Het bezoek der groothertogin van Luxemburg in België IT arme mnmumm Woensdag Mei 1922 KST EEUWFEEST VOORTPLAMTlfi® felsüsrïe ¥ai? Spaoraegai .Ra sssiats Pcütiek der Rigeerlsig jJgiyïsS XXVIII' KfcVkstraat, 9 en 22, Aalst.— Tel. 114 jO.^-C3-23jLj.^&-33 blicltelt buiten het Arrondissement Aalst, zich te wenden tot JAARGANG NUMMER 109 8 CENTIEMEN WEKELIJKS 0*50 Uitgever: J. Van Nos-pei^Ds übnd? H. Pascalis I Zon op 4,08 onder 7,26 "Laatste Kwart, den 18 het Agentschap Hayas. Adolf Mariaan.13, te Brussel- S. Place de Ia B^irse, Parijs en 6, Bream's Baildiega Lonli-es E.G.t Dit jaar vieren wij liet eeuwfeest van de Voortplanting des Geloofs. 'Inderdaad, op 3 Mei jongstleden, was liet honderd jaren geleden dat juffer Pauline Jaricot, eene doch ter van rond de twintig, dit schoone en goede werk der Voortplanting des Geloofs te Lyon in Frankrijk stichtte. Nooit kon het nederig meisje voorzien wat dit uitgezocht, krach tig werk ging te wege brengen, toen zij aan de schamele fabriekwerk- sters van haar vader eene geringe aalmoes vroeg; toen zij hare eerste 2000 franken inzamelde en ze naar dingen zond; toen zij enkele jaren liet Seminarie der Vreemde Zen- nadien met vreugde mocht bestati- gen hoe het reddingswerk in gansch de katholieke wereld veld won; toen een leger van navolgers welhaast op hare voetstappen wandelde. Bij dit herdenken moeten wij ons verheugen over de overwinningen in het verleden behaald en over de glo rierijke toekomst die op ons wacht. Bij dit familiefeest zijn wij ver plicht God te danken voor al de ze geningen waarmede Hij ons over laadde. Verblijden wij ons om den zoo gewichligen groei en bloei van het hi uitstek goede werk en om het sa- mcngaren, penning per penning, van de 500 ïuillioen franken, welke dien gulden stroom vormden en welke ons toelieten zooveel zielen in den vreemde te redden! Verblijden wij ons om de 20 mil lioen zielen, die daardoor gedurende deze eeuw, in den schoot der H. Kerk toestroomden! Verbij iden wij ons om de slaven door dat werk vrijgekocht, om de hongerlijdenden daardoor verza digd, om de zieken daardoor ver zorgd, om de versteende harten daardoor gebroken en tot inkeer ge bracht, om de verstanden daardoor in goddelijk liefdevuur ontstoken! Verblijden wij ons te weten dat liet gering getal zendelingen van 1800 thans tot 50,000 klom! Verblijden wij ons! ja laat ons blijde wezen om het vergoten mar telaarsbloed dat sindsdien en ter- zelfdertijde als het zweet der zende lingen, Gods akker besproeide en nieuwe kristenen deed ontstaan. In derdaad, het wordt immer bewaar heid het bloed der martelaren brengt nieuwe katholieken voort. Overal vallen er Christenen, zeg de Napoleon, en nochtans zij zijn het die de overwinning behalen. Ik weet niet hoeveel dapperen op liet missieveld sinds honderd jaren van hier vielen, doch wat ik weet en voor mij hier liggen heb, is een kort overzicht van 1808 tot 1920. Ik som eenvoudig op Gemartel de en vermoorde missionarissen, 64 verdronken of op zee gestorven, 33 door een wild dier verslonden, 1; levend verbrand, 3in 't gevang aan hunne wonden bezweken, 7. Zulks maakt op 22 jaar, honderd en acht slachtoffers. En ik gewaag niet van dezen die stierven door melaatseh- lieid, koortsen, cholera, pest, noch van dezen die omkwamen in den we reldoorlog. 't Is genoeg en meer dan voldoen de! Dezen die het uitstekend voor recht en de groote eere van den mar teldood mochten ten deele krijgen, mogen al zwijgende aan den wereld erklaren Men moet getuigen gelooven die hunne getuigenis met hun bloed bezegelden. Het velle den is borg voor het toekomende! Het geslacht der apostelen en der martelaren sterft niet uit! Altijd zal men priesters en kloos terlingen, kloosterzusters en zelfs vurige leeken vinden die onver schrokken, onbaatzuchtig, onver moeibaar het goede zaad in alle ver re hoeken en kanten der wereld zullen gaan uitwerpen. Altijd zal men er tegenkomen die zoeken hun bloed voor een,schoonen zielenoogst ten beste te geven. Doch wij ook. katholieken, wij moeten apostelen zijn. Meer dan vroeger zult ge mee helpen aan het schoone werk der Voortplanting van uw Geloof. Het eerste legers onzer zendelingen zal stand houden, weest gerust. Doch ook het tweede leger, de helpers van het eerste, moet in de weer zijn en blijven om alle zege pralen zoo schitterend mogelijk te behalen. De eersten vragen de ondersteu ning aan de tweeden, van de acht linies. Schenkt hun dan uwe gebe den, uwe aalmoezen, uwe sacrifi cies, uwe verstervingen, uwe IIH. Communiën, uw dagelijksehe offers en plichtvervullingen. Luistert naar de stem der Pauzen Benediktus XV zaliger gedachtenis, en Pius XI glo rierijk regeerende, en gij zult de 'nand aan 't werk slaan ten voor- deele der zendingen en zendelin gen. Helpt ze, staat ze bij, door alle middelen, stoffelijke en geestelijke die in uwe macht liggen. Leve nog meer en beter het werk der Voortplanting van ons dierbaar Geloof! MARC. BELASTINGZEGELS Van 15 dezer af zullen al dc postkan toren deelnemen aan den verkoop van de weeldetaks «-zegels. De kantoren ge legen in de gemeenten waar er reken- plichtigcn van liet Beheer der Registra tie en Domeinen verblijven, zijn even wel geenszins met dezen verkoop belast. VRIJ BEWERKT NAAR HET ENGELSCH 48° Vervolg. Zonder twijfel had haar gezelschap den knaap afleiding verschaft, maar zijne ge- zondLftd had hij naar alle gedachten slechts aan de ezelinnemelk en aan liet eindelijk te voorschijn komen van zijn beter gestel te danken. Het verstandige meisje gevoelde, zeer pijnlijk de onvriendelijke verandering in liet gedrag van den Squire; het was haar, alsof zij eene misdaad begaan had, on zij verlangde heen te gaan. Reeds had Squire besloten, het meisje met zijn rij tuig naar Bristol terug te zenden, toen Rezia verscheen, om naar het welzijn van Primrose te vernemen. De Squire zegde in tegenwoordigheid van zijn kleinzoon dat Rezia haar pleegkind mede nomen kon, opdat het kind iti haren verderen levensloop niet benadeeld mocht w,ordcn. Uit zijnen toon en uit de ondankbare aanmerking, dat het goede gestel van de Proudfoots zich zeiven eindelijk gehol pen had, erkende de oude, dat de trótsche mannadat dc zorg van hem geweken was, weder de oude, ongevoelige dwinge land werd, die hij altijd voor"zijne fa milie geweest was. Herbert bralt in tranen uit, toen hij REDE VAN M. M0YERS0EN, MINISTER VAN NIJVERHEID EN ARBEID M. Moyersoen, minister van Nijver heid en Arbeid, heeft Zondag een be langrijke redo te Luik uitgesproken. Uit die rede lichten wij de volgende belangrijke punten. Betreffende den wo ningnood heeft den minister gezegd De huidige werking van de nationa le maatschappij voor het bouwen van goedkoope woningen is niet voldoende. De regeering heeft besloten premien toe te kennen aan de arbeiders en min be- goede lieden die een huis willen bouwen oor hun persoonlijk gebruik. De voor gaarden ervan zullen bij Koninklijk be sluit vastgesteld worden. Die premien mogen ten hoogste het vijfde, van de bouwkosten bedragen, maar niet 2,300, 3,000 en 8,500 fr. overtreffen, naar ge lang de samenstelling van de familie en het aantal kindoren. De talrijke gezinnen ontvangen dus een grooter premie. De premie zal toege kend worden aan de 10,000 eerste hui zen welke binnen het tijdbestek van 15 maanden zullen gebouwa worden. De regcering zal mogelijks de maat schappijen voor het bouwen van goed koope woningen in staat stellen de ge bouwde huizen beneden den kostprijs te erkoopen. De minister behandelde ook de kwes- ties van het crisisfonds, van de vrijheid an vereeniging, de achturenwet, de ou- derdoms pensioenen, het vrij vakonder wijs. De regeering zal geen inbreuk dulden op de individuede vrijheid, de syndikale vrijheid en de vrijheid Aan vereeniging. Het is ook niet de bedoeling der re geering de toepassing van de achturenwet te ontkrachten. Afwijkingen aan de wet zullen eerst na ernstig onderzoek toege staan worden. Doch het zou schadelijk zijn op onredelijke wijze en met koppig heid te willen dat de wet op stroeve en Jacobijnsch wijze toegepast wordt. Wat de ouderdomspensioenen betreft, en ook de verzekeringen tegen werkeloos heid, ziekte, invaliditeit, enz., de minis ter betoogt dat voorloopig een stelsel van verplichte verzekering onuitvoerbaar is. De Icosten zouden 400 raillioen bedragen. Doch lic-t oogenblik nadert waarop de groote meerderheid der werklieden, dank zij den snellen vooruitgang der mutuali teiten tegen al de risico's zal verzekerd zijn. Spreker weert de kosteloozc pensioe nen- en verzekeringsregeling. Inzake ou derdomspensioen moeten bijdragen ge stort worden door den Staat, de werkne mers en de werkgevers. De pensioenen mogen niet langer in verhouding staan tot ae behoeften van den belanghebbende noch ondergeschikt zijn aan een vooraf gaand onderzoek over de inkomsten van den belanghebbende. Het vrije vakonderwijs moet worden aangemoedigd waar de provincie en gemeenten het vrije vakonderwijs niet steunen, moet zulks op een andere wijze vergoed worden. De minister betoogde verder dat er geen sprake is van te verzaken aan de huidige sociale politiek der regeering. Doch alle nieuwe uitgaven zullen met de uiterste voorzichtigheid gedaan worden. vernam dat Primrose, zijne beste vrien din, van hem zoude verwijderd worden Wat zal ik zonder haar beginnen? vroeg liij angstig. Dan heb ik niemand meer, die vriendelijk met mij spreekt, die met mij speelt, met mij leert, met mij bidt Wij pasten zoo riiooie bij elkander, want wij zijn beiden weezen. Gij gaat nu naar de andere weezen. Primrose, en ik kan niet bij u zijn. Ik wilde dat- ik bij mijne moeder in den he mel ware. Toen de Squire deze woorden hoorde, zeide hij noiseh Gij zijt gek, Herbert, en verliet in toorn de kamer. Span inbeval hij den koetsier, die reeds in liet portaal wachtte en wien het reeds gezegd was, dat er nog eon rit naar Bristol gedaan zoude worden. Hij liet zich niet weer aan Rezia en aan dc kleine Primrose zien, hetgene de oude trouwe ziel zoo diep griefde, dat zij besloot zicli met liaar pleegkind, zonder afscheid van den Squire te nemen, verwijderen. Toen zij op hot. punt, was Primrose voor de afreis te klecden, verscheen een bediende en bracht Herbert bevel over dat hij bij den Squire zoude komen, die hem, zoo als hij reeds wist, mede nemen wilde naar de tentoonsclling van bloc men. Vaarwel, jonge heer. God zij met zegde Rezia tot Herbert ca streelde hei TE AARLEN De koninklijke trein, die de groother- tognivan Luxemburg is gaan afhalen, liep Maandag kwaart over 1 uur te Aar len binnen. Op het perron in de statie,stonden de overlieden, de schoolkinderen en de matschappijen. Hare Koninklijke Hoogheid werd be groet door den heer gouverneur der pro vincie en den heer burgemeester der stad. Bloemengarven werden haar aangebo den in naam der provincie, in naam der stad en in naam van den bond der gede porteerden. Hare Hooghedi bedankte met ontroe ring en scheen ten diepste getroffen door de hiide toejuichingen die aller wege op gingen bij liet vertrek van den trein. TE NAMEN De koninklijke trein, wamin de groot hertogin en haar gemaal, prins Felix van Bourbon-Parma hadden plaats genomen, is te 3 u. 52 Ic Namen binnengeloopen, en te 4 uur klokslag doorgestoomd. Te Namen stonden in de statie 4 de tachementen Aan het 20e linie met mu ziek en vaandel, onder bevel van kolonel Borlée. Het bureel van den statieoverste was in ontvangstation herschapen. Waren uit Brussel toegekomen om de jonge vorstin te ontvangen Mevr. dc gravin Cornet de Ways-Ruart, eeredame der groothertogin; 'graaf de Laubespin, minister van Belgie te Luxemburg; graaf d'Ansembourg, minister van Lu xemburg te BrusselStaatsminister Reu ter; M. Altwies, voorzitter der Luxom- burgsche Kamergeneraals Hellebaut en Van Acker, enz. Van Namen waren aanwezig baron de Gaiffier d'Hestroy, gouverneur; ba ron Fallon, arrondissements-eommissa- t isM. Golenvaux, volksvertegenwoordi ger; generaal Gratia, enz. Op het oogenblik toen de trein binnen reed, schallen de klaroenen, boden de troepen de wapens en speelde de muziek het Luxemburggclie volkslied. De Luxemburgsche overheden gingen ie groothertogin begroeten in haar sa- lonrijtuig, waarna dc vorstin instapte en zich naar het ontvangstsalon begaf, waai de voorstellingen plaats hadden. Nadat de groothertogin het troepen- de ;aehement Rad geschouwd, stapte zij terug in den trein en zotte de reis naar Brussel voort. AANKOMST TE BRUSSEL1 Eene ontzaglijke menigte woonde de aankomst der groothertogin te Brussel bi j In de statie der Leopolds wijk werd de zelfde militaire eer bewezen als over ee- nige dagen aan liet Britsche vorstenpaar in de Noordstatie. Op de straat, van aan de 'statie tot aan liet paleis, vormden de troepen van het garnizoen de haag. In dc versierde statie wachtten de over heden,, o. m. de generaals Biebuyck en TombeurMax, burgemeester van Brus sel; Buyl, burgemeester van Elsene, enz. De koning, de koningin en prins Leo pold kwamen te 5 uur toe, begroet door de uitvoering der Braban$onne. Te o u. 10 liep de koninklijke trein binnen, terwijl dc muziek het Luxem burgsche volkslied speelde. Groothertogin Charlotte en prins Fc- de tengere hand. Primrose stortte tranen en beloofde zeer dikwijls aan hem te zullen denken. Herbert kon van droefheid bijna geen woord spreken. Vijf minuten later be vonden beide zich op den zonnigen straatweg naar Bristol. Het duurde niet lang of de sierlijke koets van Proud foot, met vier moedige paarden bespannen rolde voorbij. De Squire knikte eventjes tegen Rezia, maar draaide ook dadelijk liet gezicht weer af. Herbert keek eclitei; verscheidene ma len naar Primrose om, en wierp haar handkusjes toe. De Squire trok somber de wenkbrau wen te zamen, tqew hij dit bespeurde. Laat dat, Herbert, zeide hij. Het is eene vernedering voor u, zulke menschen handkusjes toe te werpen. Het zijn, wel is waar, goede, dienstvaardige menschen, maar zij zijn niet van onzen stand en slechts aan ccncn van uws gelijken komt en gebaar van vriendschappelijke ver trouwelijkhcid, zooals een handkus, toe. Bedenk, dat gij mijn erfgenaam zijt, Herbert, de erfgenaam van al de lande rijen van Asbbrookliall en dat het lix van Bourbon, stonden aan dc portel van liet salonrijtuig. De jonge vorstin stapte uit, reikte deD koning de hand en omhelsde de konin- Onmiddellijk schouwden de vorsten de troepen, en daarna wgjgl dc jonge vor stin door den koning voorgesteld aan d6 aanwezige overlieden. Prins Felix, gemaal der groothertogin., droeg het uniform van de Luxemburg sche garde. Na de wederzijdsche voorstelling der gevolgen, trad de stoet buiten. In het eerste hof rij tuig namen plaats de groothertogin, koning Albert, prins Leopold en M. Reuter. In het tweede, de. koningin, prins Fe lix, generaal Hellebaut en de Luxem burgsche hofmaarschalk. In het derde de leden van het gevolg. Omringd door een detachement gid sen, reed de stoet naaf het paleis. Óp den doortocht speelden de muziek korpsen van 't leger het Eiixcinburgsehe volkslied. Al de huizen waren gevlagd op den doortocht, overal werd met zakdoeken ge wuifd. Om 5 u. 20 bereikte de stoet het pa leis en ontviug groothertogin Charlotte in het Witte Salon dc hulde der voorzit ters van Senaat en Kamer en van de mi* nisters. FEESTMAAL TEN HOVE Maandag avond gaven dc koning en de koningin ten paleize van Brussel een groot feestmaal ter eere van Hare Ko ninklijke Hoogheid dc groothertogin van Luxemburg en van Z. K. H. den prins gemaal. Waren op het feestmaal uitgenoodigd Z. K. II. den hertog van Brabant; H. K. II. priuses Marie-José; gravin de Ways-Ruart en Mev. d^Schaeffer, eere dames vau de groothertogin; graaf Col- nefc d'Huart, hofmaarschalk; de ordon- nansofficieren van de groothertogin; graaf en gravin d'Ansembourg; dé voor zitter van den Senaat en barones de Fa- vcreauM. Brunet, voorzitter der Kamer dc hceren ministers en hunne vrouwen graaf Carton de Wiart, Staatsminister; burgemeester Max; M. Louis Bertrand, Staatsminister; graaf do Laubespin; hot gansehe bureel van den-Senaat; het- gan- sche bureel der Kamer; talrijke lioogo ambtenaren van de verscheidene minis teries liecren gouverneur en bestuurders der Nationale Bank;M. en Mev. Destréc; Z. Eervv. Heercn Cöoreman, pastoor-de ken van Laeken en Verbesselt, pastoor der Miniemen; Dons, voorzitter van den Bond dor Belgische drukpers; Housiaux, id. der Brusselsche afdceling; M. Paul Jourdain; talrijke officieren; de gan sch e hofhouding van HH. MM. den Ko ning en de Koningin, enz. Nooit is het aantal genoodigden aan een feestmaal ten liovo grooter geweest dan bij deze feestelijke gelegenheid. Het feestmaal had plaats in de groote balzaal, die met witte seringen iVas ver sierd. Aan dc^eerelafel zaten de groother* togin tusschen koning Albert en konin^ gin Elisabethnaast ae koningin, prins Felix en prinses Marle-José; naast den koning, gravin d'Ansembourg en prins Leopold. geene eer voor u, een Proudfoot, haar met- vooi'komeiulheid te behandelen. Dat past u niet. Denk niet meer aan haar. Ge draag u mijner waardig, mijn zoontje Maar ik heb Primrose recht lief gekre gen, grootpa! antwoordde Herbert. Wel foei, wat bebt gij beiden met elkander gemeen? Een vader grootpa, wij zijn beiden weezen Ja, ja, mijn jongen, maar er is een geweldig onderscheid tusschen een wees meisje, dat ten laste van de liefdadigheid komt. en eene wees, die erfgenaam is van 20,OhO pond 's jaarshervatte de Squire gemelijk. Vergeving, grootpa. Ik meende dat wij allen voor God gelijk waren. Deze opmreking deed den trotschen man verstommen. Hij bracht het gesprek op andere onderwerpen. Na anderhalf uur rijdens hield zijne koets stil voor het prachtigste hotel van Bristol; de kaste lein vloog met zijne knechten naar bui ten, om den mammon, in de gedaante van den trotschen Squire, de nederigste blijken van eerbied te betoenen. Voel later kwamen Rezia en Primrose kind, waaraan gij zooveel oplettendheid in de kleine armenwomn.gen aan, waar betoont, spoedig uit armoede van de ar-jzij, helaas! dc profetes Tabitlia de hoop menwoningen naar het. weeshuis gaatmoesten ontnemen, juffer Primrose nog Het was eene eer voor dit meisje, in uwe i cei maal als Lady \u?i Adibrpokhnll 4] nabijheid te niogep. vertocyen, maar hetj zullen zien. SIM VAN HARRY GESCHEIDEN Terwijl Primrose kort na haren te* rugkeer van Aslibrookhall naar het wee* zenhuis te Ashley down bij Bristol ver* huisde en aldus eene nieuwe woonplaats kreeg, nam de heer Limley. zooals be* kend is, Harry op zijn kantoor en be* stelde Sim in 'eenen boekwinkel. In tus schen behield Sim tafel en bed in heb huis van Limley, zoodat de beide broo ders een deel van den nacht met el kan* der konden doorbrengen. Aan deze kort* stondige scheiding gewenden zij zich ge makkelijk en stelden zich des avonds schadeloos, als zij naar hunne zolderka* mer gegaan waren, door wederkeerig hunne avonturen te verhalen. Harry- maakte als eersfbeginnend klerk snelle en groote vorderingen, zoodat de heer Liirucy van hem zegde, dat hij het hoofd van eenen man op kinderschouderent had. Sim daarentegen was onstandvastig en verstrooid van aard, kon zich niet aan zijne ondergeschikte sidling als loopjon gen gewennen en wisselde in den fljd van nog geeufe vijf jaren zesmaal van pa* troon. Eindelijk kwam hij bij een boek* verkoozier Cnuup, wiens winkel ver ver wijdend was van het huis van den lieer Limley. De heer Crump had een lang gesprek met Sims beschermer, waarin do heide heercn de mooning deelden, dat do al la menigvuldige verwijdering van Sim uit dc zaak, zoowel wegens verkwisting'

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksstem | 1922 | | pagina 1