Ministens ven Landsverdediging
Dinsdag
25 «Jl
govern. 1020;
De RegeeringSbrisis
FRANKRIJK en BELölE
Tel. 114
XXVI* JAARGANG NUMMER 252
J&. €3r 23 Xj j&i jO '"'7 CENTIEMEN Uitgever: J. Van Nuffel-De Gbnm
{Jeri straat, 9 en 22, Aalst.
publiciteit buiten hst Arrondissement Aalst, zich te wenden tot het Agentschap Havas.8, Martelaarplein, te BrusselS, Place de ia Bourse, Parijs en 6, Bream's Buildings Lonöros E.G. 4
II. Clemens
Zon op7,2d, onder 4,11
Volle Maan den 26
Iedereen kent de tering, maar velen heb-
Jen een valsch begrip nopens deze ziekte.
Volgens ben is er'geene genezing mogelijk
en die kwaal wordt als een erfdeel van ouders
lot kind overgezet. Die er van aangedaan is
moet sterven
Dit misverstand is de groote oorzaak dal
menig teringlijder verwaarloosd wordt. En
nochtans de tering geneest gemakkelijker dan
woikdanige andere besmettelijke ziekte, 't Is
Jniet niet liet innemen van pillen of drank wel
ke gij bij den apotheker duur betaalt dat gij
genezen zult, neen, een goede dokter alléén
kan u helpen. Daarom moet gij in tijds te
rade gaan hoe eerder boe haler. Een ver
waarloosde hoest kan soms droeve gevolgen
hebben.
Is de tering erfelijk? Neen zij is dit niet,
bet wordt bewezen.
Gebeurt het dat gansche familicn uitleven,
dan is het juist omdat zij in de jonge jaren
•geene voorzorgen genomen hebben en dat zij
alzoo voorts besmet worden door het samen
leven en hunne omgeving die aangetast was
tioor tuberculose.
En zijn de arme lieden de talrijkste slacht
offers't is wel omdat zij de middelen verwaar-1
loozen die bun opgelegd worden en dat zij
voortgaan met in middens te leven die bloot
stellen aan die ziekte en zelfs tot do ziekte
voorbereiden.
In donkere overbevolkte kamers, in slecht
verluchte én verlichte buizen daar woekeren
bij voorkeur de lering bacillen.
En 'lis niet omdat aan de behoeftigen de
gelegenheid ontbreekt om goed ingelicht en
doelmatig begeleid te worden, neen want
men mag zeggen dat in ons België de strijd
legende tering qp zulke wijze belegd is dat
iedereen er kan van genieten. Voor armen en
rijken staan de deuren open.
Het is zeker droevig do onverschilligheid te
zien van 't volk en sommige plaatselijke be
sturen in zake van lering. Kenden zij er dc
wroede gevolgen van ik ben overtuigd dat zij
zich zou pen schamen over hunne handelwijze
Dc tering alleen veroorzaakt meer'overlijdt»ns
dan al de andere besmettelijke ziekten te sa
men. Op acht mensehen sterft er één van
tering
Staat en provincie getroosten zich de groot
ste onkosten om die ziekte le.bestrijden, de.
nationale teringbond werkt krachtdadig legen
tie uitbreiding van die kwaal, maar iedereen
moet mede werken. Met woord en daad dient
el^j hot zijn bij te dragen om den strijd met
meer en meer kracht door le drijven.
En gij die hoest of van tering bedreigd zijl,
richt u dadelijk naar het dispensarium daar
ruit gij met raad en daad geholpen worden.
Gij zult genezen maar gij moet willen. Zulks
buitengewone nuttige instellingen vindt gij
in Oost-Vlaanderen ta Gent, *St-Nikolaas,
Lokercn, Dendermonde, Aalst, Ninove, Au-
tïercaerde, Hons?, Dsinze, Eecloo, Waerschol
IiUpelmonde, Zole, Somergem; St-GiSIes(W),
Geenierdsbergcn, Wettercn, SoUegem.
Daar zal een geneesheer u helpen,en indien
bet noodig is voor uwe genezing zal hij zor
gen dat er eene plaats voor u beschikt worde
in een sanatorium.
Indien gij niet bemiddeld zijt om die ver-
plegingskosten te dragen zaldo teringbond
files doen wat mogelijk is om daarin te voor.
f.ien. Het overige dient dan gevraagd te wor
den aan armbesturen, zickenbaurzcn of lief-
da d i git c idsw erken
Tot biet too bestaan er enkele sanatoriums
in f'elgie, hel ministerie van het Inwendige
heeft in Frankrijk twee sanatoriums ingericht
waar onz.o teringlijders kunnen verpleegd
worden. Met veel .lof wordt er door de ver
pleegden over geschreven cn gesproken.
Om daar in opgenomen tc worden, moet
de zieke een geneeskundig götuigsobriït-over-
•sSlB3^-rigg!g*E5regSBBaCTgnWB^^ rr. -^-rr 1.-
113® Vervolg.
Weel gij nog meer vroeg mijnheer
Pc Holier.
Do oude schudde het hoofd on gelijktijdig
beldo mijnheer Pelletier.
De bediende trad binnen.
Gij kaut nu gaan Jan, zeide het bruine
heertje en hij gaf tegelijkertijd bevel om den
boscbwachter binnen tc laten.
Deze kwam, en mijnheer Pelletier vroeg
bom of bij dozo jongedame kende.
Ja mijnheer, bet ia freule Engel ine,
zeido de boscbwachter.
Ik heb u iels le vragen en verzoek u
om da waarheid te zeggen, zeido mijnheer
Pel lat ter.
Dat zal ik, antwoordde Judas.
Het betreft om onopgehelderde om
standigheden va3t te sIüIIgd, zeide bet bruine
beertje antwoordde daarom eerst op do
vraag of gij, toen do vreemdeling in het slot
kwam, die aansprak maakte op de erfenis,
order holt ontvangen om hem ledooden
Ja mijnheer, de vreemde bad gedreigd,
en ik moest hem doodschieten, als bij in 'het
bosch niet wilde gehoommen, en dat ik
toen Ecgoline trof, dat was mijne schuld
niet. Dat wol en wij, maar haal gij niet de
order om hem oen document to ontuemen
Dat herinner ik mij niet, maar dat zal
eono vergissing wezen, don ouden tuinman
ban moest ik een doeimiont afifomon.'
leggen van zijnen behandelendcn dokter van
't dispensarium dat bekrachtigd dient te wor
den door den Heer Hoogleeraar Minne, be
stuurder van den teringbond der provincie
Oost Vlaanderen te Gent. Mijnheer Minne
beslist dan ook of een deel der onderhouds
kosten door den bond gedragen kunnen wor
den. Do kosten van dit onderzoek vallen ten
laste van den Slaat. De zieke moet dit getuig
schrift vergezeld van eene aanvraag tot den
heer Minister van het Inwendige en een be
wijs van goed gedrag en zeden op het poü-
ciebureel aangevraagd, aan den provincialen
opziener van den gezondheidsdienst, Bestorm-
straat, 10, afgeven.
Deze verschillende stukken worden dan
uaar het ministerie gezonden. Indien de zieke
behoeftig is zal de heer Minister de reiskosten
naar Ghanay voor de vroumen en naar Job
voor de mannen, beiden in Frankrijk gelegen
op zich nemen.
Wie zou zulke voordeelige gelegenheid niet
willen waarnemen om zijne zieken te zién ge
nezen De raadpleging in het dispesanrium
is kosteloss en wordt niet alleen gegeven aan
de zieken van de Siad of gemeente, zetel van
het dispensarium, maar aan al diegene welke
in de naburige gemeenten verblijven.
't Is met het inzicht de zieken geene moei
lijke of fange reizen op te leggen dat die dis—
pensariums in verschillende streken der
Provincies tot stand gekomen zijn.
Wie zou zich dan nog plichiig maken aan
nalatigheid Zou er ecu ouder, meester of
welk een persoon die ambtelijke plichten te
vervullen heeft, durven nalaten de teringlij
ders naar een dispensarium le zonden, en
alzoo zich plichiig maken aan verlies van
mcnschenleveris
Vooral is het een plicht voor bet onderwij-
zond personeel een oog in 't zeil ts houden.
Verder behoort het aan 't bestuur van mutua
liteiten, ziekenbelirsen en andere liefdadig
heidswerken het noodige le doen om aanstonds
elke teringlijder baar de raadplegingen te
zenden. En iu 't voordeel, in 'l belang van de
samenleving zal het reeds noodig zijn de
kiemdragers, en al die personen welke aan
tuberculose schijnen blootgesteld le zijn, 't zij
door verzwakking of andere ziekten op te
speuren en dezelve aan to zetten om zich
zonder uitstel tot den dokter van het dispen
sarium le wenden.
Zoo zal men de tering aanhoudend bestrij
den. Want die zieken zullen den raad van
den geneesheer hooren, hem volgen met
goeden uilslag en dan zelf de apostelen wor
den om anderen den weg le toonen, en ter
verpleging aan te-moedigen.
Dat nu ieder plaatselijk bestuur begrijpe
den groöten dienst welke het aan zijn inge-
zeteneirzal bewijzen met hen vroegtijdig aan
te wakkeren om de tering legen te gaan.
Waarom zou ieder bestuur van tijd lot tijd
geene voordrachten doen geven door eén
bevoegd geneesheer, nu dat de winteravon
den zullen aankomen
Om het volk op te leiden moet men dik
wijls van dc zelfde zaak spreken, dat alleen
zal het luistere», en zijne aandacht op die
aak vestigen.
Moeders, gij die broodnoodig zijt in uw
huisgezin, luistert naar onzen raad, indien
gij hoest, indien gij lijdt aaneen verwaarloos
den koude, spoedt u naar het dispensarium.
Wilt de oorzaak, niet worden van 't ongeluk
uwer kinderen, die alzoo ten laste der samen
leving zouden komen. Brengt ook uwe kin
doren mede naar de raadplegingen en gij zult
geholpen worden, hoop ca troost zullen wel
dra in uw huisgezin droefheid en wanhoop
vervangen. In plaats van weerloozc kinderen
o\) te brengen zult gij struisehe en kloeke
nakomelingen aan de samenleving [schenken.
Want onthoudt wel, zoo het niet gallijd mo
gelijk is, een moeder van den haard te ver
wijderen, het nochtans gemakkelijk gevon
den wordt de kinderen a:u\de besmetting te
onttrekken. Inderdaad het dispensarium zal
zorgen om over plaatsen tc beschikken in
preventoriums aan de zeekust gelegen waar
de kinderen kunnen opgenomen en verpleegd
worden.
Maar wacht ook met lot dat bet te laat is,
want dan blijven zij voor de deur staan. Het
is besloten van hier in de provincie een pro
vinciaal sanatorium le slichten, het verplegen
der zieken zal dan nog zooveel te gemakke
lijker zijn, daar de zieken om zoo le zeggen,
in hun midden zullen blijven.
De bosschen van Nazareth, de kouter tus-
scheii Helle en Meireibeke, die beplant is met
sparrebosschen en ander gewas, schijnen
uiterst geschikt voopfalke inrichting. Er zal
daarover in 't kort -beslist worden. Maar in
afwachting en vermits het mogelijk is van nu
af de noodige vooi-zorgen te nemen, mag
niemand ten achteren blijven.
Oorlog aan de tenfrg-bacilien, zij zijn den
ondergang van een volk.
Allen op post
Die verdere inlichtingen wilt, mag zich tot
don gezondheidsopzienér wenden, Bestorm-
straat, 19, of tot de gemeentebesturen, die
dan de noodige inlichtingen kunnen krijgen
met zich tc bevragen aan de7e afdeeling van
het provinciaal Bestuur.
Toon gij wegens uw moordaanslag op
don ouden luiaman, Monlpellior moest ver
laten, wat gobourdo toon 't
Ik moest vluchten omdat mijnheer Louis
mij gezien had, maar bij beeft "mij iu 't ge
heel niet verraden.
Waarheen zijt gij toon hoen gegaan
Ik trol een ouden bekende, en toen word
ik herbergier in do Welkomst, die u kent,
want u zijt er eenmaal geweest.
Bij u verkeerden da Parijzecaa-r Sans-
paur, de Spanjaard, do bloemenvel-koopster
van den Pont-Nimf, en buuno vrienden.
Ja mijnheer.
Waarom Deeft gij niet in De Wolkomst
Dat kwam, omdat i» een nacht, toen
ik alleen was, geklopt werd, ik wilde eerst
niet openmaken, maar de stem kwam mij
bekend voor en daarom maakte ik d© deur
open. Het was da graaf zelf, öia builen stond.
De tegenwoordige graaf van Montpel-
lior
Ja mijnheer.
Zocht hij u
Neen, bij zocht Sanspeur dien bij spre
ken moest.
Dczo meeledaeling maakt© een diepen in
druk op mijnheer Pelletior.
Zco, zoo, dus hij was dan toch de last
gever, zooals ik toen dadelijk bob gezegd,
zcido iiij zacht.
Kendo da graaf den Parijzonaar Saus-
peur
Ja< boa dat in elkander zit, weel ik
niet, ik mocht Sanspeur odder ui&t zegge»,
in Griekenland
Eens boodschap dar Regentes Qlga
Athene, 21 November. !/e regentes
Oiga heeft een boodschap lol het Grieksche
volt gericht, waarin zij verklaart bet regent
schap opzióh genomen te hebben in afwezig,
beid vau haar geliefden zoon Konstantijn.
Zij roept baar roik op tot orde ea rust in bet
belang van liet land.
De nieuwe regeering beeft verder een vol
ledige politieke amnestie afgekondigd.
De korrespondent van dc «Times, le Lu*
zern zegt, dat iemand aan Konslamijn ge
vraagd had of, voor het geval de geallieerden
zich zouden verzetten tegen zijn terugkeer,
de kroonprins den troon -zou bestijgen.
Konstantijn antwoordde Dit is niet
mijn zaak. Richt uw vraag tol het Grieksche
voik.
Frankrijk, Engeland-
en de nieuwe regeBring
Londen, SI November De Daily Teh-
graph meldt, da! RiiTCatnbon, do Pransche
gezant te Londen, een belangrijk bezoek aan
het ministerie van buitenlandsche zaken beeft
gebracht, om het antwoord van zijn regeering
mede te deolen op vragen van Engeland
nopens Frankrijks wensclien ten aanzien van
de kiisis ia Griekenland on hare mogelijke
gevolgen.
Voorzoover tot nog toe bekend is, zegt het
blad, is het Fransche standpunt in de kwestie
bet volgende
1. dat men Konstanlijn's persoonlijk herstel
niet kan duiden en dat, indien zulk een
gevaar werkelijk ophanden ïs, men Grieken
land moet waarschuwen, dat dan niet langer
vriendschappelijke betrekkingen kunnen
bestaan tosscbcn Griekenlanden de geallieer
den in iiot Westen.
2. dat do beklimming van den Griekschen
troon door kroonprins George, die aanbevo
len wordt als een pis aller, door Venizelos
zelf, voor de geallieerden aannemelijk zou
zijn behouden zekere ministerieele waarbor
gen.
In de Pranscbeen Britschekringen hecrsch
de beste verstandhouding, vervolgt het blad,
maar te Londen is men niet geneigd om in
zulk een ingewikkelde en kiescbe kweslte een
overijlde beslissing te nemen.
De Daily Express meldt, dat de houding
van Engeland en Frankrijk in de kwestie van
de opvolging in Griekenland pas beslist kan
worden na het bijeenkomen van de nieuwe
Grieksche kamer op Dinsdag.
Volksstemming op 28 November
Athene, 21 Nov. Het Grieksche kabinet
heeft de volksstemming over de kwestie be
treffende Konstanlijn's terugkeer, vastgesteld
op 28 November.
De gewezen monarch beeft aan do regeering
geseind, dat hij den uitslag van deze stem
ming wenscht af te wachten, alvorens naar
Griekenland terug te keeren.
De regeering heeft Steriados verzocht tie
funktic van konimissaris van Smyrna te blij
ven bekleeden.
Zaimis is als direkteur van de Nationale
Bank afgetreden.
Do onrust in hot lager
Athene, 21 Nov. De troepen in Klein-
Azio zouden de Venizelistische generaals en
officieren hebben afgezet en den terugkeer
van koning Konstantijn eischen. Ook in steden
als Katvalla en Seres hebben de soldalen hun
vroegere anti-Venizelislische officieren in hun
futilities' hersteld. Talrijke adressen van
trouw werden aan koning Konstantijn naar
Zwitserland gestuurd.
Verklaringen van K. Carton de Wiart
en Paul Emila Jansen.
M. Carton de Wiart legde «tan iemand van
don Petit Parisien de volgende verklaringen
af
Onze politiek moet wezen, dö uitvoering te
verzekeren van het verdrag dal Duitschland
geteekend heeft en met onze bondgenoolcn te
werken voor den vrede in Europa.
Tusschen die bondgenooten is Frankrijk
ons het meest nabij en hel liefste. Wij zijn er
aan verbonden door eene diepa genegenheid
van volk lot volk en van regeering tot re
geering.
Wat mijne gersoonlijke gevoelens aangaat,
zegde M. Carton de Wiart, die kunnen aan
niemand verdacht schijnen; ik wil echter
wijzen op eene zaak die vandaag den minis
terraad bezig hield en die Frankaijk en België
voor eon oogenblik verdeeld heeft, namelijk
dc Poolsche kwestie.
En de minister bevestigde toen dat een
Belgisch detachement naar Wilna zou gaan,
samen met de Franschen, om de eerlijkheid
der volksstemming le verzekeren.
De «Éclair» deelt van zijnen kant een
interview mee van M. P. E. Janson, genomen
voor de samenstelling van liet kabinet Carton
de Wiart.
M. Janson drukte in warme bewoordingen
de hoop uit dat de militaire overeenkomst zou
bekrachtigd worden door ecu economisch ak
koord, dat de banden tusschen beide nation
g nauwer zou toehalen.
Over dc uitbreiding der Fransch-Bölgische
militaire overeenkomst, zegde al. Janson.
Ik hoop dat onder den drang der zaken
Engeland zich spoedig bij ons zal aansluiten'
voor belangen die ons allen gelijk zijn. De
verdediging van Calais ligt immer hoofdzake
lijk op den Rijn.
Terugneming der kolonialen bij liet
Metropolitaanscb legerj
De militairen van lageren rang dan dien
van officier die na dienst genomen te hebben
in de Kolonie, bij het Metropolitaansch leger
terugkceren, mogen er in ovortal terug aan
genomen worden met den graad dien zij be
kleedden op het oogenblik van hun vertrek
naar de Kolonie.
De kern-onderofficieren die derwijze terug
aangenomen zijn moeten afgetrokken worden
van bet getal sergeanten voorzien bij de
organieke getallen.
dat het oen graaf was die mot Sanspeur wilde
spreken. Toen word ik lo Montpellior ont
boden.
Mot welk doel
Om mot den graaf don ouden tuinman
t© zoeken, maar wij vonden dien-niet.
Het is good boscbwachter, gij kunt
gaan.
De boschwachter ging, en mijnheer Pel-
letier zeide tegen Engeline oa Louis, ik ver
zeker u dat wij ons doel een goeden stap na
der zijn gekomen.
Ik rccon dat de graaf in dat huis ge
weest is om met Sanspeur te spreken, zeide
Louis, dan is hij toch de lastgever geweest.
Do langhals heeft den graaf niet als
zoodanig horkend, gewichtiger is de mode-!
deeling van den ouden tuinman over den
schrijver, het is dezelfde Marinus Bloemist,
dien gij bij mij zaagt.
- Marinus B!oomi3t, riepen Engeline en
Louis gelijktijdig, de jonge man, die in de
straat de la Terrasse woonde
llij is hot, die het geld in het prieel in
ontvangst nam.
Engeüne kon géén woorden genoeg vin
den om mijnheer Pelletier te bedanken, voor
allo moeite en opofferingen welken hij voor
haren goeden vader aanwende.
Eindelijk verlieten Engelino en Louis het
bruine heertje.
Weet gij op wien mijnheer sprekend
gelijkt vroeg Engeüne aan Louis. I.oen zij
buiten waren gekomen.
Nu laat hooren»
Op den vorst di9 ik in de rijk versierde
tuin ontmoette, toen ik 'a avonds voor don
graaf wilde vluchten.
Nu hij is, als hij de vorst niet zelf is,
zeker een zeer invloedrijk man. Hot is een
groot geluk, dat wij hem hebben leeren ken
nen. Zij houden u nu op het slot naar het
schijnt niet meer vast, zoide Louis.
Het is plotseling anders geworden na
zij weten, dat het testament verbrand is, zij
vieren nu foest op feest in huls of te Parijs.
Blijft gij nu hier
Noen Louis want ik kan nu vrij uit het
kasteel gaan als ik wil, daarenboven is de
weduwe Brison en mijne vriendin niet me&r
te Parijs.
Dan zal ik u met een rijtuig tot aan
het kasteel brengen, zeïdo Louis.
Engeline naar dit aanbod dankbaar aan,
en beyond zich twee uren later te Montpel-
lier.
Twee dagen nadat Engeline te Parijs was
geweest, werd dien dag geen feest gevierd,
het bracht oen weinig rust ondor de badiea-
den, dio als hot waren afgesloofd, door de
bediening van alle genoodigdon.
Do graaf beval, omdat hij dezen vrijen dag
voor eon wandelrid wilde gebruiken, omzijn
paard to zadelen.
De stalknecht bracht het paard voor, de
graaf sprong in den zadel en voort ging het
naar het jachtslot naar do plaats waar de
gruwelijke moord was gepleegd. Do graaf
had een scherp bijtend poeder gekocht en
jviido beproeven om daarmede d.Q over ge«
Zoohaast er, door het openvallen van plaat-!
sen in het korps, mogelijkheid bestaat, zullen
deze onderofficieren bevorderd worden.
Be medaille van den Yzer
De gedemobiliseerde militairen behoor en
tot diensten in den rug van het Leger, uie de-
Medaille van den Yzer verkregen door bcmid-'
deling van den Bevelhebber der Diensten irn
den rug van het Leger, en die lot nog toe in'
bezit niet zijn van Let juweel cn het brevet;
van dit eereteeken, worden verzocht hum
adres le doen kennen bij tien stafoverste vara
het Kommando der Diensten in den rug van
het Lerger (C.G.A.) I'aleizenstraat, 41, tc
Brussel.
Benoeming van de miliciens.
De miliciens aangewezen voor een andere'
school voor onderluilenanteii der Rhscrvé
dan deze van hun wapen of dienst, gaan dei*-*
tig dagen na hun aankomst in du school,;
voor goed over naar het wapen met kei welk:
dio school in verband slaat.
De milicien die voor dc le ziftingsproef
geslaagd is wordt tot korporaal (bri'gadieif
benoemd. De datum voor deze benoemidg is'
zonder onderscheid vastgesteld op 2 maanden,
na de aankomst der belanghebbenden iu de^'
school voor ondcrluitenanien der Reserve, j
De miliciens die voor de ziftingsproef niet,
geslaagd zijn worden aangeduid voor eeti
onderrichtseenheid der wapenschool aan de
welke de school waar zij de lessen volgen
verbonden is.
Bij het einde der leergangen in de scholen
voor onderluitenanten der Reserve wordt ecu
verlof van veertien dagen met soldij verleend
aan dc leerlingen die do leergangen voleïn-,
digd hebben in de verèischte voorwaarden'
om het bewijs van bekwaamheid tot de functie
van peloton (sectie) overste tc bekomen.
De miliciens die het bewijs van bekwaam
heid tot de functie van peloton (sectie) over-!
sle bekomen hebben worden voor een regi
ment aangeduid op den datum waarop hun
verlof ten einde is, rekening houdend met dö'
behoeften der korpsen, alsook met de voor
stellen van de bevelhebbers der scholen voor,
onderlaitenanlcn der Reserve, van do bevel-!
hebbers der Wapenscholcn en van de Alge-
meene Wapentoczichters.
De voorstellen dezer overheden zullen ge
steund zijn op de verlangens uitgedrukt door,
de belanghebbenden, cn op hunne bijzondera'
geschiktheid.
Aan de verlangens door de leerlingen uit
gedrukt zal voldoening gegeven worden in
de mate van hel mogelijke, rekening houdend
met de rangscbikkingsorde bij het verlaten
def school voor onderluiteoanlen der Reserve
en met de inlichtingen nopens hen verschaft
door den bevelhebber der school.
De voorstellen worden gedaan hoogstcnf
acht dagen na hel eindigen der leergangen.
Op dienzelfden datum worden de betrokken
militairen benoemd tot sergeant (wachtmees
ter) en gedetacheerd bij de regimenten voer
dewelke zij aangewezen worden.
De miliciens die hel bewijs van bekwaamd
beid niet verkregen, gaan over naar het ef
fectief der regimenten voor dewelke zij aan
gewezen worden tengevolge van de eersts
proef.
Beroopsvrijwilligers.
De vrijwilligers kunnen slechts in d<r
School voor Onderlaitenanlcn der Reserve
van hun wapen aangenomen worden.
Na de eerste ziftingsproef met bijval afgei
legd te hebben, genieten zij, in zake bevor-1
dering, dezelfde voordeeten als de miliciens/
In geval van niet slagen voor eene ziftings
proef, ofwel bij het eindigen der leergangen»;
vervoegen zij hun regiment. 1
Bekomen zij het brevet van bekwaamheid/
dan worden zij bij hun oorspronkelijk regi
ment gedetacheerd.
bleven bewijzen van de moord van den vloer
uit te wisschen, want binnen oenige dagen
zon een groot banket worden gegeven in het
jachtslot.
Pasehen stond voor de deur, reeds sierda
zich het woud met jong groen, reeds zcugera
de vogels op de velden en in de boomen„
reeds groende het gras, en vervulde de teut»
de lucht met hare heerlijke geuren, maar d»
raaf lette er niet op, hij was niettegen
staande het dagelijks feeeten geheel vervuil
met sombere gedachten. j
De graaf .bereikte het eenzame jachtslot J
Hij bracht zijn paard zelf in den stal, daaq
er niemand it» hot jachtslot was. Een on
dersoek bij de pat deed hem zioo, dat daac
niets veranderd was. Hij werd als naar dia
put getrokken, hij zag in de diepte maar bo~
merkte mets.
Toen ging hij naar lie" jachtslot, opende'
de dour on trad het j ortaal binnen. Ilij eteeg
de trap op, opende de deur van de banket
zaal, haalde oen vat water, sloot zich toen
in de zaal op, eo begon toen do vlek mot het
bijtende poeder te bestrijken, sproeide er vra-!
ter over en zag hoe het poeder in het hout
trok.
Op dit oogenblik naderde een ouderwetsclij
rijtuig het slot, en bleef iu de nabijheid er,
van stilstaan.
Mijnheer Pollelier stapte uit het rijtuig
en gaf den koetsier last om baneuTu voor da^
deur te wachten. Toen ging hij naar de deur»
opende die on trad binnen.
Mijnheer Pelletior liet de dour, gelteol