Dat is voor den zeiler ecner proef vol drukfouten. De mededingers die zich tot nu toe hebben laten inschrijven, zijn mannen die vele uren achtereen hunne 1G00 letters per uur kunnen zetten, hetgeen ten minste zoo moeilijk en veel nuttiger is dan eene reeks van 5200 karambols te spelen op den billard. Als een bewijs van goede gezondheid der gemeente Caprijcke, verdient melding, dat er sedert den 25 October tot 6 december geen enkel sterfgeval meer heett plaats gehad en dat op eene bevolking van 3445 inwoners. Dezer dagen is F. Schaessens, herbergier te Oostende, door eenige verscheidene personen aangevallen en zoo erg mishandeld dat hij daags nadien in 't gasthuis overleden is. Ilij laat eene weel en drie kinderen achter. £3 Te Londen is eene juweelen-diefte begaan van i ,Ö52.000fr. ten nadeele van graaf Dudley. Uit Tongkin wordt door MgrPuginier geschreven dat het getal der vermoordde Christenen er verscheidene duizendtallen bedraagt ongeveer 70,000 Christenen zijn van alles beroofd en uit hunne huizen gejaagd. 30 pastorijen, 200 kerken, 300 dor pen, door 44,000 huisgezinnen bewoond, tien huizen van inland- sche kloosterzusters werden geplonderd en verbrand. Men schat de stoflelijke verliezen op 45 millioen franken. Madrid, 43 dcc. Er heerscht sedert drie dagen een vrceselijke storm langsheen de kust van Biscaye. Het gerucht liep gisteren dat er een stoomboot die 1000 man voor het republie- keinsch leger aan boord had,met alle hands vergaan was. Er zijn vier schuiten die te Fontarabië vastlagen in de hooge zee verdwe nen en de stoomboot Goeland is in de baai van Socoa op de kust geworpen. Bedevaart naar O. L. Vrouw van Lourdes, naar O. L. Vrouw van 't H. Hart, te Issoudun, en naar de gehorteplaats van den II. Vincentius. 6° VRRVÖLO. In de statie te Tarbes, komt nog een ander trein toe. Al wede rom bedevaarders; het kruis blinkt op hunne borst. Wie zijt gij, roepen zij ons toe? BelgiëLeve België! Leve Pius IX! Leve Frankrijk! Wij vliegen onze koetsen uit en gaan de hand drukken van die Broeders in den Heer. Het zijn de pelgrims van Aveyron, Rodez enz. die ten getalie van 4,600 en vergézegd van 800 priesters, ook zich naar Lourdes begeven. De trein die wij daar ontmoeten, is den 7"lc" die ze henen voert. 7 treinen, 5000 mannen, 800 priesters met hunnen bisschop, komende van GO uren verre; 't is een leger vo! moed en geloof! Maar 't is wederom te vertrekken. Tot wederziens. Bidden wij, zingen en nogmaals aanschouwen wij de Bergen. Wij zijn reeds nu in het bisdom van Tarbes, waar Lourdes deel van maaktwij reizen door die schoonc vlakten en groene weiden op het einde derwelke de stad van O. L. V. rust en de grot ons wacht. Eensklaps houden wij stil, en in de verte de grot en kerk van Lourdes ontwarende: eenpariglijk stijgt uit alle monden, liet: Leve OnzeL. V. Onbevlekt Ontvangen! Wij gioeten gezegënden bodem! Wij groeten U, o moeder en maagd Maria; o rotsen en bergen, waarop Maria zoo dikwijls verscheen! Nu is ons hert verheugd, het springt op van blijd schap. Door 250 mijlen van 't lieve Vaderland afgescheiden, zijn wij thans, gevoelen wij onsblijde en beter als thuis: LeveO.L.V. van Lourdes! Wij zijn nu nabij die wonderbare bron die de zie ken naar lichaam er. ziel geneest, die alle smarten heelt. Wat innige blijdschapWat is hetgoed hierwat is de lucht zoet en aangenaam Al wal ons omringt, al wat wij zien, draagt als een stempel van zegening en hemelsche schoon-en goedheid. Niettegenstaande hunne vermoeidheid en de afgelegenheid der vols, begeven' vele pelgrims zich onmiddelijk naar de H. Grot. Anderen gaan naar hunne hotels, rusten uit en verkwikken zich. 't Is wel toegelaten na gedurende twee nachten en twee dagen gerezen, honger en dorst uitgestaan te hebben. Vooraleer U te verhalen wat wij te Lourdes deden en welke plechtigheden wij er bijwoonden, herinneren wij in korte woor den de geschiedenis der verschijningen van O. L. V. aan Bcrna- dette. Wij trekken de volgende regelen uit het kort historisch verhaal dier wonderbare verschijningen door ons over weinige dagen ter verspreiding uitgegeven. Het was den 44 Februari 4858. Maria had besloten opnieuw de meachen aan te spreken in deze rampzalige tijden. een handig man. Zij verkoos tot vertrouwelinge barer geheimen, tot uitvoerster harer wenschen en bevelen een ellendig boerinnetje, van alle 1 kennis berootü. Bernadette Soubirous, wie kent haren naam niet?werd geboren nabij de groote Bergen van zeer arme, maar toch eerlijke en godvruchtige ouders. Haar vader was dag huurwerker bij eenen molenacr. Omtrent de veertien jaren oud, wanneer haar voor de eerste maal Onze Lieve Vrouw verscheen, had zij alsdan hare eerste communie nog niet gedaan en kende zij slechts een gebed goed, den Rozenkrans. Aamborstig van in de wieg, onwetende van alles, had zij nog niets gezien dan hare kudden, nog niets gedaan dan die wachten. Zij bezat nogtans eenen schat, schat boven alle schatten, 't was hare godvreezend- lieid, hare engelsche zuiverheid. Zij stichtte eenieder zoo in de kerk als op de straat, en diende tot voorbeeld van de kinderen harerjaren. Den 11 Februari, zeggen wij, rond 14 uren van den raorgend, beval moeder Soubirous aan hare tweede dochter, genaamd Maria, hout te gaan rapen voor den haard. Bernadette drong aan om hare zuster te mogen vergezellen. De oorlof verkregen, trokken de kinders het vaderlijk huis uit, vergezeld van nog eene andere jonge dochter uit de gebuurte, met naam Joanna Albadie. Al spe lende en zoekende waren de di-ij meisjes de MassabieUe-rotsen genaderd en stonden nu aan den boord der beek de Gave, recht- over de steilte welke op die plaats aan haren voet menigvuldige onregelmatige holten heeft. Een dezer holten, zeer groot, was dien dag met eene menigte takken bedekt welke de wind, van de boomen die in de bochten groeien, had doen vallen. Het oo°- dei- kinderen viel daar op en aanstonds trokken er twee de vaart door, die hoewel niet gansch droog, tochgemakkclijken overtocht biedde. Bernadette, het zieke kind, aarzelde eenigen tijd voor de koudheid van het water zij besloot eindelijk ook over te gaan. Terwijl zij hare koussen uittrok, hoorde zij eensklaps rond zich als het gedruisch van eenen hevigen wind. Zij heft het hoofd omhoog: de lucht was stil, de boomen stonden roerloes. Eene tweede maal hoort zij het zelve gerucht, en op nieuw staat zij op en kijkt rond. Verwonderd, wilt zij schreeuwen, maar zij is machteloos. Bevende en gansch ontroerd, zinkt zij neder op hare knieën, de oogen naar de spelonk gekeerd. Wat is er gebeurd? In eene door de rots gemaakte holte, eirondig van vorm, aller best gelijkende aan eene huisvenster, en gansch in de ronde ver sierd met de takken van eenen wilden rozenboom, stond eene vrouw in weêrgaloozen luister, omringd van eenen glans die het licht der zon overtrof. Alles zegt dat zij eene inwoonster is des hemels: en de bevalligheid harer gelaatstrekken, en de onuitspre kelijke schoonheid van haar gewaad, en de. straalkrans die haar omringelt. Zij draagt een lang en slepend kleed, witter dan sneeuw en melk, waarop een hemelsblauwe gordel met twee lange banden bijna tot op den grond daalt. Op eiken harer voelen bloeit de geestelijke roos, van goudgele kleur. Een witte sluier op het hootd vastgehecht, omringt de schouders en het bovendeel der armen. Tussehen hare vingeren hangt een Rozenhoedje waar van de bollekens, wit als de leliën, samengevlecht zijn met ke tentjes goudgeel gelijk de stroohalmen. Geen andere sieraden, geene juweelen, niet een dier ijdele versierselen die de menschen dragen en beminnen. De verschijning zweeg lang, toch eindelijk maakte zij het teeken des H. Kruis. Bernadette volgde dit voor beeld na en leerde daar van Maria zelf hoe men het kruisteeken maakt in den hemel. Het kind bad alsdan eenen Rozenkrans en nauwelijks had zij haar gebed geëindigd of de wonderbare ver schijning verdween. (Wordt voortgezet). De moeite niet meer! Een man van 00 jaren, die van eene zware ziekte genezen was, werd door zijne vrienden geluk gewenscht en aangespoord om uit zijn Led op te slaan. Och, sprak hij, is 't nog de moeite weerd, dat ik mij wéér aankleedt Wonden, door misverstand of kleingeestigheid geslagen, worden.bost door lijden en medelijden geheeld. Als 't heste middel om aardappelen te bewaren, wordt do ascli aanbevolen. De zieke aardappelen kunnen daarin niet rotten, aangezien de ascli alle vochtigheid opslorpt. Bij trapsgewijs ziek geworden aardappelen verdroogt het zieke deel tot eene kurkachtige zelfstandigheid, zoodat zij de overigen niet besmetten en deze aizoo volkomen gezond 011 fiisch blijven, ledereen bo- zit ascli en kan dus de waarheid vanons gezegde beproeven. Go weet nog wel dien p&bat, die'nen kilo woog. Hoeveel kadekts zomli g'ilzoo dagelijks opeten, vroeg :non te Lode aan 'nen buiienmt-nscb van Vlcckeui? Hoeveel Wel, met ecneu zou 'k genoeg hebben. Lu hoeveel zoudt g'er m een week wel opeten In eeu week o, op zijn minste wel dertig

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1874 | | pagina 3