f
De Kristent Jeugd van het Bisdom Gent
brengt hulde aan den Paus,
...EN HET MOSTAARDZAADJE WERD EEN BOOM
ONZE VORSTEN TE LUIK
De Sluis van Terneuzen
pCXXXle JAAKüANö. KUMMEB 154
Kerkstraat, 9 en l Aalst, 'lelefoon 114. DAGBLAD 20 Centiemen Uitgever J. Van Nuffel-De Gendt
Publiciteit buiten het Arrond. AALST} i: Agentschaü HAVAS Adolf MaYimn -ia ia r? r, r. v. -r,
weniscnap UAJAb, Adolf Maxlaan 33, Je Brussel Rue de Richeleu, Parjis Bank Buidinjg-Kingsway, 20 Londres C, 2.
Maandag 8 Juli
H. Eliiabeth
Zon op 9,57 Zonaf 7,63
Dinsdag 9 Juli
1935
H. Cyriel
Zon op3,&8 Zon af 7,58
Y. M. 16 L. K. 2
Pen 30 Juni 11. bracht de Kristene
Vrouwenjeugd van het Bisdom Gent een
roerende hulde aan Paus en Kerk, ter
gelegenheid van de 75® verjaring van
St-Pieterspenning.
Wij hebben toen verslag gegeven van
deze grootsche betooging, waarbij 10.000
meisjes uit den werkersstand, den boe
renstand, den middenstand en de stu
dentenwereld, door de straten van Gent
opmarcheerden en in het Feestpaleis, bij
aanwezigheid van Z. Exc. Mgr Coppie-
ters, Bisschop van Gent, hun onwankel
bare trouw en gehechtheid kwamen ver
kondigen aan Christus' Rijk.
Gisteren Zondag, was het de beurt aan
de mannelijke jeugd. Ook zij waren op
gekomen met duizenden, om onder het
geleide van hunne geestelijke leiders hun
kinderlijke genegenheid en hun onwrik
bare verknochtheid aan God, Paus en
Kerk te komen bevestigen.
DE PONTIF.IKALE MIS IN
SINT PIETERSKERK
Ditmaal was het in de ruime en prach
tige St Pieterskerk, op het Sint Pieters
plein, dat de Pontifikale Mis plaatsgreep.
Speciale maatregelen waren getroffen,
ten einde de machtige schaar jongelin
gen die was opgekomen, in de nochtans
groote, maar voor deze gelegenheid nog
te kleine kerk, te bevatten.
Op het St Pietersplein, het grootste
der Gentscke pleinen, had zich van ver
voor den aanvang der plechtigheid, eene
groote massa nieuwsgierigen geschaard.
Uit alle hoekjes van het Bisdom kwamen
de christene jongelingen, voorafgegaan
door hunne vaaudels, aangestapt. Wer-
kersjeugd, Boereujeugd, Studenteujeugd
en Middenstandsjeugd, 't was er al ver
tegenwoordigd.
De?e verschillende groepen van Chris
tene Jeugdorganisaties maakten grooten
indruk.
De plechtige Pontificale Mis werd
opgedragen door Z. Exc. Mgr Coppieters
Bisschop van Gent, bijgestaan door de
Zeer Eerwaarde Heeren Kanunniken
Vanderstraelen, Callewaert, Buysse,
Vercruysse en Van Kerchove. Zijne
Hoogwaardige Excellentie Mgr Micara.
Pauselijke Nuntius, woonde de plechtig
heid bij.
De ruime Sint Pieterskerk was bom
vol en talrijke geloovigen, moesten de
plechtigheid, die door luidsprekers werd
uitgezonden, buiten de kerk volgen.
DE OPTOCHT
Na de H. Mis stelden 8.000 jongelin
gen uit de Katholieke Jeugdbeweging
zich op, op het uitgestrekt Sint Pieters
plein, en stapten weldra onder het zin
gen van Bondsliederen, door de voor
naamste straten der stad, op wog naar
het Feestpaleis, in het Park.
Aan de St Baafskerk werd de stoet,
door Hunne Hoogw. Exc. Mgrs Micara
en Coppieters, in oogenschouw genomen,
Duizenden nieuwsgierigen waren al
daar samengestroomd en volgden met
groote ingetogenheid dit indrukwekkend
défilé
FEESTVERGADERING IN HET
FEESTPALEIS.
Om 2 1/2 uur 's namiddags, greep in
het Feestpaleis (Park) een grootsche
feestvergadering plaats.
8000 jongelingen uit de verschillende
standen, waren aldaar aanwezig.
Bij de intrede in de groote hall wer
den HH. Hoogw. Exc. Mgr Coppieters en
Micara uitbundig toegejuicht.
Aanstonds wordt het woord gevoerd
door de Bisschop van Gent, die do Pan
selijke Nuntius, Mgr Micara, welkom
heet.
M. A. Hutsebaut, voorzitter van
Katholieke Studenten-Actie in Vlaande
ren M. De Riemacker. namens de mid
denstandsjeugd M. De Meester, namens
de Boereujeugd en M. Peste, namens de
Katholieke Arbeidersjeugd, treden op
als woordvoerders.
Onder luide toejuichingen spreekt Mgi
Micara in 't Nederlandsch tot de verga
dering.
Begeesterend is het slotwoord van
Exc. Mgr Coppieters.
Het "Christus Vincit» door geheel
vergadering rechtstaande aangeheven
sloot deze heugelijke plechtigheid.
Een schrijven vanwege
den KsiSigen Vader aan
Z. §i. Ejsc. Rflsjr Gappieters
bisschop van Gont
NAAR AANLEIDING VAN HET JUBELFEEST
VAN ST. PIETERSPENNING
Zijne Eminentie Kardinaal Pacelli
staatssecretaris van den Heiligen Vader
te Rome, heeft in verband met het jubel
feest van St-Pieterspenning het hierna
volgend treffend, beteckenisvol schrijven
gezonden aan Z.H. Exc. Mgr. Coppiete.
bisschop van Geut.
Bal Vaticano den 14 Juni 1935
8 eer et aria di stato di sua Santita
Hoogwaardige Excellentie,
Het jubelfeest dat het werk van St.
Pieterspenning voorbereidt en, op het ein
de van deze maand met eenparige geestdrift
en verknochtheid den H. Stoel willen vie
ren, is voor den Vader der geloovigen een
bijzonder aangename bevestiging van de
innige kinderlijke liefde waarvan de milde
pennning van gansch het bisdom jaarlijks
een roerend bewijs aflegt. Bit feest
'biedt aan den H, Vader een gunstige gele
genheid aan om op Zijn beurt, aan al zijn
dierbare zonen en vooreerst aan Uw Excel
lentie, de dankbare gevoelens van Zijn
vaderhart te bevestigen om zooveel betvij
zen van genegenheid en verknochtheid en
vooral om den apostelgeest die, gedurende
de 75 verloopen jaren, bij hen steeds ge
paard ging met de talrijke offers die in de
eerste plaats aan de verstootelingcn dezer
wereld ten goede komen. Zijn Heiligheid
tivijfelt er niet aan of de zoo ijverige en
voortdurende deelname van Uiv dierbare
diocesanen aan het apostolisch werk van
den H. Vader zal hun uitgelezen genaden
verdienen die de christenen tot voortreffe
lijke toonbeelden van geloof en godsvrucht
maken, die hen steeds vurig maken in het
goede en gelukkig in het zich ivegschenken
aan al de werken van het apostolaat In
genaden ziet Zijne Heiligheid de
tv aardigste belooning voor de edelmoedige
liefdadigheid van Uw geloovigen. Be
Heilige Vader vertrouwt stellig dat het
vieren van dit jubelfeest rijk zal zijn aan
allerhande geestelijk goed voor gansch het
bisdom en uit ganscher harte zendt Hij
aan allen, aan U in de eerste plaats. Mon
seigneur, met Zijn hooge ivenschen, de
gunst van den ApostoHschen Zegen.
Ik veroorloof me hierbij mijn eigen
warmste gelukte ens chen te voegen en ik
maak graag van deze gelegenheid gebruik
om aan Uw Excellentie de uitdrukking te
hernieuwen van mijn algeheele verknocht
heid in O. H. J. C.
Get. E. Kard. Pacelli
«De vurige stede» slak Zondag in
feestdos om onze Vorsten op waardige
wijze te ontvangen.
Te 10 ure, kwamen Hunne Majes
teiten de Koning en de Koningin met
den kleinen prins van Luik, in gézel-
sichap' van de dignitarissen van het Hof,
van eerste-minister Van Zeeland en de
ministers du Bus de Warnafïe en Max
Leo Gérard in de Guilfeminstatie toe.
Bij hun aankomst werden de hooge
bezoekersi begroet door heer Pirard
gouverneur der provincie; heer Neu
jean, burgemeester van Luik en door
luitenant-igeneraal Mosin, bevelhebber
der militaire omschrijving.
't Kanon bulderde en koning Leopold
III, schouwde de troepen van het 1ste,
11e, 12e en 14e Linieregiment, van het
3e en '15e Artilleriekorps, van het 3e
Genie en de frontcyclisten die op den
doortocht de militaire eer zullen bewij
zen. Dan weerklonk het «Vaderlands
lied» en aan koningin Astrid werden
bloemen aangeboden.
Onder algemeene toejuichingen stap
ten de Vorstpa met hun gevolg in een
open koets om zich naar 't Stadhuis te
begeven.
Op het Stadhuis.
In de trouwzaal heet heer Neujean
de Vorsten welkom in naam der stad.
Hij geeft uiting van de vreugde en den
dank der heele bevolking om dit lioo;
bezoek en herinnert aan 't enthousias
me van 1928, toen de prins zijn blijde
intrede deed.
Koning Leopold antwoordt met een
eestdriftige toegejuichte rede. Hij
maakt den lof der Luikenaars die zich
steeds als echte vaderlanders gedroegen
en hun grond tot het Uiterste verdedig
den; en met hun grond, hun vrijheden.
Na de gebruikelijke voorstellingen
verschijnt koningin Astrid, met den klei
nen prins» op den arm, op 't ba Icon waar
op een (geweldige ovatie losbreekt.
In de hoofdkerk
Daarna trekt de koninklijke stoet
haar de hoofdkerk, waar Mgr. Kerk-
hofs, bisschop van Luik, onze Vorsten
erwelkomt en hen naar 't hooge koor
leidt, waar ze plaats nemen aan den
Evangelie-kant, terwijl de bisschop en 't
kapittel aan de andere zijde neerzit én
ele personaliteiten de beuken vullen.
Het choraal van het Groot Seminarie
zingt de H. Mis opgedragen door Z. E.
H. Le Roux, deken van het kapittel.
In 't Provinciaal gebouw
Onder 't spelen van 't Vaderlands
lied» verlaten de Vorsten de kerk, en
onder toejuichingen der menigte, bege
ren ze zich naar 't provinciaal gebouw,
anwaar ze den groet aan 't vaandel
an Tabora door de kolonialen en de
ouid-strijders volgen.
Tot slot werd aan de Vorsten én hun
gevolg een intiem ontbijt aangeboden.
Hierbij waren aanwezig heer en me
vrouw Pirard, heer Delhaize, eerste
voorzitter van het beroepshof; Destex-
he, procureur generaal; Neujean,burge
meester; luitenant-generaal Mosin en
de ministers en staatsministers die bij
de plechtigheden 's morgens aanwezig
waren, alsmede de dignitarissen van
het Hof. i
Heer Leonard wenschte de hooge be
oekers welkom en bood hun een kris
talen vaas aan. Alvorens te vertrekken
onderhielden onze Vorsten zich lang met
igroot-invaliden.
En dan vertrok de koninklijke stoet,
onder de blijde geestdriftige toejuichin
gen der menigte-, die spontaan en onbe
vangen haar vreugde kon uitjubelen.
Te half vier begaven onze Vorsten
zich per auto naar het Tehuis der In
validen. Op heel den doortocht werden
ze begroet door heilkreten, zakdoek,
handgewuif, zoo van groot als klein
Het mostaardzaadje dat was de eerste dat het een heerlijke bekroning is van
studiekring voor werkmeisjes in 1912 1 Tr T
door "Meneer» Gar dijn, toen onderpas
toor te Laken, in die gemeente opge
richt, onder den naam van Klein Syn-
dikaat voor leermeisjes
De boom dat is de Kajotterscentrale te
Brussel 34 m. lioog, 51 m. breed. 2.800
m2 oppervlakte 7 zalen, 5 groote bu-
reelen, 50 privaatbureelen, een drank
huis, een spijshuis, 2 slaapzalen met 250
bedden, 150 afzonderlijke kamertjes, een
kapel, een boekerij, een terras, 12 stort
baden en... 125 W. C.'s
Boven dit alles, staat, breed ge
schoord, 6,50 m. groot, 8000 kilo zwaar,
de kaiottersreus geplant.
Wie de ontwikkelingsgang Klein
Syndikaat in 1912, Jonge Syndi-
kalisten te Brussel Jonge Werkman»
te Antwerpeó, Mechelen, Leuven in
19191920 "Kristene Arbeiders
jeugd in 1925 heeft meegemaakt of
ekend, begrijpt best bet symbool van
het keiharde betonnen beeld, dat de
Kajotterscentrale bekroont de vaste,
onwrikbare wil, het stoere, harde, aan
houdend slaven, het geestdriftig, geïn
spireerde, fiere, blijmoedige optimisme,
van den simpelen metselaarszoon, den
apostolischen priester, den grooten stich
ter, leider en bezieler van de K. A. J.
Z. E. II. Cardijn
Maar dat beeld is ook een symbool van
dezelfde wil, dezelfde werkzaamheid
hetzelfde optimisme van de honderden,
de duizenden leiders en leidsters, vanaf
de enkele eenvoudige werkmeisjes van
1912 tot de vele door studie en geeste
lijke oefeningen, thans flink gedrilde en
gevormde bestuursleden, aan wien Kan.
Cardijn het vnur van den geestelijken
ijver die hem bezielde wist mee te deelen.
Ja werkelijk, wanneer men de geschie
denis der K. A. J. overdenkt, in den
geest weer het harde zwoegen van
het begin nagaat, weer ziet de bergen
moeilijkheden die zich rondom ons op
stapelden, weer hoort de doktorale en
doktrinale uitspraken, die onze bewe
ging verketterden onder alle opzichten,
dan pas beseft men goed het symbool van
den Kaj ottersreus.
Bekijk hem bij gelegenheid eens goed.
En 't zal, als mij en velen gebeuren
't zal zijn alsof uit de reus, het fiere,
manhaltige, onwrikbare "Het Zal» op
dondert 1
Vrienden en sympathiseerenden, spre
kend over de Kajotterscentrale zeggen,
het werk der K. A. J.
Een bekroning
Komaan. Hoogstens een mijlpaal. (Maar
dan een mijlpaal die kan meetellen
Een mijlpaal op den levensweg der K.A.J.
Onze mannen van tegenwoordig zijn nog
niet uitgevochten. En dan komen er weer
andere, en daar achter komen er nog...
nog...
Wat ons, oud-kajotters, zoozeer met
vreugde vervult is te zien dat onze erf
lating in zoo'n flinke handen is gevallen.
De oud-kajotters zullen gevierd worden
op het Kongres.
Het is niet zoozeer om die viering dat
de oud-kajotters even geestdriftig als
vroeger den oproep van hun oud-leiders
beantwoorden.
We zullen er zijn in d'allereerste plaats
om onze ontroerde hulde te brengen aan
hem van wie wij allen volmondig en
dankbaar erkennen dat hij ons leven heeft
omgekeerd, bezield en gevuld, onze be
minde en vereerde 0 Meneer Cardijn,
zooals wij hem zijn blijven noemen.
Maar dan ook om aan de Kajotters van
1935 te zeggen Kajotterkens, broers,
de ouderen groeten u, danken u en zijn
fier over u omdat gij hun werk hebt be
vrucht, verrijkt en uitgebreid, omdat gij
het zaadje dat zy zaaiden hebt doen
gedijen tot een WERELD-kongres.
Kan. Cardijn, in dien geest komen we,
op uw woord, naar Brussel
Oud-Kajotters, kameraden uit de jaren
'20 tot '31, "broers» zooals wij u toen
't liefst, en gemeend noemden, gij allen
de duizenden uit onze Viaamsche gou
wen, die geloofd hebt in de heerlijke
toekomstplannen van onzen stichter en
aanvoerder, gy die deze plannen, elk
naar best vermogen, doorbeen het tien
jarig bestaan van den Landsbond, liet
vijftienjarig bestaan van onze beweging,
hebt doen uitgroeien tot een rotsvaste
werkelijkheid van de Poincarólaan te
Brussel, 25 Oogst schare ons opnieuw te
zamen, thans op het Heiselstadion, te
Brussel.
We zullen er herdenken de heerlijke
dagen uit het verleden, geestdriftig ju
belen om het schitterende heden, maar
ook stalen ons verlangen en onzen wil
om mee te bouwen altijd voort, elk in
zijn midden, elk naar zijn taak, aan de
zonnige toekomst van morgen*
Oud-kajotters, uw oud-leiders verwach
ten u.
JAN SCIIELLEKENS.
Oud-Algemeen Sekretaris van
den Landsbond der K. A. J.
Onze vorston op -t perron van het stadhuis te Luik. Koningin Asjrld houdt prins Albert op de,n arm.
Enkele weken geleden, vaarden de le
den van Kamer en Senaat, vele provin
cieraadsleden van Oost-VIaanderen
gemeenteraadsleden der stad Gent naar
Terneuzen, om er de sluizen te bezich
tigen.
Onderweg werdén hun allerlei in
lichtingen gegeven, o.a. over de be
langrijkheid der Gentsche haven, over
haar beteekenis voor het land en voor
namelijk voor de provincie, alsook over
de moeilijkheden waarmede zij te kam
pen heeftj tengevolge van de engheid
der Sluis van Terneuzen
Te Terneuzen zijn dTie sluizen. De
grootste zou veel diensten kunnen be
wijzen aan de zeevaart, maar ze is te
smal, op een lengte van 140 m. is ze
maar 18 meter breed, nauwelijks breed
genoeg dus om schepen van 17 m.
breedte door te laten.
Talrijke schepen moeten vóór Ter
neuzen in lichter overslaan of naar
andere, meestal vreemde havens, afge
wend worden, omdat zij te breed zijn.
Het kanaal en de tus'sehenwerken
zijn geschikt om schepen toe te laten
van 13.000 ton. De engheid van de
sluis belet het doorvaren dezer eenhe
den.
Twee maal reeds (in 1930 en in 1933)
belemmerde een ongeval aan de groote
sluis alle verkeer van groote zeesche
pen van en naar Gent.
De bouw van een groote sluis van
minstens 26 m. moet zonder
aangevangen worden.
lossing van hét verdrag nog verre toe
komstmuziek is, moet de kwestie van
de sluis te Terneuzen gescheiden wor
den van het traktaat.
De Belgische Regeering heeft, in
1932 twee maal aan de Nederlandsche
Regeering voorgesteld de kwestie van
Terneuzen te regelen.
Maar de Regeering van den Haag,
al nam zij eens te meer het beginsel
van het bouwen der sluis' aan stelde
voorwaarden welke door de Belgische
Regeering als onaannemelijk werden
beschouwd.
De kwestie van Terneuzen zou men
willen doen afhangen van het bouwen
van een sluis; van 2.000 T. le Lanaye.
De openbare meening langs beide zij
den van den Moerdijk weigerde aan
vankelijk geloof te hechten aan dezen
overdreven eisch, die echter jammer
genoeg maar al te waar bleek.
Wij denken er volstrekt, niet aan in
de kaarten te spelen van Nederland
loor op onze Regeering druk uit te oe
fenen, opdat zij aan onze Noorderbu
ren zou toestaan wat zij vragen.
Wij beweren dat Holland door het
verdrag van 1895 een verbintenis heeft
aangegaan welke het moet uitvoeren.
Indien de Nederlandsche Regeering:
hardnekkig blijft, moet BeLgie zich
wenden tot de Internationale Recht
bank van den Haag, ten einde de betce-
uitstel j Kenis van art.. 13 te bepalen.
j Het bouwen van de nieuwe groote
Nederland oppert gcene principieele sluis te Terneuzen, is een kwestie van
bezwaren. Artikel 13 van het
van 1895 erkent uitdrukkelijk
recht.
De moeilijkheden
vanaf het oogenblik dat men de kwes- jDerhalve dringen wij bij de Regeering
tie van de sluis te Terneuzen is gaan aan dat zij zonder talmen zou optreden
koppelen aan het rampzalig lot van bij onze Noorderburen, opdat eindelijk
die oude zaak zou worden opgelost.
verdrag
goed
opgere
leven of dood voor de Belgische haven.
Het vraagstuk van de sluis van Ter
neuzen is niet enkel van belang voor
de stad Gent, maar voor heel het land.
het Belgisch-Nederlandsch
erdrog
Nu het blijkt dai een algemeene. 0£-