M®r_! Borstbals Camicl BMNTEGEM-MOL LYNBMpMfj Het Ids Nationale Vlaamsche i Onderneming van alle Load- en Zinkwerken vooi gebouwen De soiiosns! C" UlSnOl iO! Geene seiieale hoofdpijn, noch andera smarten meer in '1 hoofd a!M§. &0&&> Baasilaeza ©a ksukenbatterij, mag ons ter worden, van ai da ontvaagst niet oTOreeastsmd raat da aank '{Zijn do Nationals Viaamscüa BorstualsempH'sn. V. DE VALKENEER, Apotheker, Plaatsing van Gaz- en Waterleiding pen, Ds bsste tabak, Da fijnsll sigaren, GOEDKOOPST Ëj Leopoldstraat, 46, fa Ij £3 T jp| GAAT ZIEN Eli OORDEELT! Ij GAZSESTICKT van AALST o: és "'t kS Fr. 0.40 ï?et proefpalf, 2 fr. dc doos van B paldien OVERAL VERKRIJGBAAR.- Verzending tejen postzegels toegestuurd ZUIVER AUJZMtWf# verreetzf geen vci'siih'gt'.ig e» ©c!ïêï?sr-t E*iü?lflEK af I Qrsn gehetnidnnlge engesteidueGteB meer welke eenskïaps de tumiüën angstig aantasten en die gewoonlijk slechts ontstaan door het gebruik van fceuketigerief dat aiei de voor waarden in zich vereenigt, voorgeschreven door de wetten der gezondheidsleer. ZUIVER £*.USÜ?£EUr<3 fetcsfc* r330iTI oreert en Ocen lastig vertinnen meer! Het onderhoud der Iceiikenartikclen in zuiver aluminium is i gemakkelijk en goedkoop, zonder g.oofe kos ten en zonder groote moeite. Wiit ge mar mieten, ca ss e rol en, deksels, kookpannen, schotels die nooit uw keuken met hunne stuk ken en brokken bezaaien? Kiest dan een keuksRgerief in zuiver aluminiumdit is het mcesi. weerstand biedende der metalen. Z1SSVER RLU&AïïïUm fe heft G$50- KOOPSTE, fiiel ¥GORD£ëüGSTE metaaiS f'st Buetsal daï aülj^ eend inner» tijke BAARSE btècedt. Bij uitstek is het de geleider der warmte en 't verzekert eens besparing van 50 o/Q in het verbruik van brandstof, in verhouding tot andere metalen. 2eai!i;53 franco vras r^-l Vraagt ons voor do voorwerpen, hisrb uiüar imji gu- Gelijk all© jaron xien we reeds nieuwe geneesmiddelen tegen do vol li Al die Wondermiddels die tijdelijk verünhie., uozan. verdwijnen na eenige weken leeftijd. Ken middel blijft en sal jaren lang nog beslaan Deze jollen onkel uit zuivere plantennillrekiels samengesteld, be? alten noch scheikundige noch schadelooze stoffen. Eenieder vraagt zich af hoe liet komt dat de Nationale. Vlaauieche Borsihalsempillen van jaar totjaar in naam kotnon. Hoe liet komt Wel vraagt hel aan de zieke, aan de Borst- lijders on ondervindt liet zolf zoohaast gij eens eene valling of eene verkoudheid hebt, of een stookte in d© zijde o? een hoest die niet weggaan, of üuireen on sltiimon dio uwe longen en loospijpen belemmoren, of dat gij slapelooss nachten doorworstelt terwijl gij bevangen rijt op den adom. Dan zult gij Ued. zelf beantwoorden en zeggen Le Nationale Vlaamsobt Borstbalzempillen blijven bestaan oa- dit zij genezen. Da doe» 1 Fr. per Post Fr. 1,10 Algemeen Dépdt Volksapothesk St. JczfJ Eaplanadoplein (NABIJ DB STATIE) Afii.GT, ■■■II Ml 111IIIBU I'°93 rja hij scheen ook geen vluchteling,'^StnoortTêeK^ij om. w anneer ue menschen in de eenzaamheid zijn, trachten zij vriend te worden met alles wat hun omgeeft, de hond wordt een reisgezel, het paard een vriend, en men schaamt zich niet hen te streelen en woorden van liefde toe te spreken. De kameel werd hoegenaamd niet aangesproken. Maar zie, juist toen de zon de middaghoogte bereikte, stond het dier uit eigen beweging stil, en uitte een kreet, die den meester als uit een diepen slaap deed ontwaken. Hij richtte zich op, keek naar de zon, beschouwde lang en aandachtig het landschap, haalde diep adem, en zegde met een be vredigden blik EindelijkeindelijkEen oogenblik later kruiste bij de banden over de borst, boog liet hoofd en bad in stilte. Na bet volbrengen van dezen plicht, maakte hij zich gereed om af te stijgen. Aij riep den kameel Ikh Ikhtve, het teeken 0111 te knielen. Langzaam gehoorzaamde liet dier, de berijder zette zijnen voet op den slanken nek. en stond den volgenden oogenblik op den grond. DE DRIE REIZICERS. Wij kunnen nu den vreemdeling meer van nabij beschouwen. Hij is niet groot van gestalte maar toch is hij flink gebouwd. Nu hij de zijden koord, welke den Kufiyeh op zijn hoofd moet houden, losgemaakt heeft, kunnen wij hem vrij in 't gezicht zien. De kleur was, zooals reeds gezegd is, zwartmaar het lage breede voor hoofd, de arendsneus, de bijzondere vorm der oogen, liet lange glanzende haar, 'dat hem in talrijke vlechten tot op de schouders nederliing, waren de onmisbare teekenen van zijne afkomst. Zoo moeten de 1 liarao s en de Ptolemeërs er uitgezien hebben, zoo zag er Mizraïm uit, de stamvader der Egyptenaren. Hij droeg de kamis of lang wit katoenen liemd, met eenen gordel om het midden bevestigd, en lange lials en borst met borduursels bezet, daarover was een wollen bovenkleed geworpen, met kleurige zijde gevoerd, en rondom afgewerkt met een gelen boord. Aan de voeten droeg hij sandalen, welke met fijne lederen riemen Vastgebonden waren. Hij had geen enkel- wapen bij zich, zelfs den stok niet,"waarmede de kameeldrijvers gewoonlijk hunne dieren aanzetten, en nochtans is het altijd gevaarlijk te reizen zonder wapens, wanneer men geheel alleen het gebied van luipaarden, leeuwen en minder wilde bees- ten betreedt. Hij moet dus of van zeldzaam stoutmoediger aard ziju, of zich onder eene bijzondere bescherming' gevoelen. Dool' den langen rit waren zijne ledematen stijf geworden, daarom wreef hij zijne handen, stampte met de voeten, wandelde op en neer, nu en dan onderzoekend rondziende, alsof bij iemand verwachtte. Toen zich echter nergens aan den gezichteinder eenig teeken van leven ver toonde, was hij blijkbaar teleurgesteld en hervatte zijne wandeling. -Twijfel aangaande de komst van den verwachte, kwam niet. bij liem op .want na eenige oogenblikken begon hij zijn reisgoed te ontpakken, alsof hij zinnens was hier zijne tent op te slaan. En dat bleek ook wei- kelijk het geval te zijn want, 11a met eene spons de oogen en de neus gaten van zijn kameel te hebben gereinigd, bracht bij een bundel staven te voorschijn, plantte de langste in den grond en de andere in eenen kring daar omheen, overdekte ze met een wit en rood gestreept tentdoek, spreidde een tapijt op den grond en betrok zijne kleine woning. Toen ging hij weêr naar buiten en zag nogmaals onderzoekend rond. Maar niets was er te ontwaren. Wij zijn ver van huis, zeide hij en liefkoosde zijn trouwen kameel, ja, wij zijn er ver van maar God die is met ons, wij moeten geduld hebben. Nu nam hij een paar handsvol boonen uit eenen der zadelzakken tot voeder van zijn dier, en zegde Zij zullen komen. Hij die mij geleid heeft, zal hen ook leiden. Ik zal alles in gereedheid brengen. Uit zijne voorraadschuur bracht hij de benoodigheden tot eene maaltijd in de tent; borden uit palmbladen gevlochten, wijn in kleine lederzakken, gedroogd schapenvleesch, Syrische granaatappels, Arabische dadels, kaas en brood schikte alles zorgvuldig op het tapijt en legde er teil slotte, zooals dat bij beschaafde oosterlingen het gebruik is, zijne servetten bij, 'drie in getal, waaruit zich laat opmaken lioevele gasten hij verwachtte. Alles was nn gereed. Hij ging naar buiten en zie in het oosten trof' eene 'donkere stip aan den gezichteinder zijn oog. Als aan den grond gena geld bleef hij staan, de oogen wijd geopend, huiverend, als voelde lllj 'de aanraking van iets bovennatuurlijks de stip werd grooter en grooter en kreeg ten laatste duidelijke omtrekken. Een weinig later kon hij den dubbelganger van zijn eigen witten kameel onderscheiden, dragende op den rug een lioudah de reistent van den Hindoe. De Egyptenaar vouwde de handen en zag op naar den hemel. God alleen is groot! riep liij diep ontroerd. De vreemdeling kwam nader en nader en hield eindelijk stil. Ook scheen hij uit een droom te ontwaken. Hij zag den knielenden kameel, 'de tent, en den man, die biddend in de opening stond. Hij vouwde de handenj boog liet hoofd en bad in stilte daarna steeg hij ook uit en trad op den Egyptenaar toe. Een oogenblik zag de een de andere ban, toen omhelsden zij malkander. Vrede zij met u, o dienaar van den waren God, zeide de pas aan gekomene. a En met u, medebroeder van het ware geloof vrede en welkom, ptrtwoordde de Egvntennar hartelijk. nfssi GASPAR DE GRIEK. Volgens de toenmalige tijdrekening greep het bovenvermelde plaa in het Romeinsclie jaar 747. Het was in December en de winter deed zi( fel gevoelen en Oosten van den Mediteriaan. De lange reis door de wo< tijn had onze reizigers een goeden eetlust bezorgd, zij deden het hl voorgezette maal eer aan, onder het drinken van eene teug goeden wij daarna begon het gesprek. Voor den reiziger in een vreemd land is niets zoo lieflijk, als zijm naam te hooren van de lippen eens vriends, zeide de Egyptenaar, die gastheer den maaltijd voorgezeten had. Vóór ons liggen vele dagen t vriendschappelijk samenzijn. Daarom is het noodig' dat wij elkand leeren kennen. Laat dus, zoo gij het goed vindt, hij die het laatst aa kwam, beginnen met spreken. Op stillen toon, als een die gewoon is zichzelf te beheerschcn, beg de Griek «Wat ik te vertellen heb, broeders, is zoo vreemd, dat ik hij niet weet waar ik beginnen zal, wat ik zeggen en wat ik zwijgen moi Ik begrijp mijzelf nog niet. Wat ik nochtans zeker weet is, dat ik d wil doe van Eenen die machtig is, en dat ik mij daar grootelijks gelii kig over gevoel. De gedachte aan het mij opgedragen werk wekt ee zoo onbeschrijflijke vreugd in mij. dat ik geen twijfel heb, dat God is, die het mij opdroeg. Hier zweeg hij een oogenblik, door zijn gevoel overweldigd, ter* de twee andere hunne oogen nederwaarts sloegen. Na eene korte po j ging hij voort Ver van hier, in het Westen, ligt een land, dat no vergeten zal worden, al was het alleen, omdat de wereld er zooveel a te danken heeft. Het land waarvan ik spreek is Griekenland. Ik Gaspar, de zoon van Kleantkes, den Athener. Evenals het grootste d mijner landgenooten was de studie mijn lust en mijn leven. Twee om groote wijsgeeren leeren de een, dat ieder mensch eene onsterfelij ziel heeft, de andere, dat er slechts één eenige God is, volmaakt, ree vaardig. Van alle vragen waarover de geleerden redetwisten, vond deze alleen het overdenken waard want, ik moest toegeven dat er e< tot nog toe onbekende verhouding bestaat tussclien God en de ziel. verstand kan daarover tot zeker punt redeneeren.... daar gekomen bli men staan, als vóór een hoogen muur. Om hulp roepen, is het een dat ons overblijft. Dat deed ik dan ook, maar geene stem kwam achter den muur tot mij toe. In wanhoop vluchtte ik uit de stad en de scholen. In het noordel gedeelte van mijn land, in Thessalië, is een berg, welken mijn volk v de verblijfplaats der goden houdt, met name Zeus. Olympus werd hij geheeten. Daar ging ik heen. Aan den Zuidoc kant van den berg vond ik een hol daar verbleef ik langen tijd, overdenkingen verzonken, of heter, wachtende dat mijn aanhoudt gebed om eene veropenbaring zoude verhoord worden. Mijn geloof God, den onzichtbare en tevens oppermachtige, was zoo vast, dat ik ook Tporreliik achtte zóó naar ïïptti te verwunhten. dat Hri medeliü ALOE Al i'.E 3T; U SPOT Isolfaeek LE PROGI-ÈS, rue.Ir.fr 3 2 roste, GO, Luik worden verkoeljt bij 323 AALST, Karta Zeaistraai, 54, AALST. 3fc'0 ü5' uitgeverj. vax nl-ffel-de gesdt. 10, Diep-.1 straat. Antwerpen on liet Jauksal is g«d?.an. Gewaarborgd geneesmiddel te zen ile Veiziekiei!f zooals: xèitj («uister?; kr-rnnv^rji», fcaartlclak&ea, zskurü, svjelfe'tcorst, enz., te lang om te melden!! In één \v iord, liet is 't beste middel dat tr bestaat. WACHT U VAN NAMAAKSELS Dc pol: f.23; de halve pot 0.73 postS.C15 opleg. lHoe.J/.uirercnd middel: f,25. Te verkrij gen i;t allo goede apotheken. lïoofddepot voor de Vlaanderen P. DE MEULENAERË, Steen- dam. GENT. De Valkencer, Aalst. Roman, Denderniojide. Van der Kelen, Geeraardsber gen. Tuypen», St-Nikolaas. 541 Uilgezoclilo Coke Grove Coke per 10 H. genomon Gresiiiöti N° 2 id. N° 1 MEN BESTELT TEN HUIZE 630 Telcph.oon 13 on 55 1,40 1,30 1,20 1,10 0,95 ■HTS lp VI l ©MR 5 A W V-?*—\,Z f mm met cle p? ;sa a s h gjs jp» aan P. PARSSEfiTIER, te fêorlanweïz.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1913 | | pagina 8