strijd vijf BJilliBan
De spoorivsgrampan in Frankrijk
Eene geMmziimlge zaak
Ds PooIsgIi-RüssIsgIis oorlog.
Eens israckügg Yergalsritig.
Donderdag
Oclob.1920
De ziekte of béter
de kwaal onzer eeuw.
Onze vorsten op reis
Midden Economisch Gsmiieit.
EEN VERJAARDAG
Kerkstraat, 9 en 22, Aaxst. Tel. 114
XXVI* JAARGANG NUMMER 231
X3 -A. <31- ES X_i X5 7 CENTIEMEN
Uitgever: J. Van Nuffel-De Qenm
U. Calixlui
Zon op6,22, onder 5,11
Eerste kwartier den 20
Publiciteit bulten het Arrondissement Aalst, zich te wenden tot het Agentschap Havab,8, Martelaarplein, te Brussel; 8, Place de la Bourse, Parijs en 6, Bream's Buildings Londrss E.G.4.
Het valt niet te betwisten, dat de
grooto kwaal, welke in de geschiede
nis onzer eeuw zal geboekstaafd blij
ven, de bedienden- of beambtenbe-
smetting is.
Inderdaad, nooit is er meer gedon
derd en gebliksemd tegen de pape-
rasserie, bet rond-de cuirisme en de
pennekrabberij, dan den dag van
heden en nooit is er meer uitbreiding
gegeven aan de bureelratterij dan den
dag van vandaag.
Sedert don wapenstilstand beeft hot
Gouvernement niet min dan DERTIG
DUIZEND NIEUWE BEAMBTEN
aangesteld.
Welke som moet zulk leger beamb
ten aan den Slaat kosten zal men vra
gen
Wel, eene bagatel welke het spre
ken niet waard is
Veronderstelt dat zij elk twintig
frank daags winnen, en dat is wel bet
minste dat men den dag van beden
veronderstellen mag, dan kosten zij
ons 2 i 6 milliaen Srank per jaar.
En als men daar de miljoenen bij
voegt, welke opgeslorpt worden door
bet huren of koopen der buizen en
paleizen, waarin die boeren beambten
liunno dagen doorbrengen, dat men de
waarde der bergen papier rekent,
welke zij bekladden en verspillen, dat
men hunne rois- en verblijfkosten op
tellen, hunne ekoncmaten en vergoe
dingen samen rekene, dan zal men
moeten bekennen dat de cijferaar niet
beneden de waarheid is, die beweert,
dat al die nieuwe diensten aan bet land
meer dan 3E0 fillLLIQEfl KOSTEN
Indien bet leven er goedkooper door
werd, dan ware die kolossale uitgaaf
nog een troost, maar
De terugkeer te Sao Paulo
Maandag avond zijn onze Vorslen te Sao
Paulo van de Fazenda te Gualapara terug
gekeerd.
In de versierde statie wachtte M. Was
hington, de president van den Slaat, hen af.
De koninklijke familie is niet het minste
vermoeid.
De luildebetoogingen vanwege de bevol
king blijven zich steeds op de meest geest
driftige wijze uilen. Aan de staties en in de
'straten blijft het volk. toejuichen.
Zondag namiddag heeft de koning Ribei-
rao Preso, een handels- en landbouwmidden
bezocht. Hij woonde er een footballmatch bij.
Een hartelijk onthaal viel den koning in de
stad en in het station te beurt.
Hei vertrek naar Santos.
Dinsdag zija onze Vorsten in auto naar
Santos vertrokken, waar zij tegen den mid
dag aankwamen.
Na een officieel ontbijt, j(zoo meldt de be
richtgever van de A. T. B., zullen zij de stad
en de haveninstellingen bezoeken. De terug
keer te Sao Paulo zal per trein geschieden.
Te 10 uur 's avonds vertrekt de konink
lijke familie naar Rio de Janeiro.
81® Vervolg.
Louis, die altijd partij trok voor En*
feline.
zij zijn beiden dood. Zookt gerust den
ouden tuinman, boschwachter, niemand zal
u iels doen, en als gij hem gevonden hebt,
ziet dan toe, dat gij het geschrift in handen
krijgt, dat hij hij zich heeft. Ik wilde weten,
wat dat voor een geschrift is.
Tot uwe bevelen, uwe genade.
Er is wel een andere Loschwachter
aangenomen, maar die zal u niet hinderlijk
zijn. Gij moet den ouden tuinman opsporen,
ik zal u heloonen en gij kunt zeggen dat gij
hier als opzichter in de stallen moogt ver
toeven, maar wal scheelt u vroeg de gra
vin plotseling, toen Judas naar het raam
liep.
Dat is... dat is de schrijver... zeide Ju
das ontsteld.
Komt er iemand vroeg do gravin en
zag naar huiten, tot haar schrik bemerkte
zij Ma»nus Bloemist, kent gij die man
vroeg zij aan Judas.
Van Parijs nog, uwe genade.
Zoekt hij u op vroeg de gravin ver
der, wie het aangenaam scheen, dat beide
personen elkander kenden.
Ik weet niet ik weet niet, wat hij
van mij wil, antwoordde Judas.
Verwijder u dan, en laat u niet zien,
beval de gravin.
De talrijke blijken van goedkeuring die
het Midden Economisch Comiteit ontvangt
bewijzen dat de strijd tegen het duur leven
door het M. E. C. ondernomen, om de plan
nen van de aardappel woekeraars te verijdelen,
op het gepaste uur begonnen is.
De verbruikers worden steeds meer en
meer bewust van hun recht en hunne plich
ten zij willen niet meer ide sjachloflers zijn
van de oneerlijke handelaars.
De aanhouder wint. Eene nieuwe overwin
ning zal door de ^Belgische verbruikers be
haald worden, naast deze behaald met dezelf
de middelen door de andere landen.
De voordeelnajagers liepen sinds eenige
weken de gdorpen af, om duizende en nog
duizende §kilos aardappelen te koopen aan
hooge prijzen, om over den ganschen oogst
te kunnen beschikken, bij het open verklaren
van de grenzen.
Met vreesfvernamen zij het besluit door
het Ministerie van Bevoorrading genomen
zij durven nog niet gelooven dat hunne plan
nen verijdeld zijn, en wanhten...
Maar indien de toestanden niet veranderen
zullen Jzij genoodzaakt zijn, de achtergehoude
aardappelen op de markt te brengen, om
geen grootere verliezen te lijden.
Wij moeten dus stand houden, en niet
koopen, tot wij de overwinning behaald heb
ben. Gezien de getalsterkte van de verbruik^s,
hebben zij het recht en de macht om wetten
voor te schrijven.
slacMoffers.
Verleden nacht is een genaamde Georges
Pezeril, 31 jaar oud, bediende, die in de
ramp van Houilles zwaar gekwetst was,
het Beaujongasthuis te Parijs goverleden. De
toestand der andere gekwetsten die in de
Parijzer gasthuizen verzorgd worden is zoo
voldoende mogelijk.
Maandag namiddag zijn de drie laatste
lijken ook kunnen herkend worden. Het aan
tal dooden bedraagt thans reeds 40.
De prefekt van Seine-en-Oise, heeft een
onderzoek geopend om hulp te brengen aan
de behoeftige familiën der slachtoffers.
In de ramp van Asnières zijn er negen en
dertig gekwetsten waaronder zeven zeer ge
vaarlijk. Deze zijn naaivghet gasthuis üeaiyon
te Parijs overgebracht. Een der zwaar ge
kwetsten, M. Pierre Bouchaud, G6 jaar oud,
municipaal raadslid fvan Bois-Colombes, die
de beide bcenen gebroken had, is overleden.
De toestand zijner vrouw is hopeloos.
TE3 BE3ï?!LIL,IJ]V
Da tr.oerd op do vrouw van admiraal
von Scheer.
Wij hebben in een vorig nummer reeds
het vieeselijk drama vermeld, waaraan de
vrouw van admiraal von Scheer slachtoffer
werd.
Ziehier nog eenige bijzonderheden.
Mevrouw von Scheer bevond zich met hare
dochter en eene meid in de kelderkeuken
harer woning, toen "verscheidene revolver
schoten weerklonken. Deze waren gelost
door een schildersgast, zekeren Blüchner.
I)e meid werd op den slag gedood en
vrouw von Scheer was zoo erg getroffen, dal
zij bezweek terwijl men haar naar het gast
huis bracht. De dochter werd erg aan de
borst getroffen. De moordenaar zelfmoordde
zich ter plaats.
Admiraal von Scheer was in zijn bureel
aan 't werk. Hij liep dadelijk naar beneden,
doch te laaU
G*eburen beweren dal zij een mande vlucht
De boschwachter verwijderde zich dan da
delijk.
Hij komt zelfs hier, dacht de gravin, en
de boschwachter kent hem, ik wilde, dat zij
met elkander in een lievigen strijd kwamen,
maar dat kan nog niet.
Zij opeade do deur en Bloemist kwam
naar binnen.
Hij maakte eene beleefde buiging, en be
tuigde zijne vreugde er over de gravin te
hebben gevonden.
Wat wilt gij? vroeg zij zeer koel, ik
heb geen tijd en wilde naar het slot terug-
keeren.
Ik zal niet lang ophouden.
Gij komt hier Had uwe zaak zooveel
haast
De zaak heeft haast, zeide Bloemist^
en ik kan ook onmogelijk mijne twintig franks
voor een rijtuig uitgeven, zonder mijne za
ken te hebben afgedaan.
De gravin gevoelde, dat de schrijver haar
hierdoor aan zijne macht wilde herinneren.
De ontmoeting en het gesprek van Bloemist
mot de graaf, op dien avond, loon een kogel
de schrijver uit het leven had moeten ruk
ken, had haar weder doen zien, wat zij van
hem te wachten had.
Wat wilt gij van mij vroeg zij, haar
toorn onderdrukkende.
U eene mededeeling doen, over freule
Engeline, zeide Bloemist.
Gij komt te laat, wij woten roods, dat
zij dood is.
En gij hebt dezo mededeeling aan de
hebben zien nemen, toen de vuurschoten
weerklonken. Was dat een medeplichtige
Men weet het niet. Ook de drijfveer der mis
daad is nog onbekend, daar er niets in huis
gestolen werd. Alles wijst er evenwel op, dat
de misdJad zorgvuldig voorbereid werd. De
moordenaar had zich het hoofd omwonden,
om niet herkend te worden. In zijn bezit vond!
men ook nog een scheersmes en een zakje
peper.
't Was admiraal von Scheer die het bevel
voerde over de Duitsche vloot, in den zeeslag
van Jutland. Hij werd steeds aanzien |als een
der krachtigste figuren der Duitsche marine.
Drie maanden vóór den wapenstilstand werd
hij algemeen stafovers'.o der vloot, in vervan*
ging van admiraal von Holtzendorff.
Nog da bezolting van Vilna.
Tusschen de Fransche en Engelsche gou
vernementen wordt thans druk onderhandeld
over de kwestie van Vilna. Engeland scheen
de zaak eerst zeer ernstig- op te vatten en
stelde zelfs voor, alle gezantschappen uit
Warschow terug te roepen.
Het Fransch gouvernement kon evenwel in
gelukken Engeland te doen inzien, dat het
Poolsch gouvernement er voor niets tusschen
is en dat Zeügowski met zijne troepen hier
op eigen hand gehandeld heeft.
Ook is aan de Fransche en Engelsche ge
zanten te Warschow bevel gegeven bij het
Poolsch gouvernement aan te dringen opdat
het zich wat gematigder zou toonen, vooral
wat betreft VTtna.
Reeds is de zaak door den Volkerenbond
overwogen geworden.
Dö Sovjets mobiliseoren: Tegen wie
De raad der volkskommissarissen en de
arbeids- en verdedigingsraad hebben een
dekreet uitgevaardigd, waarbij alle Russische
onderdanen, geboren in 1886, 1887 en 1888
onder de wapens geroepen worden.
Do roodan Srekken nieuwe legers samen.
Op het Zuidertront trekken de roode hunne
troepen samen in de buurt van Zmorjnka.
Men vermoedt, dat zoodra de vrede met
Polen zal hersteld zijn, de Russen dan de
Uhrenen zullen aanvallen.
De Belgische Rcado-Kruistreln.
De Belgische Roodc-Kruistrein is Maan-
ig avond te Warsc.'o aangekomen.
Eert verklaring van Zeügowski.
De Poolschc Regeering heeft van Zoligows-
ki, namens de voorloopigc commissie van
Midden Lithauen, een radio-telegram ontvan
gen, meldend, dat de burgerlijke macht in
handen is van plaatselijke overheden van alle
partijen.
Sedert twee jaren strijden jduizenden van
gebied onder de Poolsche vlag om het land
van de. Russische bezetting te bevrijden.
Zoligowski verzoekt Warschow de over
heden der commissie te erkennen en een dag
te bepalen om te onderhandelen.
De wapanstifstsnd getoekend.
Donden 13 Oktober. De medewerker
van den Daily Mail te Riga, meldt dat de
wapenstilstand en de voorbereidende vrede
tusschen Polen en de Bolschewisten gisteren
avond geleekcnd werd in 't bijzijn van de
vreemde diplomatische vertegenwoordigers.
Minsk door de Polen bozet.
Londen 13 Oktober. Een telegram uit
Warschow aan den Morning Pos\. meldt, dat
de troepen van generaal Balachowicz Minsk
bezet hebben.
in opstand tegen de Sovjets.
STOCKHOLM, 12 OktoberDe medewer
ker van Aflonbladet, te Helsingfois, bevestigt
dal een opstand is uitgebroken te Moskou.
Uit Riga verneemt dezelfde medewerker,
dat in 'talrijke fabrieken en werkbuizen anti-
Sovjetische betoogingen gehouden werden.
Het gouvernement der Sovjets is zeer onge
rust. De militaire patroeljen te Moskou woe
den versterkt.
Er wordt ook gemeld dat belangrijke strijd
krachten samengetrokken zijn in den omtrek
der stad. In dc stad zelf zijn op vele plaatsen
door de bevolking barrikaden opgericht.
Reeds hadden verscheidene straatgevech
ten plaats.
09 terechtstelling van Miss Caveil.
Woensdag was het vijf jaar geleden, dat
Miss Edith Cavell en verscheidene onzer bur
gerlijke helden, te Brussel terechtgesteld
werd.
Toen zij dien droeven grijzen morgend
hare cel verliet, om voor het strafpeloton te
gaan staan, liet zij in hare cel bloemen, haar
door onbekende vrienden gestuurd en eenige
waardelooze voorwerpen achter.
De toenmalige bewaker verzamelde alles
en droeg het naar Jzijnc woning, waar hij
deze voorwerpon zorgvuldig verborg tot na
den oorlog. Toen het lijk van MissGaveB
later ontgraven werd en hare familie te Brus
sel was, bood de bewaker deze voorwerpen
aan de familie aan, met den eenvoud van een
man, die gelukkig is zijn plicht volbracht te
hebben.
Hij werd-hartelijk bedankt, doch zelfs dien
dank weigerde hij, daar hij in deze dramati
sche omstandigheden enkel iets zeer natuur
lijks gedaan had.
Een zegapraal voor hst Kristen Syndikaat
van IJz. P.T.T: on Z.
In een klein artikel gaven wij verleden
week kennis over de vergadering van het
Kristen Syndikaat van IJz P.T.T. enZ. welke
zou plants hebben op Zondag 10 October. In
dit artikel hadden we voorzien dat het N. S.
de uildaging van het K. S. Diet zou beant
woord hebben, te meer daar de afdeeling van
Aalst het debat weigerde. Onze vrienden had
den de leden van het N. S. uitgenoodigd per
strooibrief, bun bekend makende dal liei
woord vrij was.
Km sk 3 1 /?- v. d e -wg adsr.'og «ge
opend door vooizitler De Smet. Ruim twee
honderd personen hadden eraan gehouden de
oproep van het K. S. te beantwoorden. Deze
verklaarde dal als wanneer de twee sprekers
van het K. S. hunne punten zouden behan
deld hebben, dat er gelegenheid zou gegeven
worden tot tegenspraak, zonder dat men een
briefje aan dc bestuurstafel móest overmaken
en voegde hij erbij, ik zal het zeer kort trek
ken omdat ik tegenspraak voorzie. Daarna
behandelde hij zeer kort de regie, de acht-
urendag waarin hij klaar en duidelijk bewees
dat het N. S. in de gemengde kommissie de
achturendag op de lange baan schoofsprak
vervolgens over de gemengde kommissie en
gaf daarna de goede raad aan de beambten
en bedienden zich aau te sluiten bij het K. S.
om niet alleen te staan, daar het hun plicht is
mede to strijden tot de verheffing der klas
waaruit ze zijn gesproten.
Zijne rede geëindigd zijnde gaf hij het
woord aan den heer Janssens, voorzitter der
teiegramdragers uit Antwerpen, die in enkele
woorden het werk van het K.' S. ten voor-
deele der teiegramdragers bekend maakte.
Daarna gaf hij het woord aan den heer
Tengrootenhuyze die dan het bewijs te
leveren had, dat het N. S. socialistisch is en
de belangen van zijne leden daardoor ver
waarloosde.
Die rede wedergeven is onmogelijk, het
was een sterk rekwisitorium tegenover het
omgekochte misdadigers van den graaf be
taald vroeg Bloemist.
Ik ken geen omgekochte misdadigers,
ik weet alleen, dat zij en een jonge man uit
dezen omtrek dood is, men spreekt van ver
gift, van een groot ongeluk.
Ah zeer goed zeer goed, een groot
ongeluk, ja, ja.
Wat wilt gij thans nog meer.
U het bericht brengen, dat het loon
voor het bericht, te vroeg betaald is.
De hoon van den schrijver was onverdra-
gelijker dan zijne bedreigingen.
Ik vraag u, wat dezo woorden willen
zeggen, zeide zij met afwerenden trots.
Ik breng u het bericht, dat zij niet
dood zijn, zij loven.
Beiden vroeg de gravin verbleekende.
Ja, antwoordde Bloemist zich verheu
gende over de uitwerking zijner woorden.
Ik geloof het niet, men heeft beiden
dood gevonden.
Niemand weet het beter dan ik, ik
woon met Engeline in hetzelfde huis, De
heer Louis stelt groot vertrouwen in mij. Zij
zijn voor dood uit het huis gedragen zij
hebben vergift in gehad, dat is alles juist,
maar het overige niet juist, zij zijn niet
dood. Zij leven en hebben reeds hunne
klachten ingediend,
- Weet gij dat zeker vroeg de gravin
die zoo bleek was geworden als een doode.
- Ik kwam slechts hier om u dit te
melden.
Dat bericht scheen do gravin zeer. te vet-
ontruslen, te meer daar de schrijver alles
wist. Engeline en Louis kende, en onderricht
was van de gevangenschap van de ware
graaf Montpellier, zij voelde zich daardoor
nog meer in zijne handen.
Het wordt donker, gravin, en de weg
door het bosch is niet aangenaam, zeide
Bloemist met een lachje, de jagers of boscli-
wachtara konden mij voor een wilddief aan
zien en oai het leven brengen, dat zou op
zien baren. Mijn koetsier wacht mij te
Montpellier, velen weten waarheen ik ben,
de zaak zou niet verborgen blijven, maar
aan de groote klok gehangen worden, ik ben
daarom geheel rustig, maar uwe genade
ziet, tot welke opofferingen ik in staat ben
en dat ik voor geen gevaar terugdeins, als
het geld u eene gewichtige mededeeling te
doen.
De gravin begreep de bedreiging met de
personen, die van liet bezoek dos schrijvers
wisten. v
En nu tot de hoofdzaak, ging hij ver
trouwelijk voort, ik wil u de- beide personen
overleveren, niemand kan^dat zoo goed als
ik.
Heden nog vroeg de gravin snel.
Zoodra zij geDezen zijn eerder niet.
Als dat gebeurd is Bloemist, zeide de
gravin, dan zal de graaf u een groote beloo
ning uitkeeren, over den pachlorszoon
bekommer ik mij niet, hot betreft alleen
Engeline.
Zeer juist. En deze belooning zal zeker
te grooter zijn, alsu bedenkt, wat er van
N. S. en met tientallen bewijzen uit kunne'
eigen bladen geput leverde hij dan op on*j
tegensprckelijke wijze het bewijs van hejj
socialistisch zijn van het N. S. en drukte eri
bijzonder op, dat een kristen mensch gcetfc
lid kan zijn van het N. S zonder zijn pririj
ciepen van kristen zijn prijs te geven; na dij
afgehandeld te hebben sprak hij over Kin-,
dei-toeslag en bewees opnieuw met uittreksels
uit artikelen door Renier en Molden geschrei
ven waar liet N.S.naartoe wilde met Kinder-,
toeslag. Daartegen stelde hij het steunpunt
van K. S. en stelde dit vraagstuk in volle
daglicht en oogste een bijzonderen bijval,
wanneer hij uitriep, dat Kindertoeslag geen
ahnoes was. maar wel een recht.
Het vierde punt voor zijne spreekbeurt'
was hen Achlurenhuis die hij op zeef pittige
wijze behandelde. Deze redevoering werd
door een storm van toejuichingen onthaald.
De Voorzitter vroeg of er iemand het woord
verlangde.
De Heer Laeremans uit Gent, vroeg en be-;
kwam het woord. Hij schoof zeer snel van de
gezegden van De Smet om zich bijzonderi
stii te houden op klassenstrijd en het socia-
tislisch zijn van het N. S.
Niettegenstaande de welsprekendheid vatf'
de Heer Laeremans, was dezo in de on ut oge^
kjkheid de bewijzen van vriend Tengrooten
huyze te wederleggen, en geen enkele poging!
heeft hij gewaagd om te bewijzen dat al de1
uittreksels uit de Vooruit en Le Peuple aan
gehaald Jongens waren. Hij hield zich aait'
het uitzetten van hetgeen klassenstrijd was,'
waardoor hij alsdan zooveel te meer bewees:
door zijn houding, dat de leiders van hef
syndicaat socialisten zijn. Ilij klampte ziek'
ook zeer lang vast aan de wet op de achturen-'
dag om stemming te maken bij zijne volge
lingen, die uitgenomen enkele, médegekoraen
uit Gent en Brussel zeer deftig dit debat volg*
den, daar Tengrootenhuize er sterk aange*.
houden had te verklaren dat hel K. S. zod
goed partijganger was van de achturendag
als het N. S. en zelfs beter, en daardoor het
bewijs leverde dat het K. S. geen achteruit-'
kruipers zijn. De heer Laeremans had in den'
loop zijner rede een drietal vragen gesteld
aan vriend Tengrootenhuize.
Na de spreekbeurt van M. Laerennnsr
dankte De Smet de tegenspreker voo>' zij in'
hoffelijkheid in het woord voeren, liel zien
dat dergelijke vergadering op kalme wijze
gfi'-r- :»;J wv, en vroeg de vcrgade
ring kalm te blijven bij de tegenspraak ca
geene toejuichingen o! afkeuringen te latei
hooren daarop gaf hij het woord aan Ten
grootenhuize.
Doch op dit oogenblik stond een heer recht
om het woord te vragen. De voorzitter zegde
dat hij het woord gaf aan Tengrootenhuize;
om te antwoorden op de vragert van de heer!
Laeremans. Het is slechts voor eene vraag
zegde hij, toegestaan zegde de voorzitter-!
Die heer begon te verklaren dat hij Jan
De Rycke was en Tengrootenhuize uitdaag
de tot een debat in Aalst aangenomen
antwoordde Tengrootenhuize.
Vrienden als dit debat aangegaan wordt
zullen we plezier beleven. Dit uit dc voeten
begon Tengrootenhuize met zijn repliek die
verschrikkelijk was, het waren zweepslagen
die bloedende strepen op de wangen van
onze N. Syndikalers achterliet |en hun ia
eene biltere spanning bracht. De kalmte en
rustbewarendheid van De Smet was ernoodig
om het boeltje niet te laten misloopen
Onze roodjes waren gekomen om den boef
overhoop te zetten en ze zagen dat dit nie(
lukte van daar hun woede en hun onderbre.
kingen op sommige puntjes die hun te diep
kwelden. De vriend Tengrootenhuize kon ge
heel zijn repliek met een macht van woorden
doorzetten, zijn slotrede maakte een diepen
indruk op de toehoorders en bracht de leden
van het K. S. in eene geestdriftige stemming.
komen kan ah Louis cn Engeline de over-
zenders der perziken door mijne hulp knn-
neD opsporen. Ik ken ze beiden hahaha l
Maar gelukkig kennen zij niet de naam van
hun lastgever. Als zij dien eens vernamen.
Denkt eens wat dan volgen zou. Maar uwa
genade kan op mijne stilzwijgendheid
rekenen.
De gravin sohrikte. Bloemist scheen alloa
te weteo.
Ik weet van dat alles niets, zeide zij
met diepe siem.
Alles blijft onder, zeide Bloemist ver
trouwelijk, wantik weet, dat mijn stilzwij
gen beloond zal worden.-Maar een verzoek.
Een kleine vooruitbetaling. Ik ben ia verle
genheid. Ik zal voor heden met vijf duizend
franks tevreden zijn.
Denkt gij, dat ik zulk eene som bj
mij heb vroeg de gravin, «wij zijn in het
jachtslot^
Maar u kunt hier niet blijven, gij keert
naar Montpellier terug, en daar kan hot
kleine bedrag betaald worden.
De gravin sidderde vau toorn en sohrik.
Uwe genade heeft hier hare équipage,
zeide Bloemist. Ik verzoek verlof u la mo
gen begeléiden.
De gravin kon haar toorn niol bedwingen,
wat bete kent dat riep zij verachtelijk.
Verschooning^ zeide Bloemist. Ik ben
een zeer aanzienlijk cavalier, u behoeft ziek
mijner niet te schamen, en wij bereiden saeta
Ier ons doel.
Komt dan, zeide ziimet toonlooze stenig