BOZENKRANSMAAND
De Middenjury's afgeschaft
Zondag 4 October
I Maandag 5 October
1925
De gedenkschriften van
Ürey verschenen
Wat gfoole leiders den=
ken over de Franciscus
DcrdR-Orde
Het zilveren bruiloftsfeest
onzer Vorsten
Schrikkelijk ongeluk
fe Fresnes
Zonderlinge misgreep
van een schildwacht
Eene nieuwe ramp
in Japan
De conferentie
van Locarno
Op enbaren onderstand
XXXI" -JAARGANG NUMMER 229
Kerkstraat, 9 en 21. Aalst. Tel. lil DAGBLAD f5 CEHT1EBIEN WEKELIJKS 0.75 Uitgever: J. Van Ncpfel-Db Gendt
H. Franciscus van A«l
Zon op o,f>5 onder 5,23
II. Placidus
I Zon op 5,56 ondor 5,23
Laatste Kwartier den 9
Publiciteit buiten het Arr. AALST Agentschap IHavas, Adolf Maxiaan, 13, te Brussel. Rue de Richelieu, Parijs. Bream's Buildings,
.1 n -■ m ii mMM TunniWlirT* Ti* I "V^Ti HH'Mi't'jlti-h fffif
Lend res E. C. 4.
Rozenkrans t Ti aar pralen horalen,
Het de stralen ran uw glans
'Als de hand U bollen doorolltn
Liefdetollen, 't harte brandt.
Zij doen deugd neerdroppelen, bij t
X koppelen,
Zij doen poppeten 't hart van 'vreugd.
Als een schans omringen uw kringen,
De aardelingen, Rozenkrans!
O Rozenkrans gevlochten voor
Ons aller Moeder inden liemel I
't Is Maria zoo aangenaam dat wij
geestelijke kroontjes vlechten ter
harer eere en dan geeft ze ons in
ruiling gunsten, genaden en welda
den.
't Zij genoeg ons te herinneren
wat de Onbevlekte ons leerde te
T.ourdes, toen zij verscheen aan de
Zalige Bernadette. Immer had ze
iedere maal een rozenkrans aan
den arm hangen en wanneer de
kleine bevoorrechte aan 't preve
len ging, schoof Maria de melkwit
te bollen van haar rozenkrans door
hare vingeren, 't Was ons ten voor-
beelde en ten voordeele... Hare lip
pen verroerden niet, tenzij als zij 't
loflied meezong :Glorie zij den Va
der, den Zoon en den H, Geest.
De Zalige Bernadette had maar
een voorwerp dat ze liefst bezat en
't was haar rozenhoedje, zooals het
gehoekt staat in de geschiedenis
der Grot gaf een vriendinnetje
haar eens beuren rozenkrans 0111 er
nan te bidden binst de verschijning
in de tegenwoordigheid der zoete
Moeder doch Deze gebood aan de
Zalige Bernadette haar rozenhoed
je en niet da;t van een ander te ge
bruiken.
Is dat geen lesje voor ons allen;
ieder van ons moet zijn ï'ozenlïoed-
je bezitten, 't is een zoo kostbaar
geestelijk voorwerp, en het mag
ons niet verlaten, noch bij dage,
noeh bij nachte. .Ta zooals St. Jan
Berehmans, een belgische heilige,
zoo genegen tot dat voorwerp, tot
dat gebed, moeten we bij ons af
sterven, is 't niet met spreken tiach
met het toonen zijne woorden ver
tolken Met dat voorwerp sterf ik
graag, want 't is een wapen tegen
den duivel, een bescherming tegen
zijn listen, een genademiddel bij
uitstek
Boven het altaar van O. II. Vr.
van den II Rozenkrans hangt een
tafereel uit de jaren zestien hon
derd Sinds mijne kinderjaren had
ik mijn beziens met dat meester
stuk te bekijken en 't spoorde mij
dagelijks aan den rozenkrans te
beminnen en te bezigen. De Ileili
ge Dominicus ontvangt er uit de
handen van het Kind Jesus gehol
pen door zijne goddelijke Moeder,
een van licht stralend rozenhoedje.
Vijftien engelen omringen den
groep en bieden hunne genegen
heid Jesus en Maria aan. De vijf
eerste Staan gehuld in sneeuw witte
kleeren en verbeelden de vijf blij
de mysteriën, of geheimen uit het
leven van den Zoon en zijne Moe
der. De vijf volgenden zijn ge-,
kleed in bloedrood en wijzen ons op
het lijden door de vijf droeve ge
heimen bijzonderlijk voorgesltÖd.
Eindelijk de vijf kaatsten schitte
ren van hemelsch goud en licht en
toonen ons aan de glorie der luis
terrijke mysteriën of verheerlij
kingen van den Koning en van de
Koningin van Hemel en Aarde
Door die blijde feiten zegt ons
Maria luidop dat wij 't geluk en 't
welzijn, de vrede en de rust niet
moeten zoeken buiten den liuiselij-
ken kring, waar dezen niet te vin
den zijn, maar integendeel dat het
in de navolging is van liet huiselijk
leven en deugd, door liet heilig
huisgezin van Nazareth eens be
leefd, dat wij ons tegenwoordig eri
toekomstig leven moeten weten te
schikken en te regelen.
Door die droeve voorvallen, ver
wittigt ons Maria, dat het lijden
het lot is van iedere mensch op aar
de. De Man van Smerten en de
Moeder Martelares der VII
Weeën doen ons ernstig nadenken
aan al wat zij voor ons en onze za
ligheid leden en streden, Ze navol
gen daarin ook en nog altijd meer
en meer, moet ons streven zijn.
Door die glorievolle geheimen
zullen we leeren versmaden de tij
delijke en vergankelijke goederen
die ons slechts kommer en stommer
meebrengen; de verdachte en on
deftige pl e i z i c re n.ve rkee ringenle
zingen. en alles wat ons aftrekt
van 't bovennatuurlijke en ons
doet naar omlaag kijken. Ons ware
Vaderland mögen we nooit en ge
lijk voor wie of wat uit 't oog ver
liezen. Dag en nacht zullen we
hunkeren om eens onze plaats hier
boven te bezetten en daarom:
't Zij wij woud of deden doordwa-
jlen,
Uw horolensnoer behoudt;
Of tempeest en baren doorvaren
Vol gevaren, niemand vreest.
Door u wordt een regen van zegen
A Herwegen neergestort.
Blijf' ons kans tie sterven na 't<
].«o erven
's H Cm cis erven, Rozenkrans.
MARC.
Men seint uit Londcn.dat dc autobia-
grafie van Viscount 'Grey, verschenen
is, handelend over de gebeurtenissen
van 1892-1916, een 25 jaar Britscihc ge
schiedenis dus.
Algemeen beschouwt men deze ge
denkschriften als een der belangrijkste
werken over den oorlog, die tot nu toe
verschenen zijn.
Onder meer komt lord Grey op teg^n
dc JDuitsehe beweringen, volgens welke
Frankrijk of Rusland den oorlog uit
lokten.
Hij schrijft dat Frankrijk den oor
log vreesde en alles deed wat in zijn
macht was om oorlog te voorkomen.
Frankrijk was waarschijnlijk veel race/
bezorgd over het ontzettend gevaar van
oorlog voor Frankrijk, dan dat het be
vangen was van vrees voor den oorlog
als een algemcene ramp. De geweldige
groei en kracht van Duitschland had
alle Fransclic plannen, om een weer
wraak te beproeven, gesmoord.
Van Rusland schrijft Grey: dat de
tsaar of Sasonoff, die in Rusland een
beslissend woord konden spreken, den
oorlog wilden uitlokken of voeren, ge
loof ik niet.
Van Duitschland daarentegen schrijft
hij: de eenige voortdurende georgani
seerde autoriteit was de militaire en er
kan weinig twijfel aan bestaan, dat de
liooge militaire overheid van oordeel
was, dat er oorlog komen moest en dat
toen in 1914 de tijd voor den oorlog was
aangebrokende crisis moest worden
opgeschroefd tot het uitbreken van den
oorlog toe Indien Frankrijk Rusland
in den steek had gelaten en had aange
boden neutraal te blijven, dan zou ook
dit niet voldoende zijn geweest. Van
Frankrijk zou geeischt zijn geworden,
dat het als pand voor zijn onzijdigheid
de twee vestingen Toul en Verdun zou
hebben afgestaan.
Hoogleeraar Emiel Vliebergh, .f te
Leuven den 6 Januari 1925; Hooglce-
raar cn Staatsminister Joris Helleputte-
f te Leuven den 22 Februari 11. waren
beiden overtuigde Dcrde-Ordelingcn.
7. Professor Em, Yliebergli,
Wie overlezen wil hetgene hij schreef
over de D.O. vindt meteen den uitleg
van het wonderbaar leven van dien
ootmoedigen geleerde, van dien grooten
lijder.
Als katholieke Iiooglecraar ging zijn
eerste bezorgdheid naar de studeerende
jeugd.
Toen bij het heropenen der academi
sche leergangen de studenten opgeroe
pen werden in vergadering, vonden zij
Hoogleeraar Vliebergh aan het predik-
gestoelte staande, of in zijn ziekenstoel
gezeten. Met zijne zao'hte stem, doch
met krachtdadige overtuiging schilder
de 'hij de gevaren af van 'hól studenten
leven, hij maande de jongelingen aan
het schoonste van liun levenstijd niet t®
verbeuzelen aan tijdverlies en lichtzin
nige vermakenhij wekte ze op tot een
oprecht christelijk leven door geloof en
standvastigheid en als middel gaf hij
aan: Jongelingen, laat u inschrijven
in de D.O. van S. Franciscus.»
Verder nog strekte zijn gedachte uit
over de D.O. Hij aanschouwde haar als
een apostolaat onzer lijden, bestemd om
de zieke maatschappij te redden. Hij
zag in de D. O. de katholieke ziel vaij
onze bestaande maatschappelijke wer
ken dewelke mannen zou vormen, man
nen van beginselen, gestaald door zelf
opoffering en christelijke liefde, man
nen in staat zelf den verkwijnerideu
geestdrift der werkers op te beuren en
hoog te houden.
In het congres van Leuven, 1903,
riep hij uit: De D.O. moet vooral wor
den «de kweekschool van beheerders,
van volkswerkers». En, voegde hij eï
bij, om ons werk geheel te verwezenlij
ken, zou er bij de hcogere standen ern
stige propaganda dienen gemaakt te
worden voor de D.O. ;om werkers aan te
werven voor onze maatschappelijke in
richtingen ware het goed dat uit de hoo-
gere stalden meer Derde-Ordelingen
kwamen, niet enkel ingeschreven, maar
werkelijk deel nemende aan geheel het
leven hunner Orde.
Tc recht dan ook mocht de voorzitter
der vergadering, deze «priesterlijke
ziel» begroeten en tot de aanwezigen
toeroepen: Volgt Professor Vliebergh
na
Immers, had Professor Vliebergh qe-
rJachtcn over de D.O., hijzelf leefde
naar den geest der D.O.
77. TToogleeraar en Staatsminister J.
He.llcpvtte.
't- Zal misschien vreemd voorkomen
aan sommigen: ja, die kamper, die
voorman was een overtuigde Derde-Or
de! ing.
En dien titel verdook hij niet. Rij
meer dan een gelegenheid zelf stolde hij
den Derde-Orde! ingen voor oogen wat
de H. Kerk van hen verwachtte.
Wie vooral, vroeg hij, heeft de D O.
het meest van doen? Wij, politieke
mannen...»
Een laatste woord van den roemrij
ken overledene, een woord dat waardig
is in ons hart te blijven geprent als wel
sprekende tos van een vruchtbare loop
baan, woord dat met eeuwige glorie den
roemrijken Heer Ilclleputte omstraalt:
Ik heb den stam en het voedsel
van mijne overtuiging gevonden in de
DO.»
Het zilveren bruiloftsfeest onzer
vorsten werd Vrijdag het land door,
met vaderlandsbhe geestdrift gevierd.
In alle steden en dorpen wapperde, aan
de openbare gebouwen en ook aan meest
al de bijzondere woningen de nationale
driekleur.
Voor menige vitrienen waren de ver
sierde beeltenissen uitgestald van Ko
ning Albert en Koningin Elisabeth, of
an gansch dc koninklijke familie.
Uit al de gewesten van het land, van
al de openbare besturen, de stad Brus
sel en de voorsteden aan het hoofd, en
van menigvuldige vercenigingen en bij-
ïonderen werden adressen en tcFgrarm
men" aan onze Vorsten gezonden.
In het Paleis van Brussel was het
heel den dag door een gaan en keeren
van de overt alrijke personen die het
Gulden Boek kwamen tcekenen.
Gelu/.ivensch van hei Verbond der Ka
tholieke Kringen en Vercenigingen.
M. Paul Segers. Staatsminister, voor
zitter van het Verbond der Katholieke
Kringen cn Vereenigingen van Belgie,
heeft het volgend telegram aan Hunne
Majesteiten gezonden
Het Verbond der K. V. cn K.
noemt de eerbiedige vrijheid aan Hun
ne Majesteiten den Koning en dc Ko
ningin de vurigste gelukwenschen te
zenden, ter gelegenheid, van den geluk
kigen verjaardag die gansch de natio
met vreugde vervult.
Het Verbond drukt Hen zijne on
wrikbare verkleefdheid uit en verzoekt
Hen do geestdriftige hulde zijner be
wondering eri zijner erkentelijkheid te
willen aanvaarden voor Hunne verhe
ven voorbeelden van huiselijke deug
den, voor de verstandige en bestendige
verkleefdheid aan 's volks welzijn, ce
voor de onschatbare diensten die Zij
niet ophouden aan het land te bewijzen
liet Verbond drukt den wensch uit
dat Hunne Regeering zich zoo lang mo'
gelijk voortgezet worde in den stralen
glans van den vrede en van den voor
uitgang. voor Belgic's roem, zijne vast
heid en zijn geluk, en het bidt God dat
Hij zijn zegen over onze welbeminde
Vorsten en over de Koninklijke Fami
lie zou doen neerdalen.»
Men mag zeggen dat het Belgisch
volk op grootsöhe wijze heeft lucht ge
geven aan zijne eerbiedvolle genegen
heid en bewonderende vereering voor
ons doorluchtig vorstenhuis.
De herbergier Oskar Panier, 28 jaar
oud, wonende te Fresnes, die per moto
een uitstapje deed met zijn vriend Jules
Robier, 23 jaar oud, die langs achter op
het machicn zat, kwam gereden aan de
bareel van den spoorwegovergang der
rue de St. Amand. De barreel was geslo
ten, doch door de snelheid waarmede de
motoeyelist reed. brak zij midden doof
en kwamen zij op de spoorbaan terecht
juist toen een koopwarentrein kwam
aangestoomd.
De twee motocvclisteri werden gevat
en verscheidene meters ver geslingerd.
Robier was op den slag dood en Panier
verkeert in stervensgevaar,
Woensdag avond, rond 9 uur, ging
de wachtmeester August Manriet met
een lantaarn zijne ronde doen naar de
twee goedermagazijnen op het Fran-
sche eiland Saint-Miehel, waar omtrent
150 ton buskruit ligt. Toen hij nog op
35 meter afstand was van den wacht
post, werd hij opeens getroffen door
een kogel in volle borst. Weldra gaf hij
den geest.
De matroos Coucou bekende het
schot te hebben gelost, maar verklaarde,
zonder de minste ontroering, dat hij en
kel aan zijn wachtwoord had gevolg
gegeven. Die matroos staat slecht ge-'
bonkt en moest den volgenden morgen
binnen voor 45 dagen militaire gevan
genisstraf.
20 dooden. 42.000 huhen over-
stroomd.
Over de Japansche gebieden van To
kio, Yokohoma en Yokosuka heeft
Woensdag een vreeselijk onwedcr ge
woed. Uren lang plaste er over deze
streken een echte zondvloed neder, ter
wijl de bliksem allerwege brand sticht
te en dc orkaanwind talrijke gebouwen
ombcukte. Tc Yokohoma cn Yokosuka
werden twintig personen gedood. To
Tokio werden 42.000 huizen door het
water overrompeld. De stoffelijke
schade is onberekenbaar.
Op aandringen van zijn kollega van
financiën, heeft M LIuysmans;minister
van Kunsten cn Wetenschappen, een
.antal bezuinigingen aangebracht, die
minstens 6 millioen zullen beloopen,
o.m. worden de midden jury's afge
schaft. M. Huysmans zal de studenten
toelaten zitih voor de Faculteiten aan te
bieden.
DE HEER VANDERVELDE VER
TREKT ZATERDAG AVOND
NAAR LOCARNO.
De heer Vandervelde, minister van
Buiienlandsche Zaken, vertrekt Zater
dagavond naar Locarno, om er de Con
ferentie over het Yeiligjkeidspact bij te
wonen. Zijn kabinetshoofd, de heer
Henri Rollin, en de heer de Ruelle, be
stuurder van het ministerie van Buiten-
landsche Zaken, zullen zich bij hem ko
men voegen. De lieer Vandervelde zal
vergezeld zijn van den 'heer Van Zuv-
lën. hoofd der Afdeeling van de Zaken
Van Noord-Europa aan. het ministerie
van Bnitenlandsche Zaken, en van den
heer du Chastel, legatie-secretaris
DE FRANSCHE DELEGATIE
REED.S VERTROKKEN.
De heer Briand, minister van Bni
tenlandsche Zaken, cn de heer Berthe-
lot, secretaris-generaal van het departe
ment, zijn dezen morgen per auto naar
Locarno vertrokken. Zii zullen waar*
sdhijnlijk te Lausanne den nacht door
brengen en Zondagmorgen te Locarno
aankomen.
Berlijn, 2 October.
Naar men hier verneemt zal de heer
Motta naar Locarno gaan, om in naam
van hot Zwitserscli gouvernement de
gedelegeerden te begroeten.
Dr Bene? is naar Locarno vertrokken
waar hij, naar men veronderstelt, de on
derhandelingen over het Westelijk pact
van zeer nabij zal volgen. Hij zal waar
schijnlijk het gunstig oogenblik af
wachten om nogmaals te pogen verband
te brengen .tussefhen het Westelijk cn,
het Oostelijk pact.
Samenstelling van het Gemcenfonds
Het Staatsblad van lieden, Vrijdag,
kondigt het volgende Koninklijk be-
•luit af:
Art. 1. Bij liet artikel 10 der wet vau
27 November 1891 op den openbaren
onderstand bedoelde Fonds wordt ge
vormd in elke provincie, door middel
van ecne voorafneming op het aandeel
van elke gemeente in het Fonds der ge
meenten. 1
Deze voorafneming wordt vastgesteld
hetzij naar evenredigheid van de ver
deeling gedaan, bij toepassing van arti
kel 3, leJ2e en 3e, der wet tot instelling
van het Fonds der gemeenten, hetzij
bij aanmerking van liet 'bedrag van hot
minimum, door het voorlaatste lid van
dit artikel gewaarborgd.
Door het Departement van Finan
ciën wordt voor 1 Juni van ieder jaar
aan de bestendige deputaties een uit
treksel toegezonden uit den staat welke
tot grondslag werd genomen voor do
definitieve vcrdecling Aan het Fonds
der gemeenten over het verloopen jaar.
,De bestendige deputaties laten on*
middelijk aan de Minister van Juslicio
dc inlichtingen geworden welke het
mogelijk maken de coëfficiënten van
afhouding vast te stellen ei> door mid
del van deze coëfficiënten berekenen zij
dc bijdrage van iedere gemeente van
hunne provincie in het Gemcenfonds.
De door de bestendige deputatie op
gemaakte slaat van verdoel ing wordt in
bet Bestuurlijk Memoriaal voor 15
Augustus van ieder jaar bekend ge
maakt i
De gemeenteraad brengt in uitgave,
op de begrooting van het volgende jaar,
het beloop der bijdrage waartoe de ge
meente aangewezen is. cn bepaalt na dc
betrokken besturen gehoord te hebben
hel aandeel dat het weldadigheidsbu
reel en de godshuizen respectievelijk
moeten uitkeeren.
Art. 2. De bijdrage, waartoe iedere
gemeente aangewezen is, wordt geno
men op liet beschikbaar gedeelte van
haar aandeel in het Fonds der gemeen
ten voor het loopend jaar.
Die A-oorafneming wordt door het Ge
meentekrediet van Belgic, bij de uit-
keering van het 3e kwartaal van hefe
Fonds der gemeenten, gedaan op ver
toon van den bij artikel 1 bedoelden
staat van \-erdeeling, welke voor het
einde der maand September door de be
stendige deputatie van iedere provincio
aan A-oormeldc inrichting Avordt toege
zonden.
Het beloop van de in iedere provin-
cic gedane Aoorafnemingen Avordt duo;
het Gemeentekrediet van Belgie bij 's
Rijkskassier ten behoeve Van het Ge
meentefonds A-an elke provincie gestort
liet bij deze storting afgeleverd bewijs
wordt aan den gouAcrneur OA'erge-
maakt.
Art. 3. Naar aanleiding Aan de bij
het boA*enstaandc artikel bedoelde voor
afnemingen, zendt het Gemeentekre
diet aan de gemeenteontATangers debet-
opgaven die in hunne rekeningen als
uitgaven van het Gemcenfonds worden
ingeschreven.
Kan de A'oorafneming niet in één
maal bij de uitkecring van het 3e kwar-
taal van het Fonds der gemeenten ge
schieden dan Avordt het saldo bij latere
uitkceringen terug gewonnen.
Art. 4. Artikel 13 A7an voormeld ko
ninklijk besluit A-an 30 Maart 1892 is
gewijzigd als volgt
Art. 18. Onze Minister van Finan
ciën regelt, in overleg met het Gemeen
tekrediet van Belgie. do boekhouding
welke dienaangaande door die inrich
ting moet worden gehouden.»
Art. 5. Onze Ministers van Finan
ciën, van Justicie en A-an Binncnland-
sólie Zaken en Volksgezondheid zijn"
ieder wat hem betreft, met de uitvoering
belast van dit besluit, dat voor de eerste
maal van toepassing zal zijn voor ho\
I Geinoenfor^ds van 1920»