Verschijnt alle Vrijdagen. Gloeit op hun voorhoofd niet het brandmerk hunner schaad. Do moorduaars zijn geklemd in 's Hoeren wrekend hand. Zijn misdaad was den hemel bidden Voor 't heil van Kerk en Vaderland... De laffe slag der vuigste hand Vermoordt hem in ons vreedzaam midden. Dan zullen de Rechtvaardigen zich met eene groote stoutmoedigheid l verheffen tegen degenen die hen met smaad zullen overladen hebben. j Op dit schouwspel zullen de boezen van |vreesolijken angst aange- j daan zijn,... ziende. dat de Rechtveerdigen verlost zijn. Zij zullen in hun eigen zeggen: Zo zijn zij het, die vroeger 't voorwerp onzer bespot, tingen waren.. O, uitzinnigen die wij geweest zijn! bun leven scheen ons dwaas, hunne dood schandig. En ziet, za ziju tot den rang der kin- f deren Gods verheven en hun erfdeel is van bij de Heiligen te zijn. Sap. Ch. v V. 1 6. Men vervolgt ons en wij lijden men vcrwenscht ons en wij gebeno- dijden God men vloekt tegen ons, en wij bidden; tot heden aanziet men ons als het uitschot der wereld I. Cor. G. 5. V. 12 Men zal u pijnigen en n het leven benemen. Mattü. C. 24. V. 9. Bijaldien iemand zich voor mij verklaart bij de menschen. ik zal mij i voor hem verklaren bij mijnen Vader die in den homol is. C. 10. V. 2° Al wat vrar K WESSMI tastend k, moet vrachtvTtj gezonden worden aan P Daens, opstellor, Molenstraat 72. Tot nagedachtenis van den eerzamen werkman, PIETEK. SCHOUPPE, LID VAN HET GENOOTSCHAP VAN DEN H. FRANC1SCU8 XAVEIUUS, OP ST. PIETKR8PAROCHIE, TE GENT. vermoord op den terugkeer van de algemeenc bedevaart naar 0. L. V. van Lourdes (Slootendries, op 17 Mei 1875, en tot herinnering van de talrijke Xuvcnancn, tuier llocd er is gestort uit baal leycn de Religie en het openbaar Cebed. De Werkman Spanje. Tea gevolge der breking van de tele-/ graafkabel te Santander zijn de oorlogso-l paratién vertraagd. De Garlisten scharen hunne treepen rondl RenUria. Vlierzele 26 Mei 1875. Mijnheer Daens. Spijts de goddolooze en vrijdenkers blijft het geloof m het hert der Vlamingen nog altijd levendig en de godvruchtigheid tot de onbevlekte Maagd schijnt dagelijks nog meer en meer aan te groeien Ten bewijze van uus gezegde nemen wij, onder ontelbare andere voorbeelden, het geen zondag laatst te Vlierzele heeft plast» gehad. H' den Deken van Wetteren was aldaar een allerschoonste beeld van O L. V »an Lonrdes komen inwijden en de rots inhul digen. De beelden van Maria en van Benin delta, werden van de kerk naar de rot»| overgebracht, voorgegaan deor eenen Bökoouon stoet, en niettegenstaande eent- dergelijke plechtigheid te Aalst en de be- gankeuis van Lede, word de plechtigheid te Vlierzele door vijf fi zes duizend personen bijgewoond, welke man gedurende de pro- JAAK IV" 133 23 HEI 1875. 1'iMJSi la '(bareel of winkels 5 CENTIEMEN. Met de post of tc huls gebrachtS,50 's jaar*. Vooraf betaalbaar. I cessie en aan de rots met de moeste god I vluchtigheid heeft zien bidden. I Wij zullen hier nog bijvoegen dat de kerk van Vierzcle, wclko reeds eene schil derij. levens grootte, bezit van het H. Hert van Jeeus. zal, dank eene milddadige gift, 1 op hot einde van Juni eene diergelijke schil- I derij, liet H. Hert van Maria verbeeldende, I /.al zien inhuldigen. Rusland. Tijdingen uit Orel, van 27 mei, meidon j.Int gezegde stad dien dag op vier verschil lende punten in brand stond. De vlammen woedden hevig en de verliezen waren reeds t/.eei' aanzienlijk. Men vraagt voor een Gesticht eenen goe- Iden dienstknecht, die kan huishouden en 8koken. Inlichtingen in ons Bureel. Ge ziet, hieronder, dat zwart kaderken; F ik ga liet uitsnijden, in tweeën vouwen cn 'n mijnen kerkboek zetten. Pruisen kijkt nog altijd angstig naar de 1 aangroeiende legermacht van Frankrijk; 't is te vreezen dat die 2 rijke boeren weer aan 't vechten zullen geraken. De Bedevaart van Oostakker. Van alle kanten konten er tijdingen toe, die bevestigen dat de Xaverianen in eene laffe hinderlaag waren gebracht en onmen- echelijk behandeld. In deze gemeente zijn 10,in gene 45 gekwets ten, meest ouderlingen, verscheidene hunner kunnen nog niet werken. De ontelbare getuigen dier looneelen bevestigen den woeden den baat tegen de Priesters 't was naar hun hoofd dat de grofste vloekeu, de vuilste beleedigingen vlogen, dat de messen, stokken en steenen gericht waren. Zonder den lofwaardigen iever der Xaverianen zouden vele Priesters vermoord zijn geweest. God dank,het priesterbloed heeft wel op de straten van Gent gevloeid, 't gespuis is er spottenderwijze met priestcrshocden processie ge gaan, maar toch nietéen der Dienaren Gods heeft er 't leven ver loten. Terwijl de ecrlooze aanvallers zoo menigen braven ouderling ten bloede slogen, schreven de slechte gazetten, dat de stoet der Xaverianen bestond UIT HET OVERSCHOT DER SCHEPPING en zij voegden er het volgende bij - Indien de martikos onze voorouders zijn, moeten zij niet fier toezen over hunnen kroost. Erger nog, eenige dagen later dierf de Journal des Etudiunls schrijven Als de Xaverianen durven weêrkecren, zullen wij ze allen verwurgen n Priesterskeer nog eens xoeêr en 't bloed zal stroomen bij bekenge zult er uwe soutane in wasschen Welke ijslijkheden Wat zullen wij nog hooren en zien Hoe komt men aan zulke wreede gedachten 0, wij zouden van de wereld wanhopen, zagen wij niet dat de groote meerderheid der Vlamingen voor de Xaverianen hunne stem verheffen. Velen die geen deel van 't Genootschap maken, zijn nog meer verontweer- uigd dan de Leden zelve. In eenen Winkel. Een fiesken met zijn hoedeken in d'hand en zich buigende tot dat zijn rug waterpas staat. Monsieur, mijnheer, ik ben de représentant Tan Men ge zult mij met ceo commande vereerenwe doen immers al lang affairens. Ja, Mijnheer, maar sedert die moorderij van Geut zijn de hekkëns ver hangen. Geen affaire meer met die soort. O. g' hebt gelijk, mijnheer, maar ik, moi, parole d'honneur, ik laat elk gerust en ik doe mijn cbristene plichten; dat is maar gespuis, mijnbeer dat zulk zaken doet. Als 't zoo is, laat uwe stalen zien. 't Voijgeurken haalt een portefeuille en papier uit zijnen zak cn legt die op den toog. Wat zie ik, Mijnheer ge loopt met slechte fransche gazetten in dei zak Ha, ge leest datg'ondersteunt de mannen die ons martikos noemen, die ons wijlen doodslaan Allez, mijn huis uitge zult met mijn geld geenen bonjour maken. Maar, mijnheer lief, maar G'hoort wat ik zeg, hé de deur uit en zog aan uwen heer dat hij maar een groote krabbe over onzen naam maakt.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1875 | | pagina 1