02 tioi miljard vergoeding Onze Heldan op liet Dagorder DAG L.AD De Schat der Abdij De vervoerk^estie De geheimzinnige zaak te DE KAMER Vijf-ers-lwtntigste jaargang nummer 33 S CENTIEMEN Zaterdag 8 Februari 1919 Drukker-UitgeverJ. Van Nuffel-De Gendt.' Bureelen Kerkstraat, 9 en 22, Aalst.' Reden beginnen wij ons nieuw Mengelwerk PATIRA mot als rervolg en tot slot ^©Ei.32. OS5-13.StCi.SI, door Raoul De Navery Ons laatste mengelwerk, Sa Es>fsee>snien vani Judas heeft al 0112e lezers hoogst voldaan. De be langstelling groeide immer aan 011 de geluk kige onlknooping, de zegepraal dar recht vaardigheid over alle listen der boosheid, het laatste deel, PARASOL C10 heeft ongetwijfeld velen ontroerd. Thans brengen wij een nieuw meester werk, ook in drie deelen. liet zijn do lotgevallen van een edelen knaap, door zijne familie ver- stooton, tegen wie alle duivelachtige plannen beraamd worden om hem in het verderf te elorten. Niettemin blijft hij den rechten weg be wandelen, vindt gelegenheid doer de edele gaven van zijn hart overal goed te stichten, om ten slotte over zijne vijanden te zege vieren. Raoul de Na very, de gekende sohrijver heeft hier een zijner meesterwerken neerge pend, en wij twijfelen er niet aan, of onze lezers zullen ons nieuw mengelwerk vol gaarne lezen en herlezen. .-.K'il1— jm ©022® EGaïisiglkQ Men spreekt niet Teel meerover haar. Niet genoeg, indien men bedenkt wat al goeds onze lieve Vorstin wist te stichten voor de soldaten aan het front. De dag zal komen, waarop de menschlie- tj611de rol van Koningin Elisabeth in hare volheid zal worden verteld san de Belgen, di0 vier jaar-en half gescheiden waren van Vorsten en Leger. lntassohen verdient het schetsje hier wel -gen plaats dat M. L. Gillet in de Revue «tas deux Mondes wijdde aan onze Konin gin, ter gelegenheid van de blijde inkomsten V' België Zooals altijd zag de Koningin er bekoor lijk uit tu paard zij draagt dat licht rijkleed, dal eenvuudig zijden mutsje, dat zoowel past om haar lijn gelaat met buitengewone jeUki dige uitdrukking deze voorbijtsekkeude blankheid ia verblindend. Eene plotse hel derheid vult alle blikken. Men zou zeggen, midden al de omringende uniformen, een dier zachte straleD, die spselech tusscnea de bladeren verschijnen en in de bosschen eeue vrouwengestalte afleekenen. Men onderscheidt hare trekken niet, maar men voelt haren glimlach. Waajpan denkt zij Wat denkt het feestvierend volk Zal het ooit besetien wat het heeft te danken aai deze klein prinses, ontroerend door helden moed, die zoolang midden har® troepen leefde, dicht bij de ongeruste zee, onder de Guophoudeude bedreiging van kanon e. bommen, do schutsengel der haardstede, de figuur, door broosheid en fijnheid des te iruliender golijkond op de ideale en stoieke figuur van hot Vaderland. Den eoldaai scheen zij een tooverwezen. Hare bevallig heid maakle de aantrekkelijkheid uit van door Raoul De Navkry I. Eene Jachtpartij. Het lcasloal van Coe quen, cc 1 der prach tigste uit de omstreken van Dinan, weer g.lmdo van de opwekkende ionen, wolkt gewoonlijk hot vertrek ter jacht aankondi gen. De gasten van markies Tangay de Coë qnon. graaf van Combourg, baron van Vauruii.T, verdrongen ziohop het binnenplein terwijl hot gehinnik der paardeu en 't ge-laf der honden op het voorplein hun ongeduld vertolkten. Het was een heerlijke herfstmorgen, de bossohen vertoonden nog al de bekoorlijk boden van het warme seizoen, vermeerderd met do eigenaardige sohoonheid van tinten, die de nadering van koudere dagen voor spellen. De edellk den droegen rijke jachtkleeren, het breedo jachtmes stak in ilea gordel, het geweer hing met bevallige achteloosheid aan den breeden bandelier, dien zij om den schouder hadden geslagen, de rechterhand omklemde de korte jachtspriet. Ongeduldig trippelden zij van tijd tot tijd naar hot perron alsof zij de komst van enkele achterblijvers verbeidden; en dozen, te oordeelea naar d« sohoonheid der luxepaarden, welke door beJiouden bij den toom werden gehoudeu, konden niet anders dan Vrouwen zijn. De jonge meester van het kaateul scheen niet do minst ongeduldige te zijn. liet wvs een man van ternauwernood dertig jaren Nieuwpoort. Zij toonde zioh dapper en steeds glimlachend, in de posten der loerders, op eenige meters van den vijand. Onze Pro- vengalen, wanneer zij ze zoo licht en bijna onstoffelijk zagen, hadden haar den bijnaam van La Fauvette gegeven. Ik herinner mij hoe.verwonderd ik was, wanneer ik haar eerst heb gezien. Was dat die Koningin, die een naam zou krijgen in de geschiedenis, die, alhoewel levende, tot de legende behoort, dichterlijke zusier der princesoen, beroemd door ongeluk of schoon heid Zij bezocht eon kinderhospitaal, en hare manier alleen van zich boven elk bedje te buigen, met het kind te spelen, het te omhelzeu, het toe te spreken met die stem, die men nauwelijks hoort, buitengewoon dof en laag, zooals een gefluister, geeft den in druk van eeue zoo zeldzame teeder6eid, dat zij bijna een genezingsvermogen werd. De zaal was er m«é verlicht. Een dier arme kinderen gevoelde die blijdsohap en maakte, in zijn rozen katoenhemd, eene tuimeling op zijn bed. Dit jaar zag ik haar terug op Paaschzon- dag, in die kapel van de Panne waar zij eon soort relikwiekas had van gemaakt, met do schatten der kerken rond het slagveld. Ia '1 begin van het offensief in Maart, stond d« kapel troosteloos, beroofd van al hare kunst werken, maar noohtans min droevig er uit ziende dan het geldat der Koningin on vergetelijk gelaat, vol opgekropten aDgst dien dag, met hare smartelijko Irekden en zachte oogen, die medelijden inboezemden, en eene uitdrukking die de kwelling van zooveel slapolooze nachten verraadde. Waaraan denkt zij hedon Misschien wan neer zij rniddoo dezen triomf denkt aan de jaren van ballingschap, aan dien tijd van onzekere toekomst gedurende den welke zij gebrek had aau alles op aarde, besluit zij dat het nochtans de schoonste tijd was van haar leven misscuien ziet zij, zonder bit terheid, terug op die dagen van storm en van toeval, van glorie on van avontuur, en misschien zegt zij niet, zonder spijt, vaarwel aan dit open laven, midden deu oorlog en zijne gevaren, dat haar de heidia heeft ge- aakt, die het Vaderland met eone opwel ling van liefde ontvangt. WöOïS B£L6fl£. Het princiep der verhouding door Duitsch- land aan BMgië te betalen, staat vast. Zulks blijkt namelijk uit de sehikki»gen bevat in de veertien artikolen der verklaring van president Wilson in Januari 1917. Evenwel blijft er nog een belangrijk werk te duen, om het bedrag dier vergoeding eu de manier fan betaling vast te sieiion. De reizen van ouzeu eersten minister naar London en Parijs, nadden voor doel, die punten te regelen, samen met onze groote bondgenooteu. Tijdens die beraadslagingen is er bewezen geworden, dat België, oomid delijk na do Vredesconfereucio, e^ne ver ceding van 10 miljard noodig heeft, om in de noodwendigheden zijner dljverheid te voorzien en'zijn nationalen heropbouw te erzokeren. Verschillige wijzen van beuling worden onderzocht en het gouvernement heeft zekerheid bekomen, dat eene voldoende plossing zou getreden worden over dit eerste punt. Ten einde van nu af, de vergoediug door Duitschland te betalen, te mobiliseeren, besiudeert het Belgisoh gouvernement thans de uitgifte eener leeuing von éón miljard in België, terwijl eene andere voor hetzelfde bedrag in de Vereenigde Staten zou geplaatst «orden. Derwijze zou men het einde der Vredesconferencie niet moeten afwachten, om over de noodige geldmiddelen te beschik ken. mei een krachtig en tegelijk zacht gelaat ln zijne bruine oogen fonkelde nog het vuur der jeugdige geestdrift. Zijne hooge grelalte die buvallig onder het jachtkloed uitkwam, zou aan de forsche wapenrusting zijner voor ouders geen oneer hebben aangedaan. De glimlach, die om zijne lippen speelde en uil zijn blik straalde, was die van een rond en open gemoed De welluidendheid zijner stem schonk eene groote aantrekkelijkheid aan alles wat hij zeidc, en de vastheid van zijn toon was oen waarborg zijner |ridderlijke oprechtheid. Markies Tanguy had met roem in het leger gediend. En nu, in afwachting dat de gelegenheid zich aanbood om voor den koning ten strijde ie trekken, vond liij zijne meest geliefde verpouzing in de verma ken der jacht, waaraan zijne edele en be vriende huurlieden plachten deel te Domen zijn kasteel van Coelqueu was tien uren ii de ronde bekend wegens de vorstelijke gast vrijheid die er werd uitgeoefend. Tydens het leven van zijn vader drong Tanguy den titel van graaf van Combourg na diens afster ven, toen hy de bezitter van groote eigen dommen word, behield hij den naam, die hij in zijne jeugd had gedragen en voegde er alleen zijne nieuwe titels aan toe. Men noemde hem gewoonlijk den markies Tan guy zijn slot behield den harden en krijgs haftigen naam van Goelquen. Op eenige schreden van den markies be merkte men zijne beide broeders Florent eu Gael, den jongste. Zij geleken in niets op hÜm ouderen broeder. Wat betreft de marken welke België thans in handen heeft, en tot zes miljard beloopen, het gouvernement is in onderhan deling, ten einde die uitgewisseld te krijgen Belgisch geld, aan den koers van 1,25 fr. Duitschland betwist dezen koere niet zou nog maar dat aan ontbreken doch beschikt over de noodige munt in goud of vreemd pasgeld niet, om deze marken over te nemen. De onderhandelingen warden lyettemin voortgezet. De Vereenigde Staten van Amerika zijn bereid DuitsohJand te bevoorraden, doch, de geleverde waren moeten komptant betaald worden. Daardaor zou het beschikbare geld van Duitschland, dat bestemd was om de marken io te trekken, opgaan. Daaruit is een geschil ontslaan dat mon thans uit den weg tracht te ruiman. Overigens is i et ook niet wenschelijk, dat de Vereenigde Blaten hunne leveringen zou den voldoeu, .mat de schulden welke zij zouden aaügegaan hebben jegens Duitsch land door het aanslaan van vijandelijke goederen op zijn grondgebied, 't is ie zeggen ;ij moeten tien zeiven niet betalen.- Die goederen zondeu veeleer dienen over gebraelit worden uaar België, ten einde als oersohot te dienen voor onze schuldvorde ringen op Duitschland. Zooals men ziet is de zaak niet zoo een voudig als zij blijkt en zijn de onderhande lingen zeer ingewikkold. Werd benoemd tot Ridder der Leopolds orde, Kommandant Jules MAGHIN, van het 12® Linie Koen on stoutmoedig officier, uitzonder lijke mannen aanvoerder, met onbegrensden moed, met het zuiverste besef van de plicht n van de eer. Toonbeeld van den coraag- iekommandant, zeer bemind door zijue soldaten, die in hem het volste betrouwen slehleD; hij voerde zo aan met ongemeene wilskracht en eone ^'-te bevoegdheid. Ten tijde van het gevecht van September 1918, ten zuiden van het woud van Houthals), werd hij aan hoofd zijner compagnie doode- lijk getroffen. Stervende, weigerde hij aller hulp zijne soldaten, aanzettend voort te strijden en Lem te wreken. Hij stierf als een held. Daar een officier hem naderde, sprak hij deze verhevene wool den uil Zie niet naar mij 0111, het 10 gedaan. Ik geloof dat ik mijne plicht heb gekweten en dat ik moedig ben geweest, ik oterf tevredey. Vaarwel. Sinds 't begin van den oorlog op t front en drager van het Kruis vau Ridder van het Eerelegioen, van het Belgiach Üorlog8kruis en van het Fransch Oorlogs- kruis. Werd benoemd tot. Ridder der Kroonorde en vereerd met het Oorlogakruis, de eerste sergeant majoor Prosier STROOBANTS, van het 12® Linie. Zepir dapper, zeer krachtdadig, zeer stout moedig, zeer hardnekkig onderofficier sinds 40 maanden op 't front. Gedroeg zich in den loop van 28 en 29 September 1918 op voorbeeldige wijze. Den 29 September o.a. legde luj, tijdens den heldhafligen aanval van het vijandelijk schroot, enkel gesteund door eenige grenadiers, rukte hij stoutweg zijne sektie mitraljeurs meê Ion aanval van een nest vijandelijke machieugeweren, waar van de, voor onze troepen zeer moorddadige erlang, allerhiuderlijkst was voor onze beweging. Ilij werd te dier gelegenheid doodelijk getroffen, aan aller bewondering het voorbeeld gevend van een zeer edelen geest vau opoffering en van militaire solida riteit. 't Vervolgt. De ranke en lenige gestalte, die van den markies zulk een schoon gevormd edelman maakte, was bij Florent ver buiten de maat ontwikkeld, zoodat zij hem iets reusachtigs gaf zijn gelaat, wel verre van -vreugde af te stralen alsdat van Tanguy, scheen veeleer een raaaker te zijn, waarachter onedele drif ten zich kwalijk verscholen hielden. Som tijds flikkerden zijne oogen door plotselinge opwellingen van nijd en haat, en bewogen zijue lippen zich in stuipachtige trillingen. Wanneer hij sprak, las men in de schijnbare gepastheid zijner woorden den dwang, dien hij zioh zelf oplegde. Het was een heersch- zuchtig, uiterst eigenzinnig karakter, 't was hem aan te zien, dat zijne positie van adel lijken cadet voor zijne zucht naar eer en genot niet voldoende wj<s. Gael de Coëtquen geleek in niets op zijne oudere broeders. Zijn tengere leest zou eene soort van medelijdende sympathie hebben ingeboezemd, was het niet dat do loensohheid vau zijn blik en de valsohe plooi om den broeden mond met eenigen schijn van grond aan zijne goedheid en oprechtheid deden twijfelen. Onbekwaam tot het plegen van een misdrijf, kon hij er gemakkelijk een medeplichtige van worden. De geeslkrachj om een schelmatak uit te voeren kon hem ontbreken, maar geenszins de bedorvenheid om het op touw te tellen. Het was enkel bij losselienpoozen dat de slem des geloofs en der maagschap zich in zijn hart lieten hooren en de berinnering eener teederlievende moe dor in hem ontwaakte, die hem van God en Do Duitschers en ons rollend materiaal. Goed nieuws voor de nijveraars. Ons materiaal in Frankrijk. Zooals men weet, moesten de Duitschers, ingevolge de wapenstilstandsvoorwaarden, 150,000 waggons aan België leveren. Het dient eohter gezegd te worden, dat de Duit schers zich niet heel haastig toocen, om daze voorwaarde uit te voeren en op dit oogenblik ziju nog maar 50,000 waggope aan België afgeleverd. Volgens de bepalingen van den wapen stilstand zouden de Duitschers hier zelf een deel van het spoorwegnet moeten uitbaten, dooh zulks leverde eenige bezwaren op en de Duitschers zelven waren ervan overtuigd, vermits zij te Brugge verklaarden Wij willen wel den dieusl der Belgische spoor wegen doen, zdÖlang hel moet, doch, gij moet ons beschermen tegen do wraaknemin gen, waaraan wij vanwege de bevolking zouden kunnen blootgesteld ziju. - Dat stelsel w^SR dus in België niet toege past. Iu den Elzas is het evenwel thans nog in voege. Hat Dniteche personeel leidt de treins onder kontrool van de. Fransch* overheden. Er is daar dus eene groote hoe veelheid Duitsch materiaal in omloop, waar van de verbondenen gebruik maken. Een groot getal Duilsohe waggons zijn beschadigd of buiten dienst en moeten her steld worden, vooraleer aan de ontvangst kommissie te kunnen aaDgeboden worden. De beschadigde waggons worden hersteld in Duitschland. De technische koramnssi» der Vredesoonferenoie is thans echter van zin het volgend stelsel toe te passen De waggons, door Duitschland geleverd, orden aanzien als geleende waggons. Het Belgisch gouvernement zal er nieuwe doen inaken in België, door de private nijverheid en bij aanbesteding en zulks op de kosten van Duitschland. Eens die waggons in dienst gebracht, orden de andnre aan Duitschland terugge geven. Zulks zou dus de verbondenen en bijzonderlijk de landen die meest door den oorlog leden, ten goede komen. Overigens zal de schaarschta aan rollend materiaal j welke eene dor oorzaken ia der monilijkheden en van de ekonomische be lemmeringen van het huidige oogenblik, zich niet lang meor doen voelen. Eene Belgische Kommissie, welke naar Frankrijk gezonden was,-om er zich met de kwes'ie van terugzending van ons roilend materiaal bezig te houden, is te Brussel aan gekomen. Op dit oogenblik zijn er nog 10.000 wag gons en 600 lokomotieven in Frankrijk. Dat rollend materiaal bevindt zich grootendeeis te Oisel, op 15 kim. van Rouaan. Van de 10.000 waggons zijn er echter slechts 1500 werkelijk in goeden toestand. Het overige moet hersteld worden en zulks zal ook aan de Belgische nijverheid toever trouwd wordfen. De herstelling der waggons zal natuurlijk eenige moeite kosten, door gebrek aan groud stoften, doch in bevoegde middens verzekert mon, dat de wisselstukken kunnen gevonden worden, door het demobilisseren der Duit- aohe waggons. Van de 600 lokomotieven, zijn er slechts 60 bruikbaar. De andere zullen zoo spoedig mogelijk naar Belgie teruggebracht en ook iu de verscbillige machienbouwerijen her steld worden. Alhoewel die maatregelen nog niet officieel bekrachtigd zijn, is het toch zoo goed al» zeker, dat de bevoegde overheden weldra hunne toestemming zullen geven. de schoonheden der deugd sprak, terwijl hare zoete lippen zijne wangen kusten. Gael en Florent hielden evenals de markies hunne blikken naar het perron gewend, toen eensklaps een gemompel van bewondering den stoet van jagers doorliep; de vederbossen der breedgerande villen hoeden raakten den grond; er waren drie vrouwen op de bovenste trede van den stoep verschenen. De eerste scheen nauwelijks zeventien jaren te tellen. Heur aanblik was die van een engel, zoo teoder en lenig was hare gestalto, zoo blozend haar fijn besneden gelaat, zoo zacht en glanzend het oog, dat het leveu scheen te begroeten met de innige vreugde van een argeloos kind. Droeg zij ook niet een schitterende naam genoot ze niet eene vorstelijke fortuin? en bovenal, was zij niet de vrouw van TaDguy de Coët quen, een der dapperste degens van heel Bretagne Aan hare zijde bevond zich de fiere Jacqueline de Guingamp, wier man zioh op dit oogenblik metFlorent de Coëtquen onderhield. De derde jageres was een nog jeugdig meisje, wier blonde haarbos indikko overvloedige lokken om hals en schouderen golfde. Zij droeg luxowa$enen,die voor hare poezelhanden berekend waren; de {heldere blauwe laohende oogen hadden iets stoats en getuigden van een naïeven mood, die haar verrukkelijk stond. *Op het oogenblik dat de drie dames de de marmeren trappen afdaalden snelde Tanguy uaar zijne vrouw, hij gunde niemand buiten zioh de eer haar by het bestijgen Oer pin nes Het lijk van den vermoorden soldaat ontdekt. Ingevolge de aanduidingen van een der moordenaars, zekeren Dubois, werd de veld wachter gelast ter plaats opzoekingen te gaan doen. Op eene diepte van ongeveer een balveu meter vond men inderdaad het lijk van den ongelukkigen Jaeqaas. Opzoekingen worden thans gedaan, om de moordtuigen terug Ie vinden, 's Namiddag! is de lijkschouwing gedaan gewordeu. Ondanks de getuigenissen van Dubois ei het vinden van 't lijk,blijven vrouw Jaoquet en de smid Deliséa loochenen. Morgendzltling^van Donderdag 6 Fobruari De zitting wordt geopend om 10 uren, onder voorzitterschap van M. Tibbaut. De vorvcerkwastie M. STANDAERT dringt aan op de nood zakelijkheid der spoedigo herstelling van binnenhavens en spoorwegen. M. LEMONNIER hoopt dat de minister zoo spoedig mogelijk de noodige werken zal doen uitvoeren. M. RENKIN, minister van spoorwegen verdedigt zijD departement. Hij weerlegt de gezegdons van den lieer Segers. Verscheidene oewbringen van dea volkvertegenwoordiger voor Antwerpen worden als volkomen onjuist bestempeld. De beer Renkio geeft vervolgens lezing van de overeenkomst gesloten tU83ohen Belgie, Frankrijk on Engeland, waardoor het vervoer per spoor aan het burgerlijk bestuur overgemaakt wordt. Dat men niet vergete dat, na do bevrijding meer dan 30,000 wagons mei ontplofbare stoffen het spoorwegverkeer belemmerden. In 70 tot 80 staties bevindt zioh nog aller hande munitie. De heer D'HAUWE (lib.) En de telefoon en telegraafdiensten De heer RENKIN. Die zijn nog niet ingericht zooals de spoorwegen, daar ge deelten nog in handen der geallieerden zijn. In Deoember vervoerden wij 4000 ton kolen per dag; een maand daarna ongeveer 24000 ton. Nochtans beeft men te Brussel de pers hooren klagen, omdat niet genoeg steenkool naar de hoofdstad kwara. Dat men niet vergete dat in bet vlaamsohe land veel steden zioh in zeer slechten toestand bevinden wat do gasverlichting betreft. Zondag laatst kreeg Brussel ongeveer 3000 ton. De heer LEMONNIER (lib.) Dat is nauwelijks voor twee dagen. M. RENKIN. Men moet nog wat geduld hebben, later worden wij voor ons geduld beloond. M. LEONARD (soc.) In den Borinage is de toestand in de laatste dagen zeer verbeterd. M. RENKIN. Voor Antwerpen zal ik ook alle9 doen wal in mijn macht is. Ook voor de voedselvoorziening zal ik zorgeo. M. VAN DE PERRE moet don minister danken voor hetgeen reeds gedaau is te Antwerpen. Er liggen in de Antwersohe dokken nog 1500 schepen geladen niet Duitsch materiaal dat onmiddelijk zou kun nen gebruikt worden. M. ROYERS spreekt over de werken uit te voeren aan de binnenwaters namelfik in de valleien van Maas on Sohelde eu in de kom van Charleroi. van den zadel de knie aan te bieden. Mevrouw de Guingamp wilde geen hulp aanvaarden. Wat Loïse de Matignon betreft, zoodra zij Gael aanstalten zag maken haat te naderen, keerde zij zioh schielijk tot haat vader die haar hij 't beklimmen van haar gitzwart Engelsch ros de behulpzame band bood. De twee jongere spruiten van 't geslacht der Coëtquen haastten zioh nu naar hunne schoonzuster en vroegen haar met een soort van vriendelijke belangstelling, naar haren welstand. Zij stond hun met haren gewonen beminnelijken glimlach te woord en de boide broeders, ziende dat mevroaw de Gaincamp en Loïse kwamen aanrijden, verwijderden zioh. Tanguy, zoide Blanoa, «ik heb dezen morgend het prachtig halssnoer aangedaan, dat ik gisteren op mijne kaptafel vond.... Wat zyt gij tooh goed, myn lieve Tanguy, dit fraaie geschenk heeft mij met de zoetstë aaudoeningen vervuld..,. Zie oons, welk een fraai effekt het devies van uw geslacht 1 Qua MON SUPPLICR EST DOUI I Op dit hemelsblauw lint maakt. Tanguy, Tanguy» gy maakt mij inderdaad hst leven al te *oet. Blanca, ik heb u ook zoo innig lief 1 Ssst 1 laohte da markiezin, meu mooht u 06B8 hooren, Tanguy Welnu, laat vrij iedereen bet hooren, Blanca 1 Ik zou 't als een geluk aanzien, zon de heele wereld wist hoe dierbaar gij mj} zyt. J Gij hebt het mij genoeg bewezen, m$a

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1919 | | pagina 1