De uitlevering vanDnitschers
De moord in de Veerstraat
JEAN CANADA
De zaak der Kleine Boterstraat
Militaire Prestaties
GEVAARLIJK SPEELGOED
DE GENEESHEEREN
ln de verwoeste Gewesten
AAR DE MEXIKAA88GHE GRENS
XXV
JAARGANG
NUMMER
197
Woentdag 27
August!
1919
Bureelen: Kerkstraat, 9 en 22, Aalst, Teléphoon 114 D A. «3r T T> 5 CENTIEMEN
Drukker-UitgeverJ. Vam Nüffel-De Gbndt.
Voor de publiciteit bulten hel Arrondissement Aalst, zich te wenden tot het Agenl.obap Hava», 8, Martelaarplein, I» Brussel8, Place de la Bonree, Pa rij a en 105, Cheapride, Londen.
Onmiddelijk na de onderteekening van den
vrede, heeft het Ministerie van Justitie zich
ijverig beziggehouden met de ten uitvoerleg
ging van de artikelen 228 en 230 van het
Verdrag van Versailles, waarbij aan België
het Recht wordt toegekenS om met het oog
op hunne berechting, van Duitschland de
uitlevering te eischen van de personen, welke
zich ten nadeele van Belgische burgers heb
ben schuldig gemaakt aan inbreuken op het
volkenrecht en op de wetten en gebruiken
van den oorlog.
Het opmaken van de lijst der personen,
wier uillevering dient verzocht, is eene kie-
schc lastige en nochtans dringende taak.
aanzienlijk is de documentatie welke, gedu
rende den oorlog en onmiddelijk na den wa
penstilstand, in verband met de feiten werd
samengebracht sedertdien is deze documen
tatie nog merkelijk aangegroeid natuurlij
keVwijze is zij echter niet zoo aanzienlijk waar
het gaat om den persoon van den schuldigen.
In vele gevallen, werden de misdaden ge
pleegd door troepen die slechts zeer korten
tijd ter plaatse bleven en niet of onwoedende
•bekend zijn geworden, zoowel wat de betrok
ken légerindeeling als wat de verantwoorde-
v lijke oversten betreft. Gelukkig voorziet het
Verdrag dat de uit te leveren schuldigen of
bij hunnen naam of door middel van hun
graad, ambt of bediening aangewezen mogen
worden.
Uitgebreide opzoekingen zijn daartoe noo-
dig, waarvoor trouwens, de krachtdadigste
steun der magistratuur werd verkregen
Onmiddelijk na den wapenstilstand, wer
den de parketten in beweging gebracht en
aan de vrederechters werd last gegeven tot
zeer grondige plaatselijke onderzoekingen,
waarvan de uitslagen werden medegedeeld
aan de parketten van de Procureurs des Ko-
nings. Deze hebben in opdracht in ieder be
paald geval tegen de aangewezen schuldigen
een regelmatig onderzoek in te stellen.
De parketten werden verzocht verslag uit
te brengen bij het Parket generaal van hun
rechtsgebied over de zware beschuldigen te
gen personen.
Van haren kant, werd de bij koninklijk
besluit van IS Februari 1919 heringerichte
Commissie van Onderzoek welke zich wijdt
aan het gedurig opsporen van allerhande
door den vijand gepleegde inbreuken even
eens verzocht aan het Departement van Justi
tie mededeeling te doen van al de dienstige
inlichtingen, waarover zij mocht beschikken,
zonder onderscheid op de schuldigen van de
gepleegde daden, gekend of onbekend zijn
of al dan niet aangewezen kunnen worden.
Met het oog op haar beste gebruik tenuit
voerlegging van het Verdrag van Versailles
komt het er echter op aan al de aldus bijeen
gebrachte ducumentatie ten spoedigste te
ontleden en te ordenen.
Het verdrag, inderdaad, voorzag slechts
een uiterst korten tijd (Óen maand na de
goedkeuring) voor het overleggen van de lijst
der door Duitschland uit te leveren personen.
Wanneet'juist die goedkeuring zal geschie
den weten wij nog niet; misschien zal dit
September gebeuren.
Tot voorkoming van alle oorzaak van
vertraging, voorspruitend uit versnippering
van krrchten, heeft de Minister van Justitie
besloten het voorbereidend werk tot het
opmaken van de lijst der uit te leveren per
sonen te centraliseeren en aan een bijzonde
ren dienst op te dragen; die dienst is geves
tigd ten zetel van de Commissie van Onder
zoek, 24, Bosquetstraat, te Brussel; het
bestuur ervan werd toevertrouwd aan den
heer F. Passelecq, advocaat bij het Hóf van
Beroep te Brussel, gewezen bestuurder van
Vervolg van Patira en De schat der Abdij
door Raoul Dk Navbry
(162° VERVOLG.)
Nonpareille knielde voor den, vromen
priester neder, wiesch zijne bebloeddie
voeten, wikkelde ze in versche compres-
sen van water en vervolgens in linnea
doeken waarna, zij zich vol bevalligheid
oprichtte en terzijde stelde, terwijl Pa
tira de grijsaard rijn sober maal voor
diende. Gedurende dit kleine bedrijf
was de zaal allengskens met bezoekers
gevuld die aan de meest uieenloopende
standon der maatschappij toebehoorden
Eenteen van deze mannen waren van
Montréal gekomen men hoorde het ge
hinnik hunner paarden, die aan de pa
lissaden vastgebonden waren; anderen
waren in booten van schors den St. Lau
rens afgezakt; de arms ten hadden een
voetmarsch van een of twee diagen af
gelegd dwars door de boeschen; zij wa-
inn uitgeput door hunne lange dagrei
zen. Meer dan een vertelde dat allerlei,
listen had' moeten gebruiken om som
mige door vijanden bewoond© streken
te passeeren.
Terwijl de Europeanen zich' rondom
Jean Canada schaarden, vervoegden de
Xndraansche opperhoofden zich bij
Doorboort Hart, den samagoor en na
men de lange pijp aan die Zwarte Bison
htm aanbood.
Men sprak op zachten toon en telde
elkander met de blikken; Jean Canada
raadpleegde telkens de groote klok die
in een hoek der zaal stond en sclieon
het Belgische Docuraentatiebureel te Havre.
Bedoelde dienst zorgt voor het in orde
brengen van al de inlichtingen, door de
bevoegde overheden ingewonnen in zake de
ter voldoening aan de artikelen 226 tot 230
van het verdrag'van Versailles in te stellen
rechts vervolgingen.
Nieuwe onderrichtingen werden aan al de
rechterlijke en burgerlijke overheden gege
ven- om hen aan te zetten ten spoedigste
hunne opsporingen tot een goed einde te
brengen en den uitslag er van uiterlijk den 5
September i. k., ter beschikking van den
bijzonderen dienst voor v.ervolgingen te stellen
Gelet op het hooge belang dat, zoo op
nationaal als op internationaal gebied aan
eene rechtvaardige en voorbeeldige bestraffing
verbonden is, is het uit aanmerking ook van
de uiterste moeilijkheid om den gewenschten
arbeid in zoo korten tijd te leveren, te hopen
dat al de medewerkers grooleren ijver nog
dan vroeger aan den dag zullen leggen om
voor den gestelden dag nog met hun taak
klaar te zijn.
TE BRUSSEL.
Arme Vader
"Wij hebben gezegd dat Gaston Filot, een
der aangehoudenen wegens verheling in de
zaak der Kleine Boterstraat te Brussel, op den
Leuvenschen steenweg woonde. Dat is waar
voor-zooveel, daar het zijn vader is, die al
daar woont.
Vader Filot verklaarde, dat zijn zoon hem
sinds drie jaar verlaten heeft. De vader heeft
al gedaan wat mogelijk was, om zijn zoon uit
de slechte gezelschappen te houden en te
beletten dat hij een verkeerden weg insloeg.
Hij ontmoette hem namelijk in den nacht van
1 tot 2 Oogst nabij de Noordstatie en duidde
hem aan een policieagent aan als een deser
teur, hopende dat hij aldus van zijne gezellen
zou gescheiden worden en verhinderd worden
een naam te bevlekken welke M. Filot steeds
eerbaar heeft weten te bewaren. Ongelukkig
lijk oordeelde de policieagent het niet noodig
iels tegen den deserteur te ondernemen....
Men weet het overige.
XJitbetaling; der
Zeer talrijke personen, gaan voort zich tot
het Ministerie van Oorlog te wenden om de
uitbetaling van militaire prestaties te be
komen.
De noodzakelijkheid op die aanvragen te
antwoorden berokkent aan de belanghebben
den dienste een aanzienlijk tijdverlies ten
nadeele van het nuttiger werk.
Ten einde dien staat van zaken te verhelpen
en in de maat van het mogelijke de uitbeta
lingen te verhaasten, zoowel als om aan de
burgemeesters eene gedraglijn te geven voor
hetgeen de betrokken zaken betreft in ver
band met de verbonden legers, heeft het
departement van Oorlog doen opstellen en
uitdeelen, namelijk aan de burgemeesters,
een Gids ten gebruike der burgemeesters voor
het uitbetalen der verschuldigde vergoedin
gen
le Voor prestaties door de inwoners ver
strekt aan de belgische en verbonden troepen.
2° Voor schade voortspruitend uit het kan-
tonnemei dierzelfde troepen.
Het is dus lot de burgemeesters dat, in hun
eigen belang, zich richten moeten de perso
nen die het voorwerp van opeisschingen zijn
geweest of die schade hebben ondergaan, hen
de oorspronkelijke documenten ter hand stel
lend door de militaire overheden afgeleverd.
Er wordt slechts uitzondering gemaakt op
hetgeen in vorig paragraaf gezegd wordt in
de volgende gevallen
1) Voor de opeischingen van paarden en
rijtuigen, waarbij door de Remente-Commis
sie een bon model n* 32 werd afgegeven,
moeten de belanghebbenden, ingevolge eene
erin begrepen nota, die bewijsstukken aan het
departement van Oorlog doen geworden, ten
einde ze door een uitbetalingsbevel le doen
vervangen. De burgemeester moet dus niet
tusschenkomende betalingsaanvangen, door
de oorspronkelijke bons vergezeld, zouden
best onder aanbevolen omslag aan het alge
meen secretariaat van het Departement van
Oorlog verzonden worden.
2) Voor de autos en motos, opgeeischt voor
de benoodigheden voor 't Belgisch leger.
De aanvragen voor uitbetaling dier voer
tuigen moeten per geschrift gericht worden,
door de belanghebbenden of door een ge
machtigd mandataris, aan het Algemeen Se-
kretariaat van het Departement van Oorlog
Na een eerste onderzoek der zaak, en zoo
spoedig mogelijk, zal den belanghebbende
een vragenlijst geworden de verschillende
voor te brengen bewijsstukken en inlichtingen
aanduidend.
Het is noodzakelijk het Departement de
oorspronkelijke bewijsstukken in geene af
schriften ter hand stellen er wordt ten ande
re ontvangst van gemeld.
Het onderzoek door iedere aanvraag ver
oorzaakt wordt zoo snel mogelijk aangevat.
OPMERKING Het wordt aanbevolen,
ten einde de taak der met de uitbetalingen
belaste diensten te vereenvoudigen, slechts
eene enkele zaak in een zelfden brief te
behandelen.
Het is nutteloos zich persoonlijk in de bu
reelen aan te bieden om de aanvragen voor
vergoeding of andere bewijsstukken af te
geven, of vragenlijsten te bekomen enz.
Dergelijke bezoeken dienen slechts om het
personncel tijd te doen verliezen ten nadeele
van het aanzienlijk te verrichten werk, en
druisschen in tegen ds belangen der recht
hebbenden.
rich af te vragen of rij het verwachte
uur nog niet sloeg. De wijzers gingen
traag over de geëmailleerde plaat nog
twee mi nu ton en Jean Canada zou hel
woord moeten opnemen, toen de deur
dór zaal eensklaps opengerukt werd en
eene vrouw met verwarde karen aan d'e
voeten van den meester van het Groote
Blokkuis nedershortte.
Geef mij mijne dochter weder
kreet rij, aGeef mij mijne dochter we
der
«Uwe dochter, Amy David, uwe Lu
cia?»
«Zij hebben ze mij ontroofd de schur
ken hebben haar gestolen. Sedert lang
had ik geen dag rust, geen uur vreug
de meer; ik' wist dat de monsters hun
prooi beloerden, ik klemde mijn kind
aan mijn hart, alsof mijne teederheid
het kon beschutten.Gij kent haar gij
weet dat ze goed, schoo en rein is, een
engel van toewijding eene heüige! We
rijn arm, dó fortuin van mijn vader die
werd hem ontrukt; wij werkten gansch
dón dag en den halven nacht, maar wij
beklaagden ons over ons lot niet; onze
liefde was toereikend' over ons geluk...
De vervolging dreigde ons in het dtois-
tere, het werk werd schaarscher, men
joeg ons achtereenvolgens uit de armoe
dige verblijven weg, die ons een afdak
boden. Eens vervoegde rich een, Angli-
caansche predikant bij ons, onder het
voorwendsel van belangstelling. Hij
gaf mij te verstaan, dat ik als ik wilde
mijn lot kon verbeteren. Begrijpt gij
dit woord «als ik wilde.» Ik zag mijne
dochter verbleeken en ik vroeg mij zei
ven af, of zij aan een langzamen inartel-
Het drama der Plantenstraat
te St Joost-te n-Noode
Onverwachte verklaringen
Wij hebben destijds het drama gemeld,
einde Juli, in eepen tabak- en cigarenwinkel
der Plantenstraat, te St Joost ten Noode, ge
houden door de echtgenooten Langlet.
Een genaamde Edward Gerard, van Fran-
schen oorsprong, beticht van moordpoging
op vrouw Langlet, werd door deze bij middel
eener bijl aangevallen en de rechterhand af
gekapt.
Gerard werd naar het gasthuis overge
bracht, waar hij geruimen tijd, tengevolge
van het overtollig bloedverlies, tusschen leven
en dood bleef liggen. Thans is hij aan de
beterhand en Maandag kon hij door den
policie-officier Van dcrSchueren ondervraagd
worden.
Gerard verklaarde, dat hij zich bij de echt-
jenooten Langlet had aangeboden om het
>edrag te ontvangen eener partij cigaretten,
welke hij er geleverd had. Hij werd er - zoo
beweert hij ten minste door de echtgenoo
ten Langlet en nog een derde persoon aange
vallen en verscheidene messteken in den rug
toegebracht.
Tot hiertoe was er van deze messteken niet
gesproken geworden. De wonden zijn gene
zen en men ziet enkel de lidteekens, doch op
de kleederen, welke hij den dag van het
drama droeg, zijn deze steken duidelijk te
zien, alsook op het hemd dat hij dan droeg.
Het parket is over die verklaringen verwit
tigt, welke, indien zij bevestigd worden,
natuurlijk de zaak onder eeu heel ander dag
licht plaatsen.
Zondag avond waren twee knaapjes aan
het spelen in de puinen der herberg De
Schaar Maanstraal te Roesselare.
Een dezer moet tussclien de puinen een
handgranaat gevonden hebben want eensklaps
hoorden de geburen eenen geweldigen slag
en bemerkten de twee knaapjes ten gronde
liggen die grootelij lis aan het hoofd gewond
waren en veel bloed verloren. Aanstonds snel
den de heeren doctoors Ameye en Vanden
Bulcke ter plaats en dienden de gekwetsten
de beste zorgen toe niettegenstaande over
leed eenige oogenblikken nadien een dezer
kinderen en het andere leed schrikkelijke
pijnen.
Eindelijk werden de kinderen herkend,
het een als de genaamde Eugeen Velge, öjaar
oud, wonende in de Noordstraatdit knaapje
was bezweken en naar zijne woning overge
bracht. Het tweede noemt zich Achiel Debus-
schere, 41 jaar oud, wonende in de Albrecht
Rodenbachstraatdit kind gezien zijnen ho-
peloozen toestand is naar het hospitaal over
gebracht.
Bijzondere toelage.
Het is dringend noodig, dat waar onze
geteisterde broeders naar hunne oorspronke
lijke gemeenten terugkeeren, zij er ook dok
ters vinden. Doch het ware zeker van onze
geneesheeren wat te veel gevergd, ze aan te
manen zich in eene streek, waar het leven
zeker duur is en weinig menschen wonen,
zich zonder bijzondere tegemoetkoming, te
vestigen.
De minister van Binnenlandsche Zaken
laat de aangenomen gemeenten, waar de
premie van terugkeer betaald wordt, loe,
ook op hunne begrooting eene som van 6000
frank uit te schrijven, die als tegemoetkoming
aan eenen dokter dienen moet. Die toelage is
voor een jaar, doch kan, tot drijmaal toe,
vernieuwd worden aan denzelfden geneesheer.
De dokter verplicht zich voor de tegemoet
koming kosteloos de behoeftigen en de ge
meentebeambten en hunne familie te verzor
gen.
Men zal den voorkeur geven aan die ge
neesheeren die reeds in 4914 de gemeente
bewoonden of er hun ambt uitoefenden.
Indien het noodig bleek, dat om het terug
keeren te bevoordeeligen, men toelagen dient
te verstrekken aan gediplomeerde vroedvrou
wen of apothekers in sommige gemeenten en
steden waar het don dokters verboden is zelf
medeeijnen te geven, zou ren tot dien maat
regel overgaan.
dood zou kunnen weerstaan... Toen
sprak men mij van geloofsverandering-
Indien ik er in toestemde mijn geloof
te verzaken, zou de welstand mijn be
looning rijn, zoo niet... helaas! ik wiet
het, dkn zou de honger weldra de moe
dór en dó dóchter gedood hebben. Ik
joeg- dón bekoorder Beg, diien avond ge
bruikten wij niets?.. Twee diagen later
kwam Lucia met een ontdaan gelaat te
huis; zij had gemeend menschen met
verdachte trekken te rien, die haar ach
terna zetten.
Ik kon haar nauwelijks tot bedaren
brengen; wij spraken af dat rij nooit
meer zou uitgaan zonder mij... Toen
spanden hare belagers haai- een strik...
Men schreef haar een briefje, waarin
men haar mededeelde dat er in een ta
melijk verwijderd' stadskwartier werk
voor haai* was, dat goed betaald zou wor
dón; rij moest rich echter haasten om
zich daar aan' te melden.Ik was af
wezig op het oogenblik dat Lucia dezen
brief ontving; bevreesd dat de schoone
gelegendheid' haax zou kunnen ontsnap
pen, meende zij mijne tehuiskomst niet
te moeten afwachten, om zich op weg
te begeven. Nauwelijks had rij twin
tig schreden op straat gezet, of zij werd
onder eene schandelijke beschuldiging
aangehouden, en ondanks hare tranen
en betuigingen van onschuld in een van
die verblijven gesleept waar de politie
voorloopig de dieven en ook de slechte
vrouwen huisvest... Bij mijne tehuis
komst vond ik mijne woning ledig
Ik wachtte schreiend' en biddende op
mijn kind; eerst des morgends kwam er
een politie agent me mededeelen in wel-
Zooals men weet is eene sterke groep Ame-
rikaansche ruiterij over de Mexikaanscbe
jjrens getrokken, ooi jacht te maken op de
Mexikaanscbe bandieten, die er de streek
onveilig maken en onlangs nog twee Ameri-
kaansche vliegers gevangen hielden.
De Amerikanen hebben eene bende bandie
ten verrast^ in een oud huis van het Texas-
gebergte. Na een hevig gevecht, waarbij vier
bandieten gedood en acht gevangen genomen
wei den bleven de Amerikanen meester van
het terrein. Het schijnt nochtans dat het hoofd
der bende de vlucht kon nemen.
De bevelhebber der Amerikaansche ruiters
stelde vast, dat al de gedooden en gevangenen
a perados - zijn, kerels die sinds jaren langs
heen de grens allerhande schelmstukken en
gruweldaden pleegden.
Daar men vreest, dat door het vastberaden
optreden der Amerikanen de bandieten meer
Zuidwaarts znllen trekken, raden de bladen
de bevolking der stedek aan, hunne voorzor
gen te nemen. Anderzijds wordt uit Maria
gemeld, dat de Amerikaansche ruiterij naar
Amei ikaansch grond gebied is teruggekeerd,
daar alle spoor der bandieten door de on-
weners der laatste dagen uitgewischt waren.
De luitenant vliegenier Cooper meldt dat
hij eenige dagen geleden het bandietenhoofd
Josue Ranteria met geweerschoten doodde,
daar de bende van Ranteria op zijn toestel
schoot. Deze tijding werd nog niet bevestigd.
ke plaats men haar had opgesloten...
Gij zult me gelooven Jean Canada als
ik u zeg- dót ik' liever g-ehoord Lad dat
zij gestorven was... Lucia in dien af
grond), Lucia te midden dier verworpe
lingen, deze engel onder die duivels, Lu
cia beschuldigd... Mijn hoofd1 komt in
verwarring als ik aan deze wreedheid
denk, wanneer ik die helsche misdaad
peil van de onschuld van dit kind te be
zwadderen ten einde het geloof van dó
moeder aan het. wankelen te brengen..
Het is afschuwelijkmompelde
Jean Canada.
«Gij zult ze mij teruggeven, niet waar
zeg dat ge ze mij zult teruggevenZie
ik lig aan uwe knieën, ik ween, en ik
vraag om recht en medelijden
«Medelijden Arme vrouwOngelu-
kige moederZiet gij dan niet dat er
ons hart van overstelpt is, dat het uit
onze oogen straalt. Maar recht, wan
neer, ja, zal het ons gegeven zijn aan u
recht te verschaffen
«Morgen zoo gij wilt,» zeide een jonk
man, terwijl hij uit een groepje te voor
schijn trad. «wij hebben nog musket
ten en kruit kunnnen we maken wan
neer het geld ons ontbreekt om het te
koopen. Het bloed dór helden en de tra
nen der zwakken roepen om wraak.
Zooeven had ik gesidderd toen ik vader
FlaviaiRi6 in ons midden terugzag met
do teekenen van een roemrijk marte
laarschap bedekt. Wij zoeken te ver
geel s de lange witte haren: die vroeger
de eerekioon van zijn eerbiedwaardig
hoofd vormden, want de Hurona heb
ben hem ges» aipeerd..*
[Vervolgt,
Borms op hei banksken
De beschuldigingsakte door het parket
opgemaakt, vermeldt talrijke verraderijen.
De akte van beschuldiging, door het parket
tegen den verrader Borms opgemaakt, herin-*
nert, dat sinds 4915, tot het einde der bezet
ting, Borms niet ophield meetings en voor
drachten le geven in het bezette Belgie en in
de Duitsche kampen. Overal predikte hij de
bestuurlijke scheiding aan.
In de Duitschgezinde bladen, als Het
Vlaamsche Nieuws, de Gazet van Brussel,
enz., schreef hij talrijke artikelen, waarin
het Belgisch gouvernement beleedigd werd
en den lof werd gemaakt van Duitschland.
De akte van beschuldiging vermeldt ook
dat Borms lid was van den Raad van Vlaan
deren. De leden van dezen raad legden vol
genden eed afIk zweer trouw aan het
Vlaamsche volk; ik zweer te werken voor de
zelfstandigheid van Vlaanderen en dezes be
houd; ik zweer te zullen zwijgen, indien de
raad zulks beslist.
Borms maakte ook deel van alle afgevaar
digingen die den groet der aktivisten gingen
brengen aan de rijkskanseliers von Bethman-
Hollweg, Michaëlis en von Hertling.
Verder wordt nog melding gemaakt van de
aanhouding van den verrader door het Bel
gisch gerecht en de vergeldingsmaatregelen
welke drie voorzitters van het Hof van Besóep
te lijden hadden.
Om te sluiten spreekt de akte van beschul
diging van de fondsen, dienende om de akti
visten te betalen en wijst er op, dat zulks
thans nog voortduurt in Holland.
Een zijner helpers aangehouden
Het Belgisch gerecht zocht sinds den wa
penstilstand zekeren Frans Reinhaert, die
onder de Duitsche bezetting in verscheidene
aktivistische meetings het woord had geno
men en hevig tegen het Belgisch gouverne
ment aanviel.
Na verscheidene maanden opzoekingen
is de policie van Molenbeek er thans in ge
lukt hem aan te houden.
Reinhaert was een der ieverigste helpers
van Borms. Hij is in het gevang van Vorst
opgesloten.
TE GENT
Nadere bijzonderheden
Nopens deze misdaad vernemen wij nog het
volgende
Zondag namiddag, rond 2 4/2 ure, werd
de policie van de 4* wijk verwittigd, dat er in
de Veerstraat, n. 49 een moord gepleegd
was. De policie en het parket begaven zich
ter plaats. Daar gekomen, bestatigden zij dat
M. Serapbien Seys, kunstschilder, 54 jaar
oud, in zijnen huisgang vermoord was.
Hij lag op den rug met een prop in den
mond en zijne handen saamgebonden op de
borst.
Al de meubelen welke waardijen bevatten
waren opengebroken.
Titels van de Belgische rent en aktiën van
Brusset, Antwerpen, Gent, enz. waren ver
dwenen alsook eenige juweelen, een lClal in
het geheel.
Het slachtoffer woonde alleen, doch ging
zijn eetmalen nemen bij een familielid naast
zijn huis wonende.
Het was een nichtje van M. Seys, die hem
ging roepen om te noenmalen, en het lijk
ontdekte.
Spoedig waren policie ter plaats geburen
werden ondervraagd en een herbergier,
rechtover Seys wonende, verklaarde dat rond
7 3/4 ure s' morgends drie netgekleede per
sonen aan het huis van M. Seys waren komen
bellen.
Ze werden binnengelaten. Ongeveer een
halfuur later zagen geburen de drie hooger
vermelde personen zeer snel het hnis verlaten.
Ze schenen midden in de twintig jaar oud te
zijn en waren aangekleed met een kostuum
veston en jockey klak. Een hunner droeg een
blauw kostuum, een tweede een grijsvan
den derde kon men echter geen beschrijving
meer geven.
De persoonbeschriiving der kerels werd
dadelijk rondgestuurd.
Rond 7 ure 's avonds slaagde men er in dl
hand te leggen op twee der vermoedetijke da'
'ders beiden waren aangekleed als hierboven
beschreven en werden door getuigen berkend.
Later in den nacht legde de poèicie de hand
op eeu derden kerel, die in een herbergje der
Abeelstraat zich aan hel vermaken was.
Maandag morgend werden ze mot het lijk
van den heer Seys gekonlronteerd. Men heeft
niettegenstaande hun loochenen, de stellige
overtuiging met de daders te-doen te hebben.