1 15 Os strijd em vijf miliioen Ministerie van Spoorlos. Geweldige brand te Antwerpen Woensdag Octob.3920 Koninklijk besluit over de voorschotten De Nationalen Bond Be gevolgen vaa den draak- Wederom eea persoon vergiftigd Us Poölscli-Riïssisclis oorlog.' Kerkstraat, 9 en 22, Aalst. Tel. 114 TT> .A. Car XXVI» JAARGANG NÜMMER 233 T O -7 CENTfEMEN Uitgever: J. Van Nüffel-De QendT j II. Edoaardus Zon op 6, i 1onder 5,13 Eerste kwartier don 20 Publiciteit buiten het Arrondissement Aalst, zich te wenden tot het Agentschap Havas,8, Martelaarplein, te Brussel8, Place de la Boarse, Parijs en G, Bream's Buildings Londros E.G. I. Boiangrijke beslissingen. Op vooral der ministers van binnenland- jche zaken en van landbouw heeft de Koning ien besluit goleekend, hetwelk in het Staats blad van 7 October laatst is verschenen en hetwelk in eene reeks van tien hoofdstukken en zes-en-twintig artikels handelt over de beschikkingen aangaande de voorschotten langs bestuurlijken weg in afkorting op de oorlogsschade en de overeenkomsten Het besluit is voorafgegaan door eene reeks u Gezien de wet van dit, gezien de wet van 'dat, enz., om te eindigen metOverwegen de dat het noodig is door nieuwe maatregelen het spoedig herstel van de verwoeste gewesten en het herstel *an de door den oorlog veroor- taakte schade te begunstigen Tusschen deze nieuwe maatregelen zijn er jnderdaad verschillende, die voor de geteis- terden groot belang opleveren. Daarom zullen wij trachten den tekst van dit koninklijk be- siuii wat te verdietschen, want in zijn oor- spronkelijken vorm is hij zoo duister, dat wen er baast niet wijs uit wordt. Voor de vernielde gebouwen. Hoofdstuk 1 handelt over de .voorschot ten voor het heropbouwen of herstellen van vernielde ot beschadigde gebouwen Er wordt een voorschol van HOOGSTENS 30,000 fr. verleend per vernield of bescha digd gebouw. Voor de boerderijen van meer dan 20 hektaren, kan die som vermeerderd worden met 1000 fr per hectaar (boven de 20 hectaren), doch in geen geval mag het (voorschot grooter zijn dan 50,000 fr. Wat moet er gedaan worden om dit voor schot te bekomen f A) In da AANGENOMEN gemeenten moet daartoe de Iloofdkommissaris van den Slaat J)ij de rechtbank van oorlogsschade geroepen worden om zijn advies te geven aan de Ko ninklijke Iiooge Kommissarissen, over de al pf niet noodzakelijkheid der verleening van uet. voorschot. De Hooge Kommissarissen tullen dan de voorschotten kunnen verleenen flie noodig zijn tot het bewoonbaarmaken van 'de vernielde of beschadigde gebouwen. B) In de N1ET.AANGENOMEN gemeenten tullen de voorschollen verleend worden door Hen gouverneur der provincie, die hier daar toe hetzelfde gezag heeft als de Koninklijke kommissarissen in de aangenomen gemeen ten. De goeverneur kan echter zijn gezag overdragen op een zijner ambtenaars of op |Cen Koninklijken Kommissaris uit de aange komen gemeenten. Dus, de aanvragen moeten gestuurd wor den in het eerste geval aan den hoofdkom- toissaris hij do rechtbank van oorlogsschade In het tweede geval aan de» gouverneur der provincie. Vcorsrhotier. voor de Kooperatief Het tweede hoofdstuk handelt over de voorschollen door lusschenkomst der koo- Jaraiieven voor geteislerden Door de lusschenkomst der kooperatieven, flie door den minister van binnenlandsche taken erkend en aangenomen zijn, kunnen er •oorschotten verleend worden, waarvan hel 'roogste bedrag vastgesteld is op 70 ten londerd van de waarde der vernielde goede- ten op 1 Augustus 1914. Dit voorschot kan vermeerderd worden jioor de wederbelegging. Maar, hoe groot tooet die wederbelegging zijn Er bestaat geen vaste vermenigvuldiger. De minister van binnenlandsche zaken zal in 't vervolg bepalen welke vermenigvuldigers er loeten toegekeod worden. 80® Vervolg. Marinu3 Bloemist, schrijver, woont itraat de la Terrasse Nr 7, zeide zij zacht. Hot consult was spoedig afgeloopen. De Onbekende en mijnheer Pellelier verlieten Mclit de kamer. Gij zult zien hoe nauwkeurig de ant woorden van de waarzegster zijn, zeide de onbekende zacht. Het bruine heertje, dat den geheelen sa menhang kende, antwoordde niet, maar vroeg hoeveel hij schuldig was, betaalde de gevraagde twee franks en ging weg. Half lachend verliet hij het buis en keerde baar zij tie woning terug. Een uur later besteeg de oude bediende Tan Mijnheer Pellelier de woning van den ickrijver. Toen hij boven aan de deur het bordje Md gelezen, klopte hij. Dadelijk hoorde hij voetstappen naar de «our komen, die geopend werd. Marlnus .Bloemist in zijn slaaprok met slaperige oogon bn verwonderd gelaat, zag den bediende Aan. VejT" ^aar w*en Z0B^t £'j vroeg de schrij» Naar den heer Marinus Bloemist. Die ben ik, wat wilt gij van mij vroeg ge voormalige schrijver, en liet den be- Wieode binnenkomen. t lk kom op last van mijnheer Pellelier, Voorschotten in Maturna In het derde hoofdstuk worden de vredes verdragen van Versailles en Trier er bij ge sleurd. Het verdrag van Versailles zegt in zijn VIII* deel dat België, door de tusschen- komst der intergeallieerde herstellingskom missie, recht heeft op sommige waarden. Het aanvullend verdrag van Trier zegt ook dat Belgic zijn paart moet bekomen in de verdeeling van allerlei materiaal, denkelijk voortkomende van buit, heropeisching of herinzameling in de vijandelijke landen. Welnu, de Belgische regeering zal deze waarden en dit materieel ten beste kunnen geven aan de geteisterden, maar het is wel verstaan dat die waaiden en dit materieel beschouwd worden als afkorting op de oor- logschade van de geteisterden. De prijs van die levering wordt vastgesteld door de, inter geallieerde herstellin^skommissie of, bij ge breke daarvan, door eene voorloopige schat ting door de ministers van binnenlandsche zaken en van landbouw. Er wordt niet bijgevoegd of de geteisterde die leveringen van waarden en materieel MOET aanvaarden, of mag WEIGEREN. Er wordt ook niet gezegd waar ol tot wie de geteisterden zich moeien wenden. Voor de landbouwers. De hoofdstukken 4, 6 en 7 betreffen bij zonder de landbouwers. Het eerste dezer drie handelt over de voorschotten in natura, door het ministerie van landbouw toegekend aan de landbouwers op afkorting hunner oorlogs schade. Het ministerie van landbouw heelt hier en daar, aan de geteisterden dieren, alaam, meststoffen, en andere landbouwbe- hoeften uitgedeeld. Deze geleverde dieren of alaam zullen nu beschouwd worden als afkor ting op de oorlogsschade van degenen, die ze ontvangen hebben. De prijs of waarde dei- ontvangen dieren of alaam zal geschat wor den door het ministerie van landbouw. De geteisterde, die hiervan geniet, moet een stuk teekenen, waarop zijne geleden schade ver meld staat en waarop hij de ontvangst der voorwerpen, evenals de geschatte waarde ervan, erkent. Deze voorschollen moeten naderhand terugbetaald worden. De terugbe taling geschiedt op eenvoudig vertoon van dit geteekend stuk door het ministerie van landbouw. Dit stuk moet aan de goedkeuring van deo Staatskooimissaris onderworpen worden. Hoofdstuk 6 handelt over de kontrakten tot landbouwherstel. De landbouwgronden zijn in de frontalreek deerlijk verwoest ge worden. Het vullen der obusputten, bet weg nemen der munitie, het uitbreken van beton, blokken, enz. was een echt slavenwerk. En de geteisterden weten welke moeite hei heeft gekost om den landbouw eenigszins te doeo herleven. Men weet dat de ministers van landbouw en van binnenlandsche zaken met de eige naars of met de huurders van gronden kon trakten hebben gesloten voor het dekken der onkosten, dio zijn moeten gedaan worden voor de ontginningen der velden. De som men geld. welke in uilvooring dier kontrak- ten aan de geteisterden betaald werden, zullen voortaan ook beschouwd worden, als voorschotten op afkorting hunner oorlogs schade. Hoofdstuk 7 is gewijd aan de voorschotten aan de landbouwers, die werken hebben uit gevoerd op gronden in de verwoeste ge westen. In de NIET-AANGENOMEN gemeenten kunnen er aan de landbouwers, die aan de verwoeste gronden herstellingswerken hebben uitgevoerd, voorschotten toegekend worden op afkorting hunner oorlogsschade. Hier zullen alle beslissingen genomen worden rechtstreeks door den minister, zonder de tussclienkomst van- de kommissie der voor- Van mijnheer Pellelier vroeg de schrijver verbaasd. Ja, straat Saint Denis, Nr 121. Dat was zonderling. Zond de graaf een bediende af maar Bloemist had dezen in het slot vroeger nooit gezien. Wat verlangt mijnheer Pellelier vroeg Bloemist. Ik heb bevel om te vernemen, waarom u aan de uilnoodiging van den Leer Pelie- tier nog niet heeft voldaan. Uilnoodiging zeide Bloemist, die door dit bericht niet wist wat hij van het vorig schrijven van den graaf denken moest. Veroorloof mij een vraag in vertrou wen, zeide Bloemist, heeft uw heer den bij naam van het bruine heertje Ik geloof ja, antwoordde do bediende eenigszins terughoudend. Zeg mij dan wat u verlangt, zeide Bloemist. Mijnheer Pellelier heeft voor eenige dagen een brief aan u gezonden. Wat is dat dacht Blooraist, Iiad de graaf de uitnoodiging dan toch niet geschreven Was deze toevallig buiten gewoest, en had hij het bruine heertje gemist Zendt werkelijk mijnheer Pellelier u vroeg hij. Zeker mijnheer, ik ben zijn bediende. Dat begrijp ik niet, ik hen dien avond op de aangeduide plaats geweest, maar ik hob niet den heer Pellotier maar een ande ren heer getroffen. Mijnheer Pelletier tfSnscM, een secretaris aan te riemen. schotten op oorlogsschade. De landbouwers, die deze voorschotten wenschen te genieten, moeten hunne aanvraag sturen tot den hoofd- kommissaris van den Staat, en zulks door de lusschenkomst van den afgevaardigde van het ministerie van landbouw, die gelast is met hot toezicht der werken. Meitbdls en kleederen. Het hulpkomiteit voor de verwoeste ge westen heeft aan talrijke geteisterden meubels en kleergoed geleverd. Deze moeten niet denken dat zij hier giften of geschenken ont vangen hebben. Hoofdstuk 5 van bet Konink lijk besluit zegt dat de waarde van die meu bels en kleedeien als voorschot zal afgehou den worden op hunne oorlogsschade. De waarde van die gsederen kan ook door het hulpkomiteit terug geöischt worden. Voor de burgerlijke slachtoffers. De burgerlijke slachtoffers van den oorlog kunnen ook, zooals men weet, schadevergoe ding bekomen. De rechtbanken van oorlogs schade moeien het bedrag door een vonnis bepalen. De uitbetaling der vergoedingen wil, over 't algemeen niet vooruit, bij zoo verre dat hoofdstuk 8 van dit besluit den minister van binnenlandsche zaken toelaat voorschotten te verleenen op den achterstel der toelagen van de burgerlijke slachtoffers. Deze welen dus dat zij zich daartoe tot den minister van binnenlandsche zaken hoeven le wenden. Voorschotten van 10.000 fr. Het Koninklijk besluit van 21 Juni 1920 liet de geteisterden toe, Aoorschotten beneden de 10.000 fr. aan te vragen. Dit besluit van 21 Juni 1920 wordt nu afgeschaft, behalve voor de volgende bepaling De aanvragen tot voorschotten van min der dan 10,000 fr. mogen nog lot 1 Novem. 1920 ingediend worden, en zulks in het staalskommissariuat bij de rechtbank van Oorlegsschade liet afgeschaft besluit van 21 Juni 1920 bepaalde ook dat er voorschotten kunnen verleend worden op rekwisitiebons. Die be paling blijft door het huidige besluit behou den voor al de aanvragen, die vóór den 31 Juli 1920 ingediend waien. Ziedaar de bijzonderste bepalingen van het Koninklijk besluit. Ongetwijfeld zal het voor vele geteisterden eene ontgoocheling zijn,daar men in de verwoeste gewesten door» gaans geloofde dat de bekomene meubelen, Uleederee, ontginningsgelden, enz. GRATIS toegekend waren, als hulp, aanmoediging of troost voor de geleden miserie. Men ziet nu, dat er niets GEGEVEN is geworden, maar wel «TOEGEKEND* als voorschot en dat alles zal afgehouden worden op de oorlogsschade. Dat zaf voor velen eene mis rekening zijn. De Olympische postzeggels. Het beheer van Posterijen acht het nuttig er aan te herinneren, {(dat de verkoop van de verkoop van de bijzondere zoogenaamde postzegels Olympische Spelen op 30 dezer zal ophouden. Die zegels, welke verkocht worden met een. bijrecht van 5 centiem dat gestort wordt ten voordeele van het Nationaal werk der Oorlogsgebrekkelijkeu, mogen worden ge bezigd zoowel tot frankeering van de post stukken binnenslands als voor de zendingen naar Frankrijk, Groot-Brittannië, Zwitser land, Italië, de Vereèoigöe Staten van Ame rika, Japau, Belgisch Congo en het Ruanda- en Urundi gebied, alsmede de Australische Confederatie. Zij blijven geldig tot 15 Januari 1921. Die betrokking wil ik gaarne aan vaarden. Weet mijnheer Pelletiar, wie ik ben, vroeg Bloemist, Dat weet ik niet, maar ik vermoed van wel daar het een post van vertrouweu is, zeide de bediende, mijnheer Pellelier heeft veel met^ geld le doeD, de secretaris wordt belast met de afzending, boeking en ontvangst der gelden. Zoo, zoo. Wat moet ik mijn patroon boodschap pen, vroeg de bediende. Ik Iaat dui/.endmaal mijn verontschul diging vragen, dat ik dien avond mijnheer niet heb ontmoet, maar morgen zal ik bij mijnheer Pellelier komen. Gij zult dan al het verdere vernemen, zeide de bediende. -Ik heb mijn last volbracht en heb de eer u te groeten, mijnheer. De voormalige schrijver geleidde den be diende tot de deur. Toen hij alleen was bleef hij nadenkend slaan hij wiet niet, wat hij er van denken moest, maar hij besloot spoe dig van deze gelegenheid niet to laten voor bijgaan, om in dienst van deze rijke heer te komen. Een kwartier ha het vertrek van den be diende, besloot Bloemist om dadelijk naar Montpellier te gaan en daar zooveel geld als het mogelijk was af te persen. Om geen tijd te verliezen nam hij een rijtuig maar hoeijel de koetsier do paarden aandreef, werd het toch reeds avond, toen hij bij hel slot aankwam. De portier van rliet slot kwam bij zijn rijtuig, en Lvroeg hem naar den graaf. Verjaring der assignaties, [postwissels en postbons. Verlenging dar gedurende den oorlog loopende termijnen. Een koninklijk beslnit van 26 October 1914 bepaalt dat de uitoefening van het recht van verjaring, in burgelijke zaken, geschorst is tijdens den duur van den oorlog. Dit beslvit zoo dient ^opgevat dat het tijd perk van bezetting door de vijandelijke troe pen in de verjaringstermijnen niet mag medegerekend worden. Deze laatste, onder broken van het begin der bezetting of, zijn terug aangevangen naar gelang van de be vrijding van het grondgebied de voor den inval verloopen tijd wordt bij den nieuwen tijd gevoegd om den termijn te volledigen. Het uitgangspunt van de schorsing en dit van de hervatting der verjaring, bangt, voor iedere provincie, af van het oogenblik waarop zij eindigde. Deze opvatting geldt voor de zaken te regelen ep eene bepaalde plaats. Wat de postwissels en andere stukken aangaat, betaalbaar heel het land door, voegt het de schorsing uit te breiden over het geheele tijdperk begrepen tusschen het oogenblik van de schending van het grondgebied en dit van de volkomen bevrijding gemaks halve, mag deze schorsing op een duur van 4 jaar en 4 maand berekend worden. Zoo hoeven de titels, die redelijkerwijze, op 31 Maart 1915 verjaarden, beschouwd als verjaard sedert 31 Juli li. deze waarvan de verjaringstermijn eindigde op 30 Novem. 1918 zijn mits voorafgaandelijke toelating van het Bekeer, nog betaalbaar tot 30 Maart 1924. De Algemeene Bestuurder» P1RARD. van 's Rijks politie-kommissarisssn en adjunkt-kommissarisscn. Dezen -bond heeft in zijne algemeene ver gadering beslist, datoniyiddelijke voetslappen zouden gedaan worden bij al de wetgevende leden, ten einde, tijdens den eerstkomenden zittingstijd, de aanneming te hekomen van den loonrooster die op hel bureel der Kamer neergelegd is. Het gaat er wel mee met de geheimzinnige sterfgevallen, veroorzaakt door het overmatig gebruik van drank, waardoor eene vergifti ging ontslaat. Nu is het te Borgerhout le doen geweest ten huize van het gezin J. Seven, Langcstraat, 101, De 33 jarige zoon was Vrijdag avond rond 9 ure thuisgekomen en had zich dade lijk ten ruste begeven daar hij geweldige hoofdpijn had. Hij had npgal wat gedronken bekende hij aan zijne moeder. Zaterdag morgend was zijn toestand niet beter. De hoofdpijn had toegenomen en hij was zoodanig zwak dat hij te bed moest blij ven. Bij eenen apotheker werden wat poeders gehaald. Buiten deze dronk hij nog melk en een paar malen ging hij tot braken over. Een geneesheer werd gehaald, doch toen dokter Koninckx Zondag morgend ter plaats kwam was de jongen reeds dood. Door den geneesheer werden teekens vim vergiftiging vastgesteld. De policie werd verwittigd die een onder zoek begonnen heeft. Het is geweten dat hij Vrijdag avond in eene herberg der Bleekhof- 6lraat komend, reeds kloeg van hoofdpijn, maar toch nog twee glazen half en half, 't is te zeggen gersten met stout had gedronken. Het lijk is naar het doodenhuis van liet St. Era6musgasthuis gevoerd, waar de wets dokters tot de lijkschouwing zullen overgaan. De graaf is niet tehuis, evenmin als de gravin. Mevrouw is naar hel jachtslot gere den, zeide de portier, Is dat ver vroeg Bloemist uit het rij tuig slappende. De portier beschreef hem den weg nauw keurig en de schrijver gelastte den koetsier opzijn terugkeer le wachten. Hij wilde niet onverrichter zake vertrek ken, en besloot dadelijk te voet naar tet jachtslot te gaaö. Misschien vindt u er ook den graaf, zeide de portier. Zijne genade is een kwar tier na de gravin naar het jachtslot gegaan. Dat was juist iets wat Bloemist verlangde. Hij mocht nu hopen heiden te treffen, en er waft, hem veel aangelegen hen spoedig te spreken. De weg was niet heel lang en liep door het woud. Bloemist hield zich zoo levendig bezig met hetgeen hij zou zeggen, dat hij niet bemerkte, dat het donker werd. Intus- schen bereikte hij spoedig het slot. De schrijver vreesde niet voor zijn leven. Met bewonderenswaardige kalmte begaf hij zich in het hol van hen, die reden hadden om zich van hem te ontdoen. Hij zag liet grafelijk rijtuig, en vroeg den koetsier of mevrouw de gravin nog in het jachtslot was. Op het bevestigend antwoord ging Bloemist naar binnen. Gedurende dezen tijd had de gravin de boachwachter Judas in de stal gezien. De.boschwachter wilde zich verontschuldig gen. dat hij zich hier verscholen hield. Nog da Wapenstilstand Nog andere voorwaarden worden thans opgegeven voor den wapenstilstand welke besloten is tusschen Polen en het gouverne^ ment der Sovjets. Daaronder zijn namelijk:1 De vijandelijkheden zullen ophouden 444 uren na het teekenen van het wapenstilstand^ De ontruiming moet beginnen 24 uren na het aanvaarden van den wapenstilstand i Eene onzijdige strook van 30 kilometers breedte zal getrokken worden ten oosten dec, wapenstilstandslijn; Ieder persoon die bovenstaande voorwaar den overtreedt zal krijgsgevangen genomen worden; i De wapenstilstand zal 25 dagen duren, doch beide partijen gunnen hem opzeggen mits voorbericht van 36 uren Na de 251 dagen duurt de wapenstilstand zelfwerkend voort, doch om hem dun op te zeggen is cac voorbericht van 10 dagen noodig. Eene netelige kwestie Hel opperbevel van het Poolse li leger heeft tijding ontvangen, dat generaal Zeligowsk: en geheel zijnen staf, hun ontslag ingediend hebben en op eigen hand met hun leger Vil- na of Wilno bezet hebben. Zulks is geschied ten gevolge van ees misverstand. De stad werd na een kort gevecht bezel door de Uthausch-Wit Russische divisie on der generaal Zeligowski, bestaande uit vrij willigers, allen afkomstig uit de districten Wilno en Grodno. Het nieuws van den wapenstilstand tö Soewalki, tusschen Lithauen en Polen geslo ten en krachtens welken Polen er vau af ziet zijne troepen thans te NVilno le doen binnen rukken, verwekte groote verslagenheid in de streek. De Poolsche meederheid vreesde er dat men Wilno zou ohgeven en de ontroering, hierdoor verwekt ivond haren weerklank ia de actie der divisie Zeligowski. Deze, om hare rasgenootcn voor de Ilali- aansche verdrukking te vrijwaren, heeft ia strijd met de orders van het hoofdkwartier, te Warschau, Wilno bezet en werd door de bevolking als redders begroet. De pers te Warschau, alhoewel krachtda dig protesterend tegen het laten van Wilno buiten de Poolsche linies, laakt op dubbelzin nige wijze generaal Zeligowski, die zich plichtig gemaakt heeft aan een ernstig ver grijp tegen de tucht. De regeoring laakt streng de handcljoge»' der divisie en beraadslaagt over de maatrege len die te nemen zijn. Een magazijn der Noord-natie met koop waren gevuld in brand. Groote scbada Maandag middag werden werklieden dei Noordnatie eeoea brandreuk gewaar, maai konden de oorzaak ervan niet ontdekken. Kwaart na 12 ure kwam het tot eene uitbar sting, zoo geweldig dat geheel het tweede verdiep van een der magazijnen in J)raud stond. Dit magazijn is het oud magazijn Nisuwland, twee verdiepen hoog, gelegen op den hoek der Lange- en Korte Briislraten. Het gebouw is verhuurd aan de Noordoatie, die op hare beurt het aan bijzonderen ver huurd, voor het stapelen van allerlei koop waren. Zoowel kolder, als gelijkvloers eit twee verdiepen, liet al was opgepropt mc. koopwaren, waaronder balen kemp, vet, gm weereo, kousen, turf, paralinetwist, matten piassava, een goedje om borstels te maken, terwijl in den kelder ledige tamboers voor wol en 33 vaten teer geborgen waren. Waarom doet gij dat vroeg de gravis misschien om den ouden tuinman Gij zijl met hem in een strijd geraakt, zei dot gn mij. Gij tad hem doodgeslagen maar myitj man zegt, dan kan dit zoo nie^ zijn. Ik weet ook niet wat ik er van denken moot, zeide Judas, de boom was loog, da oude tuinman is weg. Dan is hij ook niet dood. Anderen kunnen hem dan weggehaald hebben. Wist dan iemand, waar gij hem ver scholen had, Neen, maar het is mij onbegrijpelijk, de duivel is in t spel. Gij vreest voor spoken, en ik geloof, dat de oude tuinman niet als een geest maai levend uit den bpom gekomen ij, zeide de gravin. J Hij was dpod, zoo dood als een pier, uwe genade. Bezwijmd, 'Jat geloof ik wel, maar dood geloof ik ni'el. Ik zeg u dat den ouden tuinman leeft. Weet tfv/e genade dat, vroeg Judas verbaasd. Ik wefct alleen, dat hij leven moet, omdat hij weg is. Waar hij is, daar moet gij u nu zekerheid over verschaffen. Ik durf mij niet te laten zien. Wie zegt dat Kent gij de maeht niet van do graaf Montpellier. De pachlerszoon heeft mij toeu gezie»1 j Wie is dat 1 (Vervolgt)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1920 | | pagina 1