19
Donderdag
Oct 1922
STEUNT BE KATHOLIEKE
ZENDINGEN
De politieke toestand in
Engeland
Het Panorama van den Yzei
De onbekende soldaat
De Koningin bij de mijnwer
kers van Limburg
Ministerie Yan Landbouw
De kroning der Rumeenschc
Vorsten
XX VIII* JAARGANG NUMMER 218
Kortstraat, en 21, Aalst.' SS Tel. 111-Ï3A.GBL.AD 8 CENTIEMEN WEKELIJKS 0.50 Uitgever: J. Van Npffel-De Gendt
Publiciteit buiten het Arr. AALST t! Agentschap Havae, Adolf Maxlaan, 13, te Brussel. Place de la Bourse, 8, Parijs, Bream's Buildings, 6, Londres E. C. 4.
H. Saviniua
Zon op 6,19 onder 4,54
Nieuwe Maan den 20
Alle teekènen wijzen er op, dat
we thans staan aan het begin van
ten nieuw groot missie-tijdvak.
Wat zoo dikwijls waar is name
lijk dat .degene die zaait niet immer
dezelfde is als die maait, zal ook
hierin wel zoo zijn, Benedictus XV,
roemrijker gedachtenis, heeft door
tij n wereddbrief over de missies, die
kwestie ®p het voorplan van aller
aandacht en bezorgdheid gepaatst.
Benedictus is gestorven maar zijn
aansporing blijft -en zijn werk
wordt voortgezet.
Die waardeering voor de missies
was reeds langen tijd als een smeu
lend vuur onder de assclie. Tot
den missiearbeid hebben bijgedra
gen de meeste ontdekkingen en uit
vindingen der voorgaande eeuw, het
wereldverkeer en zelfs de koloniale
staatkunde der christene mogendhe
den. Denkt maar aan het werk van
de Belgen in betrekking met Con
go.
Maar nooit was de ijver voor
't missiewerk, ook in het moeder
land, zoo groot als nu. De diepste
oorsprong der missiegedachte is
Gods liefde. Hij bemint de men-
schen; Hij bemint de menschenzie-
ien. Christus, bij zijn geboorte,
riep, in den persoon der drie Wij
zen, de heidensche volkeren naar
zijne kribbe dat is de eerste missie-
prediking van God.Volkerenvreug-
de en volkerenvrede dat is de blij
de boodschap. Dn de grondwet
van de missie is niets ander dan het
testament van Christus bij zijn
Hemelvaart Gaat en onder-
jvijst alle volkeren.»
Deze oproep werd niet alleen tot
Missionarissen, maar tot alle chris
tenen gericht. Zeker is deze oproep
niet onbeantwoord gebleven,
Hoezeer het missiewerk de laat
ste vijftig jaar is vooruitgegaan,
toont de volgende statistiek, In
1871 was 't aantal katholieken over
de geheele wereld rond 192 mil-
lioen. In 1913 was het gestegen
tot 300 millioen.
En dat is geen wonder, De ka
tholieke missionarissen komen met
heele groepen in de heidendensche
landen. Geen offer schrikt hen af,
geen gevaar doet hen wijken.
Waar zij komen, verrijzen scho
len, kerken, ziekenhuizen, gestich
ten voor weezen en armen. De
priesters en zusters weten van geen
achtertutgaan, noch voor besmette
lijke ziekten, noch voor vervolging.
Wij moeten hier bidden voor de
missies doch ook aalmoezen geven
en zoo hen steunen. Waarom Wij
moeten van de stoffelijke goede
ren een goed gebruik maken, Lief
dadigheid dient geoefend in onze
habijheid doch ook bij de heide
nen, want de Kerk is algemeen.
Men doet oproepen, den eene ach
ter den andere om de Russische be
volking van hongerdood te redden.
En terecht, In de missies geldt het
fle redding voor millioenen men-
schen van den zielendood,
Christus' missiebevel was niet al
leen tot de missionarissen, doch ook
tot alle kristenen gericht, alhoewel
op een verschillende manier.
Daarbij komt nu de invloed van
den oorlog, die de behoeften der
missies heeft doen stijgen, niet al
leen in de missielanden maar ook
in het eigen vaderland voor de op
leiding der missionarissen,
De vroegere hulpbronnen be-
istaan niet meer De Kerk werd
ran hare goederen beroofd. De
Eransche missieaahnoezen, die
vroeger voldoende waren, worden
steeds minder en minder.
De oorlog heeft aan het bestaan
van vele missies een doodelijke
knak gegeven.
Eindelijk als men hoort en ziet,
welke -moeite de Protestanten doen
en welke sommen in millioenen zij
aan missies besteden, dan zien we
dat het er om gaat, de wereld ka
tholiek te maken of protestant.
Ik hoor nog het bezwaar Men
moet zooveel geven Wij ant
woorden dat bezwaar komt ge
woonlijk van hen, die voor een lief
dadig doel welk dan ook, altijd wei
nig of niets over hebben. Wat
denkt ge van dit 1000 fr. besteden
voor een feest, en 's anderdaags 3
fr., zegge drie heele franks, geven
aan zusters van een weezenhuis. En
iioeveel geeft Belgie jaarlijks aan
alcoholische dranken Dat is toch
heel wat meer dan de enkele cen
tiemen die, door den band geno
men, elk Belg per hoofd en per
jaar aan de missies besteed heeft.
Wie moet helpen, die kan, als hij
wil.
EENE BELANGRIJKE CONFEREN
TIE DER UNIONISTEN
De politieke toestand blijft zoo duister
en ingewikkeld als ooit, on de belang
stelling is thans gericht op tie bijeen
komst van unionistische parlementsle
den, die inderhaast tegen Donderdag is
bijeengeroepen.
Naar verluidt zal Ohamherlain een
uiteenzetting van den toestand geven, en
zal er worden gestemd over de politiek
der partij. Als de partij zich tegen de
coalitie -uitspreekt zal Chamberlain, die
de vorige week den nadruk gelegd heeft
op de noodzakelijkheid van het hand
haven der coalitie, in een moeilijke posi
tie worden geplaatst, en men spreekt
ovor de mogelijkheid van een splitsing
in de unionistische partij.
Ondertussohen is er Maandag con ver
gadering van unionistische ministers
gehouden, en hoeft DIoyd George, voor
mj uit de stad ging, gesproken met een
aantal liberale ministers, en ook met
Birkenhead.
In den loop van de week zullen voor
name mannen, van allo partijen het
woord voeren. Men verwacht dat de lei
ders van de twee vleugels van de coali
tie verklaringen zullen afleggen, die op
den politieken toestand licht zullen
werpen.
Churchill, die gisteren een belangrij
ke redevoering moest houden, moot het
bed houden wegens eon aanval van
maag darm-oa tarrh
HET ONTSLAG VAN M. IiLOYD
GEORGE EN ZIJN GEVOLGEN
Volgens een telegram uit ï/onden aan
den Parijzer Matin zou het ontslag
van Lloyd Goorge dat zijner liberale col
legae medesleepen.
Een zuiver behoudsgezind ministerie
zou alsdan onverwijld samengesteld
worden en lord Derby zou er in toeslem-
men hetzelve voor te zetelen.
dat het front van het Belgisch leger op
onvergelijkelijke wijze aanschouwelijk
maakt, moet worden bezocht door al de
genen, die den oorlog niet gezien heb
ben.
DE PLECHTIGHEID
VAN 11 NOVEMBER
De plechtigheid van den den onbe
kenden soldaat is thans vastgesteld.
Ergens aan den IJzer, waar zoovele
onzer jongens hun jong leven offerden
voor het vaderland, zal oen dier onbe
kende helden opgegraven worden.
Een oorlogsverminkte zal op goed ge
luk aanwijzen, welke van de lijken den
onbekenden soldaat zal symboliseercu.
Het overbrengen van het lijk naar
Brussel, zal mot groote plechtigheid ge
schieden, onmiddellijk naar de Congres-
kolom, waar men het graf aan het del
ven is, tusschen de twee monumentale
leeuwen.
Aan alle staties zullen de plaatselij
ke overheden het lijk komen huldigen.
Te Brussel zullen het garnizoen, de
oud-strijders en de schoolkinderen langs
don weg opgesteld worden.
Alleen de KflPJPC zal een redevoering
yitspr^ken.
Wij hebben gisteren het eerste dec-1
verhaald van het bezoek dat onze Ko
ningin bracht aan de mijnwerkers van
Limburg. Hier volgt het tweede deel
van het verhaal
Na haar vertrek uit Lanklaea.', te 3
uur, onder de toejuichingen der me
nigte, ging de Koningin eerst een be
zoek 'brengen aan het oud kasteel der
graven Vilain XIIII, te Leuth, gelegen
in een prachtig park, met dreven van
eeuwenoude eikenboomen, zooals er in
Belgie geen meer aangetroffen werden.
Hier is met een kapitaal van oor
spronkelijk 2 millioen, de Btichtng Vi
lain XIIII aangelegd, waarmee is ge
vormd een hospitaal voor mijnwerkers,
volgens de laatste gegevens van de mo
derne wetenschap.
Hare Majesteit bezocht het in 'bijzon
derheden onder de leiding van den be
stuurder, Dr. Cuypers.
Het was half 5 toen de Koningin te
Eysden aankwam, waar zij aan den in
gang der werkmanastad ontvangen werd
door bestuur en beheerders der mijn
Van Limbourg-Meuse, MM. Lesoille, de
Harving, Josse Allard, de ingenieurs, de
hoogore bedienden.
Hier was 'liet bezoek aangekondigd
allerwege wapperde de driekleur en
stond de bevolking op den doortocht om
de Koningin toe te juichen.
De Koningin bezocht eerst dé scholen,
waar zij de kinderen ondervroeg en de
onderwijzers, ftJM. Ramaekers en No-
terdame en de onderwijzeres, Mej. Aen-
dekerk, «gelukwenschte. De kinderen
zongen liederen in beide talen, want de
kinderen zijn hier, zooals te Winterslag,
gemengd en blijken malkander goed te
verstaan.
Men bood haar rozen en orchideen
aan, maar de Koningin hield alleen in
de hand het nederig tuiltje dat zij ie
Winterslag had ontvangen.
Van de scholen naai' de magazijnen
van de mijn, waar zij zich den oudsten
bediende Jan Cloose, gedecoreerd voor
50 jaren troüwen drenst liet voorstellen.
Toen zij buiten kwam, stonden daar
al de kinderen, juichend en wuivend,
en nu begon de Koningin parmentelijk
aan al die snaken cliooolade uit te doe
len, niemand vergetend. En de moeders
blij en fier Nooit werd er met meer
overtuiging Leve de Koningin 1 ge
roepen.
Daarna weer bezoek aan de werk
manshuizen, o. a. bij den machinist
Boecken, die 9 'kinderen gro^t brengt;
en onder de leiding van den zeer eerw.
h. Pastoor Hac9en bezoek aan de kerk,
waar de Braban^onne op het orgel
wérd uitgevoerd.
DE KONINGIN DAALT NEER IN
DE MIJN
Ondanks liet. late uur drukte de Ko
ningin het verlangen uit de in mijn
neer te dalen.
In eonige minuten brachten de auto
mobielen de bezoekers naar de machie-
nonzaal, waar de machinist Swinnen,
recht als een standbeeld bij zijn groot
wiel, met de haud aan den hefboom op
de Koningin een treffen den indruk
maakte.
En niet minder indruk maakte het
binnentreden der Koningin op de aan
wezige machinisten en ingenieurs die
poogden, PI. M. de nederdaling af te
raden, zeggende dat het gevaarlijk en
vuil is, dat er water op den 'bodem staat,
dat imon daarvoor bijzondere kjeeïen
aan moet doen....
Zij wil toch neerdalen.
En men leidt de leden van het ko
ninklijk gezelschap in de waschplaarte
waar zij weldra uitkomen gokleed in
waterdichte overhalen en met loeren
helmen op 'liet hoofd en eene lamp aan
den gordel. T>e Koningin draagt den
witten impermeable der putboor-
ders heeft het hoofd met een grooten
sluier omwonden en een rooden zak
doek stevig rond den hals geknoopt. Zij
ziet er flink uit in dat oostuum, evenals
de gravin de Caraman.
De kooi komt boven. Kleine wagons
rijden er uit en de Koningin gevolgd
(van haaf gezelschap stapt op het plat
form, vergezeld van den: bestuurder,
twee ingenieurs, in liet geheel elf per
sonen, die stijf tegen elkander geplakt
staan.
Het signaal wordt gegeven Cn het
Volk dat "daar rond staat, roept Leve
de Koningin
Bij het. neerdalen lacht de Koningin;
zij schijnt niet de minste ontroering te
voelen, ofschoon liet water op de Moe
ren druipt en de kooi een oogenblik ha
re daling vertraagt, bij liet ontmoeten
van de andere kooi, die opstijgt.
got g 5 u. 50 m. Mea heeft juist an-
derhalven minuut noodig gehad om op
de diepte van 600 meters te komen,
waar men de kooi verlaat en den vasten
grond weer onder de voeten voelt, tus
schen spoorwegmils, die elkaar kruisen,
'buizen waartegen men 'het hoofd stoot
•:en met. de voeten in glibberig slijk.
Doch de Koningin stapt, ondanks hare,
hooge hieltjes mot vasten tred voort.
Men komt in de verluchtingszaal,
waar een sterke tocht den adem afsnijdt,
voorbij eenen berg van steenen; de Ko-
'ningin wil er overheen. En op handen
en voeten klautert zij de eerste vooruit,
om aan den „anderen kant op dezelfde
wijze neer te dalen.
Men ziet, zegt M. Ingenbleck, dat
zij aan alpinisme doet.
Van daar komt men in de gaanderij
■waar een zware warmte heerscht. Men
beschouwt de op elkaar volgende lagen,
men legt de verschil lende percenteerin-
gen «uit van gasgehalten, de Koningin
spreekt de werklieden aan, ondervraagt
hen, drukt hen de hand en ten 6 1/2
ure stapt men weer in de kooi om op
te stijgen, terwijl het volk daar 'boven
(opnieuw Leve de Koningin roept.
Wanneer het koninklijk gezelschap
zich weer in de gewone kleeding ver
toont, wordt de Koningin opnieuw toe
gejuicht door de verbaasde mijnwer
kers, die in dit bezoek geen klein bewijs
van genegenheid hunner Koningin
zien. zij zijn in de wolken wanneer
de Koningin hen verklaart, gekomen te
zijn, omdat de mijnwerkers geen gele
genheid hadden om haar te zien tijdens
haar bezoek aan het feestvierende Has
selt.
Dan gaat zij naar de feestzaal der
Harmonie waar de Koningin aankon
digt. dat zij 1000 fr. geeft om een feest
in te richten ter herinnering aan dit be
zoek.
Naar de keuken gaande vraagt de Ko
ningin een boterham met een tas koffie,
die zij smakelijk (binnen speelt alvorens
weer in te stappen en terug te keeren.
TE MECHELEN-AAN-MAAS
Men rijdt door Mechelen-aan-Maas en
weer stoppen de autos.
Het is reeds na zeven ure en 't is pik
donker en de chauffeurs zullen mins
tens drie uren noodig hebben om Laken
te bereiken. 't*Doet er niet aan. Er is te
Mechelen-aan-Maas een gedenkteeken
opgericht aan de gesneuvelden der ge
meente en de Koningin wil er de bloe
men gaan neerleggen welke haar over
dag werden aangeboden.
Het gedenkteeken is opgericht op het
kerkplein, waar het nu juist foore is ter
gelegenheid der Kermis en waar zich
eene over talrijke menigte rond de ba
rakken en vermakelijkheden verdringt.
De Koningin stapt uit en wordt
schier onmiddelijk herkend. De menig
te omringt Haar ensleept Haar let
terlijk mede gelukkiglij k is het foor
plein helder verlicht. De burgemeester
M. Smeete bedankt Haar voor de lieve
attentie, doch heeft alle moeite Haat
een doortocht te banen.
De eeredame der Koningin is ook ïn
de menigte verdwenen evenals hare be-
;eleiders.
Na de bloemen neergelegd te hebben
aan den voet van het gedenkteeken, be
reikt men gelukkig weer de autos en
onder uitbundig gejuich kon de terug
tocht aangevangen worden.
Hare Majesteit zal van de geestdrift
der Limburgers weten te spreken. Zij
verklaarde dat het voor haai' een onver
getelijke dag geweest was en na eene
laastste maal bedankt te hebben werd
over Asch, Genck en Hasselt, den te
rugtocht naar Brussel aangevangen,
't Was reeds na half acht.....
Hot Ministerie van Landbouw ien
Openbare Werken heteft zooeven ïn
't Vlaamsoh en in 't Fransch, N. 16 uit
gegeven van Berichten aan de land
bouwers handelende over De graan-
brandziekten en hare behandeling
Pr. 0,2o fr. (Postcheckrekening 59740).
Na ér op gewpzen te hebben, welke
aanzienlijke verliezen de graanbrand-
ziekten den landbouwer doen lijden, be
schrijft steller do kenmerken der voor
naamste ziekten, de wijze van ontwikke
ling der parasieten, en duidt hij de
practische bestrijdingmiddelen aan.
Vele mooie fotogravuren verluchten
den tekst. Ieder landbouwer die streeft
naar het vergrooten der opbrengst zij
ner landerijen, zal dit vlugschrift willen
bezitten en zich de wijze raadgevingen
ten nutte maken, welke het bevat.
Het Ministerie van Landbouw en
Openbare Werken 2 Algemeen Bestuur,
dienst der vlugschriften zendt op aan
vraag en kosteloos een volledige lijst der
uitgegeven vlugschriften.
DE KRONING TE ALBAJULIA'
De kroning der vorsten had Maandag
te Albajulia plaats. Do vorsten waren ir
den voornoen aangekomen en werden
onthaald door de regeeringsledentalrij
ke generaals, de meeste burgerlijke, mi
litaire en geestelijke waardighcidsbe-.
kleedei's.
De burgemeester van Albajulia ver
welkomde de vorsten. Hij herinnerde er
aan dat drie eeuwen vroeger, Roumenie
een schamele verwezenlijking kon daar-
stellen van het nationaal ideaal onder
den roemvollen «scepter van Michiel de
Dappere.
De stoet reed dan naar de hoofkerk.
De vorsten werden op luide toejui
chingen onthaald.
De koning droeg het uniform der ja
gers.
Men hing de vorsten den ceremonie-
mantel over de schouders.
De mantel der koningin was uit goud
brokaat versierd met oude Rumeensoh*
motieven De sleep had een lengte van
fee ven meters.
De kerkdienst werd geofficeerd dooi
den metropoliet primaat bijgestaan dooi
de plaatselijke metropolieten en de aarts
bisschoppon.
De voorzitter van den Senaat, 'M.
Pherekyde, heeft de kroon op het hoofd
van den koning geplaatst. Zij is gego
ten uit brons van kanonnen tijdens den
vrijheidsoorlog van 1877 te Plevna
buit gemaakt.
De kroon der koningin is van massief
goud, weegt twee kilos en is versierd mej
edelgesteenten en werd door Falije ge
dreven.
M. Pherekyde sprak de volgende re
devoering uit
Ik overhandig aan Uwe Majesteit
de kroon van zijn roemvollen voorgan
ger, Koning Karei. Die kroon gegoten
met het staal der kanonnen van Plev
na, was 'het symbool der onafhanke
lijkheid en wordt het zinnebeeld van
de vereeniging aller Rumeensche pro
vinden. Het nationaal ideal werd ver
wezenlijkt door het offer van het bloed
van honderden onzer kinderen, de hulp
onzer geallieerden, de wilskracht, het
doorzioht en de vaderlandsliefde van
Uwe^ Majesteit en van Hare Masjesteirt
de Koningin, die nooit hun hoop vara»
lieten in den einduitslag
De Koning antwoordde
In dit plechtig oogenblik, ben il<
diep ontroerd de kroon te ontvangen van
mijn onvergeetbaten oom, mijn voor
ganger. God geve dat mijn navolgers
haar -dragen met luister on roem. Mocht
Rumenie in de toekomst dagen van
roem en vrede kennen
De aanwezigen juichten luid toe.
waarop de vorst zich in zijn appartemen
ten terugtrok.
Een gala-ontbijt met 80 oouveiis.
door den Koning voorgezeten had kort
daarna plaats.
In den nanoen hebben de vorsten,
met de vreemde prinsen en de missie^
hoofden, de troepen in oogenschouw ge
nomen.
Daarna defileerden de vaandels dei
boy-scouts, de krijgsscholen, zeven regi
menten en twee brigades van Tronafk
vanie, de ruiterij, enz.
De vorsten en hun genoodigdec
doorkruisten de stad en werden luid toe
gejuicht.
De Koning richtte een proclamatie
tot zijn volk.
DE INTREDE TE BUCHAREST
Voor Albajuliu te verlaten hebben d«
de vreemde missies en de geestelijkheid
een herden kingedocu ment geteekend.
waarin de koning zich volgenderwij ze
uitdrukt
Mijn troonbeklimming had ïn oen
moeilijke periode plaats. Een groote oor
log was losgebroken. Al de pogingen
werden aangewend opdat Rumenie de
eenige gelegenheid niet liet ontsnappen
zijne eeuwenoude nationale verzuchting
gen te verwezenlijken.
Wij woonden hot samenbrengen tof
het moederland bij van al do Rumeeim
sche provinciën aan hot vreemde juk
ontrukt.
Om de Goddelijke zege op die gro<y
te gebeurtenis te vragop besloten wij
dat de kroning te Albajulia, de oude
Roemeensche stad, in tegenwoordigheid
der vertegenwoordigers van de geallieer
de en bevriende natiën, van de parle
mentsleden en de afgevaardigden van de
geconstitueerde korpsen zou plaats he&
bon.
Bijzondere treinen Zondag avond uil
Albajulia vertrokken en de vorsten, da
i prinsen, de vreemde afgevaardigden en
'\de genodigden yervpermd, kwamen