12
Ministerie van Landsverdediging
Os Poslscli-Rnssisclie oorlog.
Donderdag
Oogst 1920
Kerkstraat, 9 en 22, Aalst. Tel. 114
XXVI' JAARGANG NUMMER 177
DAGBLAD 7 CENTIEMEN Uitgever; J. Van Npffbl-De ObndT
Publiciteit buiten hrt Arrondissement Aalst, zich te wenden tot het Agentschap Havas,8, Martelaarplein, te Brussel8, Place de la Bourae, ParijB en 6, Bream's Buildings Londres E.G.4.
H. Clara
Zon op 4,51onder 7,20
Nieuwe Maan den 14
De heer Janson, minister van Na
tionale Verdediging, heeft Zondag te
Doornijk gesproken in den Liberalen
Vooruitstrovenden Kring en heeft et-
de verschillige zienswijzen onderzocht
welke in do liberale partij vooruitgezet
en verdedigd worden.
Eene krisis, zegde hij, zou zeer erg
zijn, en nochtans, ze kau alle oogen-
lilikken uitbreken.
Het ergste is de financieele kwestie.
Wij hebben 22 miljard schuld, te
gen 4-5 miljard voor den oorlog we
bezitten wei 7 miljard mark maar we
kunnen die aan 1,25 fr. niet te gelde
maken.
Wij hebben eene begrooting van
2 miljards in plaats van 600 tot 700
miljoen dus drie maal zooveel,
waarvan ongeveer 800 miljoen voor
het leger noodig zijn.
Leeningen uilschrijven dat gaat niet
meer, en nochtans, voor Nieuwjaar
moet het Gouvernement 5 miljards
hebben om te kunnen betalen.
Daar is niets aan te doen het Gou
vernement moet dat geld hebben.
Alle jaarwedden moeien schrikke
lijk verhoogd worden wie geene
verhooging krijgt dreigt met werksta
king.
De geldkwestie overheerscht alles.
Mon zegt ons, verlaat de regeering!
't Is eerder gezegd dan gedaan.
Zoudt ge willen dat ik er vanonder
trek omdat de toestand moeilijk is.
Ten andere alle partijen hebben
tot hunno voormannen zóó gesproken.
Er zijn socialisten die zouden willen
dat de socialistische ministers er uit
trekken,en er zijn katholieken dia aan
M. Delacroix verwijten dat hij minis
ter blijft.
Indien wij, liberalen, het ministerie
verlieten, we zouden zeer sterk zijn,
we zouden raad geven alhier en aldaar
't Zou wonderschoon zijn.
Een ministerie van zaken, met
monscben zonder politieke denkwijze,
is onmogelijk. liet zou geen 8 dagen
duren of men zou zeggen die is libe
raal, die is katholiek, die is socialist.
Verleden jaar wilden sommige libe
ralen samengaan met de socialisten.
Hadden we dal gedaan we zouden
verzopen zijn En degenen die dan
met de socialisten wilden samen gaan
klagen nu over de socialistische over
drijving.
Naar hot liberaal kongres van Oc
tober moet go gaan.
We zullen misschien niet meer in
het ministerie zetelen.
Er zijn zooveel kwestiën op welke
er eene krisis kan ontstaan
Er zijn liberalen die zouden willen
zien dat wij enkel eene partij van op-
positie zooden zijn. Denkt ge dat zulks
gemakkelijk is 1
27" Vervolg.
Ik weet wat gij gedaan hebt zeide
Dulex zacht, toen hij de handen van Lap-
pellier drukte, gij meent het goed.
Ik hoopte op benadiging.
Geef elke hoop op, mijn vriend, ik zal
morgen sterven. Hebt dank, hartelijk dank
voor uwe bewijzen van deelneming, van
vriendschap, ging Dulex voort, en drukte de
hand van Lappellier gij zijl een vriend, die
mij in mijne moeiclijke uren hebt gesteund,
moge de hemel er u voor beloonen. Luister
naar mijn laatsten wil.
Dulex wenkte den op eenigen afstand staan
de geestelijke.
Ik verzoek u bij mij te komen, eerwaar
de vader, zeide Dulex, gij kunt mijn laatste
geheim, hooren.
De geestelijke kwam naderbij. Eene indruk
wekkende stilte heerschte in de cel van den
veroordeelde. Het was donker geworden. De
opzichter bracht twee brandende kaarsen en
plaatste die op de tafel, waarop een openge
slagen gebedenboek en een Christus beeld
lag
Morgen zeide Dulex zal ik mijne oogen
voor altijd sluiten, met de dood voor oogen
zal geen leugen over mijne lippen komen. Ik
ben onschuldig tot de galeien veroordeeld.
Ik ben graaf Lodewijk Monlpellier, ik ben
-bet die mijn oom tot zijn erfgenaam heelt
benoemd. Oe bedriegers hebben gezegevierd
zullen zich verheugen ais zii hooren dat
De liberalen zjjn verdeeld 1 Zouden
wij beter't akkoord zijn als niemand
onzer minister zou zijn MM. Van
IloegaerdenenStrausszijn mijne vrien
den, maar M. Van Hoegaorden is een
Manchesteriaan die nog in de huidige
beschaving is overgebleven. Hot pro
gram van M. Strauss kan ik niet aan
nemen,
In zake taalkwestie zijn we in twee
verdoeld.
We moeten eerst zorgen dat België
bevrijd blijft van anarchiezonder
orde en vrede is er voor niemand niets
te doen, zelfs niet in de oppositie.
i-
Het laatste wat de lieer Janson ge
zegd heeft is volkomen waar.
Voor het overige heeft hij zeer wol
den toestand van verdeeliugenonmacht
der liberale partij afgeschilderd
Meteen heeft hij ook doen zien in
welken afgrond van schuld de Bel
gische regoeringswagen zit.
België zou volkomen vergoed wor
den, zeiden binst don oorlog de patrio-
tards die hunne zakken vulden en nog
vullen België zou rijker en schoo
ner worden dan ooit të voren dat
zwoeren ze.
Do Belgen kunnen er reeds van mee
klappen en 't is nog maar een begin
Jerusalem, 25 Juli 1920.
Bïotc vriend Jan
Op 30 Juni is den grooten Jood Samuel
Herbert in Jerusalem aangekomen als gouver
neur van Palestina, baar men goed wist dat
hij noch van Christenen of Muselmanen goed
gekomen was had men dag en uur zijner
aankomst geheim gehouden. Er was dus
geen de minste beweging in de slad. Aan de
statie waar hij rond 3 uren aangekomen is
wachtten hem de Engelsche soldaten af om
met bajonet op geweer en omringt van mi-
trailleuzen hem naar zijne woning te geleiden.
Hij nam' plaats in eenen geblindeerde auto
mobiel en van aan de statie tot op den
Olijfberg waar hij zijne woonst zal hebben
was de weg versperd met soldaten. De stads
poorten waren bezet en niemand mocht de
stad uit.
Wat een.groot verschil met 15 Juli.Gar.sch
de katholieke bevolking was er in rep en
roer, om hunnen beminden Bisschop Louis
Barlassina na eene afwezigheid van drie
maanden als nieuw benoemd Patriarck van
Rome terugkwam en zijoe plechtige intrede
deed in Jerusalem, 't Is daarom dat] de Kat
holieke bevolking van Jerusalem jubelt, want
reeds als Bisschop had zich Louis Barlassina
doen kennen als ijverige Herder en vrome
Kerkvoogd. Om half twee kwam de trein aan.
Daar werd hij ontvangen door den Generaal
Vicarius Mgr. Fellinger, omgeven van het
Patriarchaals kapittel; door den H- E. P.
Custos van het 11. Land, door de Qversten
van verschillige kloosterorden, door afgevaar
digden van de Engelsche regeering, door den
Franscben cn Spaanschen Consul, en door
eenige afgevaardigden van Jerusalems katho
lieke bevolking. Bij deze gelegenheid had
men eene tent aan destatievoor hetonlvangst
opgeslagen. (Beeld u niet in dat er aan de
statie van Jerusalem hotels of huizen te zien
zijn, hier ziet men niets dan rotsen en dalen,
ik, als een nietswaardigen misdadiger op het
schavot ben gestorven, maar er leeft een, God.
Hij zal straften en wreken. In Zijne handen
geef ik mijn recht en mijn kind Hij zal ook
zonder mij de schuldigen treffen, als hunne
maat vol is, als hun uur geslagen heeft, en
dan zal mijne arme, zwaar beproefde dochter
Engeline, die nu het kind van een galeislaaf
is, voor de zware beproevingen, door den
algoedc God beloond worden.
Ik geloof dit even zeker als gij, graaf
Monlpellier, zeide de geestelijke. De Almach
tige waakt over ons. In Zijne machtige hand
kunt gij getroost uw recht neerleggen, op
aarde is vooru geen geluk geweest, maar
vergeet niet, dat het beter en zaliger is, om
onrecht te lijden dan onrecht te doen, want
hoewel de menschen uw recht niet hebben
erkend, Gods oog ziet alles en kent de waar
heid 1 Bidt met mij.
Ik wil daaraan voldoen, goede vader,
veroorloof mij nog afscheid van dezen man te
nemen, die mij trouw ter zijde heeft gestaan,
antwoordde Dulex en wees op Lapellier, die
voelde dat zijne oogen zich met tranen vul
den, ik zie u nooit weer mijn vriend,
morgen vroeg slaat mijn laatste uur. Een ver
zoek nog voor wij afscheid nemen. Gij zijt
spoedig vrij en zult dan dit vreeselijk verblijf
verlaten, om weder met eere in hel leven te
rug te treden. Brong mijne dochter, wier
verblijf gij weet, mijn zegen, het is de laatste
groet van een tot de dood veroordeelde.
Staat mijn kind bij, mijn vriend, gij zijt een
man met een rechtschapen hart. Misschien
zal het mij ontroofde testament gevonden en
geen huis of kluis is er in den omtrek.) Om
half vier vulde zich het Patriarchaat met
kloosterlingen van alle Ordens en Congrega
ties hier in Jerusalem vertegenwoordigd.
Daar zag men nevens de bruine pij der Zonen
van den H. Franciscus die in groot getal
tegenwoordig waren, onze Belgische Bene
dictijnen van Maredsous, de E. E. Paters
Dominicanen, de witte Paters, de Paters As-
somptionislen, de Paters van Sion met hun
ne studenten, de Broeders der Kristelijke
scholen, de Broeders van den H. Johannes
de Deo, en eeri heel aantal zusters van ver-
schilligeCongregatien met hunne pensionnai-
res. In het Patriarchaat zetten zich allen in
processie en zoo ging men lot aan de Jaffa
poort waar men de Patriarch afwachte.
Na eenige minuten wachten komt hij aan.
Hij was in pontificale gewaad en mijter. Daar
weeNtlinken op eens de machtige toonen van
den (i Benedictus aangeheven door het koor
dor E. E. Paters Franciscanen, terwijl alle
klokken volop luiden. Zoo gaat men proces
sie gewijze tot aan het Heilig Graf. Daar
heft weer het koor der E. E. Paters Francis
canen den lofzang Te Doutn - aan terwijl
de Patriarck op het II. Graf bidt. Na den
lofzang Te Deum neemt Z. Ex. de Pa-
triaarekplaats op zijntroonen leest zijn secre
taris de Bolla zijner benoeming.
Dan stond de Generaal Vicaris Mgr. Fel
linger op en heette den Patriarck op indruk
wekkende wijze welkom. - Ja zij de spreker,
Rijken en Tronen zijn omgevallen, de kerk
Gods blijft in eeuwigheid en de poorten der
hel zullen haar niet overweldigen. De kerk
van Jerusalem is beproefd* maar God zal met
haar blijven en met haren Herder
Op deze rede antwoorde de Patriarck met
woorden van dankbaarheid, on dankte op
eene bijzondere wijze de E. E Paters Fran,
ciscanen die op zulke opofferende manier de
heilige plaatsen sedert zeven honderd jaren
bewaren. Dan sprak hij nog een woord van
dank uit voor alle kloosterorden, die ieder
op hunne manier hier het goede doen en het
woord Gods verkondigen, alsook aan de ver
tegenwoordigers der verschillige naties. Daar
na had de handlcussing "plaits, waarna men
naar de kerk van het Patriarchaat terug ging
waar nogmaals,een plechtig koor plaats vond
en het Ecce Sacerdos uitvoerde dat deze
plechtigheid besloot.
Uw Vriend
B. G. B.
Bericht aan da gehuwde miliciens der
klas van 1913.
De Wet van 15 November 1919 heeft den
Minister van Landsverdediging gemachtigd
den werkelijken diensttijd der gehuwde mi-'
liciens, icier huwelijk op 15 Juli 1019 vol
trokken was, te verkorten door bun verloven
zonder soldij te vergunnen.
Deze miliciens zuilen enkel bij de infante
rie, bij de genie der legerafdeelingen of bij
het zwaar geschut ingelijfd worden.
Anderzijds worden de gehuwde miliciens,
wier huwelijk voltrokken werd na 15 Juli
1919 en die geen aanspraak kunnen maken
op verkorting van diensttijd, verdeeld onder
al de korpsen en diensten, uitgezonderd de
ruiterij en de bereden artillerie.
Dientengevolge werden al de gehuwde
miliciens der klas van 19IS verzochten dat
in hun eigen belang, aan den Bevelvoerder
der Legerafdecling tot dewelke zij aangewe
zen zijn, zonder uitstel een uittreksel van
hunne trouwakte te doen geworden, daar
deze overheid onmiddelijk de recrulen dier
klas moet verdeelen onder de korpsen en
diensten
De Provincie-bevelhebbers, de Arrondis-
sementskommissarissen, de Plaatskomman-
de bedriegers ontmaskerd worden, misschien
gelukt het door uwe medehulp mijne dochter
in hare rechten te herstellen.
De beide mannen ontkiemden elkander, het
was treffend om te zien, hoe de gevangenen
een laast afscheid namen.
Lapellier weende, de ernstige man kou in
dit oobenblk zijne tranen niet weerhouden,
ook de geestelijke pinkte een traan uil het
oog.
Een- laatste handdruk, toen scheiden de
gevangene. Lapellier werd in zijne cel terug
gebracht, in die van den veroordeelden tra
den twee gewapende opzichters. Een van hen
was Mercurent, hij had zich vrijwillig voor
dezen dienst aangeboden, om er voor te wa
ken, dat niet weder iets met den gevangene
zou gebeuren.
Dulex lette niet op den brutalen opzichter,
die 7i<ili gemakkelijk eh onbeschaamd aan de
tafel plaatste hij verwaardigde hem met
geen blik. De geestelijke scheen door het ge
drag van Mercurent onaangenaam aangedaan
te zijn, daar hij hem te kennen gaf, dal zijne
plaats niet bij de tafel, maar op de bank, aan
de zijde van den anderen opzichter Was.
Ik blijf hier zitten, om beter te kunnen
oppassen, zeide Mercurent op ruwen loon, ik
weet wat mijn plicht is.
Gij hebt hier aan de tafel niets te doen,
opzichter, gaat naar uwe plaats, beval de
geestelijke.
Mij heelt niemand iels te zeggen, dan
de heer commandant, doet wat gij wilt, ilc
blijf was het onbeschaamd antwoord van
Mercurent.
danten alsook de distrikt- en kantónbevel-
hebbers bij de Rijkswacht kunnen den
miliciens inlichtingen geven nopens de leger
afdelingen tot dewelke zij aangewezen zijn.1
Wij herinneren er aan dat de commando's der
Legerafdelingen zich op volgende plaatsen
bevinden
Commando der 1° Legerafd, te Gent.
2® te Antwerpen,
i» 3" te Luik.
m 4® te Namen.
5° m te Bergen.
G* te Brussel.
Oe opening der Jacht.
In strijd met de verwachting der jagers
dat de jacht op 21 dezer zou opengaan is de
dag daartoe op 28 Augustus om 7 ure 's mor
gens bepaald. Men zal mogen jacht maken
op patrijs, snep en kouijn. De jacht op de
hazen zal slechts 18 dagen later opengaan.
Voor den oorlog waren wij luim 10.000
herten rijk wij hebben er thans slechts noj
1.000.
Alles laat voorzien dat de jacht in Belgie
mager wezen zal. Nog hebben de Duitschers
ons de hazen, reeën en fazanten niet ge
stuurd, die zij ons zenden moeten volgens
het pi ogramma van de kommissie tot herstel.
Maatregelen tegen Rusland.
De bijzondere medewerker van Ilavas
agentschap te Hylhe meldt
De Engelsche en Fransche kabinetsover
sten hebben samen eene reeks maatregelen
opgesteld, om drukking uit te oefenen op het
gouvernement der sovjets.
De maatregelen zullen echter slechts ten
uitvoer gebracht worden, nadat aan het
gouvernement der Sovjets eene laatste gele
genheid geboden wordt hunne goede ge
voelens ten opzichte van Polen te veropen
baren.
Indien de Bolschewisten Woensdag 11®
Oogst aan Polen redelijke voorstellen doen,
dan zullen de verbondenen zulks aanzien als
blijk van toegeving en dan zal ook de hou
ding der verbondenen daardoor gewijzigd
worden. In tegenovorgesteld geval, zullen
de verbondenen de noodige veiligheidsmaat
regelen nemen.
De Vereenigdc 8lalen en de onzijdige
naburen van Rusland (Zweden, Noorwegen
cn Denemarken) zullen verzocht worden aan
Rusland niets meer te zenden, 't zij grond
stoffen, levensmiddelen, materiaal, munitie,
enz, en aldus de verbondeneo te helpen in het
bestrijden der Bolschewisten. Desgevallend
zullen de verbondenen ook een beroep doen
op Duitschland om ook te lande de Bolsche
wisten af te zonderen van de buitenwereld.
Een andere maatregel zal bestaan in liet
inrichten van een verdedigingsfront bij mid
del der Stalen welke van het oude Rusland
afgescheiden zijn, namelijk Lettonie, Lithua-
nic, Caucasus, Azcrbeidjan, enz.
Het lager van generaal SYrangel, dat reeds
door liet Fransch gouvernement ondersteund
werd, zal nu ook door het Engelsch gouver
nement gesteund wordenEngeland zal
oorlogsmateriaal zenden.
Het spreekt van zelfs dat ook Polen zal
gesteund worden. Zelfs indien den pas van
Dantzig afgesneden werd door de Bolsche -
wisten, zou er hulp kunnen gezonden worden
langs Tcheck-Slovakkie.
Voor het oogenblik is er geen spraak van
het zenden van Engelsche ot Fransche hulp
troepen. Niets zegt echter dat zulks binnen
kort niet zou geschieden. Blijven de Bolsche-
wisten echter in hunne halsstarrigheid vol
houden. door zich onverzoenbaar te toonen,
dan zullen Kamenew en Krassine verzocht
worden Londen te verlaten.
De geestelijke was door de brutale handel
wijze cn woorden van den opzichter zoo ver
stoord, dat hij de cel verliet en zich naar den
luitenant begaf, die het opperbevel voor den
nacht en den volgenden morgen had.
Een oogenblik later keerde de geestelijke,
gevolgd door den luitenant in de cel terug.
Opzichter Mercurent, zeide La Roche,
want hij was de luitenant die de wacht had,
wat moet uwe ruwheid belcekenen Wilt gij
weder onder de gevangenen teruggebracht
worden, uit wier midden gij uit genade en
om uw vroeger goed gedrag genomen zijt
Mercurent trilde bij deze bestraffende woor
den en zijn gelaatskleur veranderde van
gramschap.
Ik doe mijn plicht, antwoordde hij met
bevende stem, de geestelijke heeft mij iets te
bevelen.
Sta op, als gij tol mij spreekt, riep La
Roche en trad op den opzichter toe, van de
tafel, vertrekt dadelijk uit de cel.
Dat was voor Mercurent te veel. Hij wilde
tot geen prijs de gevangene verlaten. Hij
stond slechts op, om met trotsche schreden
naar de bank te gaan, waarop de andere op
zichter zat.
Uit de cel herhaalde La Roche.
Hier is mijn post, de commandant heeft
mij hier geplaats, en hier zal ik blijven.
Maar nu was het geduld van den luitenant
ten einde.
Gij gaat wegens weerspannigheid naar
de cel boven, en de deur opende riep bij:
Wacht breng den opzichter voor vier en
twintig uur in de arrest.
MM. Lloyd George en Millerand hadden!
ook reeds aan den Volkerenbond gedacht,-'
ten einde dezen te verzoeken het. Poolschl
Russisch geschil te regelen, doch men mpestj
van het ontwerp afzien, daar men overtuigd]
was, dat de Volkerenbond nog de noodige
middelen tot werking niet heeft.
Vojrstellen van Kamenew
Men verzekert, dat Kamenew volgende!
voorstellen gedaan heeft aan de Fransch
Engelsche conferencie.
le Het gouvernement der Sovjets zou de,
schulden herkennen, door het gouvernement
van den czaar jegens Frankrijk aangegaan.'
2* Het gouvernement der Sovjets zou een®
conferencie der verbondenen met vertegen.'
woordigers van Rusland aannemen.
3® De roode troepen zouden zich buiten de;
grenzen van Polen terugtrekken.
4'Generaal Wrangel en zijn troepen zou-j
den kwijtschelding krijgen op voorwaarde',
dat zij Rusland zouden verlaten.
Volgens de Londensche bladen, zou Katne-;
new aangeboden hebben, de kwestie derj
Russische schuld te Parijs met M. Millerand{
te gaan bespreken.
Voor de kwestie van het terugtrekken dei*i
Roode troepen uit Polen, wordt enkel alsf
voorwaarde gesteld, dat de verbonden zouden!
ophouden de troepen van generaal Wrange!
te steunen, [die overigens onverlet zou ge
laten worden.
Poolsch legerberlcht.
Vijandelijke afdeelingen blijven druk uity
oefenen op onze strijdkrachten aan de spoor
baan in de richting van Mlawa. Deze afdeelin-!
gen konden Chiechanow binnendringen, doch
werden later teruggeworpen.
Tusschen de Boug en de Narew is de teeW
stand onveranderd.
Ten Oosten van Siedluie worden onze;
afdeelingen hervormd.
Ten Noorden van Brody tracht de vijand
vruchteloos in westelijke richting door te
dringen. -
Tusschen de Strypa en de Serelh, in de
buurt van KoktkowiceinKozackskow werden,
vijandelijke afdeeliugen verdreven.
Het roode leger.
Militaire experten verklaarden dat bet
Roode leger geenszins eene reusachtige storm-
golf is welke Europa wil verpletteren.
Honderd vijftigduizend goed geoefende eti
goed aangevoerde soldaten zouden aoldoenda
zyn, om hen hot hopftf te bieden.
Nog andere voorstellen
M. Lloyd George verklaarde in de Ge<*
meentenkamer dat hij van Kamenew eem
dokument ontvangen had, bevattende de.
voorwaarden der Bolschewisten voor het;
ophouden der vijandelijkheden.
Deze voorwaarden zijn
1. Het Poolsch leger zou niet meer mogen'
tellen dan 50.000 man.i
2. De Poolsche oorlogsnijverheid moeE
ophouden.
3. De Poolsche grens zal aangeduid wor-J
den door dan hoogeren raad, met eene kleine
verbetering nabij Byalostoch en Kholm.]
4. Eene vrije handelsbaan zal door de
Bolschewisten aangelegd worden in de rich
ting der Ballische zee.
Te Warschow.
Uit Berlijn wordt gemeld, dat het verdek
digingskomiteit van Warschow eene nieuwe
Eroklamatie heeft uitgevaardigd, waarin de
evolking uitgenoodigd wordt, de stad tot
haren laatsten druppel bloed te verdedigen.
De Russen in den pas van Dantzig
Een telegram uit Mlawa meldt dat de
Polen zich voor de Bolschcwistische ruiterij
achteruit trekken. Deze zouden zich reeds op'
verscheidene plaatsen in den pas van Dantzig
bevinden.
Mercurent werd zoo wit als de muur en
met gebalde vuist zijn hartsvanger vasthou
dende, verliet hij de cel. Minder de vernede-;
ring, dan dat hij de gevangene verlaten moest
vervulde hem met toorn en haat tegen den
luitenant.
In de volgende uren van den nacht beproef
de de geestelijke den veroordeelde troost toe
te spreken en het vertrouwen tot den beloo-
nenden God op te wekken, maar hij vond
Dulex zoo geloovig en op God vertrouwend,
dat hij herhaaldelijk, door deelneming ge
leid, de hand van den beproefde drukte. De
geestelijke verzocht Dulex eenige uren te
rusten, en deze volgde den raad van den
geestelijke.
Om zes uur 's morgens drong een dof
irommelgeroffel tot in de cel van den veroor
deelden.
Dulex was niet gebukt, niet halfdood van
angst, evenals een misdadiger. Iedereen had
zich tegen de boosheden van den nietswaar
digen opzichter afkeurend uitgelaten.
Dulex stond in fiere houding, toen de deucr
dei* cel geopend werd en da beul van het
bagno binnentrad, om zijn offer te halen. De,
ruwe man,- die elk gevoel miste en die geertj
onderscheid tusschen de gevangene wist tö
maken, droeg de bijl die hij gescherpt had/
als een trotsch atribunt in zijn rechterhand.
Achter hem in de gang werd de wacht zicht-]
baar. Luitenant La Roche verscheen in d«
cel en ging naar den veroordeelde.
Begeeft u naar de bagno-plaats, zeidede\
luitenant met bevende stem, het uur is gexo-^
men, het vonnis moet «^tuokkeu woideu.