f
MARKTPRIJZEN,
ittcilicö.
V
Ziet der zonne warme stralen
Milde dalen
Over veld en boscli on wel
En wat God den mensch wou geven
Schijnt 't herleven,
In den Mei.
Malsch geblaai-te, groenend loover
Sprcit zich over
Wat do winter maakte een hei
Di'pogo beemden, naakte landen
Zijn waranden
In den Mei.
Vette spruiten, bloemen, planten
Tallen kanten,
Maken de aarde een siorselsprei,
Om de Moeder Maagd des Heeivn
Te vereeren
In den Mei.
Waar men 't oog sla. duizend bloemen
Niet te noemen,
Als de roos en akelei
Staan zoo liefelijk te fleuren
En to geuren
In den Mei.
Ziet het bietjen en de vlinder.
Daar en ginder,
Met getroetel en gevlei
Wisplen om der bloemen knopjes.
Kelkjes, topjes,
In don Mei.
't Nachtegaaltje geeft zijn stemme
Kracht en klomme
bin een jongsken of een ei
Houdt het gaaiken van het vengeltje
Onder 't vleugeltje
In den Mei.
En in 't lauwo nat der kreekjes
En der beekjes,
Tusschen bout en rots on klei
Ligt bet vischje mooi to warlen
En te dwarlen
In den Mei.
't Dartlo scbaapjo knapt en knipt er.
Springt en wipt er
Over zoden en plavei
't Herdren liedje klinkt zoo even
Door de dreven
In den Mei.
Ja, wat ook ons moge omringen
Doet ons zingen
't Is alsof do schopping zei
Looft d'Algocdo, d'Albehooder
En zijn Moeder,
In den Mei.
D'Hecre loven en U roemen.
Bloem der bloemen.
Doen wij onder het gelei
Aller schepslen die u groeten
Voor uw voeten,
In den Mei.
Als eeren, loven, dank' n
Met hun klanken
Vogelkcel on jeugdschalmei.
Wil dan ook onz' schorre tooam
Toch niet honen
In den Mei.
Moeder, laat uw liefde ons winnen
En u minnen
Als der zuivre Euglen rei
Laat do vlam ons steeds ontglocdcn
Die wij voeden
in den Mei.
J. P.. D. K.
«tl vo'-endc dichtje, door een onzer Lezers opgesteld om zij» liart na ceil smar
verlies tc "roosten, zal menige anderen, in 't zelfde droef geval, niet onwelkom
Ter
's Avonds voor negenden April,
Wicrd alles eenzaam en stil,
Naar den hemel vloog een engel,
Mei een lijk beladen buit;
En een jongen rozenstengel,
blies don laalstcn aden» uit,
O God waart gij niet bewogen?
Hoe kond' gij zenden zulk een smart,
Achhoe kont gij dal godoogeu,
Daler brak zoo menig hart;
Dal er zooveel tranen vloeiden,
D.it er was zooveel verdriet;
Dat dit kindje niet opgroeide,
Gij die alles toch voorziet?
Niets kon helpen, niets kou baten,
'l Wierdt gescheiden van ons af;
Ach! ja, 't moest ons verlaten,
Zij, die zooveel vertroosting gaf
mijner..
'I Kwct reeds alle zijne plichten.
Nog zoo jong en nog zoo icér
T Ging Maria's beeld verlichten,
't Buigde zijne kuientjes neer;
Maar helaas! ja, het moest sterven,
't Kindje lief, zoo znclit van aard
't Paradijs die ging het erven,
Daar wierd zijnen schat bewaard
Troost u ouders, bloedverwanten
Broeders, zuster en nqg meer
't Is bij d'Hcmclsche gezanten.
Voor u bidt bet bij den Hoer
'l Is een engel in «Jen Hemel.
't Liet op aarde niets dan drgk,
Boven ons in stergewemel,
Smaakt het 't opperste geluk.
Alp....
G-L»— -U&Cfe»
Een meester kleermaker die van eencn geneesheer deerlijk bekeven wierd
omdat hij zijne ka/ak mismaakt had. zegde hem- Mijnheer, hoe gelukkig
zijt gij toch, uwe fouten worden door de aarde gedekt, terwijl de mijne over
de straat loopen en van een ieder bemerkt worden.
De grootste middelijn der aarde is 12,754,796 meters lang, dat is ten naast
bij 3189 mijlen.
De kleinste heeft 12,712,160 meters of 3178 mijlen.
Kr beslaat dus tusschen die twee lijnen een verschil van 42,636 meters of
ongeveer 11 mijlen.
Indien men de aarde wilde verbeelden bij middel van oeue sfeer, waarvan de
middellijn 60 centimeters lang zou zijn, dan zou men de lijn, waarop de polen
zich bevinden, twee millimeters korter moeten maken. Zulk een Onbeduidend
Verschil mag tocli wel weggelaten worden!
De oppervlakte der aarde is van 50,995 millioenen hectaren, l'.n haar \o
luum telt 1,082,841 millioenen kubieke kilometers! Let welmeer dan een
millioen millioenen kubieke kilometers!!
De hoogste berg, dien men kent, ligt in Azi-, en verheft zich tot 8850 me
ters boven de hoogte der zee: dit is het 1440'" deel der middelijn der aarde.
Hetgeen zoggen wil dat men 1440 zulke bergen opeen zou moeten stapelen
om de middelijn der aarde tc evenaren
De grootste diepte, die men tot biertoe in de zee liecftgevonden, gaat boven
de 8,000 meters niet
De bergen op het vaste land en de diepten in do zee maken geene grootere
hoogten en laagten op de oppervlakte der aarde dan de kleine hobbeligheden
welke men op de schil van eenea oranjeappel aantreft.
Derhalve mogen wij zeggen dat do aarde een bol is, een weinig, op twee
zijner punten, plat gedrukt.
Met hot oog op het bnwcr.cn, dat de zwaluwen zooveel nadeel doen aan do
kersenboomen, 't koren en de druiven, heeft prof. Giebel te Hallo 53 jonge
zwaluwen onderzocht en bevonden dat er 46 bij waren, die zich uilsluitend
met insekten. en niet moer dan 7, die zich met kersen enz. gevoed liadJ. n.
Een ouder/.oek, ingesteld op 46 oude zwaluwen, gaf nog beter resultaat. Daar
waren maar drie kerseneters onder.
Ilwos; opgeklommen.
Iemand, die in gezelschap breed van zijne familie opgaf, eiudigdc met de
verklaring, dal ook zijn vader in een hooge positie overleden was. Terwijl
sommigen den snoever ongeloovig aankeken, merkte eeuandor lid van bel
gezelschap aan lk kan instaan voor de waarlieidslitldo van dezen mijn
heer, want mijn vader was baljuw in hel graafschap, waar de zijne ge
hangen werd wegens paardendieven]
Middel om de duisternis te zien.
Iemand in een herberg, wien 'l hinderde dal de kaarsen zoo dof waren,
riep den knecht too Bezorg me een paar fulsoenlijko kaarseu. opdat ik
zien iBOgo, hoe dio andere branden.
Nooit iemand zoo bespraakt, diens tong niet eens en lispt.
En niemand ooit zoo vrijs die niet mocht zijn berispt.
SLIMME VRAAG.
Een burgemeester, hoorende van iemand die tweemaal de pokken had gehad
eu er aan gestorven wae, vroeg of dat de eerste of de tweede keer gebeurd was.
Zetlij verzoek.
Een wandelaar verzocht eens een lieer, die hem in een rijtuig achterop
kwam. of (leze hem het pleizier wou doen, een jas die hem lastigviel in
zijn rijtuig to hergen. Gaarne, sprak de auiicr, maar hoe zult gij
uw jas terugkrijgen, ais wij niet éeu weg uil moeten 1 Met uw verlol,
mijnheer, was hel naive antwoord. ik zal er in blijven.
Raadsel uit Wetteren gezonden
Mijn heel ziet men weinig op bals en op spel.
Maar zooveel te meer in kerk eu kapel
Doch, als men mij van hoofd berooft,
Dan hebt g'een dier dat woont in een hol,
Veel fijner en sneller dan rat en mol
Zoo men mij nog eens 't hoofd ontnam,
Had men den naam eens diers.
Toovoegelijk aan menig man.
Men vraagt eenige goda werklieden voor 't walenland, om hot bof en aader boerenwerk
te doen. Goedo verzorging, goeden loon. Men bcvrago nch hij aa wkb»mak
"R^saUoDoVleeechhouwer, Korto Ridderstraat, N° i, to AaUt, houdt leer
school voor de eerste Communicanten.
DENDERMÜ.NDE, 2/ A
Tarwe per 100 lulo.
Rogge
Masteluin
Haver
Geerst
Lijnzaad
Hoppe (4873) de 50 k. Aalst,
Kemp
Aardappelen, (roode) de 400 K.
(witte)
Boter pet' 3 Kilo.
Eijers de 25
Vlas de 3 Kilo.
Viggens 2 Aalst,
36,00
h
37,00
00,00
00,00
00,00
,0000
28,00
00,00
00,00
00,00
37,50
39,00
55,00
58,00
90,00
1,00
9,00
40,50
0,00
a
0,00
7,89
8,79
1,63
1,81
5,00
6,09
50,00
0,60
AALST, DHL K KETMJ VAN PÜAKNS.