gene steeds een woordeken van zoeten troost.
Ge zult genezen, zei iNellis zijn vrouw. En öf't God zoo wilde,
onze brave vriend beterde zienlijk van dag tot dag. Twee weken
nadien kon bij, buiten op 't bof gezeten, de schoone velden be
wonderen en de i'risebe vaderlandscbe lucht inademen en nog
twee weken latei' nam bij de sobtip op den schouder en trok ge
zind als een kermisgast, T veld in.
Nellis, sprak de vrouw op zekeren dag, wij vernemen niets
van Jan.
't Is waar vrouw.
Ik ben ongerust.
Eu ik niet min. Wil ik eens naar Cent gaan zien?
XIII. GOD VERLAAT DE Z 1.1 AEN NIET.
We zijn te Gent in T hospitaal, die plaats van lijden en van
dood. Velen die wij er de laatste maal zagen, liggen reeds onder
de groene sargie; want 't is een gedurige verhuizingiu 't hospi
taal. Toe, laat ons voortgaan lot aan Jan's bed.... wie weet? de
jongen zag er laatst zoo slecht uitde doktor trok zoo dreigend
de schouders op.... Klopt uw hart niet, lezer, gelijk dat van zoo
menigeu bezoeker die't gasthuis intreedt?... ei, we zijn er!
is T wel waar wat ons oogen zien! Jan ligt niet meer te bed, hij
zit er nevens; zijn oogen staan helder;op zijn bleek wezen is geen
spoor der koorts te zien; hij kan reeds 't hoofd recht houden en
spreekt met volle monden tegen zijnen vriend Eraus, nevens hem
gezeten.
Jan, u niet te straf vermoeien! zegt zuster Rosalia, voorbij-
gaande en haren zieken niet trolschheid beziende.
Zijt gerust, zusterke.... Hoort nu wat de vrienden malkaar
zeggen
Jan, Jan, wat ben ik gelukkig u hersteld te zien 't ls mij
toch zoo ëfenig iii de kasern
Ja, Frans, de doktor heelt gezegd dat ik binnen eenige
weken mag uitgaan. En 'k zal eenen congé krijgen!
Misschien Jan, zal ik mogen méégaan. Weet gij ai van
Fratsi?
Laat ons daarvan zwijgen; ik heb hem alles vergeven, alles,
Frans! vergeten en vergeven. Ons Heer is zoo goed met ons!
wat zouden wij iemand haten?
Eu we zullen' weer ons wandelingen hernemen,Jan.
Ja, en voortdoen gelijk wij begonnen zynj ons Christelijke
plichten zouder menschehjk opzicht kwijten.
Weet gé nog, Jan, hoe mistroostig wij ovérjaar op den
koer dor kasern zaten? En nu?
Jans oogen schoten vol tranen en hij wees met de hand naar
omhoog.
Daarboven, vriend, leeft onze Vader.
De vrienden zwegen eenige oogenblikken. Een statige stap;
al de zieken kijken op.
Kapitein Verbos! roept Frans opspringende.
Kapitein Verbos! herhaalt Jan zich op rechtende.
Gezeten, vrienden, gezeten! zegt .de krijgsman, zich op de
bedsponde plaatsende; we zijn hiér in de kasern niet; en hoe
is T kaporaal Jan? genezen? 't doet me plezier Ziehier iets dat
u zal üeugddoen; een congé van 14 dagen!
O kapitein, dal is wel! dankc u honderdduizend maal!'
Ik heb tijding van uwen thuis ontvangenalles is er wel,
allen trisch en gezond. Koeragie, jongen, en .gij dok Frans, mijn
brave vriend.
Juist kwam zuster Rosalia eenige stappen vandaar, den kapitein
wenkendeIets voor mij, Zuster?
't Zusterke zei hem eenige woorden in stiltehij keerde tot
het bed terug:
—-Jan, koeiagie, zulle! er zal straks nog iemand komen.
Iemand, kapitein?
-==.,Ja, iemand van Denderleeuw.
Wie, ocb wie? o spreek toch!
Geene ontroering, Jan! 't isvader.
Jan kon 't niet meer houden; de handen uie hij voor zijn wezen
sloeg, waren weldra nat van de vreugdetranen die uit zijne oogen
stroomden.
üok de kapitein was innig ontroerd.(Slot volgt.)
Pius IX, de H. Kerk, het door 't vuige liberalismus bedreigde Vaderland zul
len de vruéhten dezer vrome bedevaarders plukken. Men zegt dat de offeran
den alle verwachting zullen overtreffen. De vuile drukpers of liever de klad-
pers bezoedelt alle-dagen met de eerluosste beschimpingen deze volklievende
godvruchtigheids-maar b"t is juist een middel om /.e dieper om dieper in het
hart d. r vluamscbe bevolking te printentot staving van ons gezegde mag men
bijbrengen dat meer dan 13 parochiën, congregatiën en patronagien gedurende
de maand jMei huiinen tol van liefde alreeds komen betalen zijn aan de
Onbevlekte Ontvangenis, de grooto reddingsmiddel voor onze bedorvene eeuw.
(Eer dc razernij zijn ons drie oplossingen gezonden; ziehier de eerste-
Wellereu, 19 Mei 187-i.
lieer Opsteller,
l!< heb in uw geeërd blad gelezen, van Vrijdag laatstleden, dal er zooveèfc
razende honden loopen -in Oostenrijk, en er stond ook nog bijdie weel,
lion men kan zien dal ecu houd razend is, dal hij spreke. Welnu, ik ga er
u al van zeggen, wal ik \au onthouden heb, hetgeen ik, over eenige maan
den. over do razende houden gelezen heb
De hond die van deze ziekte aangedaan is, weigert elen en drinken hij
is als getrokkeu om te blijven liggen, waar hij ligi, hij is treurig, kwaad
aardig. grommig, ongehoorzaam en neerslachtig; maar hij ként nog zijnen
meester. De vreemdelingen wil Inj bijten. Zijn gebas is ruw. IIij is veran
derd van inborst en manieren: soms loopt hij van huis verre weg. Hij
heeft erne gansch bijzondere houding; Inj laat het hoofd, met opene muil,
wair hel sciiuini uitloopi, hangen. Z ju oog is bewecgloos en glinsterend.
Zijn staart is tussclien de heeiiHu genepen, maar hij kwispcïslnmt, wanneer
hij bijlen wil. Wu:in e- hij eenen aanval van razernij krijgt, bijl hij al wie
hij ontmoet. Allo blinkende voorwerpen kunnen de aanvallen van woede
veroorzaken. Er volgt soms ook eeue poos kalmte na den aanval. Op deze
kalmte volgen nu weer nieuwe aanvallen, en gewoonlijk slclL de dood eeu
einde aan deze ziekte.
Ziedaar, heer Opsteller, alles wal ik over de razende onthouden heb, en
ik geloof dal hel genoeg is, hetgeen ik er van weel. Daarmede blijf ik
Uw toegenegen dienaar
1'. De Moor.
De andere, uil Vraceno en Aalst, later.
Raadsel viel premie voor kaartspelers uil den BiekorfVlaamsclten Steenweg
le Brussel. Twee pinten Lambie voor de beste oplossing.
Mijn eerste deel is een nachtraaf.
Mijn tweede er bijgevoegd zijn er vele,
Mijn derde is een kleedsel meer door-
De man als vrouwgedrageu.
Mijn geheel is een persoon die
Bij de oplos.nTs begrepen is.
L. Klopper, VI. St. Brussel.
BuMEnkiNG. Degenen die raadsels zenden, moeten ze juist maken. Onze
lezers zijn te spitsvinuig, te schrander en ontdekken de minste dubbelzinnig
heid; o. a. is ons bemerkt dat O eeu paard niet tegenhoudt. Vriend te Ronsse.
deffendeerl u
littiKYKNBUS. - Uil S. M. Leerne, eenige goede raadsels ontvangen.
Tweede waai schouwing te Deynze: Waar zijn der gedichten De Bo? Nu zal
de vervolging beginnen. S. te Wieze, ik zal u in 't kort doen roepen. 1'.
V. te Lokeren, wel. F. Av. te G. Volgens afspradk.
Oplossing van "t vorig raadselO. Gevonden door MM. F. Avoux. Gee-
raardsbergenF. Adriaens, BrusselEm Hofman, Lebbeke: F. Vet, student
iu 't Sint Lifdewijks gesticht. Brnssel; Kaporaal Dé Decker, teOultre.
Wat ia er minder waard
Dan 00?
Én-geef'k liet hoofd en staart,
Alzoo
Heb ik voor 't paard
Een TOOM.
Bijeen vergaard.
Jandjom!
Kaporaal De Duokef. te Oullre.
In liet kanton van Fi ihourg in Zwitserland is het gebruik
dat, wanneer cene jonge dochter de genade vraagt voor eenen
jongman die tot de dood geleid wordt, zij dezelve bekomt, indien
zij met elkander willen trouwen. Eens gebeurde dat een misda-
digen lot de strafplaats gevoerd wordende, eene jonge dochter
van uit het gedrang' des volks om genade riep.'De'kar bleef stila
staan; de plichtige merkende dat zij scheel zag, zegde: Beul
rijdt voort.
Een amcrikaansch rc'chlei' nam, gedurende de zitting. zijn
slok, raakte met de punt den beschuldigde aan en zeide er
bevindt zich aan het einde van mijnen stok een echte spitsboef.
Aan welk einde, mijnheer? vraagde dé beschuldigde.
Gaat gij goed vooruit op de school, Willem?
Neen, oom, wij zijn met zoovelen cu meester heeft zooveel
te slaan, dat hij eiken schooltijd moeielijk eenen keer rondge-
raakt.
Middel om de katten en muizen te veiigeven Laat rattcn-
kruid in kokend water smelten en zet liet op zolder. Of. doe
eenige ruwe mosselen open, nagel ze op eene plank vast en strooi
er wat rattenkruid op; de ratten en muizen zijn gretig naar mos
selen.
Men heeft bevonden dat de muizen van een tarwe of kooi n land
Bedevaart tot L. V. van Lourdes te Uostskker, bij Gent.
Do algemeeno bedevaarten voor Paus en Land zijn voor dit jaar wee
beeonnen iu het zoo uitmuntend Katholiek bisdom van Geut. ij vern
met een waar genoegen dat de algenieene bedevaart tot O. L. van Lourdt-s
op het kasteel van Oostakker belooft uitermate wel te gelukken en niet
wonder! h^tgene daar sedert eenige maanden voorgevallen is, moet gewis den
zaligsltu indruk op de Katholieke gemoederen te weeg brengen. Vijf paro
chiën, busteldonk, Dostelbergeii, Loochristi, Oostakker enAYoiuielgem zullen
Maandag aanslaande 25.Mei tot de reeds zoo vermaarde rots eene bedevaart VCrdwCltell als men de SChapeil daat'Op liet grazen of als men
inrichtefl om er te komen bidden voor het beeld van O. L. V. van Lourdes. I ze heen en weer er OVCI' leidde.