Waar hoogmoed h de Leden van Senaat en Kamer aangeboden, gingen opeens al de gazbekken uit. Ze weten niet wat er te Brussel aan de Gaz is. Een der zeldzame Napoleonisten is te Bergopzoom overle den, in den oudcrdo.n van 85 jaren. Hij had de campagne van Rusland meêgedaan. Te Vlissingen is een werkman bij het laden van spoorstra- ven ineen schip op het hoofd neergevallen en weinige uren daar na overleden. Dat de inwoners van Eist nietten achteren blijven voor 't onderwijs, blijkt hieruit: dat er 5 kinderen dezer gemeente eenen prijs behaald hebben van den kantonnalen kampstrijd; éen die ter school gaat te Roosebeke, drij te Eist en dén te Maria-Hoorebeke. Eerc en hulde aan de Onderwijzers en Kinderen. Te Eerneghem, in'tBrugsch, is een zevende zoon geboren. De Koning zond, volgens gewoonte 150 fr., en verzocht den Burgemeester van te willen Peter zijn. Vreeselijke ramp in de koolmijnen: 42 werklieden dood. Woensdag der v. w. tusschen elf ure en middernacht, heeft te Seraing, in de steenkoolmijn, Vieille Marilwye eene hevige nit- berstmg van het grauwvuur plaats gehad. Er werkten 200 man in de n'abijheid, donderdag avond had men reeds 10 lijken uit de puinhoopen gehaald, een weinig later vond men nog 13 werk lieden versmacht liggen en 's nachts vond men nog 19 lijken, wat het getal dooden op 42 brengt. Er liggen zes gewonden in de infirmerie en men mist nog andere werklieden. De uitbersting was zoo erg dat eene galerij van 412 meters is vernield geworden, 10 paarden, die op ongeveei 200 meters van den put in eenen stal stonden,zijn versmacht. De dagbladen van Luik melden dat negen der opgehaalde lijken verschrikkelijk zijn gebrand. Het getal der gewonden, welke in den beginne in de infirmerie gebracht werden, beliep tot tien zes dezer gekwetsten werden naar hunne woningen gebracht een hunner, welke men dacht dood te zijn, bevindt zich in betrekkelijk geruststellenden toe stand en men hoopt hem te redden. Heden is men bezig met het onderzoek der werken. Eene brigade daalde in eene groef af, waar een afschuwelijk schouwspef het oog trof vijf werklieden lagen ijsclijk verbrand, ccnigen verminkt met de lidmaten en het hoofd van de romp ge- gcsclicidcn. Aan het verbrijzelde tuig en houtwerk kon men zien dat de schok aan den kant was ontstaan, in welker richting de doorzoekers zich begaven, namelijk in den zuiderlijken kant der mijn. De instortingen beletten verder door te dringen en men moest terug wijken naar den put. Men heeft onmiddelijk werklieden gezonden om die ingestorte wegen te herstellen en te pogen door te dringen in de verdere gaanderijen, welke tot nu toe ondoorzocht zijn gebleven. Eenieder heeft dapper zijnen plicht gedaan bij de ophalings- werken verscheidene lijken dragen verschrikkelijke brandwon den, anderen, de verstikten, schijnen te slapen, twee der ver branden zijn onherkenbaar, een dezer gelijkt niet meer aan een menschel ijk wezen. Heden 15 ocl. zullen waarschijnlijk al de slachtoffers begraven worden de geestelijkheid heeft een onverpoosde zelfsopoftering aan den dag gelegd en onophoudelijk zich bezig gehouden met het toedienen der geestelijke hulp aan de slachtoffers. Wat is dat, grauwvuur, mijnvuur 'k ga u dit eens doen ver staan Ge hebt soms al een dwaallicht of slaalkuars gezien, daal de kinderen en ook groote menschen zoo bevreesd van zijn. Eene stalkaars is wezenlijk eenen damp, die uit rottige gronden,moe rassen enz. opstijgt, en in zekere voorwaarden, in brand schiet die lochte vlam danst en rijst, daarom noemt men ze ook dwaal licht of hiplicht. Nu, vrienden, diezelfde damp bevindt zich ook in de onderaardsche gangen der koolmijners, maar met bij zondere hoedanigheden, dusdanig dat, als hij met zekere hoeveel heid locht is gemengd, hij bliksemsnel ontploft, gansche koolmij nen doet instorten, en afgrijselijke ongelukken te weeg brengt. Dusdanige koolmijndamp wordt door de koölwcrkers grauw vuur genoemd. Onweer van Zondag T'Antwerpen is een groot steenen Kruis van St-Joriskerk gevallen, en een vrouw van 70 jaren, die gazet ten uitdroeg, bijna in 't water gewaaid. Aan de Schelde was veel volk om de zeeschepen tegen de golven te zien klotsen men diert aan 't Vlaamsch-Hoofd niet overzetten. Te Brussel is een huis, nabij de Gaz, ingestort vele schouwen zijn ingevallen, talrijke boomen uitgerukt. In Holland, rond Zalt-Bommel, is eene schuit door den storm gezonken en zoo men zegt zijn de menschen die aan boord waren, jammerlijk verdronken; te Andel is ook eene schuit met suikerbieten gezonken. mt, daar naakt de val Maandag avond, op den trein van Tilburg naar Turnhout, 1 ure namiddag, is do machinist uit den trein gevallen, en in el- lendigen toestand opgenomen. Men vreest voor zijn leven. Een uloedic drama. Een nieuw bloedig drama heeft den volkrijken wijk der Minimestraat, te Brussel in opschudding gebracht. Het is eene moord, bijna eene vadermoord, welke zon dag in den schoot cener werkmansfamilie is gepleegd. Het hoofd dier familie, welke met zijne vrouw woonde en een zoon, uit het eerste huwelijk van deze voortgesproten, is door zijnen stierfzoon vermoord geworden. Ziehier in welke omstandigheden Het huisgezin zat aan tafel, en de man deed aan zijne vrouw eenige opmerkingen de woordenwisseling werd heviger, en de man nam eenen stoel en sloeg er mede op zijne vrouw, die bloe dend opden grond viel. De zoon sprong er natuurlijk tusschen om zijn stiefvader te bedaren en om zijne ongelukkige moeder ter hulp te komen maar het liep hem slecht af, want in de worsteling kreeg hij eenen geweldigen slag van den stoel, welken de uitzinnige vader altijd in zijne hand hield. Nogtans gelukte het den zoon hem den stoel af te nemen, waarop de vader no^ meer verbitterde en een tafelmes nam. Nu ontstond er een hardnekkigen, maar korten strijd. Pieter Frans D'Haese, zoo heette de zoon, ontwapende zijnen aanvalleren door die geweidaden builen zich zeiven, wilde hij zich verdedigen, na zelfs een slag van stoel en een messteek bekomen te hebben. Hij bracht zijnen tegenstrever drie steken toe, waardoor deze viel om niet meer op te staan. Het mes had zijn hart door boord. Men onderstelt zich dit bloedig en droevig tooneel, en de smart dier gewonde vrouw, welke ooggetuige was vaneen ge vecht op leven en dood tusschen haren echtgenoot en haren zoon. De geburen en de politie kwamen toegesneld, alsook een doctor, die verzekerde, dat de vader dood was. Deze was Michel Jozef Wouters, en was 45 jaren oud. Hij was te Mcchclen geboren den 24 Mei 1830, en was huisschilder, evenals zijn vijf en twintigjarigen zoon P. J. D'Haese, den 22 Mei 1850 te Mechelen geboren, woonachtig bij zijne ouders in de Minimestraat. Donderdag, met den avond, heeft het parket on middelijk eene huiszoeking gedaan. De heeren Heyvacrt, procureur des konings, Willemaers, instructiereehter, vergezeld van zijnen griffier, den lieer Kipikers alsook van den heer Delattre, policiekommissaris van de 1* afdee- ling, zijn tot het eerste onderzoek overgegaan. De huisvrouw Wouters, geboren Joanna-Cornelia Neefs, en haren zoon P.-J. D'Haese, werden nadat zij waren verzorgd, naar het Si-Pietershospitaal gebracht, waar de instructierechter hen nog ondervraagd heeft. Het lijk van het slachtoffer is naar het gasthuis vervoerd waar de doctoren het lijk zullen onderzoeken. De onderzoeksrechters hebben de personen van den huize en al de geburen ondervraagd welke allen de beste inlichtingen over den zoon P. F. D'Haese hebben gegeven, terwijl het zoo niet is ten opzichte van Michel Wouters, die een opschietend karakter had en slecht met zijne vrouw leefde. Nadere bijzonderheden. Deze droeve gebeurtenis heeft eene groote ontroeriug tusschen de bevolking der wijk doen ontstaan. Heden nog, wordt er in de gansche stad over gesproken. Vrouw Neefs, vandaag weduwe van Michel Wouters en haar zoon Pieter D'Haese, bevinden zich nog in het St-Pietersgasthuis. De wonden bekomen door de ongelukkigen in dit woeste tooneel, uitgedaagd door den man die het met zijn leven heeft geboet, zijn gelukkig"niet zeer ernstig. Het is onmogelijk, de wanhoop te be schrijven, welke hun het hart verscheurt, en hoe de eene en de andere beweenen wat er is gebeurd. Men kan gemakkelijk begrijpen dat in tegenwoordigheid van zulke omstandigheden, de gestrengheid der justitie alle reden van bestaan verloren heeft. De ongelukkige die zijne moeder en zijn eigen leven heeft verdedigd, en daardoor de dood van den aanrander heeft veroorzaakt, kan stellig voor dezen manslag niet verantwoordelijk worden gemaakt. Ook is, tot heden toe, geen bevel van aanhouding tegen hem uitgevaardigd. Dijnsdag was Belcele in Feestelijke beweging voor de gul den Jubelfeest van Joscf Vermeulen en zijne brave huisvrouw Paulina Rozaar van 's morgends hoorde men 't kanongedonder, de wegen hingen zwart van vlaggen en des avonds weerklonken voor hunne deur de schetterende tonen der Veld-Claroenen van Belcelle die 't gelukkige paar met eene serenade kwamen veree ren.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1875 | | pagina 2