de
anderen in den catechismus zou onder
wijzen en opleiden. Nochtans 't was geen
astoor noch pater en toch oetende hij
ezelfde goede werken. Hij sprak maar
>verGod, zijn gebod, onze ziel, liet goe
ie te wege te brengen. Hij handelde dik-
rijls over Maria, de Hemelmoeder. Hij,
tas bijzonder opgetogen wanneer hij
ijn gedacht mocht uiten nopens Paus
■n Kerk. Voor die twee zaken heb ik
Bstreden en geleden riep hij uit.
Niet te verwonderen dat hij mij zijn
lortret in soldatenkleedij wilde schen
en, of liever reeds had geschonken, 0111
lij te berinneren nu en altijd zijn hel-
eDDioed, zijne dapperheid, zijne erva-
enheid, zijn moedig kampen en heldhaf-
ig lijden
Niet te verwonderen dat hij mij zijn
ichtbeeld schonk waarop hij stond afge
teld in zijn zouaven kostuum de sabel
an de zijde de fiere bepluimde haren
ints op 't hoofd de twee zoowel ver-
iende en thans met zooveel fierheid ge
lagen eereteekens op de borst. Ja, fier
incht hij er op zijn Hij had ze trefi'e-
ld l ijk veroverd en verdiend. Vechten als
bnleeuw en als 't moet zijn sterven als
BH martelaar 't was zijn leuze.
Te Rome had men hem krijgsgevan-
fon »n genomen en drie dagen en drie nach-
m voelde hij op 't. kille stroo van de
^chtige gevangenis dat zijn moed niet
(is overwonnen maar dat het groote ge-
di il vijanden het kleine getal den Paus
a dt
getrouwen overrompeld hadden. Hij leed
gedweeVan zijn wapens zou men zich
niet meer bediend hebben want de de
gen die aan zijne zijde niet lui en vadsig
hing binst den strijd, wierd door zijn
eigen handen op zijn eigen knie gebro
ken en verbrijzeld, zoodat hij onschadig
werd in 's vijands vuisten.
Oh dat portret herinnert mij te vele
te lang 0111 te melden dapperheid,
fierheid, getrouwheid.
x
't Was binst de liberale regeering van
1879-1884Hi j was burgerwacht van
zijn bevolkt dorp. De wetten der Kerk
moesten geëerbiedigd worden, zoo wilde
hij liet. Voor niemand of voor niets ging
bij achteruit eu nochtans hij wist het
maai al te wel, onvermijdelijk moest hij
de veroordeeling voor zijn getrouwheid
aan de Kerk inloopen kost wat kost zal
'lij aan God geven wat God toekomt en
dan... aan den keizer wat-liem te geven
staat. Hij voert uit wat te doen valt. E11
zelfs de rechterlijke macht stoort hem
uiet of zal nooit dat gedane werk sto
ren, alleenlijk zal de strafwet hem toe
gepast worden en drie dagen zal hij als
een gemeen booswicht hij de zoo edele
en immer gedienstige en godsdienstige
uian"gaan leven op Staatskosten in 't
Gentsche gevang.
Daaruit werd hij te gemoet. gekomen
en een triomftocht leidde hem van
Vlaanderens hoofdstad naar zijne zoo
prachtige gemeente, kerk en kasteel,
viering en siering, was te veel aan nie
mand want het gold de man van 't volk,
't gold de vriend van arm en rijk van
iedereen
En bij die plechtige intrede en inhul
diging, te midden van dien piassenden
regen stond er een krullebolletje van 'n
jongentje te wachten aan zijns vaders
hekken, 't legde zijn complimentje
af, 't overhandigde een welriekende rui
ker en 't kreeg in ruiling ten eerste een
kus van dien ouden krijger en goeden
vriend en thans verlosten gevangene en
't ontving nog wat anders... een portret,
de beeltenis van dien doorbraver lur-
gervader.
Mare.
IS®»*
t hel
De NORMAALSCHOOL van Malonne.
1837 1913
Toekomende week, zal de oud-leerlin-
pbond der Normaalschool van Ma
rine in feest zijn, ter gelegenheid der
verjaring van de opening dezer nor-
alschool.
Deze werd op het einde van 1836 geo-
&d door de' Broeders der Christelijke
holen. Vooreerst had zij hare lokalen
Kamen, doch 11a 3 jaren, moest men
op zoek naar een grooter lokaal,
raaf Jr getal leerlingen, dat aanvanke-
E slechts 7 was, reeds tot 34 geklom-
was, welke allen inwonende leerlin-
b waren, zoodat er reeds geen plaats
fcr was voor anderen. Men moest er
j0« lm zooveel afzeggen.
Het kasteel van Harlue werd dan door
■nsii .n°rniaalschool ingenomen doch en-
Goor korten tijd, want reeds het jaar
veD dien werd de normaalschool overge-
Jeht naar de Abdij van Malonne.
Daar heeft zij sinds darf gedurig ver
engen na verbeteringen ontvangen,
«at deze normaalschool weldra als de
pe aangeteekend stond, alhoewel zij
fints eene aangenome normaalschool
n 1879, het jaar der beruchte liberale
u> oolwet, telde het gesticht van Ma
in vi ne 104 leerlingen bij het einde van 't
so§°°ljaar. Bij de heropening, in Octo-
waren er 103. Benevens degenen,
"hu uitgangsdiploma hadden beko-
l> w-aren er 20 helden die hun-
ttèesters verloochenden eu naar de of-
a-ad eele normaalscholen overliepen, ho-
;t W de daar beteren vooruitgang off'01-
tro&fj te maken.
F kwamen echter 75 nieuwe leerlin-
wnnen en zulks was voor de moe-
b oversten en leeraars de beste aan-
ieel edij
slaaf
ioed
L'glng-
wet had het gesticht het goe-
Ptwerksel, dat heel de kliek liberale
toahsten, welke de leergangen te
laU* 0)J,"e volgde en een waar gevaar was
aan £eesI van het gesticht, er van
aan, r trok.
gew
Daarvoor waren er enkel overtuigde,
kristene normalisten en zulks was on
eindig veel beter. Onder het liberale
gouvernement, van 1879 tot 1884, lever
de het gesticht van Malonne 192 onder-
wijzers-diplomas af, en wanneer in 1884,
de dragers aan de onderzoekskommissie
van den Staat werden onderworpen, 0111
toelating te krijgen in gemeente of aan-
genomene lagere scholen onderwijs te
geven, waren er slechts 2 welke als on
voldoende gerangschikt werden.
Sinds 1884 groeit en bloeit het ge
sticht van Malonne nog steeds weelde
rig, tot meerdere eer en glorie van God.
De officieele cijfers voor het school
jaar 1912-1913 zijn nog niet afgekon
digd geworden, doch deze van 't school
jaar 1911-1912 betuigen, dat er 161 leer-
lingeu waren voor de 4 studiejaren en
dat er 31 met goed gevolg het einde
examen aflegden en hun diploma ver
wierven.
Gedurende de 75 jaren werd de nor
maalschool door omtrent 2750 leerlingen
bezocht en daarvan behaalden er 1736
ofwel het getuigschrift van bekwaam
heid, ofwel het diploma van onderwij
zer. Zulke cijfers maken alle commen
taar overbodig.
Ziehier het programma der feestelijk
heden die zullen plaats hebben.
Woensdag, 10 September. Om 2 u.
Betooging van genegenheid aan 't. Be
stuur en het leeraarkorps. Om 3 ure
Opening der schooltentoonstelling. Om
6 ure Kunstavond. Om 8 ure Avond
maal. Om 8 1/2 Fakkeltocht.
Donderdag, 11 September, 's Mor-
gends, sluiting der godsdienstige afzon
dering. Om 9 ure Solemneele mis met
pauselijke assistencie. Plechtig Te
Deum Om 10 1/2 ure, Vergadering in
de feestzaal. Aanspraken door den Voor
zitter van het feestcomiteitdoor Mgr
Heylen, enz.
Uitvoering der Jubelkantate. Banket.
Concert.
PAK ZE VAST
Een jongmensch redde met levensge
vaar een jong meisje uit het wafer.
Edele menschenvriend, sprak de
valer, u heb ik veel, alles te danken.
50,000 fr. of de hand van mijne doc luer
kies
De edele menschenvriend dacht als
ik de dochter neem, krijg ik het gold
van zelf en antwoordde
Geef me uwe dochter.
Dan hebt ge goed gekozen, hernam
de vader. De 50,000 fr. had ik u niet
kunnen geven, want ik bezit niets, maar
mijne dochter die zult ge hebben Leg
uwe handen in elkaar, lieve kinderen,
wees gelukkig.
x
WAARAAN
Patient. Dokter, ik heb bijna geen
adem meer.
Dokter. Zoo We zullen daaraan
ns spoedig een einde maken.
x
OPRECHTE LIEFDE.
Hebt ge niet opgemerkt, Dora, dat
uw aanstaande echtgenoot mank gaat?
Hij spreekt zoo vriendelijk en goed
met mij, dat ik nauwelijks op zijne voe
ten let.
Laat dat zoo zijn, Dora maar do
jonge meisjes zien anders nog al op de
houding en den oang van een man.
Ik zie er ook wel naar, papa maar
Willem bevalt mij zoo als hij is. Als hij
rechte beenen had, zou hij Willem Stel
ling niet meer zijn, en hoe zou ik hem
dan kunnen liefhebben
x
TOP!
Zoo, zoo, en aan uwe 1
geopereerd
Aan alle twee.
En ge ziet er niets aan
Neen, niets. En ze zijn er al! 1 v ee
uitgenomen geweest.
Uitgenomen
Ja.'
Uitgenomen
Wel ja.
Dat kan niet.
Vast en zeker 'k Heb ze zelf op de
lafei. zien liggen.
x
UAT IS WAT ANDERS!
Dokter. Wat, u hebt drie dagen en
nachten achtereen gewerkt Dat is van
uw patroon een groote overtreding der
arbeids-wet dat moet voor den rech
ter gebracht worden.
Patient. Maar ik ben de patroon
zelf.
Dokter. Ha zoo u is de patroon
zelf, dat is wat anders.
x
OVER SCHOONMOEDERS
A. In een gezelschap, waar over
schoonmoeders gesproken wordt
Mijn schoonmoeder is een engel.
B. Dan hebt gij goed te praten,
maar de mijne leeft nog.
x
EEN COED GEDACHT
In een der laatste veldslagen in
Noord-Amerika werd de rechter arm van
generaal Howard door een kogel getrof
fen en moest boven den elleboog worden
afgezet. Toen hij op een draagbaar naar
het hospitaal werd vervoerd, ontmoette
hem de generaal Hearney, die in den
Mexikaansche oorlog zijn linker arm
verloren had.
Generaal, riep Howard hem toe, ik
heb u een aannemelijk voorstel te dotn
laat ons voortaan voor ons beiden onze
handschoenen koopen
x
MODERN
Lize. Zeg eens, Marie, wie was dan
die heer die ons juist voorbij fietste
Marie. Wat, kent gij dien niet?
Dat is immers mijnheer Geersma, met
wien gij 't vorig jaar verloofd waart
Lize. Nu, men kan toch waarlijk
alle heeren niet onthouden, met wien
men verloofd is geweest
x
NOC ERCER!
A. Verbeeld u, mijne tante heeft
valsch haar en valsclie tanden.
M. O, dat is nog zoo erg niet, ik
heb eene tante die daarenboven nog eene
valsclie tong heeft.
Koetsier (achter een klant aan de sta
tie die hem in centen betaalde en geen
drinkgeld gaf). Hedaarg'hebt ze
ker de spaarpot van uwen kleine meege
pakt?
OP HET RAPPORT
Wachtmeester. Kapitein, soldaat
Stram heeft zich willen doodschieten,
maar 't is hem niet gelukt.
Kapitein. Drie dagen arrest, om
dat de kerel 's konings kruit nutteloos
vermorst heeft.
Policieagent (tegen een voorbijgan
ger;. Gij zijt strafbaar, omdat uw
hond 11 achterna loopt, zondei* muilband.
Hoe is uw naam?
Voorbijganger. Die hond hoort mij
niet toe.
Policieagent. Hij loopt u toch na.
oorbijganger. Dat kan wel zijn.
Gij loopt me ook wel na.
x
Hans. Waf wordt onze gebuur, de
schouwvager, toch oud
Frans. Dat moet u niet verwonde-
reu, gerookt vleescli blijft altijd langer
g :ed dan versch.
x
Jan, waar hebt. ge den brief ge
daan, die op mijnen bureau lag?
Naar den post gedaan. Mijnheer.
Ezeler stond geen adres op.
Ik dacht dat Mijnheer niet gaarn
had dat ik zou geweten hebben waar de
brief naartoe ging.
x
EEN DIPLOMAAT
1° jongen. LaaPons naar huis gaan;
t is al zes uren.
2" jongen. Neen... Als we nu naar
huis komen, krijgen we eene rammeling
omdat we te laat komen. Laat ons wach
ten tot acht uren dan kussen ze ons
mdat we niet verongelukt zijn.
x
GENEZEN
Dokter Zonderbroek was aan 't. stoef-
len tegen dokter Pompwater over zijne
behendigheid.
'k Heb ekik overlest iemand gene
zen die een been had gebroken, zei hij.
E11 toen hij genezen was, werd hij hard-
looper.
Dat was zeker, toen gij met de re
kening kwaamt, vroeg dokter Pompwa
ter.
DUIDELIJK ANTWOORD
- Hé, JefWa ar gaat gij naartoe
met dien dikken stok
Peer Dingen heeft mij een belee-
digenden brief geschreven ik ga daar
op antwoorden.
x
SPREUK
Rijk is de keuze als de gast
Niets kan vinden dat hem past.
Is de spijskaart echter klein,
Gauw zal hij bevredigd zijn.
x
REDEN
- Waarom is de baas zoo kwaad
- Wel, hij wil bankroet gaan, en hij
heeft in de boeken gezien dat hij nog
huid genoeg heeft.
x
PASSEND
Ik zou geerne een spreuk op mijn
geweer doen graveeren, zei Dingen. Wat
zou zoo al het beste zijn?
- Wel, gezien uwe behendigheid,
zoudt gij kunnen zetten Leven en la
ten leven....
x
Rechter. U zegt, dat u het strijk-
jzer, waarmede uw dienstbode gewor
pen heeft, zag aankomen waarom heeft
u zich dan niet gebukt of is u niet op
zijde gegaan?
Getuige. Maar ik zou toch 'n dwaas
zijn geweest als ik dat gedaan had. Ik
stond vlak voor het venster, en als ik
mÜ gebukt had of op zijde was gegaan,
zou het ijzer door de ruiten zijn gevlo
gen.
VOORZICHTIG
- Moeder, zei de kleine Flup, dezen
namiddag zullen wij de trappen van ver
gelijking beginnen te leeren.
Goed, manneke, antwoordde de
moeder maar gij zijt nogal een waag
hals, zie maar dat gij er niet afvalt.
x
SCHOON VOORUITZICHT
Trezeken. Moe, gij hebt gelijk een
blauw oog.
Moe. Ja, kind. Dat is wat schoons.
Trezeken. Wanneer krijg ik ook
een blauw oog, moe?
Moe. Wacht maar tot dat gij ge
trouwd zijt, gelijk ik, kind.
BEDENKELIJK
Heer. Ik vind het nog al bedenke
lijk, mij zoo laat een aalmoes te vragen.
Landlooper. En ik vind het nog al
bedenkelijk, mij zoo laat een aalmoes te
weigeren.
A. Weet gij ook dat de nieuwe
tuinknecht getrouwd is?
B. Stellig wel want hij teekende
zijn naam met een kruisje.
x
MODERNE CONCURRENTIE
Hoe komt het dat uwe verloving is
afgesprongen Gij hadt nochtans zoo
een schoone positie in 't oog.
Ja... die heeft mijn toekomstige
mij voor den neus weggesnoept.
x -
GELD EN VERSTAND
- Ik zou willen veel geld hebben, zei
Kareltje
- Als het maar te wenschen valt, dan
geloof ik, dat ik om gezond verstand zou
vragen, en niet om geld, antwoordde
oom.
Natuurlijk, zei Kareltje, iedereen
verlangt naar wat hij niet bezit.
Ambtenaar. Zeg eens, pachter, hoe
oud zijt ge of liever, wanneer zijl gij
geboren
Pachter. Ja, zie, dat zal zoo om
trent de vijftig jaar geleden zijn. Toen
leefde mijne moeder zaliger nog.
x
VAN DEN BOER EN DEN HARING
Boer Stampers kocht eeneu haring in
de stad.
1 't Is toch een goeie? vroeg hij.
Ja, vriend, zei de winkelier, een
beteren kunt gij nergens koopen. Als
hij vuur gezien heeft, kunt gij hem op
eten
't Boerken trok goed gemutst op huis
af 't begon stillekens aan donker te
worden. Onderwege trok de boer door
eene weide, en hij kreeg geweldige goes
ting om zijnen haring binnen te spelen.
Hij deed een steksken in brand, nam
zijnen haring uit zijne tesch en... liet
hem vallen Rap als de bliksem greep
hij er naar, doch pakte per abuus eenen
kikvorsch en hield hem in de vlam van
't steksken.
De kikvorsch kwaakte, dat het deer
lijk was om hooien.
Er valt hier niet te kwikken of te
kwakken riep de boer, g'hebt het vuur
gezien en ge moet er aan
OOK AL EEN MIDDEL
Drie vagebonden beraadslagen onder
ling, een middel te bedenken, om aan
den kost te komen.
Kijk, zei de een, ik heb geen cent
op zak en geen huis bovendien.
Wel verduiveld, zegt de tweede,
laat ons een wisselkantoor gaan openen
Waarmee? vraagt de derde.
Wel, luidt het antwoord, met een
breekijzer.
x
VERWIJT
Waarom komt gij zoo laat?
Neem 't mij niet kwalijk, baas....
Ik ben zooeven getrouwd.
Gij moet ook overal bij zijn.
ZIJN EIGEN GROOTVADER
Kobe Scharmenkel hield staan dat hij
zijn eigen grootvader geworden was. Ie
dereen lachte hem uit maar Kobe ver
telde het alzoo
Ik trouwde met eene weduwe die eene
20-jarige dochter, Trientje had.
Mijn vader trouwde met Trientje; zoo
werd mijn vader mijn schoonzoon en
mijne schoondochter Trientje werd mij
ne moeder als vrouw mijns vaders. Wel
haast kreeg mijne vrouw eenen zoon.
Die zoon was de zwager mijns vaders,
en terzelfdertijd mijn oom, als broeder
mijner schoonmoeder.
Trientje, de tweede vrouw mijns va
ders, kreeg ook eenen zoon, Pieter.
Pieter was mijn broeder en mijn
kleinzoon. Mijne vrouw was mijne
grootmoeder als moeder mijner schoon
moeder ik was de man miiner vrouw
en haar kleinzoon ook. Als man
mijner grootmoeder en tevens als haar
kleinzoon werd ik mijn eigen groot
vader.
REKENING MAKEN
Hang het huikje naar den wind
Maar in 't goede, lieve vriend
Zet de tering naar de nering,
Of uw nering krijgt de tering,
En gij zelf er bij, mijn kind
Zuinigheid baart overvloed
Soberheid maakt zuiver bloed,
Volle magen leege kasten
Maanden smullen jaren vasten
Pronk van kleeren arm van goed
Daarom is een cent gespaard
't Winnen van een goudstuk waard
W ie zijn rekening goed kan sluiten
Baat het binnen huis en buiten,
In den hemel als op d'aard.
P. J. Heye.
DRONKEN APEN
Het Engelsche stoomschip Braun-
fels maakte eene reis van Calcutta
naar Philadelphia, met eene lading van
600 apen, die in kooien waren opgeslo
ten. Bovendien was aan boord een ba
viaan, het eigendom vau een der officie
ren. Dit dier had reeds meermalen, eene
reis meegemaakt en was zoo tam, dat
men liet vrij liet roddloopen. Op zekeren
dag echter had de baviaan de streek uit
gehaald om de kooien van zijn 600 na
tuurgenoot en te openen en zoo sprongen
deze over het schip rond en speelden er
volkomen den baas. Zij smeten met al
les. wat hun voor handen kwam, naar
de bemanning, die zich niet meer op het
dek konden vertoonen. Boven in het
kraaiennest zat de baviaan, die de schuld
van dezen toestand was. Dit had zoo al
twee dagen geduurd, toen de kapitein
eindelijk uitkomst wist. Hij zette eenige
bakken met brandewijn op het dek neer
en het gevolg bleef niet uit. Alle apen
snelden er op toe, dronken zich een flin
ken brom in en lagen weldra half ver
suft op het dek, zoodat men hen kon
opnemen en weer in de kooien sluiten.
Ook de schuldige baviaan ging achter
slot en zal zijn vrijheid, die hij zich on
waardig getoond heeft voortaan moeten