200 'T KINO DEH l'ADER- pEÓÈYAAKT NAAR p. J,. y^OUW VAN JL.OURDES.NAAH p. Ju yROUW VAN 'T p. JiART, TE JSSOUDUN, EN NAAR DE GE80H.TEPEAATS VAN DSN p yiNOENTIUS. 1* VERVOLG. Enulum. Ia nnnunor 104 van De Werkman. 1)1. 3, staat: Wij geven hier hel eerste lied der Pelgrims, met muziek, en liet muziek is. bij misgreep, ver- peten Het eerste lied dus, zooals dees volgende, wordt gezongen op 't air van l'nraij Ie Monial, anders nog gekend bij name van Lied van 'I II. Ilnrt. De hier onderstaande zang Werd door do Belgische Bedevaarders alleen, op 15 September, gezongen bij hunne intrede, hun bezoek aan de grot en gedu rende de processie nmt flambeëen uitsluitclijk door Belgen gedaan, 's avonds van den dag na hunne aankomst. Wij zullen opvolgentlijk de andere liedjes geven welke do pelgrims van ons land te samen met pelgrims van vreemde lauden zongen te Issoudun en te Lobrdes. LIED TOT O. L. V. VAN LOURDES. I. 't Zijn Bc-lgen hier, o moeder rein ontvangen Die voor uw troon, op dozen sclmonen dag Met blij geschal, U bidden in bun zangen Ach toon ons wat uw moederhart vermag. Verboor ons bede, Geef goeden raad, Kil verleen vrede Aan Kerk en Staat. II. Als 't monschonrot de Godheid is aan t'ergcn Dan is uw' liefde ons een verlossingspand' Verzoenend glijdt uw stem over de bergen Van op dees rots en dringt tot in 011s land. III. Gij roept ons toe: O volk stort bilt're tranen Voeg bij 't gebed den rouw van uwe klacht 'k Zal u den weg dan tot verzoening banen En red Uw Paus, tot spijl der helsche macht. IV. O moeder lief, erbermi ng voor onz' zouden Ons zweet, ons leed, het zwoegen van de baan Aanschouw dit al door Jezus droeve wouden E11 neem liet als ons boetend offer aan. Gelijk uw voet, in bet begin der tijden Verpletterd heeft en hel en helscheu draak Zoo kunt gij ons van het tempeest bevryden Dat woedend werk van Satans sombre wraak. VI Zij wapp'ren reeds te lang de feesibannieren Van tergend kwaad en spottend ongeloof, Doe eind'Iijk dan den Paus ook zegevieren En laat het recht den beulen niet ten roof. VII. Bewaar in ons en in ons dierb're telgen Bewaar 't geloof, der Godheid milde gaaf. Gij wordt bemind, Maria, door de Belgen Geef tooh niet een der ketterij tot slaaf. VIII. Nog cons, verhoor de wenschen en de bede Die van ons hart opstijgen tot uw hart Daar ginder ook bidt 't vaderland om vrede Toon wie Gij zijt, en lenig onze smart. Deze gebeden geëindigd, herbegon bel gesprek meer nog op de gebeurtenis- <<"11 van onzeu tijd. Dezelfde persoon, een eerbied weerilige priester, die ons tol bidden liad aangezet, vertelde alsdan oen zonderling feit dat bij verzekerde meermaals gelezen te hebben en van goederhand te weten. Wij willen het U, beste vrienden, doen kennen zonder er nogtans de echtheid ganseh te kun nen van verzekeren. Het zal u toonen hoe God zijne dienaren somtijds beloont en verheerlijkt, zelfs van in dit leven: ten andere, het zal u doen gevoelen hoe zeer de erkentenis, deugd, helaas, heden zoo scliaarseh geworden, aan God behagen moet, die met een mirakel, gelijk gij zult zien, het dankbaar gevoelen van een kind jegens wijlen zijnen meester beeft gewaardigd te beloonen. Gij kent allen, beminde lezers, de geschiedenis der laatste Parijschc Com mune, der wreedheden gedurende die rampzalige tijden geploegd gij weet onder anderen hoe de eerwaarde en heilige aartsbisschop Msr Darboy en m. t hem een groot getal priesters en leverachtige kloosterlingen, behauddd wer den. Na verscheidene dagen in eene donkere cn vochtige gevangeuis gezucht te hebben, ten prooi, niettegenstaande hunnen hoogen ouderdom en hunne slechte gezondheid, aan l onger, dorst en allerlei ontberingen, wierden zij ein delijk ter dood gebracht door eenige uitzinnige en hartnekkige religi -211 priesfi terhaters. Al die slachtoffers der woede en der goddeloosheid hel zijn zooveel martelaars die nu voor hunne standvastigheid alreeds eene eeuwige kroon ontvangen hebben. Ja, voor der. troon des Allerhoogsteu smeeken die geluk zalige zielen thans om barmhartigheid voor de wereld zij roepen onophoude lijk tot den Heer: Spaar uw volk, bewaar FrankrijkHunne dierbare stoffe lijke overblijfsels berusten te Parijs. Hun graf wordt er door velo godvruchtige lieden bezocht en zoo het schijnt, heeft God reeds meermaals getoond dat hij langs dien weg nieuwe gratiën over zijn volk wilt storten. Misschien is de dag aanstaande dat, de smeukingen zijner trouwe dienaars aauhoorendé. de Al machtige aan Frankrijk rust en vrede zal teruggeven, en zoo de baan bereiden en openen die naar de volkomene zegepraal der H. Kerk naar den triomf van hut goede over het kwade moet leiden. Hopen en wachten wij met geduld en betrouwen. Het was jioodzakelijk de gedachtenis dier voorvallen te herinneren vooraleer ons verhaal te ondernemen. Thans belet ons niets meer dit te be- ginucn en wij laten het hier volgen. Hen jong kind, dat de klassen eener katholieke school te Parijs had ge volgd en zich bereidde om (lit jaar zijne Communie te doen, wierd gevaarlijk D.-lijk :iek. De geneeslieeren verklaarden welhaast de ziekte ongeneesbaar en ver zekerden dal het kind, na weinige wéken, zou bezwijken. De ouders waren ontroostbaar, maar de kleine, de reden der droefheid gewis radende, trachtte hun op allerhande wijze moeder troost te geven. En nogtans, verergerde do toestand van hun geliefd kind met don dag; zij hadden wel gebeden te vragen in verscliillige kloosters; schier dagelijks missen te doen opdragende Hemel scheen onbewegelijk,* hij wilde het engelken bezitten. Zekeren dag kwam in de ziekte eene nieuwe krisis die liet lijdende jongetje zoo afmatte dat men ei ken oogenblik vreesde van hem te verliezen. De pastoor der parochie, zijn gestadige bezoeker, besloot het kiud de Eerste Communie op zijn beddeken te laten doen en liet tcrzelvcrtijd de andere Sacramenten to bedienen. Zoo haast <le toestand een weinig verbeterd was, kondigde bij het dit nieuws met alle voorzichtigheid aan. Ge denkt wellicht dat het knaapje zal verschrikken droef zal zijn? Ei, 't gebeurde heel anders; niet alle blijken van innige vreu-nl werd die tijding vernomen. O ja, mijnheer Pastoor, sprak liet. ik traclit reeds zoolang naar de gunst van mijnen welbeminden Jezus te ontvangen. Dal hij spoedig koineik wacht hem met ongeduld... - Die weiuige woorden hadden 't kind uitgeput, zoo zwak was hetlang bleef bet sprakeloos, maar op zijne lieve en zuivere lippen glom een engelachtige grimlach, alsof liet in de stilte zijns harten eene vreugd genoot, die zijn mond niet uitdrukken kon. 's Anderdaags, o«n weinig verligt zijnde, sprak liet eene goede biecht 011 ontving van zijnen oerw. Biechtvader de laatste onderrichtingen tot het ont vangen der H. Sacramenten. Vader en Moeder waren aan het bedje genaderd waar hun lijdende zoon eerbiedig den Geestelijke aanhoorde en antwoordde. 't Lieve kind, do ouderlijke droefheid begrijpende, moedigde hun met oo^en en woorden aan Nu werd er gesproken van het uur op welke men de plech tigheid der i" Communie zou houden, liet kind, al zijne krachten samenvat tende, zeide 't beste te zijn's anderdaags rondG of 7 ure, doch niet in zijne kamer. - Eu waar dan, lief kiud vroeg de biechtvader. - Hoort nu de ant woord - Gisteren zeide ik dat mijn hart reeds lang dien dag verwacht; nu zou ik Jezus voor de eerste maal willen ontvangen op 't graf van mijnen eersten meester. Go weet dat hij daar ook rust aan de zijde van M" den Aartsbis schop; gij weet dat hij uit on/e school is gerukt en vermoord geworden; uit dankbaarheid, 0111 mijne gotrouwlu-id te toonen,zou ik op zijn graf mijn Eerste Communie willen doen. Ik voel ten anderen dat hij mij daar roept, er is eene Stem die mij zegtDoe dit en gij zult genezen! Alles wat gedaan werd om die gedachten uit 's kindos hoofd te stellen, was vruchteloos; 't knaapje vol hordde in zijn voornemen. Zijn ouders, zijn mees ters, zijn biechtvader praamden; bevolen hem dit tot later, voor eene tweede of derde Communie uittestellen; niets Icon hem overhalen. Eindelijk, (laai de dag naderde eu zijn toestand even erg blijvende, gaven de ouders hunne toestemming. Zekeren schoenen morgen zag men op het Kerkhof eene beweeglijke plech tigheid. Eenige personen omringden met godsvrucht een klein rijtuigje waai- iu het uitgemergeld en bleek knaapje lag. Een dienaar Jes Heereu die de pas toor der parochie was, naderde in kerkgewaad, welhaast hij dit getrokken bedje en versterkte 't stervende kind niet het heilig Engelenbrood. O, boe aaudoenlijk was dit oogenblik! Vader en moeder, al de aanwezige bloedver wanten stortten tranen. Gingen- zij dan dien zoon, dien deugdzame» en teerge liefden jongeling verliezen die iv->g zoo jong, reeds zoo edele ziel toonde, zco veel geloof en godvruchtigheid, wieu do toekomst toelachte maar zie... nauwelijks is do goede God in dit jong heft' gedaald, nauwelijks heeft hij do zieke lidmaten van zijnen beminden diouaar aangeraakt of er is iels omgegaan. Hot knaapje bidt altijd jvooft maar er is in hem eene schielijke verandering ontstaan. Eensklaps staat bij recht, loopt het rijtuigje uit en gaat zich knie lend werpen op den killen grafsteen die zijnen ouden meester bedekt deze w oorden uitroepende ib ben genezen. O dankbaarheid O blijdschap herleving! Wie zal dit schouwspel nu beschrijven... Iedereen van U kan zich dit beter inbeelden als wij liet zonden uitdrukken... Ook is het onze taak nietwij heb ben het wonder verhaald, aan L' de overdenking en het slot. In die weinige woorden,-in dit kort verhaal,wat lessen!! Wij keeren terug tot het verhaal onzer reis. Wij zijn te Ivrijde twee trei nen vergaderen aldaar. Wij nemen de eer.ige minuten stilstand waar om ous een w-eiuig te vorsterken, de vermoeide loden te ontwikkelen eu aan vrienden en kennissen den eersten indruk der reis mede te deelen. Wat vrolijkheid 'Smorgens regende lietnu schijnen (luizende sterren in hot lïemelswelf en spellen ons eénén schoonen dag voor. Men juicht, menzHlgt; men is verheugd zich allen weór te zien iu goeden staatde bedevaart begint ouder heilspel lende voorteckens. Vervolg nadien. @!p 6r 2° Vervolg. Een der studenten nam een sigaren; a'cje uitjen bood het den grij saard aan die weigerde, den hoer die dankende aannam en zijnen gezel, die ook de hand uitstak, 't spreekt van zelfs studenten In vakantie rooken als labriekschouwen. De trein kwam weer in beweging en onze reizigers reden dooi de versterkte poorten en over de talrijke waters die Dendermonde omringen. Een sterke stad zei een der studenten, tol den ouderling, den damp in krullende vormen omhoog zendende.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1874 | | pagina 3