Sc fiucteling.
"Srr'kg |0e'(' va" ïvvjeve" ik Ial aa" mïe «oorden
„elomeii, want ik geloof aan de opregtbeid van uw berouw Gii
E-
2" Vervolg.
Slepiien zweeghet was het oogenblik niet, om aan den boe
teling lessen ot vertroostingen te geven. Hij hoopte buitendien,
dat hij in het vervolg gelegenheid genoeg zoude vinden, om zich
door hem te doen verslaan. Uij ondervrueg hem naar hel werk,
waarvoor hij geschiktheid meende te hebben en om hem niet in
zijne gewoone stilte- en afzondering te stooren, bood hij hem hel
afschrijven aan van alschriUen: Dit voorstel'werd aangenomen.
Van dan al' vestigden zich doorgaande betrekkingen tusschen
den boeteling en den jeugdigen Kapellaan.
Hel gedrag van Stephen was vol liefderijke zorgen en broeder
lijke oplet tendheden, zoodat de boeteling er eindelijk door werd
geti often. Die man, wiens ziel voor altoos seheen gesloten te zijn
vooralle mcnsdielijke genegenheid, kende voor het eerst de
vriendschap.
Hij zeide somtijds tot den jeugdigen priester Ik heb mijn zei-
ven tot eene wel gesteld 0111, gedurende mijnen boetentijd, met
niemand te spreken ik heb die wet tien jaren lang nagekomen
sedert ik u heb gezien, is het mij onmogelijk geworden die langer
te houden. Maar hoe heb ik u het belang kunnen inboezemen,
hetwelk g,j mij betoont Uoe durft uwe hand de mijne drukken
PI, die WWW Wt eonucr vlekken voor den lieer zijl, hoé kuilt gij
eenen ellendigs,, zondaar naderen, die geheel bezoedeld is met
misdiideii
Stephen antwoordde hem: Het is, omdat het kleed des be-
rouvvs bijna zoo wil is als dat der onschuld opdat wij allen
brooze zoudareu zijn omdat de liefde, van alle deugden diegene
is, welke God liet liefste door de mcnschen ziet beoefenen.
Weet gij welke gedachte, vervolgde de boeteling, 011-
danks mij zeiven bij mij opkomt? Dezedat God u niet op mijnen
weg zou hebben geplaatst, zoo Hij mij niet éénmaal vergiffenis
wilde geven. Gij zijt voor mij als ile duif, die in de ark den
palmtak bragt, als getuige, dat de zondvloed ging ophouden.
Gij zijt ceu engel, wiens zending het is, mij toUiet einde mijner
pelgrimsreis te ondersteunen.
Kten, zeide Stephen, ik ben een menscli even als gij,
ik bemin u en beklaagu.
En dan baden zij te samen. De boeteling meende, dat zijne ge
beden bij den Heer beter werdetf aangenomen,' wïumeer zij' tege
lijk met die tjfah Stephen ten hemel klommen.
Niet tegenstaande de voorzorgen, welke de jeugdige kapellaau
nam, 0111 de bezoeken, welke hij bij den boeteling bragt, te ver
bergen, was de geheele slad*" er weldra van onderrigt. De alge-
meeue nieuwsgierigheid ontwaakte weder; men vroeg zich welke
betrekkingen er zich hadden kunnen vestigen tusschen twee zoo
verschillende menschen, cn het gedrag van den liofdevollen pries-
ter. gaf aanleiding tot de kwaadaardigste geruchten maar het
leven van Stephen was zoo zuiver, dal die geruchten van zelve
vervielen.
Dikwijls, wanneer hij den boeteling verliet, overvielen Stephen
onwillekeurige droomerijen hij dacht zich zeiven hoe hel moge
lijk was, dat er eene misdaad kon gepleegd zijn door iemand, bij
wien men zelfs geene schaduw van eene kwade gedachte opmerk
te. Hij vroeg zich al welke1 die groote misdaad was, die zulk eene
verschrikkelijke boelpleging vercischte Somtijds, en 'ondanks
hem, vervolgden die opmerkingen hem tot bij dengenen, die óf
het voorwerp van was. Eens bemerkte liet de boetefmg.
Hoor, zeide hij, zoo gij geeii'priester waart, zou ik u
{sedert lang mijne geschiedenis hebben verhaald, liet is ceu vuor-
I beeld, waaruil gij de jonge dwaze en verblinde lieden, even als
ik was,voordeel uit had kunnen doen liekkenI el is een kelk van
schaamte, üiou ik blijde zou- wezen te kunnen opdragen. Maar gij
zijt priestereen dergelijk vertrouwen zoude alle dé hoedanighe-
denj&fineu biecht hebben, gn ileJ'aus heeft mij verboden lot oenig
Sukrament te naderen, gedurenae mijnen geheelcn boetetijd.
De Paus! viel hem Stephen in de reden.
Hij-zeltrhet is aan hem, dat ik mijne misdaad heb toever
trouwd; hij alleen was het, die naar mijn inzien, macht genoeg
bezat, om cr mij de vrijheid van té scheuken, hij, lol w ion gezegd
lis wat gij op aarde zult onthouden hebben, zal in den hemel
fontbonden. zijn. «Toen verhaalde de boeteling hoe hij Pius V||
overal gevolgd had, hoc hij cr toe gekomen was, om heiu'te spre
ikeu en het gehoor, dat de II. Vader hem had verleend.
Ik t.ad in zijn paleis hiniiert, vervolgde hij, «bevende en
bleek als een moordenaar, dien men aan de sponde van zijn slach
toffer brengt men geleide mij bij lu»m binnen en ik viel dadelijk
op de knieën.... En toen wij alleen waren....
Ilij hield op. Het koude zweet liep van zijn voorhoofd hij keek
Seplei, in het aangezichten er heerschte eene plecffl Se
tusschen die twee menschen. sui.e
«lk kan u niet verhalen wat er in dit onderhoud voorviel
hu nam de boeteling met eene heersche stem het zij u eeiioe-
te welen, dut de Paus, na mij gehoord te hebben, de stren4 boef
plegm en tan de eerste eeuwen der Christenheid voor mij ver
nieuwde. Hij beval mij alles te verlaten, bloedverwanten vrienden
Cl tuinmij lil eenen' hoek van Frankrijk te verborgen en de boete
te plegen, welke gij mij ziet volbrengen. - öii die voorwan--
dmi"»Tk w j'Ji V" 1" Wl' '"isset,ie» ee'im'lid kunnen ontbin
den. Ik w ilde hem de voeten kussen, want ik had zulk eene ge
nade niet durven liopen, miiar bij week terug. Gij zul; Sus
jaarlijks schrijven, zeide bij op strengen toon, en ons een
zult, wauneer de regtveerdjgbeiï dés hemels zal zijn bevredigd
522 - !a onlvangen,' door onze liuiid oiiderlcekéiid. Eerst dan
allu.1 zult gij in de kerk mogeu binnengaan en aan de latei dor
Ui,-isleiion mogen aaiiziueii. Eene maand daarna, bad ik alle
banden verbroken, die mij' aan het leven gehecht hielden. Mijne
n-u"" ""I düod en inderdaad ben ik voor baar dood.
a Ell bet is tien jaren, dal uwe boëfplegine duurt*»'
1 len jaren. Dar is weinig. 0 s
IIelil gij verder,geene tijding van den Paus gehad
Geene. 3
niemMe uhenlnt! ff!? ï*?"- "'1 8'CC"e kraclu ee" «°<"'d
mcei te uiten, diukte de hand van don boeteling en vertrok
Eemge tijd daarna, werd de boeteling ziek. Hij telde eene
•iStle0S'bh 'e"0";dal,"l gestel altijd sterk genoeg
ouderiniind fk zêlf 7 dü S"-'slreiigliedeu hadden hem
ouden lij Id. Op zekeren dag, dal tiij zieti tot zijne gewoone plaats
oudei hot voorportaal der kerk hart fesh«inrit n-ui i i
trennpi» n... 1 gctbieojtt, had hij geene.kracht
v w'ooiiiug terug te keuren, mm was ver
plicht hein er naar loc te dragen. Van dien dagal'werd zijne ziek
te ernstig Stephen snelde „aar hem toe. J
Zoodra die meiisch zich in doonsgevaar zag, verloor lui ziine
onderwerping en vasllieid. Ilij wanbofte aan de vergfffeuis bf
opgewondenheid van zijnen geest maakte alle middelen der kunst
ucliteloos en b,-110111 iieiu weldra in eenen hopeloozen toesututi
l.ed uinj zeide bij lot Sleplien, red mij; it moe,
iZT; ZM If fouduril.7 ontbinding slier), ben ik verloren'
L uc"'d "o|j medelijden red.mijAchde ontbinding'
ik wil tot aan de ontbinding leven!
l,,.^1',..f"-r naar Itooinen, main-bij Hoopte niet, dat zijn
buernog tijdig zou aankomen.
(Vervolg nadien).
Prijs: M: L. Vuilstc-ke-Van Steenkiste,
Ilaadsd Dk Smkt, Whukma:
Ittillegi'iu -Ka|Ji;ile.
Ao1cl's~'1.''" -N1- P; Du GejUtf, wevi-rij bestuurder. Gent- \u<* K,.p- .1 c-
N'kulaas (mscboon krooiigedicbh; I», Gosst-y 2«le V fi i i u
I.ebbtdicH. Bultvnck, Kaesselare. A' ,d;'' E- Hofmans,
•N.-t
ZijiK-u ua.no
Op 'non hoek
Yuu zijn book.
Da'k nu kwaniti
Om ziju prijs
au Panj-,
I". u liom /oio
adscl ruau is niet,
ivie IJK ki;hmam
i, pi-is ik, dio mij
Alleman,
Pior lijk Jan,
Moeton werki-u
Pn die gaapt,
Elide.... slaapt
.Eijk oen vorken,
Zou mot rockt,
Lijk men zegt,
Uan ook maar niocton aston;
Moet al,ban.
Als bij kun
en voor zijn g-asten.
En stiptlijk vlucht
H'j 't duivels-jemiclü
an t Zwiöreuéii van 't li'vvastotij
~Q-
Good z
MUGGEN.
Nood zoekt troost. De mug-gon bij', -n
In ons vol
Zoo rap t-u fel,
Dat l schando waar hun leeg verwijten
Maar bun bo/.o-.-k
Is vér vuii to zijn wolaokomon.
Daarom, is t dat gij 't hebt vornomon.
I.oor lmo mon dio bou-lt uit nen hook
dan do/o: in plat Vlaainsch:
hnlpMiiM.! ÖÏS?. 7^
lil Ik'/rfv. Iiiiizt Jra „adit ,,,«1 eu0,„|Mlee,.j wor,|,;n - "Wh - 01
lat zal voor vdo la.chiijver, en andere men el,en aanrennen, ,ii„
\V,o kan daarop nntsmordonh™ boek Ie vinuen, en dW
De kvv,.alle