ïïiettm Ecclool Frbruari 1875. Hkhr O&steller Ztyl zoo goed indien het mogelijk ia, het volgende in uw geëerd bind, on/.en bemin den Werkman, te zutton, liet ia zeer diens tig voor de kinderen die zich bereiden tot huuua wersie coiniuunic. Voor de eerste communicanten. O heileg Geest, kom nederdaal. Ha door uw licht mijn ziel bestraal. Kom, zuiver door uw vuur iniju hert Opdat hat tenen tempel werd. 'k Ucn van tnija zeiven dor en flauw, Vergun mij trauen van berouw, Oen goed n Geest iu mij versterkt Diu Gy in mij hebt uitgewerkt. Gereid mij g'lijk ik wezen moet, Kor ik ontvang het vlee6ch en bloed Van Josus, mijnen God en Heer, Ru dat voor mijnen eersten keer. Ik weet wat eraan belangt Hou men die eerste reis ontvangt, Daarom zucht ik nu allermeest Tot U, o God den heiligen Gees!. Hoe zuiver,onbevlekt en rein, -Aloet da tong en 't hert niet zijn, Waar Jezus zelf word opgeleid l)ie ongeschapene zuiverheid. Men most zijn aan zonden dood, 13*" JAAR MAART 1875 'I bareel sf wtaLels 5 CKbl'lEUliX. *1 sf te huls gebracht i jaar». boor af betaalbaar. man Eer men zal nulten het hemelsch brood, Geen vuil gepeins of kwade lust En mèg er zijn daar Jezus rust. 0 goeden Geest, kom van nu aan Kom eer ik te Communie gaan, Drijf uit mijn ziel wat tegenstrydt .-tan zoo verheyen Majesteit. O Jezus, die hier zijt present Iu het hoogwaardig sakrament, Ik tel de uren van den dag, Opjat ik l" eens mitten mag. Al inijn gepeizen spelen nu Op niets ter wereld als op U Ach, dat ik, voor den eersten keer, U wel ontvange. Mijnen Heer. Hiertoe arbeid ik dag en nacht Terwijl ik niet verlangen wacht Naar U. 0 God, mijn zaligheid, Ach, Jesuskom, 'tis meer als tijd. Amen. M lezeres van den Werkman. Brievenbus. X. D. C. te Rol legem. Ik heb u verleden ^eek geantwoord per brief en eens per post kaart. Br. Wetteren, zeerwel de naaste week. Mr Huvenne.te Gent, uw jasken is hier, maar uw adres is ve.loren. Waar woont gij Geen leereu riemken gevonden Al wat voor DE WERKMAN bastemd is, moet vrachtvrij gaionden worden aan P Daens, opsteller, Molenstraat 72. CiRi.istisctiE Brieyek. Alles is tot nu toe aan don Alfonso tegengevallen in Spanje, van af zijnen oorlogsroem tot aan de pogingen om het geldgebrek der schatkist aan te vullen. Doorslaande neerlagen als die van Lascar, ürnieta, Grnnollers, Daroca, Mora de Ebre, Igualada, enz., zijn wel geschikt om zijue terugkomst te Madrid alles behalve roemvol te maken. De CarJisten zijn sterker dan ooit en weldra zal ook de repu bliek wéér dreigend het hoofd opsteken. De Epvcu heelt wel te zeggen, dat er eer zal gedaan worden aan de achterstallige schuld; maar ofliciëe'e berichten melden dat ofschoon ook de financiëele kommissiën te Londen en Parijs 'herteld zijn, er toch geene betaling zal volgen alvorens de oor log geëindigd is. De opschorsing der betalingen telt twee jaren achteruit. Ge lukkig echter voor de schuldeischers Jat dou Carlos zal zegepra len en zoowel de buitenlandsche alsinweridige schuld vereffenen. Zonder dat, zal de tweede l.kwidatie van Spanje nog noodlottigcr zijn dan die van Bravo Murillo, in 185-1. Tegenover dit totale gebrek aan roem en krediet, verandert de engelsche drukpers geheel van toon, zoo zegt onder andere de Timet in een zijner artikels Dat er eene onvermijdelijke reak- tie begonnen is in Spanje bet hoofd omhoog te steken. Den dag dat don Alfonso aan de oevers van den Ebro ver scheen om het alfonsistisch noorderleger aan te moedigen door zijne tegenwoordigheid, was de vreugdeen 'l vertrouwen zijner aanhaugers ten toppunt gestegen; maar te rekenen vandatoogen- blik is de geestdrift snel gedaald, en van daag toont het land aan, dat het ontgoocheld en ter neêr geslagen is. De Daily News langs haren 'kant zegt Het is waar, Spanje heeft eenen koning gevonden en geene manifestatiën gespaard om hem eer te bewijzen ongelukkig bevindt het land zich, voor wat de politieke kwalen betreft, nog altijd in denzelfden toestand als voor de aankomst van don Alfonso XII. De bekentenissen der twee belangrijke dagbladen zijn zooveel zwaarder, doordien zij vroeger op alle toonen herhaald hebben, j dat de troonbeklimming van don Alfonso al de wonden van Spanje zou genezen, en dat tegenover dien jongen prins de Carlisten de wapens zouden neerleggen of langs gene zijde der bergen vluchten. Eens de ruiterij der Carlisten uitgerust en dat zal eerstdaags gedaan zijn, dank zij de aanhangers derCarlisten die uit Frankrijk en elders peerden naar don Carlos zenden, en zijne plechtige be lofte, den oorlog over te plaatsen naar de beide Castiljes zal waar heid worden. In eenen onlangs gehouden krijgsraad heeft don Carlos zijn be sluit te kennen gegeven, zijne troepen in groote hoeveelheden saam te trekken, om onmiddelijk tot eene krachtdadige aanval lende beweging over te gaan. Wij verwachten dan ook weldra belangrijke tijdingen uit het noorden van don Carlos, waar het leger in persoon doorhem wordt aangevoerd uit Catalonië van Lizarraga, uit het centrum van Dorregaraij, en uitde beide Castilliën van Mongrovejo. t Zondag morgend is te Gent godvruchtig overleden den heer baron Hypoliet Dellafaiile, burgemeester van Lede, en een dei- geleerdste, braafste en mildadigste mannen van ons land. God en 't Vaderland heelt hij gedurende meer dan 50 jaren met innige en werkdadige iiefde bemind en gediend, de belangen van de wer kende klas heeft hij in Kamer en Senaat voorgestaan, en door persoonlijke zelfsopofferingen en lieldadige stichtingen behertigd. t Geloof schitterde bij hem door woorden en door werken. Wezen wij dien deugdzame» en kloekmoedigen Man in onze gebeden dankbaar indachtig, opdat, is er nog iets te reinigen, zijne ziel, gansch vlekkeloos geworden, de eeuwige schoonheden, de eeu wige vreugden, in God zelf, den Schepper van alles, moge genie ten. Verleden zondag werd een rusistoorder te Anderleclit in den amigo opgesloten en 's anderdaags losgelaten, om nog denzelfden avond eu om dezelfde reden, opnieuw aangehouden te worden. Volgens het scheen bezat de man niet al zijne verstandvermogens, want in zijne eenzaamheid, vermaakte hij zich met het stroo van zijne gevangenis in brand te steken. Toen men den rook bemerkte die door het vensterke naar buiten steeg, werd de policie verwit tigd en deze vond den ongelukkige half versmacht en aan het hoofd verbrand. Men gelukte er in het vuur te blusschen, dat op het punt was zich aan het gemeentehuis mede té deelen. De aan gehoudene is naar het ziekenhuis van de gevangenis der Kleine Karmelieten gebracht; hij bevindt zich volgens men zegt in een deernisweeraigen toestandzijne twee ooren en hel aangezicht zouden verbrand zijn. Men zegt dat het een werkman van den omtrek is. - In d'Ardenen ligt de sneeuw drlj vier voet dik. Ten ge volge daarvan zijn er rond de dorpen veel wildzwijnen. Men zia^

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1875 | | pagina 1