Frankrijk en
het Vatikaan
WAT 8ETEEIENT DAT
ANBRIES, DE SAVOYAARD
Zoiiiss 14 Kaart
Maandag 15 Maart
1920
Duitsche grafschenners
Kan het duur leven
verminderen
j Zom
^^.*ag!tsqg<fca55g3
Kerkstraat, 9 en 22, Aalst.
Tel. 114 DAG
XXVI» JAARGANG NUMMER 63
T=t I_, A. 3D -IQ CENTIEMEN Uitgever: J. Van Npffel-Db Gendt
H. Mathilda
Zon op 6,16, onder 6,01
H. Longinus
Zon op 6,14, onder 6,03
Nieuwe Maan den 20
Publiciteit buiten hst Arrondissement Aalst, zich te wenden tot het Agentschap Havas, 8, Martelaarplein, te Brussel8, Place de la Bourse, Parijs en 105, Cheapside, Londeo.
Onzo confrater Het Handelsblad
moldt onder bovenstaande titel
Do Flandre libérale geelt verslag
over de redevoeringen, die op 16
Februari te Emmerich, in het bezet
gebied, zouden uitgesprokon zijn op
eono vergadering van onafhankelijke
sociaal-democraten.
Een der sprekers,zekeren Hartmann,
zou or gezegd hebben:
Daar wij nu alle gemak hebben om van
den rechter- naar den linkeroever over te ste
ken, is het hoodtg dat wij aanhoudend wei'
ken voor de revolutionaire propaganda onder
de geallieerde troepeïi, ten einde een® ernstige
militaire revolutie, uit te lokken.
Laat ons het eerst rekenen op de Vlaamsche
Belgische soldaten zij «iju gemakkelijker
te winnen. Ik erken dat onze agenten reeds
veel in dezen zin gewerkt hebben, doch ik
zet hen aan hunne pogingen te verdubbelen.
Als wij eene militaire revolutie onder de
geallieerde troepen bekomen, zullen wij ons
land van zijne aanvallers bevrijden en zullen
onze pistolen en patronen niet verstopt blij
ven.
Trachten wij dus de Vlaamsche Belgische
soldaten te overhalen. Het goede Vlaamsche
ras is geen Latijnsch ras, maar wei Duitsch
wij moeten liet van zijne beulen verlossen.
Talrijk zijn de misbruiken der Belgische
rechterlijkt* overheid tegenover het Vlaam
sche volk.
Altijd volgons de Flandre libc7male,
zou dan een tweede redenaar, een
M. Hollen, het volgende gezegd heb
ben
Op 13 Maart moei 1 milliard aan België
worden betaald laat ons trachten voor dien
datum 't Gouvernement omver te werpen,
<en voordeele van het proletariaat, dat is ónze
kracht.
Die revolutie is ook onze droom en ik kan
tv bijvoegen dat de door onze agenten be
reikte uitslagen bevredigend zijn. Zij zetten
hunne taak voort en zullen uiet nieuwe elemen
ten doorwerken.
Ik zal er zelfs bijvoegen, beste kameraden,
dat een onzer agenten verklaard heeft,
Vlaamsche solJaien te lieö-
ben gevonden die hem het
t-ve2Bfc vergemakkelijken- Ik zal
hem niet noemen want ik heb allo vertrouwen
ui hem, Aan hel werk dus, met gesloten
$elederen.
Alhoewel do Flandre libérale voor
de volstrekte echtheid dezer documen
ten instant, eisehen wij eoit volledig
onderzoek.
Wij kennen do activisten tot voel
in staat en daar hebben zij de bewij
zen van geleverd al wat nu nog
activist is, watertandt als 't het woor'1
revolutie hoort, omdat zij in do mach-
telooze woede hunner mislukking
geen andere hoop meer hebben.
Maar dat alles z^gt nog niet dat de
door do Flandre libérale aangehaalde
woorden werkelijk zijn uitgesproken
op 16 Februari, over eon maand dus,
en dat do regeering daar niets van zou
weten.
Met den opgezetten wil om al wie
Vlaming en al wat Vlaamsck is te
kleineeren, te beleedigen en verdacht
te in «ken, zijn de Flandre libérale en
8* VERVOLG.
Mijne arme Manette za! zeker denken, dat
ik verdoold b n, of dood l En vader Bernard
zal mij overat zoeken
Ik loosde, bij dit smartelijk denkbeeld,
een diepen zucht. Op hetzelfde oogenblik
kwam eene oude vrouw het vertrek binnen,
en trad voorzichtig naar het ledikant, waarin
ik mij bevond.
Ha h zeide zei eindelijk is zei tot zich-
zelven gekomen. Arme kleine jongen Het
is recht gelukkig t Hoe verheugd zal Mijn
heer zijn als hij terugkomt
Mejuffrouw I zeiile ik met een® zeer
zwakke stem de^oede vrouw had zich aan
het hoofdeinde van het bed neergezet.
Stil, mijn kind I fluisterde zij stil! gij
moogt niet spreken het zou u hinderen de
dooier heeft het verboden. Gij zijt zwaar ge-
woud maar het nauwkeurige zorg en diepe
rust zult gij wel spoedig weer herstellen.
Kom, koiu! ik zie aan uwe oogen dat gij
ongeduldig zijt, om te weten waar gij u be-
rindt 't is heel natuurlijk. Welnu, luister
ian Mijn meester, dh Heer Dermelly, heeft
i bijgestaan, toen gij door de kabriolet van
len Graaf van Pranconard tegen de steenon
waart gesmeten. Hij is altoos zoo Nog niet
ianggeleden reed hij het kraampje van eene
arme vrouw omver; maar deze liet hom al
l et bedorvene betalen. Nu gaf hij zijnen be
diende bevel, den fcanscben boel uit het slijk
grabbelen, en acht dagen lang leefden zijne
hare Frankiljonscbe cormiiten niet
van de eerste leugen geborsten.
Daarom moet dat eens goed onder
zocht worden, want als bot een uitvin
ding is, kan het niet eerloozor ter
wijl, als hot waar is, het geen moeite
zal kosten om de verraders te vinden
die met don vijand omgang hebben.
In naam van het Viaamscho volk
vragen wij licht in deze zaak.
Indien wij aandringen op dit onder
zoek is hot omdat de Brusselsche pers
zich van de huidige onthullingen
der Flandre libérale meester maakt
om, onder schijn van de activisten aan
te vallen, heel het Vlaamsch program
verdacht to makon.
La Gazelle insinueert dat de Buit-
schers wel bewezen hebben, slechte
psychologen to zijn, maar dat ze zich
wel kunnen bedriegen, wanneer ze
onmiddelijk na den wapenstilstand
eene regeering er zien aan denken het
werk van von Bissing te Gent voort le
zetten en woelgeesten een minimum
programma zien eiscben dat naar be-
stuurlylce scheiding voert.
De Eloile neemt de uitlatingen, die
het Gontscho blad in den mond van
Duilsche revolutionnairen legt, als
uitgesproken en voor klinkende munt
aan en vraagt ook een onderzoek, in
do boop van, met het activisme, de
gansche Vlaamsche zaak verdacht te
kunnen maken.
De XX' Siècle maakt echter alle
voorbehoud en is van gevoelen dat
zelfs oproerige sociaal-democraten, als
er van de zaak iets aan was, het kom-
plot niet naar de vier windstreken
zoudon uitbazuinen.
Men vergisso zich niet ovor de drijf
veren van onzo houding ten overstaan
van de zoogenaamde onthullingen van
do Flandre libéraleWij willen énkel
welen of zij waar zijn, ofwel of wij
hier te doen bobben met iets dat,
inoest het eene uitvinding zijn, eene
ware canaillerie zou mogen genoemd
worden.
DE SUIKERKWESTIE.
Een Gentsch blad schrijft Een lezer-sui-
lcerbakkcr klaagt erover dat hij geen suiker
meer kan krijgen, cn <le suikerbakkersbond
ook niet.
Hij lieert te Zelzate getracht suiker te be
komen, maar 't was onmogelijk.
Men beeft hem geze/d^ Ga naar Gent bij
Mijnheer X..., die heeft erdoor vergunning
van M. Gaspard, 300 zakken bekomen, maai
bij uiag hel u niet duurder rekenen dan 1,63
fr. want hij heeft het zelf maar 1,58 fr. be
taald.
Ik ben gegaan, zegt de lezer suikerbak
ker, men was bezig met de 300 zakken sui-
.er te lossen, maar ik kon geen enkele kilo
bekomen.
Suikerbakkers kunnen nu geen suiker meer
krijgen vroeger, mochten ze ten hoogste
500 kilos in huis hebben hoe komt het
dat er daar 30.000 kilos mogen zijn
Nog iels in Kortrijk kan men suiker krij
gen zooveel men wil, aan2.10 fr. den kilo.
Hoe komt dat
honden enkel van gcrstckoekjes. Mijnheer
was eerst voornemens u slechts zoolang hier
te houden, tot gij eenigzins hersteld zou zijn.
Hij meende, dat wij uw verblijf wel zouden
uitvinden, en dan konden wij uwe ouders
waarschuwen want hij bevindt u reeds so-
dert gisteren hier, mijn kind 1
Gisteren goede Hemel I en vader Ber
nard en Manette
Ach, welk een bebbelaae ïs dat f Er is
geen middel, om hem tot zwijgen te brengen.
Gij zult uzejven ergsr maken, mijn kir.d
Ik zei dan toen mijnheer nadacht over
de middelen, om uit te vinden, waar hij te
huis behoorde, en men u ondertusschen uw
vest uittrok, dat geheel met bloed bemorst
was, ontdekte hij een portret, dat aan een
lint om uwen hals hing. |Zorxlra hij er zijne
oogen op gevestigd had, gaf hij een schreeuw
van verbazing, en maakte zich toen van het
afbeeldsel meester, eer ik er een enkelen blik
op kon werpen. Het moet inderdaad een stuk
van zeer groote waarde zijn want mynheer
is in 't geheel de man niet, om zich door een
vod te |laten innemen. Hij bejoonde zijns
hoogste verwondering, dat hij zoodanig iele
bij u vond, en riep gedurig lïoe komt hij cr
aan Waarom draagt hij het op zijn hart
en duizeud andere dingen meer. Hij poogde
reeds op do plaats zelve u te ondervragen
maar, mijn arme jongen l gij waart op verre
na niet in staat, om hem eenig antwoord te
«even. Eindelijk besloot Mijnheer, u in zijn
eigen te doen plaatsen, en hij heeft verklaard
dat gij hem niet verlaten zult, alvorens gij
volkomen hersteld zijt.
DE ROTS DER HOPE.
Jezuc is de rots der hope,
Zalig die op Hem betrouwt f
Wio verlossing wacht van elders,
Heeft zrju huis op zand gebouwd.
Hfl. mijn Heiland en Verlosser,
Is de ware levensbron,
Die, door sterven on herleven,
MU den Vador beeft hergeven
En het vaderland herwon.
Die Hem heeft, heeft alle dingen 1
Schuldvergeving, vrode, kracht,
Licht en zegen allerwegen,
Vreugdespalmen in don nacht.
Hemelvoorsmaak orjder 't lijden,
Englenbiijdschap ia 't verschiet.
En een oog dat reeds beneden
't Paradijs der zaligheden
Achter 't graf ontsloten ziet t
Als wij eens daar boven komen,
Wordt ons stoorloos heil gegund
Maar van alle hemelweelde
Blijft ons Jezus 't middenpunt.
*t Is de slotsom aller hymnen.
Eens weergalmend door't heelal
Van het Ivruis tot in de Glorie,
Blijft Hij 't eeuwig, «enig Al I
J. J. L. TEN KATE.
HET HOUTEN BEEN...
Het beheer van het munthotel van Enge
land, stelde sinds eenigen tijd vast, dat er op
geheimzinnige wijze gouden staven verdwe
nen, ondanks het personeel telkens bij Let
verlaten der werkhuizen zorgvuldig onder
zocht werd.
Een der werklieden, een invalied die in
den oorlog een been verloor en thans een
houten been draagt, had de aandacht van een
gebuur op zich getrokken, door zijne handel
wijze.
De gebuur bad bemerkt, dat telkens de
invalied 't huis kwam, hij zich naar zijnen
hof begaf en daar iets in den grond dolf.
Zulks was weldra in de buurt geweten en
zoo kwam het ook de policie en hel beheer
van het Munthotel ter oore.
De verminkte werd bij het verlaten dei-
werkhuizen onderzocht, doch niets werd op
hem gevonden. Men volgde hem naar zijne
woning en daar kwam de zaak aan 't licht.
Toen de policie er binnen trad, was hij
bezig zijn houten been los le vijzen er kwam
eene staaf goud uit te voorschqn. Opzoekin
gen werden gedaan in den hof en men vond
ervoor meer dan twintig duizend pond ster
ling goud verborgen.
Een waggon munitie ontploft
3i>ij Doornik.
Twee doodsn Twee gekwetsten
Sinds eenigen tijd isdc dienst der buitinza-
mcling, bezig in de vormingstalie van Vaul*
bij Doornik, de munitie, welke aldaar opge-
gestapeld ligt we te voeren.
Vrijdag morgend rond 10 ure, had eens
klaps eene geweldige ontploffing plaats, waar
door de waggon in splinters geslagen werd.
Dadelijk snelde men de vier werklieden
die in den waggon aan den arbeid waren ter
hulp. Ongelukkiglijk vond men cr nog slechts
twee levend. De andere waren aan stukken
gerukt. De twee gekwetsten werden dadelijk
naar het krijgsgaslhuis van Doornik overge
bracht. Hun toestand is zeer bedenkelijk.
Uit het onderzoek, dadelijk geopend, is
gebleken, dat alleen eene kist, 6 obussen van
75 mm. inhoudende ontploft is.
Zulks legt uit, waarbij het komt dat er niet
meer slachtoffers zijn. De gedooden zijn A.
Dalbart, 45 jaar oud, gekuwd en vader van
vijf kinderen, en A. Dumont, 26 jaar oud,
ongehuwd. De gekwetsten zijn L. Fieurquin,
52 jaar oud en A. Dubrunfaur, 39 jaar oud.
Deze laatste is van Antoing, de drie anderen
van Doorn ijk.
Het parket is ter plaats geweest, evenals
verscheidene officieren van den inzamelings-
dienst.
Bij het einde van dit verhaal bracht ik mij
ne hand aan mijn hals, on miste het portret,
dal ik.sedert mijn vertrek uit de ouderlijke
hul altoos bij mij gedragen had Mijne oogen
vulden zich met tranen, en ik riep met eene
zwakke slem Mejuffrouw, geef inij een af
beeldsel weder ik smeek het u
Heb ik u niet gezegd, kind, dat Mijnheer
het heeft Zeker, hij zal het niet houden
wees maar niet bang Wat zijn die kinderen
altoos wantrouwig Doch daar is Mijnbeer
zelf, voegde zij er bij, en op hetzelfde oogen
blik trad een heer van acht-en-twintig of
dertig jaar, van een vriendelijk en innemend
voorkomen, het vertrek binnen. Ik herkende
hem terstond voor denzelfden persoon, die
zich op deu Boulevard over mij been gebo
gen had.
De Heer Dermilly was, gelijk zijne huis
houdster te recht had aangemerkt, een schil
der van den eersten rang. Hij was builendieo
een goedhartig man, en stelde een belang in
het gevondene portret, zoowel als in het oor
spronkelijke, dat geheel ten mijnen voordeele
uitliep. Ik geelde hem. terwijl hij voor mijn
bed zal, mijne gansche geschiedenis mede
hij luisterde met groote oplettendheid, en
scheen in alles, wat ik zeide, zeer veel be
lang te stellen. Hij was getroffen door de
wijze, waarop ik hem mijne droefheid over
het verlies van mijn broeder afschetste en
toen ik hem van vader Bernard en Mannette
verhaalde, riep hij uit
Brave man 1 Goedhartig volk Maar
het afbeeldsel, dat gij om uw hals droeg,
vervolgde hij, hoe zijt gij daaraan gekomen
De indruk in het Vatikaan
ROME, 12 Maart. Het neerleggen in de
Franse! e Kamer, van het wetsontwerp be
trekkelijk heteraanknoopen der diplomatische
betrekkingen met het Vatikaan, is te Rome
met levendige voldoening begroet.
Reeds wordt de naam van M*r Cerrelti ge
noemd, als de vermoedelijke gezant te Parijs.
De medewerkers van Le Matin te Rome,
meldt het volgende over eene verklaring
welke Paus Benediktus XV deed bij de ont
vangst van eene Fransche personaliteit
- Onzen goeden wil is klaar en duidelijk.
Wij zouden ons zelfs vergenoegen met een
zaakgelastigde, doch zqu het betamen dal
Frankrijk, deoudsto dochter der Kerk, slechts
een zaakgelastigde zond, wanneer de kleinste
Zuid-Amerikuansche Republiek een gezant
heeft
Toen de II. Vader vernam dat het wets
ontwerp in de Fransche Kamer neergelegd
was. nep hij uit: Deze oplossing is waar
dig san een groot laud 1
Le Matin voegt er nog bij, dat alhoewel
men er op rekende dal de betrekkingen zou
den hernomen worden, men toch verwonderd
was, daar men niet hoopte, dat het zou ras
zou geschieden.
In Frankrijk
De bijzonderste partijleiders zijn het eens,
om te verklaren, dat in het huidi e oogen
blik, een Fransche gezant in het Vatikaan
veel goeds kan verwekken.
De bladen der uiterste linkerzijde vallen
thans het ontwerp aan, doch zij staan alleen.
De radilcale bladen schrijven nog vóór, noch
tegen, doch alle andere bladen, tot welke
sezindheid zij ook behooren, zijn voorstaan
ders van het ontwerp.
Een intervieuw van Mgr. Baudrillart.
Mirr. Baudrillart, geïutervieuwd door een
medewerker van Le Gaulois dringt erop aan,
dat het afbreken der diplomatische betrek
kingen met het Vatikaan, aan Frankrijk
zulke groote schade veroorzaakte, namelijk in
Spanje, alwaar de katholieken zulks dikwijls
te.-en eris uitbaatten.
De moeilijkheden welke wij, ondervonden,
om ons in Spanje te bevoorraden en bet ge
mak dat er aan de Duitscbe propaganda te
beurt viel, worden door deze afbreuk vol
doende uitgelegd.
Mgr Baudrillart wenschl het gouvernement
geluk, omdat het den slechten raad niet volg
de van dezen, die enkel tijdelijke vertegen
woordigers zouden willen zien.
Onze bestendige vertegenwoordigers znllen
d« noodlottige en venijnige propagande der
Centraalmachten weten te keer le eaan en
onschadelijk te maken, ou aldus Frankrijk
wreken over den laster enz. zoolange jaren
tegen ons verspreid.
0« inbraak in het Mausoleum te Chertottenturg
De policie maakt eenige bijzonderheden
bekend over den inbraak in hel Mausoleum
te Charlottenburg.
Van het uniform, waarin het lijk van her
tog Frederik I was gehuld, werden de epau
letten en de knoppen afgetrokken. Daarop
had men getracht de handschoenen van den
doode uit te trekken om ringen te zoeken.
Toen dit niet ging, braken de dieven de
rechterhand af en wierpen haar, toen zij geen
ringen vonden, terug in de kist. Zij doorsta
ken de linkerhandschoen met een mes om te
Hebt gij het gevonden Heeft iemand het
u gegeven Verhaal mg de waarheid, mijn
jonge vriend gij kunt niet beseffen, hoe veel
belang ik er in stel, om alles te weten.
Ik deelde hem nu terstond mede mede,
hoe de reizigers eene schuilplaats bij ons
eene schuilplaats hadden gezocht. Ik sloeg
niet eene bijzonderheid over, betreffende den
edelman, zijn bediende, en het kleine, slapen
de meisje. Hoe verder ik kwam, hoe meer ik
getroffen werd door de uitdrukking van ge
noegen en teederheid, welke zich door dui
delijk in zijne oogen vertoonde, die strak op
mij ucvestigd bleven. Doch toen ik hem ver
haalde van de wond die vader bij zijn nach-
telijken arbeid voor Mijnheer den Graaf beko
men had, en dat hij hiervoor, en voor zijne
zelfopoffering bij het tegenhouden van het
rijtuig aan den rand des afgronds, van den
man gecne andere belooning ontvangen had,
dan eene kleinigheid in geld, kon de jon/e
schilder zijn misnoegen niet langer onder
drukken. Hij sprong van zijn stoel op, en
liep als een bezetene door het vertrek rond,
uitroepende
—Is het mogelijk Welk een hardvoch
tig man Welk eene ondankbare ziel
Dierbaarste Carotine En is dal de man,
aan wien gij u moest verbinden Zonder den
vader van dit kind zoudt gij uwe dochter,
uwe Adolphine, verloren hebben als hij
thans uit den hemel zijne oogen op zijn zoon
kan vestigen, dan zal hij detcn de belooning
zien genieten voor zijne eigene merischlie-
vendlieid. Ja, mijn lieve jongen Ik zal zorg
voor u dragen gij zult mij nooit meer verlaten,
zien of daar misschien ringen onder waren.
Ook de handschoenen van hertog Eduard
werden uitgetrokken. Toen zij bij dezen
doode ook geen ringen vonden, rukten zij
hem het Johanniterkruis van de borst. De
medalie was echter vastgenaaid, en die die
ven scheurden met zoo'n geweld, dat de knop
pen er af sprongen. Dit kruis en enkele an
dere medalies was alles wat de dieven in den
gralkelder aan voorwerpen van waarde heb
ben gevonden.
De walgelijke handelwijze dezer lijkschen-
nors herinnert ons het onmenschelijk optre
den der Duitscbers tijdens hun gruwelen in
België.
Nieuwe diefstallen op een kerkhof
te Berlijn
Niet alleen breken de dieven tegenwoordig
de grafkelders open, maar ze ontzien zich
evenmin de monumenten op de graven te
nernielen en bet metaal er van mede le nemen.
Van het St-Pauluskerkhof te Berlijn is een
300 kilos zwaar bronzen monument gestolen.
Op andere plaatsen werden metalen urnen,
kettingen, vazen en andere ornamenten los
geschroefd of afgebroken en medegenomen»
Kan het duur leven verminderen zoo
vraagt een der socialistische hoofdmannen
van Aalst, in een schrift dat heel de stad rond
gedragen werd en voor titel draagt Het
duur leven en de socialisten met Minister
Wauters.
Zoo vraagt daarin de roode hoofdman, en
hij Antwoord Ja, wanneer de socialisten
zouden meester zijn, ofwel wanneer bet
idéé der Werkliedenpartij zou ten uitvoer
gebracht worden.
Stout gesproken is half gevochten zegl
hel alou&e spreekwoord. Doch half gcvoch-
teu, dat is toch niet heel gevochten 1
Al wie oogen heeft, die moet ze begiunen
opentrekken en moet ze bezigen om te zie»,-
nauwkeurig te zien.
Zijn de socialisten niet meester, volkomen
meester geweest op het gebied der bevoot ra
ding in ons land, sedert November 1918?
En toch is de levensduurte van week tot
week gestegen
En hunne gezagvoerders hebben toch wel
het socialistische idéé trachten ten uitvoer le
brengen/lis le zeggen, dat zij de bandelaars,
zoo groote als kleine, tot zelfs de kleinste
winkeliers, hebben aan ijzeren banden ge
legd, en aan den landbouwersstand al de
schade en het nadeel hebben toegebracht, dat
maar denkelijk is geweest, ingezien de om
standigheden.
Maar, antwoort de roode schrijver mis-
schien, al onze ministers zouden moeten socia
list zijn, dan zou het heeten meester te zijn l
Goed roode jongen gij wilt dus zeggen:
volkomen meester zijn.
En zou dan het duur leven verminderec
in ons land.
Laat ons eens een blikje werpen op andere
landen. Daar zijn landen, inderdaad, waar
het volk, verblind door al de aardigheden
van den grooten wereldoorlog, gedacht heeft
dat het zijne redding zou gevonden hebben
bij de socialisme en daarom de socialisten
volkomen meester van bet iiestuur heeft ge
maakt. Zulke landen zijn Rusland, Oosten
rijk en Hongarije.
En hoe heeft het in die landen gegaan,
onder dat roode bestuur
Vooreerst in Rusland
Het is onnoodig er van te spreken, elk
weet, dat nog nooit, zoolang het menschdom
bestaat, een land zooveel geleden heeft als
het ongelukkige Rusland ouder het roode
bestuur, dat aldaar wel heel en gansch baas
Bij deze woorden omhelsde de goede heer
mij, en mijn wond vergetende, drukte hij
mijn hoofd tusschen zijne handen. De hevige
smart perste mg een schreeuw af, en de jon
ge schilder was zelf door zijne onbedacht
zaamheid getroffen.
Ik neem voor, sprak hij, als een vader
met u te handelen, en dit is het begin ik
vergeet uwe wond l
O, 't is niets, mijnheea maar ik had
gaarne terug
Wat mijn vriend
Het portret, dat ik bij iuij had ik heb
moeder plechtig beloofd, het aau iemand dan
aan den rechten eigenaar te zullen overgeven.
De Heer Dermilly beloofde mij, dat ik hel
genoegen zou hebben het terug te geveu,
niet uan den leelijken Graaf, maar aan het
bekoorlijk origineel zelf. Hij zond eene bood»
schap aan Bernard en Manette, om hen te
onderrichten, waar bun kleine gast zich be
vond, en zeide mij vervolgens, dat ik moest
trachtten een weinig rust te nemen.
Slapen was mij tRlusschen onmogelijk, fk
was zoo zeer vau verwondering opgetogen
over alles, wat mij gebeurd was, en over de
vriendschap, welke de schilder mij beloonde,
dat ik vruchteloos de rust zocht in het fraaie
ledikant, waarop ik zoo aangenaam lag uit
gestrekt, Deze Heer zal recht vriendelijk lo
gen mij zijn hij zal wy, om den w rïle van
het portret, altoos bij zich houden. Wel mocht
mijne moeder zeggen, dat hel mg geluk zou
aanbrengen Maar Bernard en Mancue
Zal ik deze dierbare vrienden moeten verla
ten (Vervolgt.)