ar
Pc U)aalsd)c Uaasucvltoopcr.
HA. RIL TPRIJIJEA
ir passfc
L 1111 M>1
6/8 De gonse «lag is we«
re sul sol si la m
O malheureux ver ilriot
nii I re re mi fa sol
Jo werk je- slaaf zoo veel je kaa
.sol fa fa fa la 1 sol sol sol
Je I blijf toujours no 1 pauvre maa
sol la la la la 1 si do re
De werk <-n help mij "iet
do si si la do si
De werk en help mij niet
mi I re si do la 1 sol.
1
De ganse dag is weêr passé,
O malheureux verdriet!
Je werkje slaaf zooveel je kan.
Je blijf toujours 'ne pauvre man
De werk en help mij uiet. (bis)
Kaiscli marol, marolle kaiscli,
Van s morge tot den aav
Je schreeuw mij heel de keel casse
En toch wil mij d'affair nie meê,
Je blijf 'ue pauvre man. (bis)
Met mijne kaiscli. je marche rond,
Je roep langs al de straat,
Je vraag maar tot drij stuif la pióce.
De boer die roep: ze stink de kaas,
Je geef geen oordje voor. (bis)
<1.
De kwaai gardens die loop op straat,
Mij toujours affronteer
Ze smijt met slijk, met steen om 't meest.
En roep altijddie wale beest
Als je den weg passeer, (bis)
Ma femme doet thuis 'ne goed affair.
Zij win zij voel de gel,
Zij heeft 'no pot, 'ue pannewink,
En kan daarop 'ne kaffe drink.
Met snik en boterkoek, (bis)
O.
Ze loopt zij juist lijk "ne madam.
Zij heb bloem in de muts,
Zij draag 'ne schoone créolien,
Eu z'heb te minst 'ne kleed of tien
Eu moi, je draag do pruts, (bis)
7.
Eu als je nu weerkom chez nous,
Dan schiet z'iu een koleir.
Omdat ge niet de gel en win,
Zij mij do rug wel slagen in.
Je van verdriet verteer, (bis)
8.
Bonjour, ma femme, je laat u loop,
Je ga mij aangageer,
Dan krijg je rattatoél in 't lijf.
De duiv' die baal die booze wijf.
Je kom ze leev' nie weêr. (bis)
Die ware godsvrucht heeft tot Jezns Heilig Hert
Vindt troost tot iu de dood, en schroomt voor angst noch smert.
VRAAGSTUK.
n Mr Van Dierdoncq. Mache
Wij vinden nog in ons papieren een raadsel
len, reeds lang uitgesteld
Welke zijn de drie moeielijkste woorden in alle talen om uit te sprekenZe
stonden dees week in de Wkrkm.\n genoeg gezeid, reeds te veel.
"S3
Een beurzensnijder Ie Anlwerpen.
Omtrent hot midden «lor 17p eeuw gebeurde het te Antwerpen dat zekere
burgers vrouw, «lie naar de merkt gegaan was, om aldaar haren vo«>> raad van
boter voor «len winter te koopèh. door eenen beurzensnijder honderd en ujttig
guldens werd ontstolen. Toen de koop gesloten was en «le vrouw naar haar
geld taste, voelde zij dat het weg wasvan schrik valt zij m onmacht en als
zij tot zich zelve gekomen was, laat zij de gekochte boter en daarbij zijm e
hoeren staan, loopt straat op, straat neer, als een dubbende vrouw die niet
durft naar huis keeren.
Terwijl zij aldus geheel verwilderd voortsukkelt, koml zij tot aan «le .tad.—
vest: aldaar ziet zij, in een arm huisje, eun kind ia de wieg liggen schreien,
zonder dat er iemand omtrent was. Zij vergeut een oogenbbk haar gestolen
beurs, door medelijden bewogen gaat zij het huis binnen, en neemt uit moe
derlijke beweging liet verlaten wichtje op haren schoot. Terwijl zy al<lus. met
den ruc naar «le deur gekeerd, hij de wieg ziet, komt de «hof. dm haar liet geld
gestolen had het huisje binnen geloopen. smijt een pakje in het hedstrooi en
snauwt haar toe: Zijt gij nog hier? Ziedaar wat ik vandaag reeds gewonnen
hebHiermede liep hij weer uit, meaaende dat het zijne vrouw was, die het
k'To en''hij eg was. staal de vrouw van de wieg op, tast onder het hedstrooi
en vindt aldaar hare beurs met de honderd en vijftig guldens weder. Dadelijk
ijit zij naar havé woningen vertelt aan haren man al wat haar voorgevallen
was Deze, over zulken gelukkigen uitslag verheugd, ging het huis aau de
rechters verklaren, die geheel den roorei-snést «leden opscheppeu.
('■ij ziet het, beurzon snijden.
Kan toch nooit gebeuedyden
Laat ze maar praten
Hoe dat gij 't heft. hoe dat gij 't vat,
De ïnenschen zeggen altijd wat
Hij is gerust en anders geen.
Die 't oordeel Gods ontziet alleen.
Jongelingen, vooruit! voor God en Vaderland!
Jongelingschare, hoop der toekomst,
Wee aan u, indien ge u laat
Door de booze licn verleiden.
Onder Satans standaard staat
Wel aan u, indien gij moedig.
Gaat vooruit op 't pad der deugd.
En betracht uw christen plichten,
't Geen aan 't hart schenkt ware vreugd
Gorix Rob-Recht.
Men zeCTt, dat de wijn versterkt, stotterde een dronkaard,
'k heb er al vier flesschen gedronken, hoe komt het, dat ik mij
niet meer recht houden kan?
Maar, Sies, hoe is 't mogelijk? gij kunt weeral op uwe beenen
niet meer staan. Vrouwtje, zei Sies, zoo gij de wiskundige aar
drijkskunde kendet, zoudt gij denken dat dit van het draaien der
aarde komt.
Aan een open tafel. Zout mijne heeren, zout is een specerij,
welke de spijzen bederft als ze er niet ingedaan wordt.
Een groote boosdoener wierd in Engeland opgehangen; zijne
laatste woorden warenSapernon, zuflke pert zulde mij geen twee
keeren bakken.
De vrouw van Cis den Ajuin was overleden; hij noodigde zijne
kennissen uit, om naar de begrafenis te komen. Na de begrafenis
bedankte bij hun in dezer voegen: Mijne beste vrienden, ik neo
de eer U te bedanken voor het genoegen dat gij mij bewezen hebt
met achter het lijk mijner vrouw te gaan. Ik hoop welhaast het
genoegen te hebben dezelfde eer te mogen bewijzen.
Haastig gegeven, dobbel gegeven. - Die wil hebben gemak,
bliive onSe'r zijn dak. Gierigheid bedriegt do wijsheid. God
geelt koeien, maar niet bij de hoornen. Vood breekt wet.
"ËênJongëlin? van 24 jaren wol de Keuken kennende en het Hovenieren,
van onberispelijk gedrag, vraagt eenen dienst.
Men vraagt eene DIENSTMEID, voor een r.jkelieblmis. te Aalst. Goed.
huur. Maar ze moet wel kunnen koken. Men bevrage zicb in ons bureel.
Viggens
Haver. 'Aardappels. Boter
Tarwe. Masteluin. Kogge
AALST
DENDERMONDE.
ZELE.
NINOVE
LOKEREN
St-NICOLAAS
28-50
28,00
23,50
28,50
23.50
24,50
00,00
00,00
00,00
00,00
00,00
20-SU
'2.5Ü
17.30
10.00
08-50
07.00
06.00
07.50
00,00
07.00
10-25
03,00
03,25
01,50
00,00
03,50
02-25
02,08
02.12
02,25
00,00
02,50
03,06 v—
AALST, BRUKKER1J VAN P. DaENS.