ruiö van
Passiezondag
en
Esoli voor Oost-Vlaanésnn
Welk is mijn recht
Nog de Mijnramp
te Elouges
EEÏV^F/LM
XXX!* JAARGANG NUMMER 80
Kerkstraat, 9 en SI, Aalat. - Telefoon 114. - DAGBLAD - 20 Centiemen - Uitgever J. Van Nuffel-De Gendt.
publiciteit buiten het
jftan dit nummer behoort een bijvoegsel
toAe»»! AALST AgenUohap Uemm. Adolf Mtxlaor., 13, ie flrw.1 - Rue 4e RieMiev. Parij, - Bream, Buildings, 6 Undn* E 0 4.
't Is uwe plicbt als kind van God:
Z0KDA6 6 APRIL
Passie-Zondag
Zonop5,21,Zonaf6,67
MAANDAG 7 APRIL
1930
H, Sixtus
Zonop5,19,Zona(6,28
V. M. 18 L. K. 20
Des Konings standaard komt ten toon,
Het Kruis dat blinkt nu helder schoon
Waar 't Leren aan geleden hee/t,
En door zijn dood ons 't leven geeft,
O Kruis, on z' hoop, wij groeten nu
In dezen tijd des Lijdens u
Vermeerder in uw dienaars vrêe.
Verleen gen& de zondaars mee.
De H. Kerk herinnert ons van nu
al, meer dan binst de vier eerste we
ken van den Vasten, liet lijden en
de Oood van den Verlosser.
Hot paars en bot purper bedekken
alle Kruisbeelden en heiligenbeelden
en de rouw als een opkomende onwe-
der, overrompelt met zijné droeve
wolken de kerkelijke plechtigheden,
welke gedurende deze veertien dagen
vóór Pasclien zullen plaats hebben.
Immers, onze Heer en Zaligmaker
boef! onze zonden als een mantel op
Zich genomen, om zo in Zijn vleosch
op bet kruis te dragen en ze door Zijn
dood te vernietigen.
By bet gedenken van de Passie
Christie, waarvan we welhaast de
verjaring vieren, laat ons er de wel
doende uitwerksels van gewaar wor
den, om gelijk onze Goddelijke Mee
ster vervolging te kunnen lijden voor
do rochtveerdigbeid en vormits we
bloedverwanten en erfgenamen van
den Heer zijn, omdat we zouden ver
geven gelijk Hij vergiftenis geschon
ken heeft.
Niet te verwond:ren dat St Paulus
de dood van het groote slacbtotfer
van hot monsebdom beschrijvende,
zegt dat Zijne opoffering alleen be
kwaam was de zonde uit te boeten
want de oude slachtoffers waren maar
het afbeeldsel van zijn slachtoffering.
Het II. Evangelie herinnert ons de
volmaakte onschuld en de goddelijk
heid van bet slachtoffer, en de mis
daad der Joden dio, niettegenstaande
de mirakelen en heiligheid der lee
ring van den Godmensch, hardnekkig
hieven, cn het ontwerp maakten Hem
ter dood te brengen. Jesus, in dit
alles zijne godheid aan de samenge-
zworenedoden toonende, gat bun een
groot bewijs zijner liefde, want Hij
bood hun de machtigste beweegreden
aan om hunne heiligschendende han
den niet op Hom te leggen. Hij zegde-
hu i hetgeen de profeet Jeremias tot
hunne voorvaderen zegde Jk«al
welhaast in uwe handen zijn, doet
met mij wat gij wiit maar weet wel
dat gij, met mij te dooden, het on
schuldig bloed legen u, togen Jeru
salem en zijne inwoners vergiet, want
Ik hen waarlijk degene die vgin God
gezonden is.
e
Dit vieren en overdenken zal ons
ook goreed maken tot het volbrengen
van onzen Paaschplicht. O Christenen
kinderen van God en onderdanen dor
H. Kurk, houdt uwen Paschan en
houdt hem goed,
gij erkent Ónze Lieve Heer Jezus
Christus als uw Meester en gij be
schouwt Hem als uw Koning Hij
gebiedt u te communiceeren anders
zult gij het eeuwig geluk niet bezit
ten.
't Is nw plicht, als getrouw kind
der H, Kerk, die uwe goede moeder
ia. Luistert naar hare uitnoodiging
binst deze dagen van zaligheid uw
schepper zult ge ten minste eens ja-ars
nutton. Neemt eene goede beslissing
't Is misschien de laatste maal dat ge
zult de keur hebben God komt klop
pen aan de deur van uw hert Doet
open Ontvang hem Houdt uw Pa
sclien en houdt hem goed.
Geen heiligschendende Paschen
houden want dan zoudt ge nog
plichtiger ayn. Dus niet communi
ceeren in staat van doodzonde.
Geen officieele Paschen houden
Niet omdat go moet, op 't laatst] stip
je, rap ga weg Doch doet dat eens
gelijk het zyn moet opdat het Godde
lijk Hert zich daarover verheug», uwe
ziel er deugd van hebbe en de Heer
genaden zou doen neerregenen op u,
op de uwen en over gansch de we-
reld. Daartoe zuit ge u bereiden door
't gebed door eene rechtzinnige,be
rouwvolle biecht I met geloof, nede
righeid en godsvrucht gesproken en
volbracht. Gij zult dat Paschenhou-
den doen volgen dooreen ommekeer
in uw leven in uw openbaar,sociaal,
bijzonder, individueel leven, u in het
vervolg gedragende als getrouwe on
derdanen van den Goddelijke:) Ko
ning Jezus MARC,
Gisteren meldden wij de verschrikke
lijke rampr die eens te meer onze mijn-
we rk e r sb ev o 1 k ing tr-of.
NADERS BIJZONDERHEDEN
DE RAMP
Het was rond 7 ure des avonds dat
zich in de mijnschacht welke zich op
eene diepte van 560 motors bevindt in
put I Ferrand, gelegen op liet grondge
bied der gemeente Elongcs, eene zwa
re ontploffing voordeed.
Deze put werd beschouwd als bevat
tend het meeste mijngas en hij wordt
gerangschikt in de derde categorie, voor
wat betreft de spoedige verluchting. De
kooladers zijn zeer moeilijk uit te baten
wegens de onregelmatigheid der lagen.
Op de plaats waar de ramp zich heeft
voorgedaan was er eene stoornis in
don normalen loop van den ader welke
men aan het uitbaten was.
Volgens de laatst ingewpnnen inlich
tingen zou do ramp toe te schrijven
zijn aan een noodlottig samentreffen.
Het schijnt namelijk dat er eene plot
selinge ontsnapping van gas, plaats had
juist op het oogenblik dat de «poriën»,
wélke eene mijn moest plaatsen, be
proefde of zijn kabel in goeden slaat
wa,s en normaal werkte. De vonk deed
het gas ontvlammen. Dadelijk snelden
de leden van het beheer der mijn naar
de plaats dos onlheils. Kort nadien kwam
daar eveneens liet behoor der mijnen,
■vertegenwoordigd, door. M.M. .Wiede-
rean, hoofdingenieur; Lemaire, district
ingenieur en Lestrach. Geholpen door
hét personeel der mijn ging men over
toft de reddingswerken.
DE SLACHTOFFERS.
Twaalf dooden en negen gekwetsten
werden opgehaald, een dezer laatste
bezweek kort nadien. Na een eerste ver
band kondon drie der gekwetsten huis
waarts keeren; de vijf anderen waar
van twee zwaar verbrand waren werden
naar het gasthuis van de «Clvarbonna-
ges du Goucbant de Mons te Bouss.u-
Bois overgebracht.
De namen der overleden slachtoffers
zijn Jean Baptist Fievet; Firmin Pie-
trons, Jules Saussez, alle drie uit Wi-
heries; Em. Abrassard, uit Elouges.
Henri Jospin, uit Andregics; Henri
Lussiez, Lóón Dubuisson, Tllieoph.
Abrassart, Aug. Lussiez, allen uit Elou
ges; Adhemar Lacoge, uit Bosiieux en
Evarist Debiève, uit Vileries. Allen
moeten op den slag gedood zijn. Joseph
Norgue uit Accadregnies overleed later
in het gasthuis.
De dooden worden op bedden.gelegd,
die in een in rouwkamer herschapen
zaal van de mijn, werden opgesteld.
Hier had dan de herkenning plaats van
de ongelukkige-n, door de families, die
op een minimum van lijd verwittigd
waren, aangezien al de slachtoffers, zoo
dooden, als gekwetsten, Belgische werk
lieden schijnen te zijn, wonende Elou
ges zelf, of in de naburige gemeenten.
Do gekwetsten waren llilaire Neel
en Alfons Deauevy, uit Wiheries,
waarvan de toestand hopeloos is; Vic
tor Delplaneque, G. Havez, Arlh. 'Dcrid-
der. allen uit Elonges; Fe.licïen Baton
en Adolptic Blondiau, uit Wasmes.
De ontploffing, geschiedde met zul
ke kracht dat een paard, dat zich op
400 meters afstand van de plaats der
ontploffing bevond, 45 me.tcrs ver werd
weggeslingerd.
De laatste ramp welke zich in 'deze
mijn voordeed dag toekent van bet jaar
1856. Er vielen toen 200 slachtoffers
te betreuren.
MINISTER HEYMAN TER PLAATSE
M. Hevman, minister van arbeid en
nijverheid, welke telegrafisch op de
hoogte werd gebracht van de ramp, be
gaf zich onmiddellijk ter plaatse, ten
einde zich persoonlijk te overtuigen van
de uitgestrektheid der ramp.
DE KONINKLIJKE BELANGSTELLING
De Koning op do hoogte gebracht van
de ramp heeft dadelijk de noodige in
structie gegeven opdat men hem een
breedvoerig verslag zou voorleggen
over deze verschrikkelijke mijnramp.
Later heeft de Koning zich per auto
ter plaatse begeven.
DE EERSTE HULP
Zoodra het gerucht der ontploffing
zich verspreid had, heeft het Rood-
Kruis van Belgie zich ter beschikking
gesteld van dc koolmijn. De gekwetsten
ontvingen de eerste zorgen vanwege de
drie genecsheeren der gemeente.
EEN INTERPELLATIE IN DE KAMER
Het socialistisch Kaïmierlid Louis Pié-
rard heeft Vrijdagnamiddag, bij het bu
reel van de Kamer een vraag tot inter
pellatie ingediend over de oorzaken der
ramp.
OVER HET GEBRUIK VAN HET
VERPACHTE GOED.
ALGEMEEN PRINCIEP. De p.chterjs
gehouden het verhuurde goed te gebruiken
als een gcede huisvader, en volgens de be
stemming welke bij de verpachting aange
geven werdof volgens de bestemming, welke
bij gemis aan overeenkomst naar gelang de
omstandigheden moet vermoed worden.
Dit princiep reeds in art. 1728 van het Bur
gerlijk Wetboek bepaald, was van algemeenen
aard. Aan partijen behoorde bijgevolg, de
zorg desgevallend, op meer nauwkeurige en
bijzondere manier, de wijze van bebouwing
vast te stellen* Partijen hadden de volkomeno
vrijheid deze wijze te regelen. Op theoretisch
oogpunt beschouwd, sohijnt het allerbillijkst,
dat de eigenaar, de wijze van cultuur, van
zijne in pacht gegevens goederen naar eigen
goeddunken bepalen en doe eerbiedigen.
Op praktisch oogpunt integendeel, was dit
princiep verderfelijk, Immers de eigenaars
deden in de pachtkontrakten, verouderd
bedingen f
bebouwing
een geschil met den eigenaar vercorzaakg,
zullende rechtbanken de feitkwestie door be
middeling van deskundigenmoeten beslach*
ten, of ja dan neen de nieuwe wijze, voorde»
lig voor het goed zijn zal.
Andre RODEN BACH,
Doctor in Rechten%
LVan oDzen Geufëcben medewerkef«
EN HET GEBEERDE
En het gebeurde dat een zekere graaf
van Tch eco-Slovakije door zekeren agent
Stas te Brussel werd opgelicht bij tlar
ren dag (Echo de Pari-s).
En het gebeurde dat zij reeds drie
jaar getrouwd waren en nooit een
wolkje over den zonnigen hemel gleed.
De vrouw had geen langere tong dan de
maii en de gebüurvrouw mocht een
half seizoen haar beigen mantel drageft
fuiT„<:ndTeSltndaP^nedp.lhtbTi1.NnVd: tonder dat er telkens geraasd werd.
Verboden Nadruk.
132ate Vervolg1.
Wat be teekent dat vroeg zi j zich
af. Zou alles niet in orde zijn Dc we-
dergevonden zoon Albert is met een
meisje van eene achtenswaardige bur-
gersfamilic getrouwd... Hernel mis
schien verzet de vorst er zich tegen
Dan is het gedaan met mijne, gelukkige
toekomst.
TUenigzins verbitterd, begon zij te
yerken.
Charlotte riep dc (moeder*
Moeder, wat belieft er u
Ik ga naar de kamer hiernevens en
zou daar gaarne een uurtje alleen zijn.
Goed, moeder.
Zorg dat ik ongestoord blijf
slechts als. het dringend noodzakelijk
ós, moogt gij mij roepen.
Het kamertje bevond zich achter dc
de gemalin van den vorst om ecu ge
schrift te lezen, dat haar aan den treu-
rigsten tijds haars levens herinnerde.
Brand had in zijne jeugd goed school
onderwijs genoten en had dit aan den
vader van mevrouw Wol ter te danken,
die den knappen, verstandigen jongen
had aangenomen.
Mevrouw Wolte-r zat aan dc tafel,
zoodat het daglicht op het papier viel,
en las met de grootste aandacht. Dc let
ters waren ruw en stijf, zooals de hand
eens werkmans ze vormen? kan, overi
gens volkomen leesbaar. Men zag dat
hij bij het schrijven moeite bad gedaan.
Het geschrift handelde hoofdzakelijk
over den gewaanden moord op het kind
van den vorst gepleegd. «Brand Ihad een
gesprek afgeluisterd tusschen den in-
dendent Reinhardt cn eene vrouw, in
welke hij stellig Charlotte meende te
erkennen. De inlendent zocht deze
vrouw te'bewegen om nog denzelfden
nacht don knaap te vermoorden. Brand,
die de ontaarde moeder deze. daad wilde
andere letterlijk waren overgeschreven. Zoo
voorzagen pachtbrieven, het verbod voer den
pachter, de orde in de opeenvolging van be
bouwing te veranderen, het verbod boekweit,
beeten, wortels ef andere planten te kweeken,
die zoogezegd het land uitputten, het verbod
de vruehten en oogsten te velde te verkcopen
en andere dergelijke, ouderwetsche bepalin
gen. Men regelde zorgvuldig het getal -n de
wijze der bemestingen; men verbood kunst-
mesten te benuttigen, enz.
De nieuwe wet voorziet voortaan de volko
mens vrijheid van den pachter, het verpachte
goed te bebouwen en te gebruiken, naar zijn
beliefte.
De wetgever heeft zijn volle vertrouwen in
den pachter gesteld, die de beste en voordee-
ligste cultuurwijze zal mogen kiezen, naar
eigen oordeel en goeddunken. De pachter zal
zoowel als de verpachter zijn belang en zijn
voordeel vinden in eene rationneele op de
wetenschap en de organisatie gesteunde wijze
var. bebouwing de pachter zal de eerste dé
gevolgen eener slechte bebouwing dragen.
Alle initiatief in de uitbating der landen
dient aangemoedigd, volle vrijheid wordt aan
den pachter verzekerd voor de methoden en
de beschikking dor landerijen en landpro-
dukten.
En cm deze volle vrijheid wezenlijker te
maken, heeft de wetgever voorzien dat alle
overeenkomsten aangegaan, om die vrijheid
eenigzins te beteugelen cf te verminderen,
van geener waarde zijn zouden.
Art. I76Pbis luidt ais volgtalle bepalingen,
waardoor de vrijheid van den pacht omtrent
de wijze van bebouwing der akkergronden of
omtrent de beschikking over do produkton van
de hoeve worden beperkt, zijn waardeloos.
Natuurlijk, vrijheid in de wijze van cultuur,
beduidt niet: MISbruik van het verpaohte
goed, bij wijze van uitputting. De vrucht
baarheid van het land mag niet in gevaar
gebracht worden. Daar de pachter het goed
als een gceden huisvader moet gebruiken, if
het hem verboden, schade te doen aan dit
goed. Beschadigt hij het land, ontneemt hij
aan het iand alle vruchtbaarheid door al te
intensieve methoden, dan zal hij zioh bloot
stellen, aan een rechtsgeding in verbreking
en schadevergoeding van wege den ver
pachter.
Inderdaad, de pnehtfermoet van de vrijheid
der cultuur gebruik maken op eene wijze, die
niet nadeelig kan zijn voor het verpaohte goed
en gelijk een goede huisvader, bonu3 pater
familias, doen moet.
Wat is dit eigenlijk
Vooral en in 't algemeen zal de pachter zich
gedragen naar de gebruiken der streek,
zooveel wat betreft gebruik der meststoffen,
als onderhoud der gronden, afwisseling der
bebouwingen, enz. Meestal zullen de plaat
selijke gebruiken hot be3t overeenstemmen
met de natuur van den grond, en de voor
waarden van het klimaat der streek. Maar
het spreekt van zelf, dat, de pachter zich
NIET STRIKT moet houden bij plaatselijke
aoms verouderde gebruiken, Deze ge
bruiken ondergaan stilaan wijzigingen, die
noodzakelijkerwijze hun oorspreng vinden in
de invoering van nieuwe procédés, in de cul
tuur, der verbetering der bestaande wijze van
bobouwing, de wetenschap, de organisatie en
het initiatief van de pachters.
De pachter is dus niet verbonden, da ver
ouderds wijzon van cultuur te volgen. Maar
telkens do inbreuk op gebruikelijke procédés,
De soep was nooit te zout en de hut
sepot nimmer aangebrand. De man
kwam telkens op zijn uur naar huis efl
hij had nimmer een kantje aan.
Mevrouw was nooit te lang bij den
coiffeur gebleven. Mijnheer had vrien
delijk genoeg de meid bekeken omdat
ze niet haar post zou laten staan en toch
niet vriendelijk genoeg om Madam6
aanstoot te geven.
Dc rekeningen van de modiste waren
nimmer overdreven. De pneu van da
auto is niet eens gecrevecrd. De gezonde
tiveeling heeft niemand geembeteerd.
De beurs is gedurig gestegen en het
huihouden groeide onder blijvenden ze
gen.
En het gebeurde ddt de zegelleeri*
werden afgeschaft. Dat de controleur
van dc belastingen geld uitdeelde. Dat
hij niemand voor bedrieger hield en de
administratie accuse erde. Dat de Mid
denstanders zonder dozijnvoudige boeJr
houding konden leven. Dat welvaart en
vrijheid van de Middeleeuwen verrezen
Dat de kinderen van de kleine burgerij
eveneens uit compensatiekassen voor
kroostrijke huisgezinnen mochten put
ten.
En het gebeurde dat al de midden
standers vergaten wat hun verdeelt en
begrepen ivat hun vereenigt.
En het gebeurde... O ja, er gebeurde
zooveel op eersten April.
Hamlet de Tweede.
Een Voordeeiige Plaatsing
NAAMLOOZE KASBONS»
OP 6 MAAND EN 1 JAAR.
RENTE OP VOORHAND BETAALD
Aan personen die onvoorzien hun
geld noodig hebben, worden deze
bons vóór vervaldag terugbetaald,
mits afhouding pan een klein
Renteversehil.
1652
kleine keuken. Het eoriige venster had beletten, nam het kind en legde in deze
uitzicht op eene stille, plaats. Geheel plaals eene door den vorst zelven ge
bet huisraad bestond uit eene kominode 1 beitelde pop. Daarna verborg ihij het
eene kleerkast, eene tafel en twe-e stoe- jkind op zijne kamer en sloop bij Fa
len. Hier en daar stonden doozen en biaan, die de wacht had. De kleine man
kistjes. Hoewol het kleine vertrek zin- jwas zeêr vermoeid en sliep vast. Brand
del ijk was onderhouden, verried hot hoorde deuren knersen. Stil opende hij
toch b e hoeft i gluekL H ie r bevond zich nu [het .venster cn zag naar beneden van
waar het g erucht kwam. De maan
scheen helder. Eene vrouw kwam op den
rand der rots, bleef eenige oogenblik-
ken staan en wierp een wit pak in de
smalle kloof, die zich- tusschen den
muur. waarop het kasteel staat en de
tegenoverliggende rots bevindt.
Eensklaps ontstond er rumoer in
het slot. Fabiaan liep naar buiten.
Brand wist niet wat doen, een vreesc-
lijke angst had hem overweldigd. Ein
delijk trad hij op den gang. Hij hoorde,
in den vleugel dien Charlotte bewoon
de, roepen en schreeuwen. Haastig
volgde hij het schijnsel van het licht
dat daar brandde. Toen hij de kamer
binnentrad lag Fabiaan badend in zijn
bloed. De vorst riep tot de biddende
Charlotte; «Ellendige, uit wraak hebt
gij mijnen zoon vermoord Charlotte
weende en beweerde dat men haar kind
gestolen had. Men moesteden vorst, die
bewusteloos was neêrgevallen, wegdra
gen. Men bracht den armen Fabiaan,
die door den vorst gewond was, naar
zijne kamer. Brand bleef alleen bij
Charlotte, die hem koel vroeg wat hij
wilde. Hij zei «dat hij haar op de rots
had gezien», waarop zij (hem beval heen
Ic gaan en nooit weder onder hare
oogen Ie komen. Nog stond bij besluite
loos. voor de deur der kamer welke hij
bewoonde,. t.oea bij 'den langen Rein
hardt hoorde zeggen «De neef zal in
ketens cn boeien worden geklonken,
zoo hij niet he.èngaat en iets zal zeggon
van hetgeen hij gezien wil hebben; m-en
zal hem goed in het oog houden. Goed
dacht Brand, ik zal mij uit de voeten
maken; hier in dit vervloekte slot is
alles mogelijk. Hij hulde toot kind ih
een kussen van het bed en maakte er
een soort van pak van, dat hij onder
zijnen mantel verborg. God wilde zijne
onderneming begunstigen want het kind
bleef gerust slapen tijdens de vlucht
uit het kasteel. Brand kwam spoedig
met zijnen kostbaren last te Buclvau
aan. alwaar hij het kind voor eenon
vondeling uitgaf en het in zijn huis
groot bracht. Van Charlotte hoorde hij
niets meer. dan dat zij uit het kasteel
krank-
ren angst en overhaasting heeft zij dö
verwisseling niet bemerkt... Ach l des
tijds mistrouwde ik den goeden Brand*
dien ik voor cencn huichelaar hield. Hoe
wonderbaar zijn toch de wegen d£fl
Voorzienigheid Mijn zoon werd gere<J*
omdat Brand aan mijne boosaardigheid
geloofde.
Het tweede papier, dat zij van Albert
ontvangen had, was het testament van;
den vorst en het derde de trouwakte.
Mijne huwelijksakte Ach, aan
welken tijd herinnert ze mij
Lang weende zij.
Welaan, riep zij eindelijk moie'd
hervattende, Boudewijn hóeft mij toch!
niet opzettelijk, ten mins.te niet met
helder verstand verstooten. 11c moet het
hem vergeven. Daarom wil ik tot hem
terugkecrcn. Doch vooraf zal ik over!
was verdwenen. Daar do vorst
zinnig was geworden, en men in ihet slot het geluk van mijnen zoon waken. Het
algemeen geloofde dat het kind in do zou vrecseliik ziin moest de wraak mij-
rotskloof geworpen was geweest, wer
den er van dien kant ook geenc opzoe
kingen meer naar den knaap gedaan.»
Hiermede eindigde het geschrevene,
Mevrouw Wolter liet het papier val
len en droogde do tranen af, die uit ha
re oogen vloeiden. Brand kon niet an
ders qordeclcn zegde zij ontsteld, hij
moest mij voor eene misdadige ihouden!
't Is echter eene omgekochte vrouw die
feitelijk dc daad heeft gepleegd; in lia-
zou vreeselijk zijn moest de wraak mij
ner vijanden zich tot op mijne kinderen)
uitstrekken
Toen zij do papieren WeggoslolefflB
had, keerde zij tot hare dochter terug"
en kleedde zich aan.
Waar gaat gij naartoe, imoodo'i* f
Naar mevrouw Gerold. Pas op tiet
huis, ik zal niet lang uitblijven.
rt VeryoigiB