DeVergiffenis van den Monnik
Het huwelijk van prins Arthur van Coniiauöht
met prinses van Fife
Een voorval van Jacobus V
Koning van Scliotlai
NIET
Charlier Tellier
De Cinema
Door ontchristening
naar socialisme
Daar wandelde op 'nen zomerdag
Een neuswijze achter 't land,
Daar hij twee kleine meiskes zag
Die speelden in het zand.
Zei neuswijs Maar, wat doet gij daar,
Gij meiskes alle bei?
Wat doet gij. daar gij blond van haar.
Gij meiskes, in de Mei?
En 't eene van de meiskes zei
Wel heere, zoo ge ziet
Wij zitten hier, wij zitten, hei
Wij zitten, en 'n doen niet.
o Maar niet, zoo zei de neuswijs mij
Dat is een ding gewis,
Dat is een dingen dat ge gij
Niet weet wat dat het is.
Ik doe, zei 't ouder meiske boos,
En 't wiste ent wat dervan
Niet is een kouse voeteloos,
En zonder been deran.
Guido GEZELLE.
VVV
(388te Vervolg.)
Het gelaat van den Zaligmaker was
door Aionzo met eene buitengewone be
zieling geschilderd het gelaat van den
engel was slecnts even geschetstMu-
riilo dacht het nog voor de komst van
Tariia at te wérken.
Een uur verliep. De oude Milagro was
zonder eigenlijk te weten wat er voor
viel, aan eene pijnlijke verlegenheid ten
prooihij had Aionzo zien vluchten, zag
zijn huis vol soldaten en begreep, dat nu
alle heil van dien schoonen jonkheid
moest komen, die zoo bedaard in de
werkplaats schilderde.
José bracht den soldaten op Murillo's
bevel i'lesscken Gpaanschen wijn deze
lieten zich niet te vergeefs noodigen, en
dronken zonder evenwel het oog van de
verschillende uitgangen van het huis at
te wenden.
Tarila's vreugde was groot. Hij hoop
te twee vliegen in éénen slag te vangen;
de zaak, waarin Milagro vroeger betrok
ken geweest was, kon nu wel weêr op
het tapijt komen, dank zij de omstan
digheid dat Aionzo in het Gesloten Huis
gevonden werd.
Murillo had eene goede ingeving ge
had met zich te haasten want Lorenzo
Tariia was geen man om te gaan slapen,
alvorens hij een opgevat plan ten uit
voer gebracht had.
in plaats van op zijn gemak naar huis
te gaan, toen hij het paleis van den
graat Aguidas verliet, was hij naar een
zijner ambtgenooten gegaan en had hem
het vermoeden medegedeeld dat den vo-
rigen avond was uitgesproken omtrent
de identiteit van Aionzo Cano met het
geheimzinnige personage, dat het Ge
sloten Huis in huur had.
Het gevoelen van dien rechter was,
dat men Cano zoo spoedig mogelijk
moest vatten en de noodige machtiging
daartoe nog voor het aanbreken van den
dag moest aanvragen.
De handteekening van den markies
de Miranda was daartoe onmisbaar
maar deze die zich op het bal bevond,
moest noodzakelijk vroeg in den mor
gend naar huis komen, en Tarifa wacht
te hem met een hardnekkig geduld af
Hij gelukte en 's morgends had hij
het bevel in handen, een persoon in
hechtenis te nemen van verdachte af
komst en handelwijze, wonende in een
slecht befaamd huis, waarvan Milagro
eigenaar was.
Zonder een oogenblik te verliezen had
Tarifa een officier bevolen, de woning
van Milagro te omsingelen, terwijl hij
zelf de hulp van een zijner ambtgenoo
ten zou inroepen, ten einde de afkomst
van Aionzo te bestatigen.
Tarifa, die zijne bevordering en zijn
fortuin in handen meende te nemen
nam zijn tijd uitstekend waar verge
zeld van twee hooggeplaatste mannen
tot de overheid van Valencië behooren
de, sloeg hij den weg naar Grao in, 11a
een wacht te peerd gelast te hebben hem
op eenigen afstand te volgen.
Op het oogenblik, dat de soldaten bij
Milagro hunne laatste fleseh wijn ledig
den en José den tuin in oogenschouw
nam, over welks muur Aionzo was ont
snapt, traden Tarifa en zijne beide ge
zellen, zonder zich aan te melden, het
eerste benedenvertrek binnen.
José herkende in één van hen den rech
ter, wiens gevoelen op den dag zijner
ter dood veroordeeling de overhand be
houden had, en een stille glimlach speel
de om zijne lippen.
Hij vond het niet eigenaardig, een
man, die zich voor hem meer dan streng
getoond had, op heeterdaad van onrecht-
veerdige verdenking te kunnen betrap
pen, en zijne verrassing en verlegenheid
te zien, als hij bemerken zou dat de man,
dien hij zocht, in tijds was kunnen ont
snappen.
De zegepralende houding van Tarifa
was niet te beschrijven.
Hij had den rechter van Madrid, die
op het oogenblik dat hij den van moord
beschuldigden schilder naar de gevan
genis meende te breugen, slechts een
vreedzamen mandolinespeler bij zich
te hebben, zoodanig bespot, dat zijne
vreugde bij het denkbeeld, den misda
diger aan de justicie te kunnen uitleve
ren, hem een zegevierenden stap deed
aannemen.
Hij geweerdigde zich zelfs niet, zijne
vreugde achter de gewone koelheid te
verschuilen, waarmede de magistraten
hunne gewaarwordingen verbergen; zij
ne tevredenheid straalde op zijn gelaat,
glinsterde in zijne oogen, .speelde om
zijne lippen en scheen zijne korte, ron
de en dikke gestalte hooger te maken.
Met een gebaar vol weerdigheid
wenkte hij zijne twee gezellen ter zijde
te gaan, ten einde hem door te laten, en
hem de eer te verschaffen, de hand te
leggen op den schouder van den onge
lukkige, dien de donkere kerker van
Valencië wachtte.
Tarifa ontmoette José in het portaal
en vroeg hem
Dit huis behoort aan Milagro
Ja, Excellentie.
Waar is hij op dit oogenblik?
In zijn eigen vertrek.
Er woont een vreemdeling bij hem,
niet waar
Ja, senor, een schilder...
Ziet gij wel? zegde Tarifa, zich
tot zijne koliega's wendende.
Deze bogen met eene nederigheid,
waarin men eene geheime afgunst kon
opmerken.
En die schilder?....
Werkt in zijn atelier.
Tarifa deed eene schrede voorwaarts.
Wil ik hem van uwe komst ver
wittigen, senor
De justicie komt binnen, zonder
aangemeld te zijn, antwoordde Tarifa.
En de deur driftig openende, trad hij
de werkplaats binnen.
De twee andere rechters volgden hem,
sloten de deur achter zich en gingen,
evenals Tarifa, om het tabouret van den
schilder heen, ten einde hem vlak in het
gezicht te zien.
Toen Murillo ze bemerkte, stond hij
op, en met die welgemanierdheid, welke
liem op eene lijn met de voornaamsten
in Spanje stelde, wilde hij hun stoelen
aanbieden.
Dat is niet noodig, zegde Tarifa
kortaf, wij zullen niet lang vertoeven.
Eomt gij om over den aankoop van
eene schilderij te handelen vroeg de
schilder op zijn gemak dan zou het mij
spijten, L we Excellentie te moeten zeg
gen, dat de bestellingen, door verschil
lende kloosters en zijne katholieke ma
jesteit gedaan, mij niet toelaten mij
voor dit jaar tot iets te verbinden.
Er is geen spraak van schilderijen,
antwoordde Tariia, maar van eene zeer
ernstige zaak, die u den luchthartigen
toon wel zal doen vergeten, dien gij te
genover ons aanslaat, en die toch geen
invloed op ons hebben kan.
Een luchthartigen toon?.. Ik moet
zeggen, dat ik volstrekt in geen kwade
luim ben.... Wat u betreft, senor Tari
fa, gij scheent dezen nacht vroolijker
gestemd...
Dezen nacht? herhaalde de rech
ter.
Ja, dezen nacht, op het feest van
graaf Aguidas, waar ik de eer heb ge
had u te zien.
Dat is waar, ik was er. En dit be
wijst dat de justicie altijd en overal
waakt... Men meent, dat de overheid
haar vermaak zoektzij denkt slechts
aan de vervulling van haar plicht... Gij
moet ons volgen...
Murillo legde zijn palet en penseelen
op eene tafel neer, en terwijl hij Tarifa
strak in het gelaat zag, zegde hij
Hoeveel eerbied ik ook voor de jus
ticie en hare dienaars koester, zoo sta
ik toch niemand toe, niemand, verstaat
gij, senor, mij op dien toon, en dat wel
met gedekten hoofde, toe te spreken.
En met eene lichte beweging der hand
deed hij het hoofddeksel van Tarifa op
den grond vallen.
Ellendeling riep Tarifa uit. El
lendeling Maar mijne wachten zijn daar
om u rekenschap van uwe onbeschaamd
heid te vragen Gij hoopt te vergeefs
ons te overbluften wij kennen uwen
naam en weten 0111 welke reden gij u in
dit huis verschuilt.
Mijn naam, zegde de jonge man.
kan gerust zonder blozen genoemd wor
den, en wat mijne voorliefde voor dit
buis betreft, mij dunkt dat de ligging
er van die volkomen verrechtveerdigt
Gij hebt mij van wachten en van aan
houding gesproken gij hebt mij een el
lendeling genoemd... YV^ees nu op uwe
oeurt voorzichtig, senor Tarifa, dat i
tegen u niet van tien invloed gebral
maak, dien ik ten hove heb
Wij zullen aanstonds zien, waai
toe u die invloed dienen zalzegde Ta
rifa woedend.
Hij opende de deur, gaf een wenk, e
zes van de soldaten, die in het portaal
wachtten, traden de werkplaats binnen
Het lood der verontwaardiging steeg
den kunstenaar in het gelaat
Doe dat nietzegde hij, als gij uw
post en uwe eer lief hebt laat mij niet
aanhouden, senor Tarifa; want ik zweei
u, binnen eene maand zult gij uwe b<
trekking kwijt zijn, zoo één uwer lieden
mij aanraakt.
Tarifa haalde de schouders op.
Gij zult straks zoo luid niet m ei
kraaien, jonge haan, zegde hij.
Murillo wilde zich eerst verdedigen,
maar hij begreep dat dergelijke woor
dentwist onteerend zou zijn, en dat het
beter was, "deze voorbijgaande vernede
ring te ondergaan en het onrecht van
Tarifa te zijnen opzichte te vergrooten
waardoor de neerlaag van den rechtei
dubbel vernederend zou worden.
(Wordt voortgezet.)
vV, jfT
Te Parijs is op 85-jarigen leeftijd
Charles Tellier, de uitvinder der koel-
kamers overleden. In 1876 heeft hij liet
eerste schip met koelkamers, de Fri-
gorifique uitgerust. Het schip bracht
eene lading bevrozen vleesch en wild
van Rouaan naar Rio-de-Janeiro, Mon
tevideo en Buenos-Ayres over. Ofschoon
zijne uitvinding weldra over gansch de
wereld werd toegepast, heeft Tellier er
geen zijde bij gesponnen.
Hij is in armoedige omstandigheden
gestorven alleen in het laatst van zijn
leven heeft hij het door steun van vrien
den, wat ruimer gehad. De Fransclie re
geering had hem enkele maanden gele
den het ridderkruis Aran het Legioen van
Eer verleend.
Indien de cinema goed heeft gedaan
en wel nog doet, is 't ook vast en zeker
dat. hij veel meer kwaad heeft uitgesto
ken of doet uitsteken en nog dagelijks
cot verderf dient van te velen. Geen uit
vinding verspreidde zich rasser dan de.
ook niets werd eerder en meer
cinema, ook niets w erd eerdei en meer sociaEsmej eil zufke geestesgesteltenis
gebezigd om de deugd te verdelgen, de mQet bestri;den j
•iodsdienst uit te roeien en de H. Kerk
Parijs met zijne 3,500,000 inwoners,
telt maar 200 cinemas, en Londen 400,
doch de bevolking der hoofdstad van
Engeland is zoo groot als deze van ge
heel België. In gansch Engeland zijn er
2.000 cinemas. New-York heeft 470 ci
nemas en in de negen groote steden der
Vereenigde Staten zijn er in 't geheel
maar 1.4Ü0 te vinden.
De ontvangsten van de Amerikaan-
sclie cinemas overtreffen jaarlijks de
275 millioen frank, en slaan het wereld
record
De anti-klerikale, de anti-katholieke,
de anti-christene, en in het algemeen de
anti-godsdienstige furie bij de socialis
ten is sedert de kiezing niet gestild, in
tegendeel zij is nog gestegen. De een
na de andere bekent, dat ze slechts door
ontchristening kunnen komen tot socia
lisme
Le Journal de Charleroi riep zijn
volk op om de christene scholen, de
kerk, om alles wat met den godsdienst
in betrek staat te boycotteeren.
Valschrecht van Kortrijk, schreef
reeds keer op keer, om zijne volgelin
gen af te houden van de christene scho
len geen kind van socialisten zou nog
mogen godsdienstonderwijs genieten
een socialist, moet zijne kroost in on
godsdienstigheid opkweeken.
M. Debunne riep ook in Valsch
reckt op, voor den strijd.... niet tegen
de rijken, het kapitalisme (neen, de rij
ken als ze maar anti-klerikaal zijn, zijn
lieve bondgenooten) maar wel uitslui
tend en alleen, tegen de katholieken,
arm of rijk, 't is al om 't even.
En nu nog een nieuw staaltje van
socialistenhaat tegen den godsdienst.
Up liet fameus dompers- en iopperscon-
gres der socialisten van 30 Juni te Brus
sel, zei citoyen Hins het volgende
Ik wil doen opmerken den deernis-
wekkenden toestand van onze gefanati-
seerde en dweepzuchtige buitens. Het is
dus van belang a oorlog te voeren tegen
de Kerk en den godsdienst en dit zonder
ophouden De groote zaak, is de ont
voogding der.gewetens, niet der magen:
de twee moeten gepaard gaan
En ik betreur het, dat in het meest
vrijdenkende deel van het land, in He
negouwen, men werklieden hunne hin
ders ziet sturen bij broerkes en nonne-
kes. Dit is eene beleediging aan het
ai
godsdienst
jn al wat de katholieken liefhebben te
schandvlekken. Zoowel en meer dan de
schouwburgen heeft de cinema de ver
leiding geweest van onsckuldigen op
net zenuwstelsel van anderen heeft hij
te grooten invloed gemaakt en ze tot het
Kwaad in het algemeen en tot diefte,
moord, uitzinnigheden van allen aard,
wulpsckkeid en toegeving aan onstui
mige driften opgehitst. Een oogslag in
t ronde geworpen zal ons doen inzien
■n klaar bewijzen de groote uitbreiding
van den cinema.
Er is geen stad of dorp van eenig be-
ang in 't land of er is ten minste zoo
en betooverend ding. Het record komt
aan België toe. Te Brussel alleen zijn
ir 115 cinemas, en 653 in gansch het
land. En hoeveel deugen er? Gelukkig-
lijk vindt men er maar....
Ja, bestrijd het maar, haatdragend
socialisme dan blijft gij in uwe rol
Maar komt dan niet meer huichelen, dat
gij niet tegen den godsdienst zijt. Gij
zijt. in de eerste plaats godsdienst-
hatend en slechts maar in de tweede
plaats, volksgezind. En nog, zijt ge
maar volksgezind, om het volk in zijn
verderf te storten in zedelijke laagheid
en stoffelijke ellende, immers uw stelsel
kan geen geluk brengen, maar slechts
ongeluk, verdrukking, ellende.
Het komt dus klaarder en klaarder
uit. maar ééne leering kan er geluk
brengen in de maatschappij het chris
tendom, breed en eerlijk toegepast.Yoor
zulke toepassing ijveren wij, met al onze
krachten. Zoo schrijft 't Kortrijksche
Volk en zoo meenen wij insgelijks.
w I.r'-"
Verleden week werd te Londen, in de den aartsbisschop van Westminster wei\
kapel van het paleis van St-James, het
huwelijk ingezegend van de hertogin
van Fife met den prins Arthur van Con-
uaught.
De hertogin werd door den koning
naar het altaar geleid, die naast haar
bleef tijdens de mis die door den aarts
bisschop van Canterbury gelezen werd.
Prins Arthur van Connaught- was om
ringd van zijn vader, den hertog van
Connaught en den prins van Wallis.
ingezegend, hebben de koning, de kc.
ningin en de andere naaste verwantei
kuune handteekening op het register ge
zet.
Na de ontvangst zijn de jong-gehuw-
den, begeleid door een detachement van
het regiment van prins Arthur, naar de
Portsman Square vertrokken, waar zij
inscheepten voor Parijs.
Zij zullen ook Spanje bezoeken, want
zooals men weet is de hertogin van Fife
Bij het einde der plechtigheid die door eene nicht van de koningin van Spanje.
De koning Jacobus alleen en verklei
zijnde, had eens twist met eenige Boll,
me ï'S en andere rondzwervers die hij«
den weg ontmoet had en werd door
of vijf hunner aangevallen gelukjq
lijk was het bij de brug van Cramo
zoodat de koning er in gelukte de
te bereiken welke, hoog en zeer ji
zijnde, hem toeliet zich te verdedj
met zijnen degen tegen het getal z|
aanvallers. Een arme man, die in 1
nabuiig schuur graan dorschte, ki
buiten, gerucht hoorende, en zy
éénen man alleen door verschd
aangerand, nam hij moedig zijne vei
digmg en werkte zoo wel met zijnen
gei dat de Bohemers verplicht wari
vlucht te nemen dan deed de landb
wer den koning in zijne schuur koi
gaf hem water en eenen handdoek
net bloed af te wasschen dat hem aan
nanden en het aangezicht kleefde,
leidde hem eindelijk tot het einde
den weg, op de baan van Edimburg,!
vrees dat hij opnieuw zou aangei
worden
Underwege vroeg de koning aan
gezel hoe hij heette en wat hij d«
de landbouwer antwoordde dat hij jlPa
Howieson heette en dat hij gehecht1
aan de pachthoeve van Brachead
Cramond, die aan den koning van Si
land toebehoorde. Jacobus vroeg
aan den goeden man of er iets op
reld was dat hij bijzonder verlang!
de rechtschapen John bekende dat!
zich de gelukkigste mensch van Sa
iand zoude denken indien hij maaj
eigenaar van de pachthoeve was
uij enkel als daglooner arbeidde.
Dan vroeg hij op zijne beurt wie
was, en Jacobus antwoordde, vol
zijne gewoonte, dat hij de pachter!
Ballengieeh was, arme sukkelaar)
eene kleine plaats in het paleis hi
voegde erbij, dat, indien John He
son den volgenden Zondag hem
Komen bezoeken, hij zoude track!
dienst te beloonen dien hij hem bei
nad, met hem ten minste het vermal
oezorgen de vertrekken des kor
zien.
John, gelijk gij kunt denken,
zijne schoonste kleederen aan, ew
aan eene achterdeur van het paleis
oiedende, vroeg hij den pachter!^
Ballengiech. De koning had bevel
ven dat hij zoude aangenomen wc
en John vond zijne nieuwe kern
dezelfde kleeding welke hij hem
dagen te voren had zien dragen. Ji
voortgaand den rol van eenen ondi
rigen bediende van zijn huis te
leidde John Howieson van zaal
en vermaakte zich veel met zijne
zing* en met zijne aanmerkingen,
Wanneer hij alles getoond had,
hij hem of hij den koning zoude
zien? waarop John antwoorde dal
ter wereld hem zoo aangenaam
zijn, indien hij hem kon zien zom
de koning er over misnoegd wi
pachter van Ballengiech beloofdefci8te]
natuurlijk dat de koning zich nietfer en
verstooren.
Maar, zegde John, hoe zaliï
van de heeren die rond hem zulleq
kunnen onderscheiden
Niets is gemakkelijker,
de zijn gezel, al de anderen zul
hoofd ontdekt hebben, hij alleen4
nen hoed ophouden.
l)it zeggende leidde Jacobus d
in eene groote zaal die met edellicj
bedienden van zijn huis vervul
John was een weinig bevreesd en!
zich tegen zijnen geleider, maarl
schoon groote oogen te openen,!
ien koning niet onderscheiden. I
Ik heb u reeds gezegd, hel
ïcm zijn leidsman, dat gij heml
coudt erkennen dat hij zijnen 1
iet hoofd zoude hebben.
Alsdan," zegde John, na uUfl
le zaal bezien te hebben, moetgl
net zijn, want wij zijn de eenigel
ïoofd niet ontdekt hebben.
Dit antwoord deed den koningl
hen en willende dat de goede b
eden had om zich te verblijden!
lij hem de pachthoeve van Ba
welke hij zoo verlangd had te
op voorwaarde dat Jolm Howil
zijne afstammelingen den kom
den aanbieden eene kom en eeDe!
kan eiken keer dat zijne Majestei]
paleis van Holy-Rood, zoude 1
de brug van Cramond overg
1822, wanneer George IV in 1
kwam, verscheen de afstammel
lolin Howieson van Brachead,|
pachthoeve nog bezit welke 1
voorvader gegeven werd, in lief
eener groote feest en bood zijne!]
teit water in eene zilveren km
voorwaarde te vervullen waaröj
den aan zijn geslacht vergunde
;e g'
den