Frankrijk en het Vatikaan WAT 8ETEEIENT DAT ANBRIES, DE SAVOYAARD Zoiiiss 14 Kaart Maandag 15 Maart 1920 Duitsche grafschenners Kan het duur leven verminderen j Zom ^^.*ag!tsqg<fca55g3 Kerkstraat, 9 en 22, Aalst. Tel. 114 DAG XXVI» JAARGANG NUMMER 63 T=t I_, A. 3D -IQ CENTIEMEN Uitgever: J. Van Npffel-Db Gendt H. Mathilda Zon op 6,16, onder 6,01 H. Longinus Zon op 6,14, onder 6,03 Nieuwe Maan den 20 Publiciteit buiten hst Arrondissement Aalst, zich te wenden tot het Agentschap Havas, 8, Martelaarplein, te Brussel8, Place de la Bourse, Parijs en 105, Cheapside, Londeo. Onzo confrater Het Handelsblad moldt onder bovenstaande titel Do Flandre libérale geelt verslag over de redevoeringen, die op 16 Februari te Emmerich, in het bezet gebied, zouden uitgesprokon zijn op eono vergadering van onafhankelijke sociaal-democraten. Een der sprekers,zekeren Hartmann, zou or gezegd hebben: Daar wij nu alle gemak hebben om van den rechter- naar den linkeroever over te ste ken, is het hoodtg dat wij aanhoudend wei' ken voor de revolutionaire propaganda onder de geallieerde troepeïi, ten einde een® ernstige militaire revolutie, uit te lokken. Laat ons het eerst rekenen op de Vlaamsche Belgische soldaten zij «iju gemakkelijker te winnen. Ik erken dat onze agenten reeds veel in dezen zin gewerkt hebben, doch ik zet hen aan hunne pogingen te verdubbelen. Als wij eene militaire revolutie onder de geallieerde troepen bekomen, zullen wij ons land van zijne aanvallers bevrijden en zullen onze pistolen en patronen niet verstopt blij ven. Trachten wij dus de Vlaamsche Belgische soldaten te overhalen. Het goede Vlaamsche ras is geen Latijnsch ras, maar wei Duitsch wij moeten liet van zijne beulen verlossen. Talrijk zijn de misbruiken der Belgische rechterlijkt* overheid tegenover het Vlaam sche volk. Altijd volgons de Flandre libc7male, zou dan een tweede redenaar, een M. Hollen, het volgende gezegd heb ben Op 13 Maart moei 1 milliard aan België worden betaald laat ons trachten voor dien datum 't Gouvernement omver te werpen, <en voordeele van het proletariaat, dat is ónze kracht. Die revolutie is ook onze droom en ik kan tv bijvoegen dat de door onze agenten be reikte uitslagen bevredigend zijn. Zij zetten hunne taak voort en zullen uiet nieuwe elemen ten doorwerken. Ik zal er zelfs bijvoegen, beste kameraden, dat een onzer agenten verklaard heeft, Vlaamsche solJaien te lieö- ben gevonden die hem het t-ve2Bfc vergemakkelijken- Ik zal hem niet noemen want ik heb allo vertrouwen ui hem, Aan hel werk dus, met gesloten $elederen. Alhoewel do Flandre libérale voor de volstrekte echtheid dezer documen ten instant, eisehen wij eoit volledig onderzoek. Wij kennen do activisten tot voel in staat en daar hebben zij de bewij zen van geleverd al wat nu nog activist is, watertandt als 't het woor'1 revolutie hoort, omdat zij in do mach- telooze woede hunner mislukking geen andere hoop meer hebben. Maar dat alles z^gt nog niet dat de door do Flandre libérale aangehaalde woorden werkelijk zijn uitgesproken op 16 Februari, over eon maand dus, en dat do regeering daar niets van zou weten. Met den opgezetten wil om al wie Vlaming en al wat Vlaamsck is te kleineeren, te beleedigen en verdacht te in «ken, zijn de Flandre libérale en 8* VERVOLG. Mijne arme Manette za! zeker denken, dat ik verdoold b n, of dood l En vader Bernard zal mij overat zoeken Ik loosde, bij dit smartelijk denkbeeld, een diepen zucht. Op hetzelfde oogenblik kwam eene oude vrouw het vertrek binnen, en trad voorzichtig naar het ledikant, waarin ik mij bevond. Ha h zeide zei eindelijk is zei tot zich- zelven gekomen. Arme kleine jongen Het is recht gelukkig t Hoe verheugd zal Mijn heer zijn als hij terugkomt Mejuffrouw I zeiile ik met een® zeer zwakke stem de^oede vrouw had zich aan het hoofdeinde van het bed neergezet. Stil, mijn kind I fluisterde zij stil! gij moogt niet spreken het zou u hinderen de dooier heeft het verboden. Gij zijt zwaar ge- woud maar het nauwkeurige zorg en diepe rust zult gij wel spoedig weer herstellen. Kom, koiu! ik zie aan uwe oogen dat gij ongeduldig zijt, om te weten waar gij u be- rindt 't is heel natuurlijk. Welnu, luister ian Mijn meester, dh Heer Dermelly, heeft i bijgestaan, toen gij door de kabriolet van len Graaf van Pranconard tegen de steenon waart gesmeten. Hij is altoos zoo Nog niet ianggeleden reed hij het kraampje van eene arme vrouw omver; maar deze liet hom al l et bedorvene betalen. Nu gaf hij zijnen be diende bevel, den fcanscben boel uit het slijk grabbelen, en acht dagen lang leefden zijne hare Frankiljonscbe cormiiten niet van de eerste leugen geborsten. Daarom moet dat eens goed onder zocht worden, want als bot een uitvin ding is, kan het niet eerloozor ter wijl, als hot waar is, het geen moeite zal kosten om de verraders te vinden die met don vijand omgang hebben. In naam van het Viaamscho volk vragen wij licht in deze zaak. Indien wij aandringen op dit onder zoek is hot omdat de Brusselsche pers zich van de huidige onthullingen der Flandre libérale meester maakt om, onder schijn van de activisten aan te vallen, heel het Vlaamsch program verdacht to makon. La Gazelle insinueert dat de Buit- schers wel bewezen hebben, slechte psychologen to zijn, maar dat ze zich wel kunnen bedriegen, wanneer ze onmiddelijk na den wapenstilstand eene regeering er zien aan denken het werk van von Bissing te Gent voort le zetten en woelgeesten een minimum programma zien eiscben dat naar be- stuurlylce scheiding voert. De Eloile neemt de uitlatingen, die het Gontscho blad in den mond van Duilsche revolutionnairen legt, als uitgesproken en voor klinkende munt aan en vraagt ook een onderzoek, in do boop van, met het activisme, de gansche Vlaamsche zaak verdacht te kunnen maken. De XX' Siècle maakt echter alle voorbehoud en is van gevoelen dat zelfs oproerige sociaal-democraten, als er van de zaak iets aan was, het kom- plot niet naar de vier windstreken zoudon uitbazuinen. Men vergisso zich niet ovor de drijf veren van onzo houding ten overstaan van de zoogenaamde onthullingen van do Flandre libéraleWij willen énkel welen of zij waar zijn, ofwel of wij hier te doen bobben met iets dat, inoest het eene uitvinding zijn, eene ware canaillerie zou mogen genoemd worden. DE SUIKERKWESTIE. Een Gentsch blad schrijft Een lezer-sui- lcerbakkcr klaagt erover dat hij geen suiker meer kan krijgen, cn <le suikerbakkersbond ook niet. Hij lieert te Zelzate getracht suiker te be komen, maar 't was onmogelijk. Men beeft hem geze/d^ Ga naar Gent bij Mijnheer X..., die heeft erdoor vergunning van M. Gaspard, 300 zakken bekomen, maai bij uiag hel u niet duurder rekenen dan 1,63 fr. want hij heeft het zelf maar 1,58 fr. be taald. Ik ben gegaan, zegt de lezer suikerbak ker, men was bezig met de 300 zakken sui- .er te lossen, maar ik kon geen enkele kilo bekomen. Suikerbakkers kunnen nu geen suiker meer krijgen vroeger, mochten ze ten hoogste 500 kilos in huis hebben hoe komt het dat er daar 30.000 kilos mogen zijn Nog iels in Kortrijk kan men suiker krij gen zooveel men wil, aan2.10 fr. den kilo. Hoe komt dat honden enkel van gcrstckoekjes. Mijnheer was eerst voornemens u slechts zoolang hier te houden, tot gij eenigzins hersteld zou zijn. Hij meende, dat wij uw verblijf wel zouden uitvinden, en dan konden wij uwe ouders waarschuwen want hij bevindt u reeds so- dert gisteren hier, mijn kind 1 Gisteren goede Hemel I en vader Ber nard en Manette Ach, welk een bebbelaae ïs dat f Er is geen middel, om hem tot zwijgen te brengen. Gij zult uzejven ergsr maken, mijn kir.d Ik zei dan toen mijnheer nadacht over de middelen, om uit te vinden, waar hij te huis behoorde, en men u ondertusschen uw vest uittrok, dat geheel met bloed bemorst was, ontdekte hij een portret, dat aan een lint om uwen hals hing. |Zorxlra hij er zijne oogen op gevestigd had, gaf hij een schreeuw van verbazing, en maakte zich toen van het afbeeldsel meester, eer ik er een enkelen blik op kon werpen. Het moet inderdaad een stuk van zeer groote waarde zijn want mynheer is in 't geheel de man niet, om zich door een vod te |laten innemen. Hij bejoonde zijns hoogste verwondering, dat hij zoodanig iele bij u vond, en riep gedurig lïoe komt hij cr aan Waarom draagt hij het op zijn hart en duizeud andere dingen meer. Hij poogde reeds op do plaats zelve u te ondervragen maar, mijn arme jongen l gij waart op verre na niet in staat, om hem eenig antwoord te «even. Eindelijk besloot Mijnheer, u in zijn eigen te doen plaatsen, en hij heeft verklaard dat gij hem niet verlaten zult, alvorens gij volkomen hersteld zijt. DE ROTS DER HOPE. Jezuc is de rots der hope, Zalig die op Hem betrouwt f Wio verlossing wacht van elders, Heeft zrju huis op zand gebouwd. Hfl. mijn Heiland en Verlosser, Is de ware levensbron, Die, door sterven on herleven, MU den Vador beeft hergeven En het vaderland herwon. Die Hem heeft, heeft alle dingen 1 Schuldvergeving, vrode, kracht, Licht en zegen allerwegen, Vreugdespalmen in don nacht. Hemelvoorsmaak orjder 't lijden, Englenbiijdschap ia 't verschiet. En een oog dat reeds beneden 't Paradijs der zaligheden Achter 't graf ontsloten ziet t Als wij eens daar boven komen, Wordt ons stoorloos heil gegund Maar van alle hemelweelde Blijft ons Jezus 't middenpunt. *t Is de slotsom aller hymnen. Eens weergalmend door't heelal Van het Ivruis tot in de Glorie, Blijft Hij 't eeuwig, «enig Al I J. J. L. TEN KATE. HET HOUTEN BEEN... Het beheer van het munthotel van Enge land, stelde sinds eenigen tijd vast, dat er op geheimzinnige wijze gouden staven verdwe nen, ondanks het personeel telkens bij Let verlaten der werkhuizen zorgvuldig onder zocht werd. Een der werklieden, een invalied die in den oorlog een been verloor en thans een houten been draagt, had de aandacht van een gebuur op zich getrokken, door zijne handel wijze. De gebuur bad bemerkt, dat telkens de invalied 't huis kwam, hij zich naar zijnen hof begaf en daar iets in den grond dolf. Zulks was weldra in de buurt geweten en zoo kwam het ook de policie en hel beheer van het Munthotel ter oore. De verminkte werd bij het verlaten dei- werkhuizen onderzocht, doch niets werd op hem gevonden. Men volgde hem naar zijne woning en daar kwam de zaak aan 't licht. Toen de policie er binnen trad, was hij bezig zijn houten been los le vijzen er kwam eene staaf goud uit te voorschqn. Opzoekin gen werden gedaan in den hof en men vond ervoor meer dan twintig duizend pond ster ling goud verborgen. Een waggon munitie ontploft 3i>ij Doornik. Twee doodsn Twee gekwetsten Sinds eenigen tijd isdc dienst der buitinza- mcling, bezig in de vormingstalie van Vaul* bij Doornik, de munitie, welke aldaar opge- gestapeld ligt we te voeren. Vrijdag morgend rond 10 ure, had eens klaps eene geweldige ontploffing plaats, waar door de waggon in splinters geslagen werd. Dadelijk snelde men de vier werklieden die in den waggon aan den arbeid waren ter hulp. Ongelukkiglijk vond men cr nog slechts twee levend. De andere waren aan stukken gerukt. De twee gekwetsten werden dadelijk naar het krijgsgaslhuis van Doornik overge bracht. Hun toestand is zeer bedenkelijk. Uit het onderzoek, dadelijk geopend, is gebleken, dat alleen eene kist, 6 obussen van 75 mm. inhoudende ontploft is. Zulks legt uit, waarbij het komt dat er niet meer slachtoffers zijn. De gedooden zijn A. Dalbart, 45 jaar oud, gekuwd en vader van vijf kinderen, en A. Dumont, 26 jaar oud, ongehuwd. De gekwetsten zijn L. Fieurquin, 52 jaar oud en A. Dubrunfaur, 39 jaar oud. Deze laatste is van Antoing, de drie anderen van Doorn ijk. Het parket is ter plaats geweest, evenals verscheidene officieren van den inzamelings- dienst. Bij het einde van dit verhaal bracht ik mij ne hand aan mijn hals, on miste het portret, dal ik.sedert mijn vertrek uit de ouderlijke hul altoos bij mij gedragen had Mijne oogen vulden zich met tranen, en ik riep met eene zwakke slem Mejuffrouw, geef inij een af beeldsel weder ik smeek het u Heb ik u niet gezegd, kind, dat Mijnheer het heeft Zeker, hij zal het niet houden wees maar niet bang Wat zijn die kinderen altoos wantrouwig Doch daar is Mijnbeer zelf, voegde zij er bij, en op hetzelfde oogen blik trad een heer van acht-en-twintig of dertig jaar, van een vriendelijk en innemend voorkomen, het vertrek binnen. Ik herkende hem terstond voor denzelfden persoon, die zich op deu Boulevard over mij been gebo gen had. De Heer Dermilly was, gelijk zijne huis houdster te recht had aangemerkt, een schil der van den eersten rang. Hij was builendieo een goedhartig man, en stelde een belang in het gevondene portret, zoowel als in het oor spronkelijke, dat geheel ten mijnen voordeele uitliep. Ik geelde hem. terwijl hij voor mijn bed zal, mijne gansche geschiedenis mede hij luisterde met groote oplettendheid, en scheen in alles, wat ik zeide, zeer veel be lang te stellen. Hij was getroffen door de wijze, waarop ik hem mijne droefheid over het verlies van mijn broeder afschetste en toen ik hem van vader Bernard en Mannette verhaalde, riep hij uit Brave man 1 Goedhartig volk Maar het afbeeldsel, dat gij om uw hals droeg, vervolgde hij, hoe zijt gij daaraan gekomen De indruk in het Vatikaan ROME, 12 Maart. Het neerleggen in de Franse! e Kamer, van het wetsontwerp be trekkelijk heteraanknoopen der diplomatische betrekkingen met het Vatikaan, is te Rome met levendige voldoening begroet. Reeds wordt de naam van M*r Cerrelti ge noemd, als de vermoedelijke gezant te Parijs. De medewerkers van Le Matin te Rome, meldt het volgende over eene verklaring welke Paus Benediktus XV deed bij de ont vangst van eene Fransche personaliteit - Onzen goeden wil is klaar en duidelijk. Wij zouden ons zelfs vergenoegen met een zaakgelastigde, doch zqu het betamen dal Frankrijk, deoudsto dochter der Kerk, slechts een zaakgelastigde zond, wanneer de kleinste Zuid-Amerikuansche Republiek een gezant heeft Toen de II. Vader vernam dat het wets ontwerp in de Fransche Kamer neergelegd was. nep hij uit: Deze oplossing is waar dig san een groot laud 1 Le Matin voegt er nog bij, dat alhoewel men er op rekende dal de betrekkingen zou den hernomen worden, men toch verwonderd was, daar men niet hoopte, dat het zou ras zou geschieden. In Frankrijk De bijzonderste partijleiders zijn het eens, om te verklaren, dat in het huidi e oogen blik, een Fransche gezant in het Vatikaan veel goeds kan verwekken. De bladen der uiterste linkerzijde vallen thans het ontwerp aan, doch zij staan alleen. De radilcale bladen schrijven nog vóór, noch tegen, doch alle andere bladen, tot welke sezindheid zij ook behooren, zijn voorstaan ders van het ontwerp. Een intervieuw van Mgr. Baudrillart. Mirr. Baudrillart, geïutervieuwd door een medewerker van Le Gaulois dringt erop aan, dat het afbreken der diplomatische betrek kingen met het Vatikaan, aan Frankrijk zulke groote schade veroorzaakte, namelijk in Spanje, alwaar de katholieken zulks dikwijls te.-en eris uitbaatten. De moeilijkheden welke wij, ondervonden, om ons in Spanje te bevoorraden en bet ge mak dat er aan de Duitscbe propaganda te beurt viel, worden door deze afbreuk vol doende uitgelegd. Mgr Baudrillart wenschl het gouvernement geluk, omdat het den slechten raad niet volg de van dezen, die enkel tijdelijke vertegen woordigers zouden willen zien. Onze bestendige vertegenwoordigers znllen d« noodlottige en venijnige propagande der Centraalmachten weten te keer le eaan en onschadelijk te maken, ou aldus Frankrijk wreken over den laster enz. zoolange jaren tegen ons verspreid. 0« inbraak in het Mausoleum te Chertottenturg De policie maakt eenige bijzonderheden bekend over den inbraak in hel Mausoleum te Charlottenburg. Van het uniform, waarin het lijk van her tog Frederik I was gehuld, werden de epau letten en de knoppen afgetrokken. Daarop had men getracht de handschoenen van den doode uit te trekken om ringen te zoeken. Toen dit niet ging, braken de dieven de rechterhand af en wierpen haar, toen zij geen ringen vonden, terug in de kist. Zij doorsta ken de linkerhandschoen met een mes om te Hebt gij het gevonden Heeft iemand het u gegeven Verhaal mg de waarheid, mijn jonge vriend gij kunt niet beseffen, hoe veel belang ik er in stel, om alles te weten. Ik deelde hem nu terstond mede mede, hoe de reizigers eene schuilplaats bij ons eene schuilplaats hadden gezocht. Ik sloeg niet eene bijzonderheid over, betreffende den edelman, zijn bediende, en het kleine, slapen de meisje. Hoe verder ik kwam, hoe meer ik getroffen werd door de uitdrukking van ge noegen en teederheid, welke zich door dui delijk in zijne oogen vertoonde, die strak op mij ucvestigd bleven. Doch toen ik hem ver haalde van de wond die vader bij zijn nach- telijken arbeid voor Mijnheer den Graaf beko men had, en dat hij hiervoor, en voor zijne zelfopoffering bij het tegenhouden van het rijtuig aan den rand des afgronds, van den man gecne andere belooning ontvangen had, dan eene kleinigheid in geld, kon de jon/e schilder zijn misnoegen niet langer onder drukken. Hij sprong van zijn stoel op, en liep als een bezetene door het vertrek rond, uitroepende —Is het mogelijk Welk een hardvoch tig man Welk eene ondankbare ziel Dierbaarste Carotine En is dal de man, aan wien gij u moest verbinden Zonder den vader van dit kind zoudt gij uwe dochter, uwe Adolphine, verloren hebben als hij thans uit den hemel zijne oogen op zijn zoon kan vestigen, dan zal hij detcn de belooning zien genieten voor zijne eigene merischlie- vendlieid. Ja, mijn lieve jongen Ik zal zorg voor u dragen gij zult mij nooit meer verlaten, zien of daar misschien ringen onder waren. Ook de handschoenen van hertog Eduard werden uitgetrokken. Toen zij bij dezen doode ook geen ringen vonden, rukten zij hem het Johanniterkruis van de borst. De medalie was echter vastgenaaid, en die die ven scheurden met zoo'n geweld, dat de knop pen er af sprongen. Dit kruis en enkele an dere medalies was alles wat de dieven in den gralkelder aan voorwerpen van waarde heb ben gevonden. De walgelijke handelwijze dezer lijkschen- nors herinnert ons het onmenschelijk optre den der Duitscbers tijdens hun gruwelen in België. Nieuwe diefstallen op een kerkhof te Berlijn Niet alleen breken de dieven tegenwoordig de grafkelders open, maar ze ontzien zich evenmin de monumenten op de graven te nernielen en bet metaal er van mede le nemen. Van het St-Pauluskerkhof te Berlijn is een 300 kilos zwaar bronzen monument gestolen. Op andere plaatsen werden metalen urnen, kettingen, vazen en andere ornamenten los geschroefd of afgebroken en medegenomen» Kan het duur leven verminderen zoo vraagt een der socialistische hoofdmannen van Aalst, in een schrift dat heel de stad rond gedragen werd en voor titel draagt Het duur leven en de socialisten met Minister Wauters. Zoo vraagt daarin de roode hoofdman, en hij Antwoord Ja, wanneer de socialisten zouden meester zijn, ofwel wanneer bet idéé der Werkliedenpartij zou ten uitvoer gebracht worden. Stout gesproken is half gevochten zegl hel alou&e spreekwoord. Doch half gcvoch- teu, dat is toch niet heel gevochten 1 Al wie oogen heeft, die moet ze begiunen opentrekken en moet ze bezigen om te zie»,- nauwkeurig te zien. Zijn de socialisten niet meester, volkomen meester geweest op het gebied der bevoot ra ding in ons land, sedert November 1918? En toch is de levensduurte van week tot week gestegen En hunne gezagvoerders hebben toch wel het socialistische idéé trachten ten uitvoer le brengen/lis le zeggen, dat zij de bandelaars, zoo groote als kleine, tot zelfs de kleinste winkeliers, hebben aan ijzeren banden ge legd, en aan den landbouwersstand al de schade en het nadeel hebben toegebracht, dat maar denkelijk is geweest, ingezien de om standigheden. Maar, antwoort de roode schrijver mis- schien, al onze ministers zouden moeten socia list zijn, dan zou het heeten meester te zijn l Goed roode jongen gij wilt dus zeggen: volkomen meester zijn. En zou dan het duur leven verminderec in ons land. Laat ons eens een blikje werpen op andere landen. Daar zijn landen, inderdaad, waar het volk, verblind door al de aardigheden van den grooten wereldoorlog, gedacht heeft dat het zijne redding zou gevonden hebben bij de socialisme en daarom de socialisten volkomen meester van bet iiestuur heeft ge maakt. Zulke landen zijn Rusland, Oosten rijk en Hongarije. En hoe heeft het in die landen gegaan, onder dat roode bestuur Vooreerst in Rusland Het is onnoodig er van te spreken, elk weet, dat nog nooit, zoolang het menschdom bestaat, een land zooveel geleden heeft als het ongelukkige Rusland ouder het roode bestuur, dat aldaar wel heel en gansch baas Bij deze woorden omhelsde de goede heer mij, en mijn wond vergetende, drukte hij mijn hoofd tusschen zijne handen. De hevige smart perste mg een schreeuw af, en de jon ge schilder was zelf door zijne onbedacht zaamheid getroffen. Ik neem voor, sprak hij, als een vader met u te handelen, en dit is het begin ik vergeet uwe wond l O, 't is niets, mijnheea maar ik had gaarne terug Wat mijn vriend Het portret, dat ik bij iuij had ik heb moeder plechtig beloofd, het aau iemand dan aan den rechten eigenaar te zullen overgeven. De Heer Dermilly beloofde mij, dat ik hel genoegen zou hebben het terug te geveu, niet uan den leelijken Graaf, maar aan het bekoorlijk origineel zelf. Hij zond eene bood» schap aan Bernard en Manette, om hen te onderrichten, waar bun kleine gast zich be vond, en zeide mij vervolgens, dat ik moest trachtten een weinig rust te nemen. Slapen was mij tRlusschen onmogelijk, fk was zoo zeer vau verwondering opgetogen over alles, wat mij gebeurd was, en over de vriendschap, welke de schilder mij beloonde, dat ik vruchteloos de rust zocht in het fraaie ledikant, waarop ik zoo aangenaam lag uit gestrekt, Deze Heer zal recht vriendelijk lo gen mij zijn hij zal wy, om den w rïle van het portret, altoos bij zich houden. Wel mocht mijne moeder zeggen, dat hel mg geluk zou aanbrengen Maar Bernard en Mancue Zal ik deze dierbare vrienden moeten verla ten (Vervolgt.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1920 | | pagina 1