fie eopn zien Lijflerik met ie Manke M 8 Be misdadige aanslag op een sneltrein nabij 's Gravonbraksl mmm Vrijdag Juli 1921 Bolsjewistischs drukssls in België. Rond hel Parlement oae gaawT- Kerk,straat, 9 en 29, Aalst?— Tel, 114 XXVII' JAARGANG NUMMER tSS T>A<T-TRT Ak T~> S CEKT1EKEH WEKELIJKS 0.50 Uitgever: 1, Van Ndpfbl-Dk Gunm H. Elisabeth I Zon op 3.58, onder 7,53 Eerste Kwartier den 41 Publiciteit buiten het Arrondissement Aalst, zich tö wenden tot het Agenisohap I1avA6,8, Martelaarplein, te Brussel8Place de la Bourse, Parijs en -6, Bream's Buildings Londre3 E.G.4 Do lieer Destine, minister van we tenschappen, heeft te Roux eene rede voering uitgesproken over de oplos sing der schoolkwestie, welke wij in haar beginsel en groote lijnen hebben (bijgetreden, omdat ze volkomen de beginsels huldigt welke wij sinds altijd hebben vooruitgezetalle scho len op gelijken voet voor de ofücieele hulpgelden vrijheid van onderwijs, en van den huisvader in de keuze der school. We hebben uochtans voorbehoud gemaakt. Niet voor wat betrolt de rechtzin nigheid van den heer Destrée, maar voor wat de toepassing aangaat, De toepassing moet gedaan worden door ambtenaren en deze kunnen bij die toepassing aan de wetten en regle menten een wrongsken geven alhier en een krookje langs daar, ia dezen zin ot in eenen anderen. Do minister kan niot alles zien en nazien en zoo wordt er dikwijle veel gedaan volgens den zin en wil der ambtenaar^, en niet naar de woorden en den wensch van den minister. Een bewijs daarvan is het volgende, dat verleden week komt te gebeuren Zondag laatst is de koloniale dag gevierd geworden de régëéring wil de aan do schoolkinderen eerbied inprinten voor ai degenen die aan het beschavingswerk in den Kongo hunne, hulp Lobben verleend en het werk zelf doen hoogschatten. Daarom had minister Franck eei opstelletje gereed gemaakt, dat in al de scholen afgelezen is. Er gebeurde dan iels waarover L'Echo de la Bourse zegt We moeten ons allen aansluiten i) bij hel 'werk dat onze kolonialen hebben ondernomen, met onzen Ivongo buiten de hatelijke en klein geestige politiek te houden. Indien we dat verlangen uitdrukken is het, omdat de zaak, helaas noodig is. Enkele dagen geleden hebben wij het klein ovorzicht medegedeeld dat de minister van koloniën in de scbo- ii len van heal het land heeft doen lezen. In dat overzicht herinnert-de minister van koloniën aan de onver- moeibare toewijding van onze mis- sioimarissen. Zekere dwoeper van het Kabinet van den heer Destrée, schrabte die regels uit, en zonder ij den beslisten wil van den heer Franck die nochtans zeer verre is de godsdienstige, overtuiging te deelon van onze missionnarissen, maar die een hoogst rechtvaardig man is. die aan elk het zijne geeft zouden die regels niet gelezen ge- weestzijn. Is het niet griezelig dergelijke ge- BCanZBKT KAAS aoul De Aavcry door II, 7' Vervolg Mcii kafl eicii gean grootscher en tegelijk aangrijpender tooneei denken, Dat lijkbed, die eerbiedwaardige grijsaard, dat jonge meisje, wier teederiieid men voor zwakheid liad ku'iücü nemen, zoo zij niet van een wa- ïenmoed ware vergezeld geweest, die ter neergeslagen josgeman, en die andere jonge-* ling, bij wieti i.et kuusleuaars vernuft ont waakte. die weeuende kinderen, dat alles vormde cea tafereel, waarin de droefheid ouder al hare gestalten voorkwam. Eensklaps noodzaakte het getuid van den klopper op de huilendeur Ludivïua, haar werk te onderbreken. Zij tiet het stuk doek, dat op hare knieën lag, op den grond vallen, en schoof den grendel wreg. Ren mali, met een onheilspellend voorkomen trad zonder te spreken den gang binnen. Zijn onbewege lijke gelaatstrekken, zijn atijve tlik, de c ol- lach dia hem op de lippen zweefde, maakte op Lidivina oen uitwerking van schrik en afkeer. Toen zij zag, dat de vreemdeling de kamer naderde, plaatste zij zich op den drempel. bf ligt een doode hier in buis, zei Je rij wat wilt gij Mijn zending vervullen, antwoordde, de vreemdeling barnek. Welke zending vroegLidivina met eene bevende slem. - moetlsgeslellenis te moeten vastslel- len, en dat vooral bij dezen die onze o jengd moeten opvoeden. La Libre Belgique maakt daar op de bemerking, dat de sekretaris in kwestie, de heer Cambier is, die aan het Kabinet van den heer Destrée ge hecht is en al het vertrouwen van de zen geniet. Terwijl de heer Destrée al hier en daar redevoeringen uitspreekt, is het de heer Cambier die de benoeming doet en schikt, den zin vaststelt die aan de wetteu moot gegeven worden, de opzieners uitkiest eu met de kamera den» van het Brusselsch Volkshuis in zake van onderwijs allo bijzonder heden regelt. De heer Cambier is w ezenlijk on derminister hij is opzettelijk uit He- nogouw geroepen, waar hij om zijn socialistisch anti-kierikaiism gekend was, om den post vau vertrouwen, dien hij nu inneemt, te vervullen. Is het te verwonderen, dat do katho lieken voorbehoud maken, ais do heer Destrée schoone programmes uiteen zet en zeggen te willen wachten tot dat ze zien, welke uilslagen de prak tijk geeft t Er is hier immers kwestie dat ze zich niet laten vérschalken, door al vvat verteld wordt aan te nemen als ware het reeds verwezenlijkt. Minister Destrée heeft zijne ziens wijze doen kennen te Roux. De socia listen hebben zondor verzet geluisterd; na de rede van den heer Destrée heeft de voorzitter gezegd, dat de gedachten van don heer Destrée dienen bestu deerd te worden. Hij heeft geenszins gezegd dat zo zullen bijgetreden worden. Vele socialisten en socialistische bladen verklaren zich 't akkoord met minister Destrée. Wat de liberalen betreft deze zijn er over het algemeen tegen. Zullen ze veranderen van zienswijze Intusschen is er noch in het bestuur noch aan do wet iets veranderd. Oppassen blijft de boodschap 5000 exemplaren worden aangeslagen. Aanhoudingen. Aan de Aziadok te Antwerpen, werd Dins dag avond door een tolbeambte een kerel op gemerkt, die van de stoomboot Virgilia kwam beladen met een groot pak. Denkende met een kaaiachuimer te doen te hebben, hield hij hem aan en leverde hem over aan de po- licie. De policieofficier M. Braekman, die het pak onderzocht, vond er 5000 druksels van het blad Moscoii het orgaan van het 3e In ternationaal Congres, eétt bolsjewistisch blad dat in 't Russisch, Engelsch en Franscb was opgesteld. De aangehoudene was een inwoner dor stad, die beweerde van niets te weten en dat een onbekende hem gevraagd had het pak van boord le halen en Daar een lokaal der SuPaulusstraat te brengen waarvoor bij wat zou verdienen. Oak was hem een brief' overhandigd die hij met liet pak in gezegd lokaal moest afgeven. De onbekende man werd opgezocht en rond middernacht had men hem te pakken toen hij zich aan boord hegcf. liet is een Duitschers O.., die bekende de bladen in Hamburg te hebben ontvangen om zo te Antwerpen bin non te smokkelen. Later werden nog een paar mannen van het schip Virgilia aangehouden, die hij de komst der policie, drukwerk over boord had den geworpen. Het parket is van het geval verwittigd en houdt zich met het ondeiv'oek bezig. Da Sen&aiskoir,missiën De Kommissiën van Geldwezen en Nijver heid van den Senaat kwamen bijeen, onder voorzitterschap van M Da Sudeleer. Zij onderzochten het ontwerp betreffende hel oprichten van een nationale maatschappij voor goedkoope woningen. Het verslag de G.lfinck werd a a i ïgenomen .J& e n weet dat door bovenbedoeld ontwerp de regeering gematigd is aan de maatschappijen voor goeakoopo woningen belangrijke toelagen te verlcenen. Dezelfde kommissiën hebben insgelijks het wetsvoorstel besproken waarbij aan do regeering de toelating wordt verleend den verkoop van Belgische waren in den vreemde te verlekeren, Hol een bedrag 250 millioen frank. Naman aan do langdurige bespreking deel de hl», Maurice Despret, Lëpreux, De Bast, baron do Mevius en Volckaert. De minister van Nijverheid wordt in verband met deze bespreking,'op de aanstaande zitting uitgeuoodigd. Do Kommissie van Geldwezen heeft ten slotte het wetsvoorstel goedgekeurd betref fende de boekhouding dar gedane uitgaven. Da hervorming vaa den Senaat. De afgevaardigden van Kamer en Senaat kwamen gisterochtend bijeen en onderzoch ten nogmaals het vraagstuk betredende do Sonaatsliorvorming. Do rechterzijde blijft haar ziens wij zé in za ko sonaioriale vergoeding getrouw on is be reid het kiesrecht op '21-jarigen ouderdom aan te nemen, op voorwaarde dat de senato ren geen vergoeding bekomen. De liberalen tieüen daarentegen'het voorstel 'Braun bij. Men vraagt zich af of de regeering ja dan neen tot de ontbinding zal overgaan. Ik ben Jean 1' Ourte, voegde de vreem. deling er bij. Die naam zegt mij niets, hernam het meisje-. Weet gij niet, dat na den dood van het hoofd des huisgezins er over de erfenis te handelen valt Ik vertegenwoordig hier Hendrik II. Lidivina opende een vertrek, grenzende aan dat waar Lijderik rustte en door liet woord recht lot iwijgeD gebracht, liet zij vrijen doorgang aan Jean l'Ourte. Wat is er riep Mark, door het gerucht aangetrokken wat wilt gij zeide aan den vreemdeling. Zoo, jonge lieden, antwoordde Jean l'Ourte. kent gij het gebruik niet in Brabant en moet ik u zeggen, dat, zoo er iemand komt te sterven, de landsheer de eerste erf genaam van den overledene is Mijn vader was arm zeide Lidivina een degen, een reüquieëkastje en eenige bladen perkament is alles, wat hij nalaat. Gij hebt den degen zeker, jong mensch het reliquieëtihaste on het kruisbeeld zijn dan het erfdeel der andere kinderen ;Jon gij, zeide Jean l'Ourte, terwijl hij Lidivina bij den arm cioep Mijn geliefde vader heeft mij zijn zogen gegeven eri dit handschrift, dat hij met eeue machtolooze hand geschilderd Leeft Ik betrour hel zeide Jeau l'Ourte, dal ik u slecht nieuvfsjkom melden, mijne schoo ne maar ik Let» een man der wet. en on verbiddelijk als zq is. Hertog Hendrik eischt het kostbaarste uit de nalatenschap van Lij- Dempsey* Carpsntier. Gai'echietjjke wea>veiging«ssa. De advokaat van het Bureel der interna tionale hervormingen heeft Dempsey voor het plaatselijk gerecht gedaagd om zich te verantwoorden tegen do beschuldiging van slagen en verwondingen toegebracht aan Ca frontier tijdens de,n boksmatch van Zater dag 1. 1. te Jersey City. Deinpsev verblijft op dit oogenblik te New- York en het is weinig waarschijnlijk dat hij naar Jersey-City zal terug keeren om zich aan de rechtbank dier stad aan te geven. De hervormers vaa hot internationaal bureel verklaren dat zij niet alleen plan heb ben om vervolgingen in te spannen leger, de deelnemers aan den boksmatch en den inrich ter, maar dat zij tevens de afstelling zuilen vragen van den gouverneur van New-Jersey om dezen amblelijkcn boksmatch ie hebben bijgewoond. De geneesheer heeft Carpentier eene maand rust der rechterhand voorgeschreven in ver band met de dubbele breuk van den duim. derik, den kunstschilder, en ik neem in zijnen naam bezit van het Evangelieboek. Ach zoo streng kunt gij niet zijn riep liet jonge moiaje uit. Dit boek heeft geen overeenkomst met de werken, onder zijne kunstenaarshand ontloken. Hij heeft in iedere bladzijde het beste deel rfjner ziel gelegd en zijne ceiligate herinne ringen. Dat is geen kunstwerk, maar een geheiligde reliquie. en, gij weet het, men schendt reiiquica door ze weg te nemen. Ik ken alleen mijn plicht, antwoordde Jean l'Ourte. Men heeft mij bevolen, in naam van den hertog van Brabant, dat te kiezen, wal liet meeste waarde heeft in het huis van den overledene en ik. doe het. Aoii, dat is een onrnenschelijke wet, zeide Lidivina, terwijl zij in tranen uitberste. Ik heb ze niet gemaakt, antwoordde Jean l'Ourte. Men moet een onmensch zijn, om ze ton uitvoer te brengen, voegde Mark er mei een dreigende stem bij. Stil, zeide de beambte der wet ik ver tegenwoordig hier hertog Hendrik II en die mij aanrandt, beleedigt hem. Ik hen geen man, om een smaad ongewroken te laten. Aar. uwe zuster heb ik wel de rede willeu verklaren, waarom ik liier gekomeu ben aan u geef ik mijn wil te keunen nog een woord, nog eene verdachte beweging, eu gij zult u tegenover den rechter wegens muiterij le verantwoorden hebben. Heb medelijden met ons, zeide Lidi vina, terwijl zij Jeau l'Ourte bij de hand nam; Nadere bijzonderheden Het verhaal van den statieoverste Hennuyëres. Daar het ongeluk gebeurde op pas eenige meters van de statie van Honnuvères, was het personeel dezer statie, met den sialio- overste M. Grégoire aan 'l hoofd, natuurlijk dadelijk ter plaats. M. Grógoire deed volgend verhaal over de ramp m Nadat ik in der haast drie geneesbeeron van 's Gravenbrakel en een van Virginal had ontboden on de statiën vnn Brussel Zuid en 's Gravenbrakel had verwittigd om hulp te bekomen, seinde ik ook om liet parket. i) In afwachting der hulpireinen begon ik met mijn personeel en eenige reizigers, de eerste opruimingswerken. Ik werd in dat bijzonder geholpen door M. Leon- werk Paulin Lagneau, een Fransch kustvoarder wonende te Chateau Thierry, dio zijn schip ging vervoe.en in Den Haver en door een manoeuverman, Leopold De Paepe, van Ber gen, die mij met bewonderenswaardige opoffering ter zijde stonden. Daar het pikdonker was, kwamen de bewoners der huizen langsheen den ijzeren wog weldra opdagen met lampei) ten einde de opruiming te vergemakkelijken. f Eerst werden de gekwetsten van onder de puioen van den postwagen gehaald, en daarna de lijken der zes ongelukkige postbe- 'iendeti, die den dood in de ramp gevonden hadden. Deze lijken waren afgrijselijk ver minkt. .\llen waren den schedel gepletterd on de Leanen gebroken. Twee hunner waren door stukken hout den buik opengereten en hunne ingewanden waren alom verspreid. De lijken en de gekwetsten lagen onder de zak ken brieven en waarden bedolven. De zes lijken werden in het magazijn der statie gebracht en er onder zeilen bedekt. Ook al de postzakken en waarden werden in dat lokaal verzameld. Intusschen waren do hulplokomotieven m8t de groote ophaalkraan aangekomen. Da reizigers en do lichtst gek westen namen pleats in de onbeschadigd gebleven rijtuigen en werden naar Brussel teruggebracht. Vier geneesheeren, die in auto tor plaats gesneld waren, verzorgden de andere ge kwetsten. Deze werden dan in een inmiddels ,e vorm den bijzonderen trein «-gelegd en ook naar Brusael gevoerd. Do dooden Ziehier de namen der ongelukkigen die in de ramp bet leven verloren hebben 1. Leon Guilbe'rt, Lrigadeoverste der trein- takteurs. Deze man, reeds van hougan leef tijd, legde zijne laatste reis af en zou Woens dag in org end. bij zijne aankomst te Parijs op pensioen gesteld worden. 2. Desnoyer, toezichler van den Ireinpost- dienst. 3. Grafteaux, id., 4. Edward Toussainl 5. Eloi Dessurae; 6. Jules Diant, alle drie postklerken. Allen waren woonachtig ia den omtrek van Parijs. De gekwetsten Eenige licht gekwetsten werden ook naar het gasthuis van Uebecq overgebracht. Ziehier de namen tier gekwetsten die te Brussel verzorgd worden MM. Victor Dandinne, van Pavillon-sous Bois; Gaston Dupont, van St. Leux la Forel; Gustave Ferton, van Parijs; Edward Chabrier van Ile-AJam, allen Franscbmans; Gustaaf Van Beethoven, stoker, wonende Georges deuk toch, boa diep wij in liet ongeluk, in het lijden gedompeld zijti. Nauwelijks heb ben wij sedert eenige uren onzen vader ver lorenof de wet treedt hier binnen en vor dert, dat wq op nieuw van iets scheiden, dat ons dierbaar is. Neemt onze meubels, neemt mijne ju weelen verdrijft ons zelf3 uit bet buis, waarin wij opgegroeid zijn maar eerbiedigt het handschrift van onzen vader, laat het oua eenige schat zijn in oaze groote armoede. Dat is onmogelijk antwoordde dan Joan 1'Ourle.*Hier zal een ongeluk gebeurenzeido Mark, en het bloed, dat er vergoteu wordt, zal op uw hoofd neerkomenJean l'Ourte Miju vader heeft mij een degen aehtergela- ten, neem uwen dolk en dat de Almachtige uitspraak doe tusschen den roover en de weos. De jongeling sprong op den beambte vao den fiscus toe, die hem met den dolk in de hand en de vuist legen de borst afwachtte. Broeder, zeido zij, laat mij voortgaan met mijne gebeden tot beinte richtteu. Heer Jeau l'Ourte, ik zal u het kloppen van inijn hart laten hooren en de woorden doen be grijpen, die uit mijne tranen spreken. Laut mij u vermurwen, bij den naam uwer moe der, die u bemind heeft, zooals ons onze va der beminde, bij den naam uwer kiuderen, zoo God een wieg onder uw dak geplaatst heeftIk eisoh niets, ik beu eeu zwakke be droefde vrouw toen zij aan onze deur kwam kloppen, was ik bezig hel doodlaken voor mijnen vader le naaien. .Mijne banden zullen hem begraven.,. Moreaustraat tg Anderleeht-Cureghem; GuiL' "KaFu, wonende te Mitam (Italië). De toestand van Van Beethoven is niet erg. De man heeft slechts eene gapende wonde» aan liet hoofd. Daudine heeft een pols gebro ken en is erg aan den schedel gekwetst. Gaston Dupont werd een bil en de schedel' gebroken. Zijn toestand was zeer onrustwek kend. Gustave Ferton werd een been op twee plaatsen gebroken en bet sleutelbeen ont wricht. Edward Chabrier werd een been Termor* zeld, dat te Brussel onmiddeiiijk afgezet werd. De ongelukkige werd ook een schou der ontwricht. Men vreesdo een noodloltigen afloop. Het was slechts nadat a! da gekwetsten geborgen waren, 'tis to zeggen rond 71/2 ure, dat kapitein Lagneau aan zijn eigen reisgoed dacht. Geholpen door den statie overste, vond hij nog ailes tarug en vertrok dan ook naar Brussel. Onder de licht gekwetsten bevinden zich MAL Cardinal, treinoverste; Antoon Nolf, treinwachter; Albert Legrand, rijtuigkuis schor; Mej. Marguerite Dutor, van Breteuil- t-ur Iton; Pierre Boeckx. Gezondheidstraat te Antwerpen, gekwetst aan lioofd, armen en beenen; Ari Dejongh, van Siiedrecht (Hol land) enz. Het parket en de overheden ter plaats De tijding der ramp had zich bliksemsno! verspreid. Daar het hier een post-snellrein gold, welke gewoonlijk veel wa rden ver voerde, waren M. Ulens, bestuurder bij het spoorwegbeheer te Brussel en M.Depiucharl tijdelijke postbcstuurder te Bergen, onmid- delijk in auto naar da plaats der ramp ge sneld, zoowel om mede le helpen aan het redden der postzakken, dan om hulde te brengen aan de zes gedoode Franse he post bedienden. Onder hun toezicht werden de poststukken gesorteerd. Dit was een uiterst kioseh werk, daar allös met bloed en vieesoh der slachtoffers besmeurd was. Een jonge telegramdrager, Maurice Demul offerde zieli hier voor dat werk. M. Hqnrez, beheerder der spoorwegen M. Delchatnbre, dionstbestuurder in Brussel Zuid, Coppens, controleur te 's Gravenbra kel, die met de bulpmachienen te Hennuy ëres waren aangekomen, Ott(mooUeu daar het parket van Bergen. Het eerste onderzoek De ambtenaars van het spoor wegbeheer en de magistraten gingen dadelijk over tot een onderzoek om de oorzaak der ïamp r.ist te stellen. Zulks duurde niet lang het on geluk had plaats gehad juist aan eene split sing der baan en onmiddelijk bemerkte inea dat de excentriek losgevezen was. De wia- seinaalden stonden tegeu het hoofdspoor,door den sneltrein te volgen, zoodat deze onver mijdelijk moest ontriggelen. Op de vijzeir bemerkte men heel duidelqk versche sporeo dat er aan gewerkt geworden was, waar* schijn lijk met een engelschen sleutel. De drijfveer van den aanslag De magistraten vragen zich af, w^lke de drijfveer mag geweest zijn van den ellende ling die den aanslag pleegde. Verscheidene veronderstellingen worden gedaan. Men vraagt zich af of deze aanslag niet in ver band staat met soortgelijke aanslagen on langs in Frankrijk gepleegd. De sneltrein Amsterdam-Parijs hoort toa aan eene Frauscbe kompagnia en hel perso neel is groolendeels samengesteld uil Fran- schen. Anderzijds vervoerde de trein aanzienlijke waarden, waaronder eene som van twee mil joen bestemd voor bei Fraosch gouverne ment en belangrijke waarden bestemd voor Hollandsch Indië. Mijne krachten zijn uitgeput verg vao mij geen nieuw offer, meer. Straks heb ik a norsch bejegend, alsof gij dat gebruik inge steld hadt welnu, ik beken bet, ik bad ongelijk, gij kunt er zelfs niet aandoen gij moet zelf gehoorzamen... Maar de wet is door merschen banden gemaakt men kan ze veranderen, se verzachten, maar een maal een enkele maal voor de kinderen van Lij derik... Ik kan er niets aan helpen maar ik heb u nog maar de helft van mijne zeodiag bekend gemaakt. De helft nog maar, goede God 1 Wat staat ons nog te wachten Gij moet Lijderik eeu zijner handen af houwen en ze aan den hertog brengen ten leeken van onderhoorigheid. De hand afhouwen Lidivina voltooide hare gedachten niet tij wierp een blikgvol afgrijzen naar üe lijk- zaal. En, hernam Jean l'Ourte, weet gij, dat de beul met dat werk belast is, wanneer de familie woigert zich te onderwerpen Lidivina viel op bare knieën. Dood mij, Jean l'Ourte, riep zij uit, 1 dood mij want ik zweer, dat, zoolang ik leef, gij niet aan de hand mijns vaders raken zult. Dan zult gij zelf de bloedbelasting be talen, dan zult gij zelf aan het recht der roode. lirud voldoen. Antwoord niet meer, sta op, zeide Mark Ziet gij niet, dat geen raqnschelyk gevoel niet meer in die lage ziel, huist (Vervolgtd

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1921 | | pagina 1