De uitlevering vanDnitschers De moord in de Veerstraat JEAN CANADA De zaak der Kleine Boterstraat Militaire Prestaties GEVAARLIJK SPEELGOED DE GENEESHEEREN ln de verwoeste Gewesten AAR DE MEXIKAA88GHE GRENS XXV JAARGANG NUMMER 197 Woentdag 27 August! 1919 Bureelen: Kerkstraat, 9 en 22, Aalst, Teléphoon 114 D A. «3r T T> 5 CENTIEMEN Drukker-UitgeverJ. Vam Nüffel-De Gbndt. Voor de publiciteit bulten hel Arrondissement Aalst, zich te wenden tot het Agenl.obap Hava», 8, Martelaarplein, I» Brussel8, Place de la Bonree, Pa rij a en 105, Cheapride, Londen. Onmiddelijk na de onderteekening van den vrede, heeft het Ministerie van Justitie zich ijverig beziggehouden met de ten uitvoerleg ging van de artikelen 228 en 230 van het Verdrag van Versailles, waarbij aan België het Recht wordt toegekenS om met het oog op hunne berechting, van Duitschland de uitlevering te eischen van de personen, welke zich ten nadeele van Belgische burgers heb ben schuldig gemaakt aan inbreuken op het volkenrecht en op de wetten en gebruiken van den oorlog. Het opmaken van de lijst der personen, wier uillevering dient verzocht, is eene kie- schc lastige en nochtans dringende taak. aanzienlijk is de documentatie welke, gedu rende den oorlog en onmiddelijk na den wa penstilstand, in verband met de feiten werd samengebracht sedertdien is deze documen tatie nog merkelijk aangegroeid natuurlij keVwijze is zij echter niet zoo aanzienlijk waar het gaat om den persoon van den schuldigen. In vele gevallen, werden de misdaden ge pleegd door troepen die slechts zeer korten tijd ter plaatse bleven en niet of onwoedende •bekend zijn geworden, zoowel wat de betrok ken légerindeeling als wat de verantwoorde- v lijke oversten betreft. Gelukkig voorziet het Verdrag dat de uit te leveren schuldigen of bij hunnen naam of door middel van hun graad, ambt of bediening aangewezen mogen worden. Uitgebreide opzoekingen zijn daartoe noo- dig, waarvoor trouwens, de krachtdadigste steun der magistratuur werd verkregen Onmiddelijk na den wapenstilstand, wer den de parketten in beweging gebracht en aan de vrederechters werd last gegeven tot zeer grondige plaatselijke onderzoekingen, waarvan de uitslagen werden medegedeeld aan de parketten van de Procureurs des Ko- nings. Deze hebben in opdracht in ieder be paald geval tegen de aangewezen schuldigen een regelmatig onderzoek in te stellen. De parketten werden verzocht verslag uit te brengen bij het Parket generaal van hun rechtsgebied over de zware beschuldigen te gen personen. Van haren kant, werd de bij koninklijk besluit van IS Februari 1919 heringerichte Commissie van Onderzoek welke zich wijdt aan het gedurig opsporen van allerhande door den vijand gepleegde inbreuken even eens verzocht aan het Departement van Justi tie mededeeling te doen van al de dienstige inlichtingen, waarover zij mocht beschikken, zonder onderscheid op de schuldigen van de gepleegde daden, gekend of onbekend zijn of al dan niet aangewezen kunnen worden. Met het oog op haar beste gebruik tenuit voerlegging van het Verdrag van Versailles komt het er echter op aan al de aldus bijeen gebrachte ducumentatie ten spoedigste te ontleden en te ordenen. Het verdrag, inderdaad, voorzag slechts een uiterst korten tijd (Óen maand na de goedkeuring) voor het overleggen van de lijst der door Duitschland uit te leveren personen. Wanneet'juist die goedkeuring zal geschie den weten wij nog niet; misschien zal dit September gebeuren. Tot voorkoming van alle oorzaak van vertraging, voorspruitend uit versnippering van krrchten, heeft de Minister van Justitie besloten het voorbereidend werk tot het opmaken van de lijst der uit te leveren per sonen te centraliseeren en aan een bijzonde ren dienst op te dragen; die dienst is geves tigd ten zetel van de Commissie van Onder zoek, 24, Bosquetstraat, te Brussel; het bestuur ervan werd toevertrouwd aan den heer F. Passelecq, advocaat bij het Hóf van Beroep te Brussel, gewezen bestuurder van Vervolg van Patira en De schat der Abdij door Raoul Dk Navbry (162° VERVOLG.) Nonpareille knielde voor den, vromen priester neder, wiesch zijne bebloeddie voeten, wikkelde ze in versche compres- sen van water en vervolgens in linnea doeken waarna, zij zich vol bevalligheid oprichtte en terzijde stelde, terwijl Pa tira de grijsaard rijn sober maal voor diende. Gedurende dit kleine bedrijf was de zaal allengskens met bezoekers gevuld die aan de meest uieenloopende standon der maatschappij toebehoorden Eenteen van deze mannen waren van Montréal gekomen men hoorde het ge hinnik hunner paarden, die aan de pa lissaden vastgebonden waren; anderen waren in booten van schors den St. Lau rens afgezakt; de arms ten hadden een voetmarsch van een of twee diagen af gelegd dwars door de boeschen; zij wa- inn uitgeput door hunne lange dagrei zen. Meer dan een vertelde dat allerlei, listen had' moeten gebruiken om som mige door vijanden bewoond© streken te passeeren. Terwijl de Europeanen zich' rondom Jean Canada schaarden, vervoegden de Xndraansche opperhoofden zich bij Doorboort Hart, den samagoor en na men de lange pijp aan die Zwarte Bison htm aanbood. Men sprak op zachten toon en telde elkander met de blikken; Jean Canada raadpleegde telkens de groote klok die in een hoek der zaal stond en sclieon het Belgische Docuraentatiebureel te Havre. Bedoelde dienst zorgt voor het in orde brengen van al de inlichtingen, door de bevoegde overheden ingewonnen in zake de ter voldoening aan de artikelen 226 tot 230 van het verdrag'van Versailles in te stellen rechts vervolgingen. Nieuwe onderrichtingen werden aan al de rechterlijke en burgerlijke overheden gege ven- om hen aan te zetten ten spoedigste hunne opsporingen tot een goed einde te brengen en den uitslag er van uiterlijk den 5 September i. k., ter beschikking van den bijzonderen dienst voor v.ervolgingen te stellen Gelet op het hooge belang dat, zoo op nationaal als op internationaal gebied aan eene rechtvaardige en voorbeeldige bestraffing verbonden is, is het uit aanmerking ook van de uiterste moeilijkheid om den gewenschten arbeid in zoo korten tijd te leveren, te hopen dat al de medewerkers grooleren ijver nog dan vroeger aan den dag zullen leggen om voor den gestelden dag nog met hun taak klaar te zijn. TE BRUSSEL. Arme Vader "Wij hebben gezegd dat Gaston Filot, een der aangehoudenen wegens verheling in de zaak der Kleine Boterstraat te Brussel, op den Leuvenschen steenweg woonde. Dat is waar voor-zooveel, daar het zijn vader is, die al daar woont. Vader Filot verklaarde, dat zijn zoon hem sinds drie jaar verlaten heeft. De vader heeft al gedaan wat mogelijk was, om zijn zoon uit de slechte gezelschappen te houden en te beletten dat hij een verkeerden weg insloeg. Hij ontmoette hem namelijk in den nacht van 1 tot 2 Oogst nabij de Noordstatie en duidde hem aan een policieagent aan als een deser teur, hopende dat hij aldus van zijne gezellen zou gescheiden worden en verhinderd worden een naam te bevlekken welke M. Filot steeds eerbaar heeft weten te bewaren. Ongelukkig lijk oordeelde de policieagent het niet noodig iels tegen den deserteur te ondernemen.... Men weet het overige. XJitbetaling; der Zeer talrijke personen, gaan voort zich tot het Ministerie van Oorlog te wenden om de uitbetaling van militaire prestaties te be komen. De noodzakelijkheid op die aanvragen te antwoorden berokkent aan de belanghebben den dienste een aanzienlijk tijdverlies ten nadeele van het nuttiger werk. Ten einde dien staat van zaken te verhelpen en in de maat van het mogelijke de uitbeta lingen te verhaasten, zoowel als om aan de burgemeesters eene gedraglijn te geven voor hetgeen de betrokken zaken betreft in ver band met de verbonden legers, heeft het departement van Oorlog doen opstellen en uitdeelen, namelijk aan de burgemeesters, een Gids ten gebruike der burgemeesters voor het uitbetalen der verschuldigde vergoedin gen le Voor prestaties door de inwoners ver strekt aan de belgische en verbonden troepen. 2° Voor schade voortspruitend uit het kan- tonnemei dierzelfde troepen. Het is dus lot de burgemeesters dat, in hun eigen belang, zich richten moeten de perso nen die het voorwerp van opeisschingen zijn geweest of die schade hebben ondergaan, hen de oorspronkelijke documenten ter hand stel lend door de militaire overheden afgeleverd. Er wordt slechts uitzondering gemaakt op hetgeen in vorig paragraaf gezegd wordt in de volgende gevallen 1) Voor de opeischingen van paarden en rijtuigen, waarbij door de Remente-Commis sie een bon model n* 32 werd afgegeven, moeten de belanghebbenden, ingevolge eene erin begrepen nota, die bewijsstukken aan het departement van Oorlog doen geworden, ten einde ze door een uitbetalingsbevel le doen vervangen. De burgemeester moet dus niet tusschenkomende betalingsaanvangen, door de oorspronkelijke bons vergezeld, zouden best onder aanbevolen omslag aan het alge meen secretariaat van het Departement van Oorlog verzonden worden. 2) Voor de autos en motos, opgeeischt voor de benoodigheden voor 't Belgisch leger. De aanvragen voor uitbetaling dier voer tuigen moeten per geschrift gericht worden, door de belanghebbenden of door een ge machtigd mandataris, aan het Algemeen Se- kretariaat van het Departement van Oorlog Na een eerste onderzoek der zaak, en zoo spoedig mogelijk, zal den belanghebbende een vragenlijst geworden de verschillende voor te brengen bewijsstukken en inlichtingen aanduidend. Het is noodzakelijk het Departement de oorspronkelijke bewijsstukken in geene af schriften ter hand stellen er wordt ten ande re ontvangst van gemeld. Het onderzoek door iedere aanvraag ver oorzaakt wordt zoo snel mogelijk aangevat. OPMERKING Het wordt aanbevolen, ten einde de taak der met de uitbetalingen belaste diensten te vereenvoudigen, slechts eene enkele zaak in een zelfden brief te behandelen. Het is nutteloos zich persoonlijk in de bu reelen aan te bieden om de aanvragen voor vergoeding of andere bewijsstukken af te geven, of vragenlijsten te bekomen enz. Dergelijke bezoeken dienen slechts om het personncel tijd te doen verliezen ten nadeele van het aanzienlijk te verrichten werk, en druisschen in tegen ds belangen der recht hebbenden. rich af te vragen of rij het verwachte uur nog niet sloeg. De wijzers gingen traag over de geëmailleerde plaat nog twee mi nu ton en Jean Canada zou hel woord moeten opnemen, toen de deur dór zaal eensklaps opengerukt werd en eene vrouw met verwarde karen aan d'e voeten van den meester van het Groote Blokkuis nedershortte. Geef mij mijne dochter weder kreet rij, aGeef mij mijne dochter we der «Uwe dochter, Amy David, uwe Lu cia?» «Zij hebben ze mij ontroofd de schur ken hebben haar gestolen. Sedert lang had ik geen dag rust, geen uur vreug de meer; ik' wist dat de monsters hun prooi beloerden, ik klemde mijn kind aan mijn hart, alsof mijne teederheid het kon beschutten.Gij kent haar gij weet dat ze goed, schoo en rein is, een engel van toewijding eene heüige! We rijn arm, dó fortuin van mijn vader die werd hem ontrukt; wij werkten gansch dón dag en den halven nacht, maar wij beklaagden ons over ons lot niet; onze liefde was toereikend' over ons geluk... De vervolging dreigde ons in het dtois- tere, het werk werd schaarscher, men joeg ons achtereenvolgens uit de armoe dige verblijven weg, die ons een afdak boden. Eens vervoegde rich een, Angli- caansche predikant bij ons, onder het voorwendsel van belangstelling. Hij gaf mij te verstaan, dat ik als ik wilde mijn lot kon verbeteren. Begrijpt gij dit woord «als ik wilde.» Ik zag mijne dochter verbleeken en ik vroeg mij zei ven af, of zij aan een langzamen inartel- Het drama der Plantenstraat te St Joost-te n-Noode Onverwachte verklaringen Wij hebben destijds het drama gemeld, einde Juli, in eepen tabak- en cigarenwinkel der Plantenstraat, te St Joost ten Noode, ge houden door de echtgenooten Langlet. Een genaamde Edward Gerard, van Fran- schen oorsprong, beticht van moordpoging op vrouw Langlet, werd door deze bij middel eener bijl aangevallen en de rechterhand af gekapt. Gerard werd naar het gasthuis overge bracht, waar hij geruimen tijd, tengevolge van het overtollig bloedverlies, tusschen leven en dood bleef liggen. Thans is hij aan de beterhand en Maandag kon hij door den policie-officier Van dcrSchueren ondervraagd worden. Gerard verklaarde, dat hij zich bij de echt- jenooten Langlet had aangeboden om het >edrag te ontvangen eener partij cigaretten, welke hij er geleverd had. Hij werd er - zoo beweert hij ten minste door de echtgenoo ten Langlet en nog een derde persoon aange vallen en verscheidene messteken in den rug toegebracht. Tot hiertoe was er van deze messteken niet gesproken geworden. De wonden zijn gene zen en men ziet enkel de lidteekens, doch op de kleederen, welke hij den dag van het drama droeg, zijn deze steken duidelijk te zien, alsook op het hemd dat hij dan droeg. Het parket is over die verklaringen verwit tigt, welke, indien zij bevestigd worden, natuurlijk de zaak onder eeu heel ander dag licht plaatsen. Zondag avond waren twee knaapjes aan het spelen in de puinen der herberg De Schaar Maanstraal te Roesselare. Een dezer moet tussclien de puinen een handgranaat gevonden hebben want eensklaps hoorden de geburen eenen geweldigen slag en bemerkten de twee knaapjes ten gronde liggen die grootelij lis aan het hoofd gewond waren en veel bloed verloren. Aanstonds snel den de heeren doctoors Ameye en Vanden Bulcke ter plaats en dienden de gekwetsten de beste zorgen toe niettegenstaande over leed eenige oogenblikken nadien een dezer kinderen en het andere leed schrikkelijke pijnen. Eindelijk werden de kinderen herkend, het een als de genaamde Eugeen Velge, öjaar oud, wonende in de Noordstraatdit knaapje was bezweken en naar zijne woning overge bracht. Het tweede noemt zich Achiel Debus- schere, 41 jaar oud, wonende in de Albrecht Rodenbachstraatdit kind gezien zijnen ho- peloozen toestand is naar het hospitaal over gebracht. Bijzondere toelage. Het is dringend noodig, dat waar onze geteisterde broeders naar hunne oorspronke lijke gemeenten terugkeeren, zij er ook dok ters vinden. Doch het ware zeker van onze geneesheeren wat te veel gevergd, ze aan te manen zich in eene streek, waar het leven zeker duur is en weinig menschen wonen, zich zonder bijzondere tegemoetkoming, te vestigen. De minister van Binnenlandsche Zaken laat de aangenomen gemeenten, waar de premie van terugkeer betaald wordt, loe, ook op hunne begrooting eene som van 6000 frank uit te schrijven, die als tegemoetkoming aan eenen dokter dienen moet. Die toelage is voor een jaar, doch kan, tot drijmaal toe, vernieuwd worden aan denzelfden geneesheer. De dokter verplicht zich voor de tegemoet koming kosteloos de behoeftigen en de ge meentebeambten en hunne familie te verzor gen. Men zal den voorkeur geven aan die ge neesheeren die reeds in 4914 de gemeente bewoonden of er hun ambt uitoefenden. Indien het noodig bleek, dat om het terug keeren te bevoordeeligen, men toelagen dient te verstrekken aan gediplomeerde vroedvrou wen of apothekers in sommige gemeenten en steden waar het don dokters verboden is zelf medeeijnen te geven, zou ren tot dien maat regel overgaan. dood zou kunnen weerstaan... Toen sprak men mij van geloofsverandering- Indien ik er in toestemde mijn geloof te verzaken, zou de welstand mijn be looning rijn, zoo niet... helaas! ik wiet het, dkn zou de honger weldra de moe dór en dó dóchter gedood hebben. Ik joeg- dón bekoorder Beg, diien avond ge bruikten wij niets?.. Twee diagen later kwam Lucia met een ontdaan gelaat te huis; zij had gemeend menschen met verdachte trekken te rien, die haar ach terna zetten. Ik kon haar nauwelijks tot bedaren brengen; wij spraken af dat rij nooit meer zou uitgaan zonder mij... Toen spanden hare belagers haai- een strik... Men schreef haar een briefje, waarin men haar mededeelde dat er in een ta melijk verwijderd' stadskwartier werk voor haai* was, dat goed betaald zou wor dón; rij moest rich echter haasten om zich daar aan' te melden.Ik was af wezig op het oogenblik dat Lucia dezen brief ontving; bevreesd dat de schoone gelegendheid' haax zou kunnen ontsnap pen, meende zij mijne tehuiskomst niet te moeten afwachten, om zich op weg te begeven. Nauwelijks had rij twin tig schreden op straat gezet, of zij werd onder eene schandelijke beschuldiging aangehouden, en ondanks hare tranen en betuigingen van onschuld in een van die verblijven gesleept waar de politie voorloopig de dieven en ook de slechte vrouwen huisvest... Bij mijne tehuis komst vond ik mijne woning ledig Ik wachtte schreiend' en biddende op mijn kind; eerst des morgends kwam er een politie agent me mededeelen in wel- Zooals men weet is eene sterke groep Ame- rikaansche ruiterij over de Mexikaanscbe jjrens getrokken, ooi jacht te maken op de Mexikaanscbe bandieten, die er de streek onveilig maken en onlangs nog twee Ameri- kaansche vliegers gevangen hielden. De Amerikanen hebben eene bende bandie ten verrast^ in een oud huis van het Texas- gebergte. Na een hevig gevecht, waarbij vier bandieten gedood en acht gevangen genomen wei den bleven de Amerikanen meester van het terrein. Het schijnt nochtans dat het hoofd der bende de vlucht kon nemen. De bevelhebber der Amerikaansche ruiters stelde vast, dat al de gedooden en gevangenen a perados - zijn, kerels die sinds jaren langs heen de grens allerhande schelmstukken en gruweldaden pleegden. Daar men vreest, dat door het vastberaden optreden der Amerikanen de bandieten meer Zuidwaarts znllen trekken, raden de bladen de bevolking der stedek aan, hunne voorzor gen te nemen. Anderzijds wordt uit Maria gemeld, dat de Amerikaansche ruiterij naar Amei ikaansch grond gebied is teruggekeerd, daar alle spoor der bandieten door de on- weners der laatste dagen uitgewischt waren. De luitenant vliegenier Cooper meldt dat hij eenige dagen geleden het bandietenhoofd Josue Ranteria met geweerschoten doodde, daar de bende van Ranteria op zijn toestel schoot. Deze tijding werd nog niet bevestigd. ke plaats men haar had opgesloten... Gij zult me gelooven Jean Canada als ik u zeg- dót ik' liever g-ehoord Lad dat zij gestorven was... Lucia in dien af grond), Lucia te midden dier verworpe lingen, deze engel onder die duivels, Lu cia beschuldigd... Mijn hoofd1 komt in verwarring als ik aan deze wreedheid denk, wanneer ik die helsche misdaad peil van de onschuld van dit kind te be zwadderen ten einde het geloof van dó moeder aan het. wankelen te brengen.. Het is afschuwelijkmompelde Jean Canada. «Gij zult ze mij teruggeven, niet waar zeg dat ge ze mij zult teruggevenZie ik lig aan uwe knieën, ik ween, en ik vraag om recht en medelijden «Medelijden Arme vrouwOngelu- kige moederZiet gij dan niet dat er ons hart van overstelpt is, dat het uit onze oogen straalt. Maar recht, wan neer, ja, zal het ons gegeven zijn aan u recht te verschaffen «Morgen zoo gij wilt,» zeide een jonk man, terwijl hij uit een groepje te voor schijn trad. «wij hebben nog musket ten en kruit kunnnen we maken wan neer het geld ons ontbreekt om het te koopen. Het bloed dór helden en de tra nen der zwakken roepen om wraak. Zooeven had ik gesidderd toen ik vader FlaviaiRi6 in ons midden terugzag met do teekenen van een roemrijk marte laarschap bedekt. Wij zoeken te ver geel s de lange witte haren: die vroeger de eerekioon van zijn eerbiedwaardig hoofd vormden, want de Hurona heb ben hem ges» aipeerd..* [Vervolgt, Borms op hei banksken De beschuldigingsakte door het parket opgemaakt, vermeldt talrijke verraderijen. De akte van beschuldiging, door het parket tegen den verrader Borms opgemaakt, herin-* nert, dat sinds 4915, tot het einde der bezet ting, Borms niet ophield meetings en voor drachten le geven in het bezette Belgie en in de Duitsche kampen. Overal predikte hij de bestuurlijke scheiding aan. In de Duitschgezinde bladen, als Het Vlaamsche Nieuws, de Gazet van Brussel, enz., schreef hij talrijke artikelen, waarin het Belgisch gouvernement beleedigd werd en den lof werd gemaakt van Duitschland. De akte van beschuldiging vermeldt ook dat Borms lid was van den Raad van Vlaan deren. De leden van dezen raad legden vol genden eed afIk zweer trouw aan het Vlaamsche volk; ik zweer te werken voor de zelfstandigheid van Vlaanderen en dezes be houd; ik zweer te zullen zwijgen, indien de raad zulks beslist. Borms maakte ook deel van alle afgevaar digingen die den groet der aktivisten gingen brengen aan de rijkskanseliers von Bethman- Hollweg, Michaëlis en von Hertling. Verder wordt nog melding gemaakt van de aanhouding van den verrader door het Bel gisch gerecht en de vergeldingsmaatregelen welke drie voorzitters van het Hof van Besóep te lijden hadden. Om te sluiten spreekt de akte van beschul diging van de fondsen, dienende om de akti visten te betalen en wijst er op, dat zulks thans nog voortduurt in Holland. Een zijner helpers aangehouden Het Belgisch gerecht zocht sinds den wa penstilstand zekeren Frans Reinhaert, die onder de Duitsche bezetting in verscheidene aktivistische meetings het woord had geno men en hevig tegen het Belgisch gouverne ment aanviel. Na verscheidene maanden opzoekingen is de policie van Molenbeek er thans in ge lukt hem aan te houden. Reinhaert was een der ieverigste helpers van Borms. Hij is in het gevang van Vorst opgesloten. TE GENT Nadere bijzonderheden Nopens deze misdaad vernemen wij nog het volgende Zondag namiddag, rond 2 4/2 ure, werd de policie van de 4* wijk verwittigd, dat er in de Veerstraat, n. 49 een moord gepleegd was. De policie en het parket begaven zich ter plaats. Daar gekomen, bestatigden zij dat M. Serapbien Seys, kunstschilder, 54 jaar oud, in zijnen huisgang vermoord was. Hij lag op den rug met een prop in den mond en zijne handen saamgebonden op de borst. Al de meubelen welke waardijen bevatten waren opengebroken. Titels van de Belgische rent en aktiën van Brusset, Antwerpen, Gent, enz. waren ver dwenen alsook eenige juweelen, een lClal in het geheel. Het slachtoffer woonde alleen, doch ging zijn eetmalen nemen bij een familielid naast zijn huis wonende. Het was een nichtje van M. Seys, die hem ging roepen om te noenmalen, en het lijk ontdekte. Spoedig waren policie ter plaats geburen werden ondervraagd en een herbergier, rechtover Seys wonende, verklaarde dat rond 7 3/4 ure s' morgends drie netgekleede per sonen aan het huis van M. Seys waren komen bellen. Ze werden binnengelaten. Ongeveer een halfuur later zagen geburen de drie hooger vermelde personen zeer snel het hnis verlaten. Ze schenen midden in de twintig jaar oud te zijn en waren aangekleed met een kostuum veston en jockey klak. Een hunner droeg een blauw kostuum, een tweede een grijsvan den derde kon men echter geen beschrijving meer geven. De persoonbeschriiving der kerels werd dadelijk rondgestuurd. Rond 7 ure 's avonds slaagde men er in dl hand te leggen op twee der vermoedetijke da' 'ders beiden waren aangekleed als hierboven beschreven en werden door getuigen berkend. Later in den nacht legde de poèicie de hand op eeu derden kerel, die in een herbergje der Abeelstraat zich aan hel vermaken was. Maandag morgend werden ze mot het lijk van den heer Seys gekonlronteerd. Men heeft niettegenstaande hun loochenen, de stellige overtuiging met de daders te-doen te hebben.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1919 | | pagina 1