Eisïiwe rÉtte¥ösrmg
vsïï Ltoyd iksïyj
lie irfpMfflM van Mas
Asquith en Lloyd George
M%XIV« JAAR N. 3$
aar I,,-, I n
A centiemen het nummer
Zondag 17 en föaandag 18 Februari 18!»
c':;
J. Van Nuffel-De Gendt.
;rij «®3£SS£ÊS®-"
B*t)ruliker-Uitg'ever
UD» DEN HAAG, 13 Februari. Men meldt
Jnit Londen Bij de bespreking van het
|intwoord op de troonrede
zegde Asquith
Een overgroot getal van-zeer gewichligen
jard zijn sedert bet begin van dit jaar op
den voorgrond gekomen. Andermaal verna-
1 ^roen wij uit den mond van den Engelsclien
di Opperirjinisler eene uiteenzetting omtrent
tVaonze oorlogsdoeleinden, eene uiteenzetting
ucmet dewelke ik volkomen instem, zoowel
ka voor wat den geest aangaat als de letter.
Uit den mond van president Wilson verna
ai pen wij eene zelfde uiteenzetting voor
be Amerika. A
,01 Asquith ging vervolgens in de verklarin-
I) gen van kanselier Herling en oppermiuisler
ai Czernin en liet wederaanknoopen dor onder-
ahandelingen in Brest Litowsk en over de
1 L voorzitter Wilson zegde hij
'li Zij maakt waarlijk een groot verschil
uit met de verklaringen van de Duitsche en
ruOosienrijksche staatsmannen, zoowel voor
wal den inhoud als den toon aangaat,
joi M-.-t recht zegde meesier Wilson dat er
e> gestreden wordt voor eou duurzainen vrede,
c& die gesteund is op internationale gerechtig
dheid. Zoolang de oorlog duurt, zoolang net
Engelsen krijgsdoel niet is bereikt, moeten
^al onze krachten aangespannen worden voor
het bereiken van een dergeïijken vrede. Op
eene onrechtvaardige manier ia onzo oorlogs
J leiding beknibbeld geweest. Op krijgskundig
gebied is er bij ons niets gedaan of gelaten
i dat van aard kon zijn om op gelijk welke
p< manier het vertrouwen te schokken, dat
ke Rjjk en Volk gesteld hadden in onze twee
ulgroolo soldaten Haigh en Robertson.
u Deze Iwee mannbn blijven wij onbegrensde
^«daukbaarheid on groot vertrouwen schuldig.
30 want ik ken geene andore mannen w iens
oorcfeel over krijgskundige zaken voor mij
iStvan zooveel gewicht is.
ke Asquith geloofde dat de Regeering nu wel
reeds in staat moest zijn om nadere inlich-
/ilingen te geven omtrent liet nog meer uit-
v< gebreid arbeidsgebied van sigemeeuen krijgs-
''Jlraad oer Entente en hij wenschte eerst en
M vooral te vernemen of er ook verandering
gekomen was in het personeel van den Raad.
Hij voegde daar zelfs aan toe dat liet
gerhuia aan zijne plichten zou te kort
blijven als het met hemde Regoering niet
2 dringend zou verzoeken om al dd verlangde
v] iplichtirig«n te geven, ten einde alien twij-
t iel, alle wantrouwen te voorkomen cn te
ge bewijzen dat de leiding van den oorlog voor
j h de toekomst den goeden weg opgegaan is.
Bureelen: Kerkstraat, N. 9 en 22, Aalst
LONDEN, 13 Febr. (Reuter.) I" liet
Lagerhuis Asquith antwoordende, lieeft
Lloyd George gezegd
Mijn vriend Asquith heeft veel gezegd
over de redevoeringen, welke in den laat-
ib|ten tijd over het vraagstuk van den vrede
^gehouden zijn. De regoering houdt zicli aan
se verklaring, welke ik namens mijne colle
ga's en mij zëii' tegenover de vertogenwoor-
iigers der vakvereonigMigeu in hel begin
van dit jaar hel» afgelegd.
Ik heb met groote teleurstelling
het antwoord van Her'ling cn Czernin
pelop Wilsons rede en op de mijne, dio ik na-
pens de regeering uitrprak, gelezen. Hot is
volkomen waar, dal wat den toon aan
gaat, er eon groot verschil is tusscheu de
Oosten rij ksohe en de Duitsche rede. Iic zou
edechtor gewenscht hebben, lo kunnen goioo
ven, dat er ook een verschil in den inhoud
was. Toch kan ik dat niet en.betreur, dal ik
e$n dergelijke uitlegging aan Gzertiins rede
niet kan geven. Zij waa buitengewoon bo
iéef-d en vriendelijk gesteld, maar wanneer
zij he! werkelijke onderwerp, de eischen der
NAAR R. O. N.
18® VERVOLG.
Het is beter dat hij weent dan dat hij
bet niet kan.
Voor sommige kinderen moge dat
waar zijn, maar niet voor hem.
Maloeuvre legde de hand op de schouders
van Cyrillus.
Bdilaar, zei de hij, bedaar, uw vader zal
lorug kooien.
Neen, neen, ik zal mijn vader nooit
terugzien riep Cyrillus met do armen
■;3 zwaaiend, ik had hem .moeien volgen, ik had
hem moeien volgen, of medegi-aom met
hém alio gevaren te doelen. Wal zal er van
ons' worden God had o:.s nods onze in co
der ontnamen en uu hebben wij ook geen
vader moer
Gij zial het, mijnheer, zei do Maloeuvre
op harden toon tui Lavergne, dewijl gij de
aitiiigeD van «uit oen© buitensporige smart
oiöt l.obltegvn gegaan, zult gij ooa de oor-
zSakziju van de go vaar!ij ity crisis waarin Uc
jonv en v .rkccr;.
Bij boog zien daarna tot Laver^uo en
«ju» stem 1 aloud© dalen voegde hij erbij,
op een toon die duidelijk genoeg was om
verstaan te worden
De buitensporigheden van die soorl
Geallieerden, behandelt, is zij onvermurw
baar. Zij plaatst Mesopotamia, Palestina en
Arabië in dezelfde categorie als België. Die
landen moeten blijkbaar op dezelfde voor
waarden aan de Turken teruggegeven wor
den ale waarop Duitschland België wil
teruggeven. Toen hij de eischen van Italië
besprak, zeide Czernin eenvoudig, dat vóór
don oorlog zekere aanbiedingen zijn gedaan,
doch dat zij thans zijn ingetrokken.
Wat de slavisclie bevolking van Oosten
rijk bel reft verklaarde hij eenvoudig beleefd
aan Wilson en anderen, dal wij er niets
mede te maken hebben. Er was geen enkel©
definitieve kwestie, waar Czernin niet de
meest definitieve weigering tegenover stolde
om eenige voorwaarden te bespreken, welke
als mogelijke voorwaarden voor een vrede
beschouwd kunnen worden.
En wanneer men bet Duitsche Rotwoord
beschouwt, is het voor iedereen, die het
leest, buitengewoon moeilijk om te geloo-
ven, dat Herllii g zelfs ernstig enkele eischen
beeft kunnen stellen.
Wat was zijn antwoord op de zeer gema
tigde eischen door de Geallieerden gesteld
Zijn antwoord was, dat
Britannië al zijn kolenstations
over de wereld moet opgeven. Ilij noemt er
een half dozijn. Hot is de eerste maal dat
deze eisch gestold is en ik meen, dat liet
wel de laatste eisch is welke Duilsciilantl
heeft kunnen stellen. Want deze kolensta
tions ziyu vroeger even toegankelijk geweest
voor Duitsche als voor Engeische schepdu.
De Duitsche vloot heeft steeds de gastvrijsto
behandeling in dezo kolenstations genoten.
In 1913 hebben verscheidene malen Duitsche
oorlogsbodems en transportschepen deze
havens bezocht. Het waren or ongeveer 50
tol 60 on deze schepen hebben geheel de
s- 'fde hulp genoten ais de Engolsche oor
logsbodems. Hetzelfde geldt voor de gewone
Duitsche koopvaardijvloot. Er hestonden
Duitsche kolonfirma's die er hun handel
even in volkomen dezelfde omstandigheden
als de Engeische.
Ik moet dan ook bekennen, dat het voor
de eerste maal stellen van zulk een eisch iu
het Tierde ooriogsjaaar, wei het beste bewijs
er voor is, dal hot Duitsche rijk, of althans
zij, die liet op dit ©ogenblik regoeren, niet
geneigd zijn om met de Geallieerden rede
lijke vredesvoorwaarden te bespreken. Ik
betreur het '.en zeerste. Deze voorwaarden
werden zorgvuldig overwogen in den op
rechten weusch om er iels in te vinden, dat
een aanduiding was van de bereidwilligheid
der CfM'.liaien om iets nader t" komen tot
den grondslag van een ove:\. .-.omai, en ik
beken,- dal de overweging vuu deze beide
rodovoerinheu een diepe teleurstelling is
voor hen, die er ernstig naar verlangen om
er een werkelijke» oprechten weusch naar
vrede iu te vinden.
De handelwijze van het Duitsche Rijk
tegenover Rusland, bewijst, dal alle ver
klaringen over een vrede zonder aanhech
tingen en schadeloosstellingen, gaene wich
tig© beteeken is hebben. Over Belgie werd
geen antwoord gegeven, dat als bevredigend
kau worden aanzien, evenzoo niet over
Polen, en dö rechtmatige aanspraak van
Frankrijk over het terugbekoineu zijner
verloren provinciën. Geen woord wordt
gezegd sover de bevolking van Ituliaanscli
ras en taal, welke thans onder Gosieurijkscii
juk leeft, en wat Turkey© -betreft, zoo kan
men, zooals ik reeds deed opmerken, noch
bij Herll-ing, noch bij Czernin aanduidingen
vinden, dal zij bereid zijn. de rechten der
Arabon op Mesopotamia en Aiabie le her
kennen. De bloot© verloochening d»zor
rechten is een teelten, dat zij besloten zijn,
hetgeen zij noemen de algeheelheid van
Turkey©, te behouden.
Ik zou mij verheugen, indien welkdanig
lid van dit Huis iets aantoonde in deze
redevoeringen, wat hij mogelijk kan aanzien
voor een bewijs, dat do C utrale Mogend
heden bereid zijn een vrede te sluiten op
voorwaarden, welke hij rechtvaardig en
I
redelijk kan achten. Ik kan niets van dien
aard vinden on het is met de grootste
teleurstelling dat ik dit moet verklaren.
Maar de regeering neemt niet het minste
terug van de uiteenzetting van het oorlogs
doel welke zij heeft gegeven. Zij beschouwt)
deze nog als de dooien en de idealen, waar
voor wij strijden en er zijn alle teekenen,
die ej op wijzen, dat de geheele natie deze
aanvaard als een rechtvaardige en gematig
de verklaring-, en zoolang er geen boter
bewijs ia gegeven dan geleverd werd in de
beide bedoelde redevoeringen dat de Cen
trale mogendheden bereid zijn onze voor
waarden te overwegen, zal liet onze droeve
plicht zijn om voort te gaan met het maken
van alle noodige toebereidselen ten einde
het Volkenrecht in de wereld te herstellen.
Mijn vriend Asquith heeft inij een vraag
gesteld nopens do
Cotrferencie van Versailles
en hij scheen te gelooven, dat een antwoord
daarop mogelijk was, zonder eenige inlich
ting te geven over de leiding van onze
tegenwoordige krijgsverrichtingen. Het
heeft geen zin een gedeeltelijke inlichting le
geven en ik denk, dat hij naar de aanduiding
welke hij gezien heeft, zal herkennen dat
het onmogelijk is aan het Huis eenige
mededeeling te doen over de genomen
beslissingen zonder aan den vijand mlichtin-
en te verschaffen over de plannen der
Geallieerden. Laat het Huis overwegen hoe
de toestand is. Het is volkomen juisi, dat ik,
toen ik hier in November van de conferentie
van Rapallo terugkwam, aankondigde dat
oen internationale raad was ingesteld om de
krijgsvoering dar Geallieerden samen te
brengen on dat ik toen verklaarde, dat het
liet de bedoeling der bondgenooten was om
aan dit lichaam eenige uitvoerende bevoegd
heid te geven.
Wat is sedert dien gebeurd Rusland is
uit den oorlog getreden. Een aanzienlijk
aantal Duitsche divisies her-ft hol Oostelijk
front thans verlaten on is naar het Westelijk
front overgebracht. De toestand is dus veel
dreigender geworden dan toenmaals.
D© bondgenooten zijn le Versailles bijeen
gekomen, om te beraadslagen over de best©
middelen om dezo bedreiging af le weren.
Tot dit jaar hadden de geallieerden do
overweldigende meerderheid aan troepen op
hat Weslfront, 't is to zeggen, wij geven
liior geene militarische inlichting aan deu
vijand, daar hij zulks zoo goed woet dan
wij. Trapsgewijze, ja snel, is dit overwicht
verminderd, bijzonderlijk tijdons de laatste
weken, ondanks de verplichtingen, door
Duitschland tegenover Rusland aangegaan,
dat er tijdens den wap. nsiilstamt geene
roepen van het Oost- naar het Weslfront
zouden verzonden worden. Z;j werden zoo
snel mogelijk, zooais het de spoorbaan of
ndere wegen toolieten, verzonden. - Dat
moeten wij ons voor oogen houden, wan
eer wij over do vredesvoorwaarden spre
ken. (Toejuichingen).
Ziedaar de toestand, waarmedo wij to
Versailles to doen haddon. Tot dit jaar was
aan goau aanval le denkon, daar do Duil-
scii'-rs, T zij legen ons uf legen hol Fransche
leger, reeds door onze reserven zouden af
geslagen worden. Dj toestand is volslagen
veranderd dour do enorm© versterkingen,
van Oost. naar West overgebracht en de ver
tegenwoordigers to Versailles moesten be
raadslagen over de bosto methode, om den
toestand meester te worden. Zij stonden
tegenover een toestand waarbij het absoluut
wezenlijk is dat de boei© macht van de Geal
lieerde légers van Frankrijk, Engeland, Italië
en Amoriaa kau worden ingezet ter plaats
waar de slag zal wordtn toegebracht.
Waar zal de aanval komen
Hier oi' daar wie kan het weten Al wat
ik kan zeggen is, dat do vijand alles in ge
reedheid hoeft gebracht. Er is een reusaoh
ig spoorwegstelsel achter den vijand, dat
:et hier of daar kan nootiig maken, dat het
,'an het hoogst© belang is, dat schikkingen
kunnen voor Cyrillus doudc-lijk worden de
krankzinnigheid is erfelijk in z.jne familie.
Op dal oogenblik slaakte Cyrillus eon
scherpen kreet, en viel lang uit op den
groud, ter prooi auu eau hevigen zenuwaan
val.
ZEVENDE HOOFDSTUK.
Dt: SCHIPBREUK
Sedert het vertrek van Pont Jouhert wa
ren drie maanden verloonen, in welken tijd
geh©6l liet aanzien van het huis der rue
Aionooy was vorauderd. Over alles hing eau
wolk. van droefheid en de bewoners hadden
een gevoel als of een onzichtbare hand op
him drukte. Ooguuschijolijk ging echter
alles zijn ouden gang.
Maloeuvre gat- zijn© bevelen met eene
scherp gebiedende stern. Gedurende den tijd
dal hij op zijn bureau was ademde meu rui-
nier, doch zoodra hij terugkeerde viel om
de schouders der bewoners een mantel van
ijs.
Painpy, die meer dan de anderen met
Maloeuvre moest omgaan Red ook meer dan
aiicn, doch de nog-j-r-liot daar Uvoit iels van
binken. Hoe ruw uien hem ooit toesprak,
wwlifi onrechtvaardige verwijl en uien hem
ook deed, luj zweeg ©u gehoorzaamd©.
Op z«*k©r©n morgflivd kwam Parnpy weer
eens zonder jus terug cn verzocht wuloeuvro
om een nieuwen.
Wat hebt gij mei uw jas gedaan?
vroeg Maloeuvre ruw.
Pampy aa i een armen man gegeven.
Goed z<-ido Maloeuvre als gij geven
wilt, moet gij bet op eigen kosten doen
koop van uw loon een nieuwen jas.
Pampy antwoordde ü-h*.
Pampy niet wordt betaald Pampy
bier niet dietien Pampy blij ven omdat hij
van kloiDe meesters houdt.
Nog fraaier riep Maloeuvre, die no-
ger blijft liier uit toewijding. Luister eens,
Pampy. uw© beweerde edelmoediglieid kost
mear dun het salaris van een bedieude.
Voortaan zuil gij zestig franken in de maand
hebben.
De zwarte antwoordde niet, een groote
traan rolde over zijue wang langzaam ging
hij heen, zocht Cyrillus op en klaagde hem
zijn noud.
Troost u, ztfide de jongen; Maloeuvre
weet niet wie gij zijt, hij weet niet dat(gij
ons beiden het leven hebt gered, hij behan
delt u als ©cn dienaar, terwijl gij onze vriend
zijt.Verdraag dat alles, Pampy, uit 'liefde tot
ons. Geef net geld dat in uwe iiandeu zou
branden aan Man© Aug© voor hare aalmoe
zen, on als gij een liefdegift wilt geven, komt
maar bij nuj, myi.o beurs is ruau gevuid.
Pampy is to vretiea, zeiao da .zwarte
en den volgenden hag ;i.i' iuj zijn kieoroii
weg aau eene arme iana;.©.
werden getroffen, opdat de Gealliieerden hun
legers als één zouden kunnen behandelen,
ten einde gevaar en bedreiging af te weren
waar het ook komt.
Dat was het vraagstuk waarmede wij te
Versailles te doen hadden. Indien wij het
niet hadden behandeld, zouden wij ons zeer
schuldig hebben gemaakt aan groot plichts
verzuim. Op oud© conferenties, welke ik
bijwoonde, lusschen militaire en burgerlijke
leden, kwamen de militaire leden met een
geschreven document, waarin stond hetgeen
zij besloten hadden. Het is zeker onnoodig
te zeggen, dat op zulk eene conferentie het
strategisch debat niet veel meer dan een
kluchtspel was. Thans hebben wij een be
sluit van burgerlijke en militaire, leden, die
4 lot 5 dagen met elkander hebben beraad
slaagd. De chef9 van de staven, de militaire
vertegenwoordigers ea de premiers van de
drie landen, Al deze dagen werd er vrijelijk
beraadslaagd en ieder kon zijn meening zeg
gen, burger even goed als militair. Het
resultaat is geweest volkomen eenheid van
gevoelen. Er was een verschil van meening
bij eenig genomen besluit.*
Betrekkelijk de Engeische aktie
welke in de uitbreiding der machtbevoegd
heid van den Versailler oorlograad besloten
is, mout ik voorzichtig spraken, daav ik over
militair© bcsluilsoien van den oorlogsraad
spreek. Ik zou wel willen, dat er iemand in
Duitschland ware geweest die hun besluiten
in de bladen had verklikt. Een man, die
zulks gedaan had, en die ons vertelde welke
maatregelen de Oostenrijkers en Duilschers
hebben getroffen, om gezamenlijk onze troe
pen werkzaam aan tb vallen, zou twintig
legerkorpsen voor de Geallieerden waard
zijn. ik moet met omzichtigheid spreken
over oorlogsraden, en daarom, als er in
lichting aan den vijand wordt gegeven, leg
ik liever de verantwoordelijkheid op andere
schouders dau op de mijne. Millioenen dap
pere levens, de eer van deu Staal on de
veiligheid van ons geboorteland kanpen er
van af. Inlichting te geven, welke dat gevaar
kan meebrengen, is onbeschrijfelijk verraad
en ik weiger dat.
Ik zeg genoeg, als ik meedeel, dal de
besluiten to Versailles eenstemmig werden
genomen en dat wij de beste methode, om
die uit te voeren, hebben overwogen. Mag
ik nog een woord zeggen Er is geen lager^
welks veiligheid meer afhangt van het uit.
voeren der besluiten, dan het Engeische. Het
houdt het belangrijkste deel der linie bezet.
Asquith sprak over het leiderschap. Nie
mand heeft in glooiender bewoordingen over
het leiderschap gesproken dan ik het hier in
dit Huis heb gedaan, eu ik trek geen woord
in vau wat ik gezegd heb, maar ik vet zoek
het Iiuis en Asquith de regeering niet te
presseu tol het geven van inlichting, waar
voor olke verstandige officier, aan den ande
ren kant, gaarne groote sommen zou geven,
over de maatregelen welke dit land en de
bondgenooieu hebbon getroffen, om den
grooten slag het hoofd te bieden.
Asquith (onderbrekend) liet spijt mij,
den spreker in de rede to moeten vallen,
maar ik protesteer zoo krachtig mogelijk
tegen dezo insinuatie. Ik vraag geen inlich
ting van dien aard. Mijn vraag is in welk
opzicht is de werking van dezen raad blij
vond uitgebreid
Lloyd George (voortgaande) Het was
verre van mij, eenige insinuatie tegen hem
of eenig andertid van dit huis uitte spreken,
maar ik motst hem duidelijk maken, dat
men die inlichting niet kan geven, zonder
tevens den vijand in te lichten.
Men kan onmogelijk aan het Huis zeggen,
welke uitvoerende macht aan Versailles is
opgedragen, zonder levens te zeggen wal
dezo heeft to doen. Er is tot eön zekere aktie
besloten, waarover de oorlogsraad moet
boslisüen. Do uil voering daarvën is opge
dragen aan do benoemden der regeeringeu,
die te Versailles zetelen, maar het is niet
noodzakelijk, dat de uitvoering opgedragen
wordt aau de benoemden van de regeeringen
die daar zullen zitten. Hoe kan ik nu aan
het Huis zeggen, wat de ui! voerend© macht
van den Raad is, tenzij ik het Huis nauwkeu
rig vertel wat de besluiten van Versailles
geweest zijn. Ik zou er geen bezw aar in zien,
Asquith juist iu te lichten omtrent deze be
sluiten, indien ik niet tevens zou moeten
zeggen, welke besluiten door de verbonden
regeeringengenomeuzijn overdeaktie welke
zij den aanval tegenover zuilen stellen.
Alvorens wij het besluit namen, dat het
ongewenscht was deze feilen bekend le
maken, wonnen wij het oordeel in, niei
enkel van don raad to Versailles, doch ieder
Op een morgend werkte Lavergne in zijn
kabinet loon Pampy hem brieven en dag
bladen bracht.
Na de brieven gelezen te hebben nam hij
een dagblad, op welke eerste bladzijde bij
met groote letters las
Schipbreuk van de stoomboot l'Espèrance.
«De Espérance 1 riep hij, maar dal
is het schip waarmee Pont Jouhert is ver
trokken.
Bevende en m-;t tranen in de oogemlas hij
het volgend» artikol
Sghjpbiieuk van db stoomboot l'Espérance
De heer Viidieu is overdekt met wonden
aangekomen en heeft de volgende bijzon
üarcoden meegedeeld over ilc schipbreuk
vau ue Espérunce.
--i (Vervolgt,)
der afgevaardigden wendde zich tot rijn
eigen regeering en eerat nadat wij van elke
regeering afzonderlijk hadden vernomen,
dat het naar hun meening ongeraden was
deze zaken publiek te maken, vaardigden
wij het verbod aan de pers uit, daarbij voo-
gerid dat de feiten ook niet aan liet L er-
huis zouden worden bekend gemaakt. Nog
maals vraag ik wenscht Asquith, wensctit
liet Lagerhuis er de verantwoordelijkheid
van te dragen de regeering te dwingen een
inlichting te publiceeren, welker openbaar
making alle vertegenwoordigers der Geal
lieerden te Versailles ongewenscht achten
en waaromtrent elke regeering afzonderlijk,
na nadere overweging van inlichtingen
barer vertegenwoordigers tot dezelfde slot
som was gekomen Ik kan het niet
gelooven Is het denkbaar, dat wanneer
alle Geallieerde mogendheden hel onge
wenscht achten, dat dit geschiedt, Engeland
een andere meening zal koesteren Ik wil
het Huis een denkbeeld geven van de een
stemmigheid, die bestond omtrent de wijze
van oorlogvoeren. In do eerste plaats kwam
ter sprake de uitbreiding der inachtbevoegd-
heid en daarop werden behandeld de beste
middelen om tot uitvoering er van te gera
ken. Besloten werd dat ieder der afgevaar
digden des avonds de zaak in nadere
overweging zou nemen en den andeien
morgen zijn desbetreffend voorstel zou
indienen. Ieder der vertegenwoordigers van
de vier regeeringen kwam na afzonderlijke
overweging juist tot dezelfde besluilselan
omtrent de beste wijze tot vergrooting dier
strijdkrachten. Laat ik bier enkel opmerken
dut wanneer er oorlog gevoerd wordt er
vraagstukken zijn, waarover de regeering
een beslissing moet nemen.
Neemt het Lagerhuis hiermede geen ge
noegen, dan bestaat er mijns inziens slecht»
één weg om lot een beslissing te komen
het kan eene andere regeering doen
optreden.
Doch militaire beslissingen bespreken
Hier deed Asquith eene opmerking, welke
op do tribune der dagbladschrijvers niet
verstaan werd.) Lloijd George ging
voortGelooft mij, dal is
een militaire beslissing
van groote beteekenis,
eene beslissing waarbij enkele der ver-
maardste militairen der Geailleerden tegen
woordig waren en waartoe zij medewerkten
door hunne aanwezigheid.
Het Parlementslid Lambert vroeg
Stemden Sir Douglas Haig en Sir Wilson
Rebcrtson met deze verklaringen in
Lloyd George Zeker Zij waren aan
wezig. Zij en alle vertegenwoordigers
hechtten er hunne goedkeuring aan. Ik zou
nog verder in dit opzicht kunnen gaan.
Leden roepen Neen Neen 1
Lloyd George vervolgt Het is zeer
moeilijk ouder deze omstandigheden meer
mede te doelen, omdat het Huis wel moet
begrijpen, dat ik er voor weusch le waken
eenige inüchtiug to geven welke ook maar
eenigszins den vijand van dienst kan wezen.
Er staat slechts één weg open. Wanneer
wij deelnemen aar. oorlogsraden, moet gij
aan lien, die daarheen gaan d© beslissing
overlaten en hebt gij geen vertrouwen in
hen, hetzij zij militairen of burger» zijn, dan
blijft er alleen over, ze te vervangen door
anderen. Docii deze aangelegenheden in d»
pers beschouwen hetzij vau den eenen hetzij
van den anderen kant maakt ons het voeren
van den oorlog onmogelijk. Wat mij betreft
zou ik alle bespreking verbieden en ik geloof
niet, dat een oorlog is voort te zetten tenzij
de bespreking verboden wordt.
Niets maakt den regeering het leven moei
lijker dan tie besproking van strategische
vraagstukken in do pers en ik doe een be
roep op het Lagerhuis op hen, die er belang
bij hebben dat deze oorlog met goed succes
wordt gevoerd om te voorkomen, dat op die
wijze de gedachten wisseling wordt voortge
zet. Zoo het Lagerhuis 0:1 liet land niet ie
vreden zijn met de leiding van dan oorlog
en zoo zij van meening zijn dat er een andere
regoering-kan zijn, die beter de zaken kan
besturen, dan is hunne zaak, in God's naam,
dia andere regeering aan liet roer te bren
gen. Zoo lang evenwel het Lagerhuis zijn
vertrouwen aan de regeering scheukt, moet
hot haar ten volle de vrije hand laten b.^ ti£>
leiding van deu oorlog. Daarmede bewüsaSÊ
gij de nationale eenheid legeuover de ©saï-
lieerden. con levenskwestie, omdat wij niet
alleen strijd voeren, c'ocli, het zijn vier
groote verbonden die samenwerken.
Ik doe daarom een beroep op Lot Huis om
do regeering te steunen in haar allereerste
besluit. De hoofdzaak is, dat wanneer der
gelijke beslissingen word.en genomeu, zij
moeten worden uitgevoerd en niet aan den
vijand wor Jeu verklapt oiu hem aan een
inlichting te helpen, welke hem iu staal
stelt zich op tegenweer voor te bereiden.
(Luide toejuichingen).
ROTTERDAM, 13 Februari.
Volgens de Nismoe Roltcrdamsqhe
Courant schreef Uaiiy News hot vol-^
gonde over do reds van Lloyd George
Lloyd George zag er afgemat uit,
toen bij de zaal verliet en liet zijne
kolleges terneer geslagen in scanning
acuter, llaeds dadelijk by het b^in der
zituuy kreeg qȑn den indruk alsof er
eeuo kria'is lo dé lucht hing.