Eerste uitval rond Antwerpen
Hevige brand te Nederliasselt
Een verklikker voor 't gerecht
L A. X>
Buitensporigheid.
JEÜU CANADA
Eene geheimzinnigs zaak te Leuven
INBREKERSGEKNIPT
Eens stelling Ingestort te Luik
De misdaad der Veerslraat te Gent
XXV
JAARGANG
NUMMER
138
Burrelen: Kerkstraat, 9 en 22, Aalst. Telephoan 114 H _A. Cr
Vrijdag 29
.4ugu*U
5 CENTIEMEN Drukker-UitgeverJ. Van Nuffei^De Qendt,
Veer de publiciteit bulten het Arrondissement Aalst, zich te wenden lot het Agentschap Havas, 8, Martelaarplein, Ie Brosse!8, Place de la Bourse, Parijs en 105, Gheapside, Londen.
M. Carnegie, zaliger gedachtenis, uitte in
1910 deze welgepaste waarheid
Wij leiden eene buitensporige levens
wijze 1
De Araerikaansche Schatrijke wilde hier
door beteekenen... dat wij het eenvoudige
leven beu waren en slechts uit zijn op verma
ken, pracht, praal, blaai en dit alles willen
bekomen zonder werk of moeite. Inderdaad
wij meenen dat de aarde een soort van Pa
radijs is, waarin we allen gratis en voor
niets moeten intreden en waar niets ons mag
geweigerd Worden.
Deslaalkoning bezat twee of drie milliarden
en hij verklaarde in één woord, dat er diende
aan alle vermaak en luxe, paal en perk ge
steld te worden. Men moet zich kunnen be
palen Is't niet Nochtans velen zijn niet
van het gedacht dezes milliardbezitters, al
hoewel hunne beurs zoo wijd niet gaapt en
hun intrek zoo talrijk niet is.
Eene der gegronde oorzaken van het duur
leven is niet anders dan die noodwendigheid
van het overvloedige die, reeds heersehende
bij de rijken, thans den middenstanden de
behoeftigen behebt.
Wij kunnen ons niet ontzeggen. Indien wij
ons een vermaak moeten onttrekken, gezien
de bevoegdheid van onzen geldschieter, mee
nen wij dat zulks ten onzen opzichte eene on-
rcchtveerdigheid is die wraak naar den hemel
roept.
Deze opmarsch of gang van zaken is met
de tijden begonnen. In den hof der wellusten
stonden onze eerste ouders reeds naar heer
schappij, genot, gemakdit alles vloeide voort
uit de eerste zonae die hen en ons in 't onge
luk stortten. Later zijn fameuze grootsheids-
helden en opstandkapiteinen verrezen om het
volk te bedriegen en aan te zetten om stand
vastig eischen en nog eischen door te drijven.
Wij hebben daartoe recht, recht op
alles en zelfs op 't overige Laat ons naar
het luilekkerland trekken waar de peeren
overgroot en sappig en waar de patrijzen ge
braden ons in den mond vallen
Zóó twee landen bestaan er niet op den
aardbol
Van dan of was het een koers, een loopen
en ketsen naar de pleizieren, naar de pracht,
naar den afkeer van alle strenge inspanning
en van het harde zwoegen, daarom zijn de
kiekens aldaar zoo schrikkelijk duur om
koopen. Het civiel kiekenprijsje is verdwenen
om de gezonde en goede reden dat er te veel
menschen kiekenvleesch willen binnenspelen;
in auto bollen en rollen theaters en kinemas
vertooningen bijwonen (en welke schouw
spelen en in welk gezelschap Te vele ster-
verlingen beelden zich te gemakkelijk in dat
het stoffelijk geluk aan iedereen toegekend
en toegestaan worden zoowel als de lucht en
't licht der zon.
Weet wel dat uit den hof van het aardsch
Paradijs onze eerste ouders gejaagd werden
en hunne veroordeeling luidde Gij zult uw
brood in het zweet uws aanschijns eten
Niels te maken, wij zijn medeveroor-
deeld, tot ecuwigdurigen dwangarbeid, 't Is
verdiend 't Is eene strenge strafdoch
indien wij genade willen afsmeeken en beko
men mogen wij de armen niet kruisen maar
moeten ae handen aan 't werk slaan. Ik moet
er toch zeker niet bijvoegen hoe en wat werk
;<ecn verstandige raensch daartoe te verrichten
heeft. Zijt ge een christen of slechts een
rechtschapen mensch, ge verstaat mij. Marc.
yVet volg van Patira en De schat der Abdij
door Raoul De Navery
(163® VERVOLG.)
Met ©en klein leger uit zulke mannen
samen gesteld kon. men Nieuw - Frank-
ièieroveren en liet vaandtel doen wappe
ren dat Montcalm een6 bad ontplooid,
i -lean Canada kon naai' welgevallen be
telisson over al deae mannen, en toch
aarzelde bij nog. Indien bij zich met
'hart en ziel aan de lijdende wijdde, hij
ivild'a het oogenblik van een. openlijken
pchok, waarvan niets den goeden uit
tel a g verzekerde, zoolang mogelijk ver
schuiven. De voorzichtigheid1 deed! hem
.tegenover deze onvoorzichtige geest
drift op zijne hoede zijn. En toch be-
igreep hij dat ieder dezer boden waar
heid sprak: de verdrukking teelde het
Terzetde overwinning of de dood
niets anders vroegen cfe overwonnelin-
B'en.
Gedurende lange jaren had1 Jean Ca
nada de zonen der helden getroost en
'den moed .-iaandb gehouden der over
levenden van twintig vel (Magen. Van
ISen dag af dat hij verklaarde zich Jean
Canada te noemen, was hij waarlijk de
jverpersoonhjkiiig van hei ongelukkig
land geworden- Hoeneer was hij een
Franschman gebleven, deze heldenü-
Suur met oen aoo teeder gevoelig hart,
ie met een aanstekelijke gloed ran het
gucte land sprak, de moedors troostte,
Hte rei 7.mm» herbergde^ ujne woning
ra» i '-ren ongelukkige ontsloot, en
ruim kring een soort van komnk-
hebap uitoefende, waartegen niemand
Hen vernette. Dat de En gelee ben hem,
jrreeeaan, dejt de pohtde naar het mid-
i aoont om hem in het verderf te stor
ten, hieromtrent lcoeeterde hij niet den
Woensdag morgend rond 2 ure, vond men
in de Maria-Theresristraat, nabij de statie,
een genaamde Florquin, schoenmaker, in een
bloedplas ten gronde liggen. De man werd
naar het St. Pietersgasthuis overgebracht.
Men kon er slechts 's namiddags in gelukken
hem tot het bewustzijn terug te brengen.
Hij kon echter niet den minsten uitleg ge
ven over hetgeen met bera gebeurd was. Hij
weet niet of hij aangevallen werd, noch wat
hij op dat uur aldaar uitrichtte.
Het parket opende een onderzoek. Daaruit
bleek, dat Florquin Dinsdag per rijwiel uit
gereden was. Het rijwiel is niet teruggevon
den. Anderzijds vernam men ook, dat Dins
dag nacht een hevig gevecht had plaats gehad
in eene herberg uit de buurt. Is bet slacht
offer in dien twist betrokken geweest en heeft
hij daar de erge hoofdwonden opgeloopen of
word hij achtervolgd en gewond waar men
hem later vond liggen Het onderzoek zal
zulks denkelijk uitwijzen.
De ontploffing nabij Brescia
Er zouden meer dan 100 dooden en
gekwetsen zijn
Er wordt thans gemeld, dat er bij de ramp
van den bommendepot bij Brescia meer dan
100 dooden en gekwetsten zouden zijn.
De ontploffing had plaats te Pellegrino, ten
gevolge van het vallen eener kist handgra
naten. Weinige oogenblikken later vloog een
poedermagazijn in de lucht.
Heel de vallei van Incudina werd men
vreeselijke schokken, als van eene aardbe
ving gewaar. De bommen weiden in een
omtrek van twee kilometers weggeslingerd,
boomen ontwortelend en bijna alle gebouwen
\eruielend.
Groepen soldaten, infanteristen en kanon
niers werden in den omtrek dood of gekwetst
gevonden. De overheden verboden de lijken
en de gewonden weg te voeren, daar men
vreest, dat er nog niet ontplofte bommen on
der de slachtoffers liggen.
Onder de slachtoffers bevindt zich ook de
burgemeester van Incudina, die zich op meer
dan een kilometer afstand van de plaats der
ramp bevond en een arm afgerukt werd:
Een 14jarige knaap en een lOjarig meisje,
die hand aan hand langs de baan huiswaarts
keerden, werden gedood. Hunne moeder,
welke naast hen stapte, bleef ongedeerd.
Alle verkeer in den omtrek is verboden,
daar men nog ontploffingen vreest.
Stoutmoedige schurken waren Dinsdag
morgend in den eigendom gedrongen van
Mev. DeP..., Bellevuestraat, te Brussel. Zij
stolen er eene aanzienlijke partij kunstvoor
werpen, juweelen, zilverwerk enz.
Uit het onderzoek bleek, dat twee jeugdige
kwaaddoeners, de genaamden Victor P...,
een 16jarige kerel, onlangs uit eene verbete-
ringsschool ontvlucht en Louis V..., in den
omtrek gezien waren.
De policie vernam ook, dat de jonge ban
dieten zich in een huis der Valkstraat ver
borgen hielden.
Woensdag morgend werden zij daar ver
rast en aangehouden. Zij legden volledige
bekentenissen af. De kerels, die ook nog
andere dief ten op hun geweten hebben, zijn
in het gevang van Vorst opgesloten.
minsten twijfel; maar hij volhardde in
zijne zending overtuigd! dat hij vóór hei
dóór de voorzienigheid' bestemde uur
niet zou vallen.
Overigens schiep Jean Canada zich
geene hersenschimmen.; hij wist dat hij
zich voor altijdi in deze worsteling zou
begraven, welkdlanigen uitslag zij ook
voor de zijnen mocht hebben. Hij had'
vooraf het offer van zijn leven gebracht
alleen wenschte hij, dat het niet nutte
loos zou zijn voor de groote zaak die hij
verdedigde.
Op het oogenblik dat hij dó vergade
ring ging toespreken, die met een zicht
baar doch tevens eerbiedig ongeduld,
zijne beslissing afwachtte, trok er een
bloedig visdoenn voorbij de c^gen van
den ouden wapenmakker van A '^alm
Hij zag zich teruggeplaats op dei jvond
van dien slag, dien het lot van duizen
den menschen besliste en de nationali
teit veranderd had van een gebied zoo
uitgestrekt als Europa. Hij vroeg leb
af of hij wel gedaan had met het hei
lig vuur der vaderlandsliefde, dat in al
le harte gloeide, te onderhouden, en of
de vreeselijke gebeurtenissen, die onge
twijfeld! voor de deur stonden, niet ter
zijnor verantwoordelijkheid alleen zou
den komen. Doch hij had den tijd niet
om zich aan des© droomerii over te ge
ven, de groepen der jonge lieden de op
perhoofden der Indianen omringden
hem gelijktijdig.
«Het uur is gekomen, Jean Canada;
God! heeft het geteekend! Antwoord,
wilt gij onzen aanvoerder zijn? Niets
weerhoudt ons langer van den heiligen
krijg!»
«Niets?» vroeg Canada.
«Neen, neen!» hei-vatten alle stem
men, den Engelschman yerjagen of
sterven
Belangrijke schade.Een gekwetste
Woensdag morgend was men op het hof
vanTheodoorCooreman bezig met de dorsch-
machien te dorschen. Opeen gegeven oogen
blik bemerkte men met ontsteltenis, dat de
schuur in brand stond.
Spoedig werd de machien stilgelegd en in
weinige sekonden stonden schuur en stallin
gen in laaie vlam. Aan blusschen viel niet te
denken en men moest er zich toe bepalen te
trachten het woonhuis te vrijwaren, waarin
men na veel moeite kon gelukte.
De zoon Albert Cooreman, die op het dak
van bet huis geklommen was, viel er af en
werd daarbij erg gekwetst aan hoofd en bee-
nen. Hij werd ook erg aan de handen ver
brand.
Schuur en stallingen zijn met al wn! zij be
vatten in asch gelegd. Benevens den dorsch-
molen, zijn ongeveer: 2 hektaren rogge en
drie hektaren tarwe 'de prooi der vlammen
geworden. De schade is zeer belangrijk.
De verdediger van Quien de verklikker van
miss Cavell had Dinsdag er op aangedrongen
bij den krijgsraad van Parijs, om de zaak uit
te stellen tot na de processen tegen von Bis
sing, Stroeber, onderzoeksrechter in de zaak
Cavell en de Duitsche policieagenten Bergau
en Pinkoft, die de schuld dragen van de uit
gesproken veroordeelingen.
De krijgsraad verwierp dat verzoek. De
bewijzen tegen Quien Hangevoerd, zijn zoo
verpletterend, dat de beschuldigde zich moei
lijk kan verdedigen; bij doet niets anders dan
loochenen.
Op de vraag waarom hij zich in het geslicht
van miss Cavell opgehouden heeft, ant
woordde Quien dat hij een ingegroeiden nagel
had, wat hem groot lijden voroorzaakte.
Daarom liet hij zich in het gesticht verplegen.
De ziekenverpleegster miss Wincknis, ver
zorgde hem.
De voorzitter besloot miss Winckins, die
zich thans te Brussel bevindt, als getuige te
dag^n.
Quien verklaart zich bij den gezant van
Frankrijk in den Haag, als koloniale soldaat
te hebben aangeboden en niet als officier-
luchtvaarder.
Ik bad maar een verlangen en dit was naar
Frankrijk terug le keeren, maar de gezant
zegde mij dat mijne diensten nuttiger wareu
in Belgie.
Daar ook schijnt niets van wsar te zijn.
Toen hij uit Holland te Antwerpen terug-
keerd, is het dat hij aangehouden werd. Hij
gaf er, zoo beweert hij toch een valschen
ouderdom op en kreeg dan toelating om te
Brussel te verblijven.
Ondervraagd over zijn verblijf te Antwer
pen, beweert hij, dat hij bij zekeren Allard
gehuisvast was. 't Is echter gebleken dat deze
Allard een Duitsche agent was.
Quien werd dan onderhoord over de ver-
schillige zaken welke men hem ten laste
legt en de voorzitter betrapt hem daarbij
gedurig op tegenstrijdigheden. De belichte
beweert dat zulks komt, doordien hij zich
alles niet al te best meer herinnert.
Een incident had plaats, toen hij over de
zaak Freyling ondervraagd werd. Freyling,
die het hoofd van een inlichtingsdienst was
te Brussel, werd door Quien verraden en ter
dood veroordeeld. Quien als medeplichtige
kreeg voor de frira drie maand gevang.
«Gij hoort hen, o Godzeide Jean
Canada, «ik neem de stem dezer onder
drukten voor uwe stem.»
Met een langzaam en plechtig gebaar
verwijderde hij zijne vrienden en begaf
zich naar de zware kast der klok. Ver
volgens trok hij een kleinen sleutel uit
zijn boezem, opende dó ebbenhouten
deur en haalde een stok te voorschijn
met verscheurde banen van zijde om
wonden.
Met ©ene enkele vlugge beweging
ontrolde hij het dundoek en de verga
derden zagen met even groote verras
sing als aandoening de witte lelievlag
van Nieuw-Frankrijk.
Er steeg eleclvt6 één kreet in de ge
heel e vergadering op, een kreet waarin
de liefde en de geestdrift zich vertolkten
«Leve Frankrijk
Men vergat in dit oogenblik, dat het
verre vaderland eenmaal den veroverden
grond aan zijn lot had overgelaten en
zich deze eens zoo schitterende en fiere
dochter had laten ontrooven. Men dacht
er niet meer aan, dat niemand tegen
de spotternij van. Voltaire, betreffende
«de sneeuwwitte bóopen van Canada
geprotesteerd had. Frankrijk had zich
zeer stiefmoederlijk getoond, maar Ca
nada beminde het nog, hot gezicht van
hét dóór kruitdamp zwartgeblakerde en
met kogels dóorDooorde vlaggedoek
dééd tranen in hunne oogen komen-
De markies van Coëtquen drukte het
roemrijk vaandel aan zijne lippen.
«Ik' vind u hier terug,» riep hij uit,
«wees gezegend en gegroetGinds heeft
men een rooden lap uit het mod dér op
geraapt en gezegd; «Ziedaar de Fran-
scho kleuren Maar dat is eene leugen
De lelien van Lodewijk den Heiligen
en van Jeanne (FArc zullen onze spre
kend wapenschild blijven. Vervolgt,
Quien loochende hier ook, doch toen de
voorzitter zegde dat Freyling zou komen ge
tuigen, verbleekte Quien en stamelde, dat hij
dood was. Freyling had evenwel genade ge
kregen en zulks buiten wete van Quien.
Quien werd vervolgens ondervraagd over
zijne betrekkingen met de Duitsche agenten
in de kampen van Sennelager en Interlaken,
alwaar hij de verachtelijke rol van uithoorder
speelde. Natuurlijk loochent hij hier ook alles.
Het getuigenverhoor.
De eerste getuigen welke gehoord worden,
zijn lieden oorspronkelijk uit Noord-Frank
rijk. Hunne verklaring brengt niets nieuws
aan 't licht.
De Eerw. Heer Vallen, pastoor van Beliig-
nies, verklaart, dat toen prins de Croy, die
zich gelast had Quien naar Brussel en van daar
naar Holland le zenden, vernam dat Quien
weer te Brussel was, hem zegde Ik geloof
dat wij ongelijk hadden, ons met Quien bezig
te houden.
Prinses Marie de Croy, legt de werking uit
van de inrichting welke gesticht was om het
overbrengen der soldaten en andere jongelin
gen naar Holland te vergemakkelijken. Allen
werden eerst naar haar kasteel gestuurd, en
van daar naar Bergen en naar Brussel. Hier
was het gesticht van Miss Cavell de verzamel
plaats. Ook Quien werd daar heengestuurd.
Op eene vraag van den verdediger van
Quien, antwoordt getuige, dat zij nooit ge
dacht had, dat Quien haar verraden had.
Prinses de Croy verklaart nog, dat Mej.
Thuliez haar deed aanhouden, om een on
schuldige, die aangehouden was, te bevrijden.
De getuige, Mev. Debève, bevestigt Quien
te Bergen gezien te hebben, in gezelschap
van een Duitsch policieman. Nadat Mejuffer
Thuliez aangehouden was, kwam Quien haar
vragen, hem al hare papieren, briefwisseling,
enz. te overhandigen, om te kunnen werken
in 't belang van Mej. Thuliez. Mev. Debève
weigerde, en verbrandde alles wat eenigzins
gevaarlijk- was.
De laatste opgeroepen getuige voor den
dag, was M. Delterrière, hotelhouder te
Bergen. Na de aanhouding van M. Capiau,
kwam Quien bij hem en vroeg hem vaische
papieren en kaarten om de ontsnapten te
kunnen wegbrengen.
Quien bekent zulks, doch zegt dat deze
papieren en kaarten moesten dienen om per
sonen over de grens te bren.
M. Delferrière voegt er bij, dat bij zeer
verwonderd was, dat Quin, ondanks zijn®
handelwijzebuilen de klauwen derDuitschers
kon blijven. M. Delferrière werd aangehou
den, omdat bijvier ont luchten had verbor*
gen gehouden. Alleen Quien wist zulks.
Quien loochent en beweert dat hij nooit de
getuigen verklikt heeft.
2 DOODELIJK GEKWETSTEN
Woensdag morgend is eene stelling, ge
plaatst in een gebouw der Berghestraat, te
Luik, dat men bezig is in een cinemazaal te
veranderen, ingestort. De ondernemer Henri
Denoëlen een zijner werklieden, Camille Du-
dot, werden medegesleept.
Beiden werden bewusteloos en zwaar ge
wond opgenomen. Men vreest zelfs dat Denocl
de ruggraat gebroken heeft. Dudot is erg ge
wond aan het hoofd. Men denkt dat hij ook
inwendige verwondingen bekwam.
De twee slachtoffers zijn in bcdenkclijken
toestand naar het gasthuis overgebracht.
Voor de geteisterde streek
Het heroptrekken der openbare gebouwen.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
zond aan de Hooge Koninklijke Commissaris
sen eenen omzendbrief waarin hij er op aan-
daingt dat de openbare gebouwen, door den
oorlog getroffen, onverwijld hersteld of op
nieuw opgetrokken worden.
De werken moeten zonder uitstel begonnen
worden.
De begrafenis van M. Serafien Sys, in zijne
woningZondag morgend vermoord", zal Zater
dag morgend plaats hebben. Om 10 ure zal
in de hoofdkerk van St-Baafs een plechtige
dienst plaats grijpen.
De wetsgeneesheeren hebben in het hospi
taal het lijk geschouwd, waaruit is gebleken
dat het slachtoffer bezweken isaan verstikking
tengevolge van den prop met geweld in den
mond geduwd van den ongelukkige.
Dinsdag avond werd door de policie van
de 4® wijk in Oud-Gent drie personen
aangehouden en naar .het policiebureel ge
bracht, waar zij werden onderhoord. Of het
de daders zijn is nog niet gekend.
dag van den ZA€>D Augustus
DERDE ARTIKEL
1914
Hij kwam deze «ohikkingen te berden toen
Generaal de Witte hem liet weten dat D. C. ha
ren terugtocht op Haecht en Hansbrug voort
zette. Alsdan beval hij aan zijne troepen den
aanval te staken, daar hij van gedacht was dat
de nieuw geschapen toestand met meer toehet,
hem door te drijven. Hy schreef dan san den
bevelhebber der 6o G. Br. voor zich methodisch
terug te trekken naar Haecht en van daar op
Putte, langs de Hansbrug.
Het groepement van Wespelaer moe6t kost
wat kost op de Leybeek weerstaan. Het 25e linie
langs Haecht en deu stryd gewikkeld zou zich
al vechten langs de brug van Rymenau naar
Peuthy terugtrekken.
De uitvoering dozer voorschriften was aange
vangen toen het bevel toekwam van den Bevel
hebber van don Oeneralen Staf aan de divisies
voorschrijvend de aanvallen te staken. De 2* L.
A. moest zich langs Boort-Meerbeek en Ryme-
nam in loopgrachten vestigen, on do D. C. moest
voortgaan den linkervleugel der 2® L.A. te dek
ken. De Bevelhebber van hot leger was nog niet
op de hoogte van den nieuw geschapen toestand
voor de D. C. en de 2® L. A. toen hij dit bevel
uitvaardigde. Deze twee divisies waren reeds
niet meer in staat het ten uitvoer te brengen
toen het hen (rond 10 u. 50) bereikte. Zoo kwam
het dat hunnen aftocht moest voortgezot worden
volgens de bevelen ontvangen van hunne bevel
hebbers. die sich hierover verstaan hadden dat
de D. C. die den torugtocht langs de eenige wo
gen welke de 2® L. A. kon benuttigen reeds be
gonnen had, zoohaast mogelijk. Ilaecht en de
Hansbrug moest ontzetten door snelle bewegin
gen, om zich vervolgens naar Hcidekant te be
geven, en er de ondernemingen van Oeneraal
Drubbel desgevallend steunen. Deze gelast met
drie bataljons zyner brigade (7®) naar Cruys en
Tremeloo te trekken, moest aldaar een flank-
wacht opstellen om den linkerflank te bescher
men van dc 2° L.A.die als werende flank ging
post vatton ten N. der Zwarte waterbeek (N. van
Keerbergen).
Al deze bewegingen geschiedden met de mees
te orde maar niet zonder vertraging veroorzaakt
door den toevloed van troopen der 2® L. A. en
der D. C. op do Hansbrug doch zonder door d?n
vijand verontrust te worden.
Het opperbevel had de 3® L. A. als voorbehou
den afdceling om den bedreigden linkervleugel
te steunen niet in 't gevecht gezonden het had
den aftocht van 't leger in de versterkte etelling
besloten.
Het G. H. K. kwam ten andere te vernemen
dat bet 5® fransch leger (Generaal Lanrozac) in
aftocht van do Sambre en op 25" hot front Aves-
nes-Mariembourg bezette cn dat op deuzelfdea
datum het Engelsche leger van Mons teruggo-
trokken was op het front Landrecies-Le Caleau.
Het had in mededeeling een telegram ontvangen
door den algemeenen Consuul van Frankrijk
uit Parijs en luidend
De afwerende taktiek welke de Engelsche
cn Fransche legers op heden aannemen, kan
niet uitgelegd worden als eeno w(jzigin" aan de
plechtige besluiten ten opzichte van België ge
nomen. Do Franscbe Regeering verklaart dat
ze meer dau ooit er toe besloten is, sleohts de
wapens neer te leggen wanneer den ganschen
Belgischen bodem van de vijandelijke bezettiug
tal vrijgevochten zijn on in geen geval en op
geen enkol oogenblik het lot van'België van dit
van Frankrijk te scheiden.
Zoo kwam het dat op U u. 20, bet General de
Selliers de Toranville in den naam des Kon inga
volgend order vaststelde
Onze verbondenen voorloopig besloten heb
bend eene definitieve houding aao te nemen zoo
wordt de aanval van ons leger doelloos. In af
wachting van bet gunstige oogenblik om voor
uit te trekken, zal het leger zich weer in wach
tende tiouding onder de bescherming der ver
sterkte stellingen begeven.
Eene vertrouwelijke mededeeling, daags te
voren aan de L. A. medegedeeld had voor alle
hunner den weg voor den terugtocht voorzien
welke moest gevolgd worden wanneer het op
perbevel tot de terugkomst van het veldleger
naar Antwerpen zou besluitèn.
De 1®L. A. vlooide in goede orde terng onder
de bescherming der 4® G. Br. die insgelijks rond
16 u. opbrak. De Divisie logeerde 's avonds te
Boom. De 5® L. A. trok af naar den Rupel zon
der verontrust te worden en logeerde voor den
nacht te Puers.
De 6® L. A. nam 's avonds nachtdekking te
Waelhem de 2® L. A. te Putte, de 3® L. A. te
Duffel en de D. C. te Kessel.
V
Het is opmerkenswaardig dat de vijand op
geen enkel pont van 'talagfront, het belgisch
leger dat tra volbrachte zending onder Antwer
pen terugtrok, achtorvolgden de Duitsehers
maar er warou zelfs zekere troepen die gedu
rende do wederwaardigheden van den slag in
wanorde terugvloeiden zooals do verschrikte
bende welke in Leuven binnenviel en er door
haar vuur moorden en brand veroorzaakte.
Zulks was, zonder twijfel, nog een voorbeeld
van het geval dat meormaals in een oorlog voor
komt, dat troepeu door verliezen en de vortne-
nigvuldiging der vijandelijke aanvallen ten einde
gedreven, zich overwonnen denken en in paniek
terugstroomen.
Maar het is nochtans door menig door ons
aangestipt voorbeeld gestaaft dat deze rroopen,
onder de schielyken invloed der vrees uiteenge
rukt, oogenblikkelijk weer hunnen heldenmoed
aan den dag leggon, wannoer zij kraohtdadig
onder banden genomen worden door oversten
wier naam waardig is. Op 26 Oogst, na don inval
in Leuven van deje Lende wegloopers wordeu
duizend huizen waaronder de Hoofdkerk van
St. Pioters on de BoeLory der Hoogoschool ver
brand verscheidene duizende gijzelaars worden
genomen en 176 burgers gefusiOoerd.
Dat ook was een verschijnsel van den oorlog
maar een versehijnsel waarvan men in moderno
en besehaafde tijden, slechts voorbeelden gevon
den hoeft in de groote wapenfeiten van het
duitsche leger.
Luitenant-Kolonel X...,
Eene Tereohtwijzing
over den eersten uitval rond Antwerpen.
Eene fout van punctuatie in het verslag over
't gevecht van den 24 Oogst schynt aan te duiden
dat de dappere luitenant Giroul, do oenigstn
overlovende zou gebleven ziju zijner mitrailleu-
zen sectie, in het gevecht vau rvWoen-üries. mi.
die officier werd or gedood. De Juiste tekst luidt^,
aldus Ongelukkiglijk waren op het oogenblik
der gelukkige uitkomst van dien opi«chen strijd
de nog rookende mitrailleuzcn slechts nog door
een enkelen hediohaar bow&akt.
Luitenant Giroul eu al de mitrailleurs van zi.iu
dapperen ploeg, dood of gekwetst, lagen op den
grond uitgestrekt aan hun stekken vastg».
klampt.