Gemak v 't Kindt mag tot nu toe zijnen eigen kost doen, en doet de lekkerste spijzen uit d'hótols komen, waarvan de schildwachten watertanden. Men rekent dat hij, sedert 9 jaar, 300 fr. per uur gestolen heeft, 7,200 per dag, 216,000 per maand. 'k Den kricus hoe die groote dief zal uitspelen! De hoofdkerk van Alexandrië (in Piemont) is afgebrand. Alles is erin gebleventwee krawatlen zijn voor die zaak aange houden. De schade wordt berekend op 2 millioen franken. Moukhtar Pacha trekt 3600 ruiters bijeen en schijnt een nieuwe expeditie naar Niksic te willen ondernemen. 2800 Turk- sche soldaten zijn te Kiek ontscheept. Twee Oostenrijksehe con suls en een Pacha zijn te Knin aangekomen, met het doel om on derhandelingen aan te knoopen teneinde den vrede in Bosnië te herstellen. De zoon der Koningin van Engeland is nu in Spanje en wordt er ferm getrakteerd en feestelijk ingehaald. Men meldt dat hem te Lissabon drie ordeteekens te gelijk werden gegeven. Hij lieefl geweigerd een stierengevecht te zien, uit eerbied voor het Engclsche lioasl-beaf. Zoo slecht gaat het in Pruisen dat een gazettier veroordeeld is, omdat hij, van MBr Ledochowski sprekende, hem Aartsbisschop noemde.... O grouwzame tirannie!Een Hollandsch Priester vertelde ons dat hij groote moeielijkheden had geleden om t'Aken Mis gelezen te hebbenZiet gij daar Bismarck, rechter van hemel en aarde, oordeelende of het onbloedig Sacrificie mag opgedragen worden. Wij lezen in een gazet óit Lourdes (Frankrijk) dat er daal den 18 April meer dan 11,000 Bedevaarders zijn toegekomen; met 14 speciale treinen arriveerden 10,298 man en verscbeide honderden met gewone treinen. 9000 Communiën werden uit gedeeld; als zij^'s namiddags de processie naar de Grot deden, bevonden zich daar nog 5000 andere Bedevaarders. De Aarts bisschop van Toulouse maakte deel van die Bedevaart. De heer abt Guilmin, oud-pastoor van Montanel, die sedert 1862 eene bederf' had m de ribbe en van al de Doctors verlaten, is, na eene Noveen tot O. L. Vr. van Lourdes, schielijk genezen. Ik verklaar luidop, schrijft de geneesheer Cochet, in al de oprechtheid van mijn geweten, dal zijne genezing bovennatuurlijk is. Doctor Fleury verklaart bij schrille dal hij aan priester Guilmin sedert 1872 een getuigschrift van ongeneesbaai beid had gegeven. Nu heelt die Man de beste gezondheid. 't Is ongeloofcdijk den toe loop van volk te Lourdes. De Franschmans kómen er met dui zenden; en niet zonder rede! Ons Heer en zijn Heilige Moeder moeten er tusschcn komen of dat arm Frankrijk zal nog droevere dagen beleven als het er reeds onderslaan heeft. Zelfs onder goede Regeerders is'l perijkel grootEn er zijn nu Regeerders geko zen die olie in 't vuur werpen. Er moet dus naar bovennatuurlijke hulp omgezien worden. Avondpraatje. Zuur, bitter, slecht weèr, gebuur De vruchten zouden inden grond kruipen. 't En zijn geen meimaanden meer, Marcus. Zijn 't nog tijden ook, Loddcn Hejc van uw leven alzoo 'ne wereld gezien Alles springt op krukken. Waarom, gebuur Ja, waarom omdat do wagen voor 't peord wordt gesteld. De paal wil den bakker gebieden, öns Heer wordt buitengecijferd, Hij die alles bestiert en regeert. Dat 'ter klein volk niet ware om alles nog wat te zalven, ge zoudt voor 'ncn tweeden zondvloed moeten vreezen, Lodden. Dat voegt, Marcus Wat lezen wij in den Pittago dat de mensch vay zijn eigen koppig, dom cn boos is en' een bovennatuurlijke hulp moet hebben om rechtte blijven. Welnu, en wat doen d'bedendangsehe krawatten Ze loochenen alles van.daarboven ze zeggen dat er geeneu God, geene ziel is, dat er geen Religie moet uitgeoefend worden. Mijn broek, Lodden. Zeggenen doen is twee. Al zegde g'hecl de wereld on een deel van d'helïe, alles wat ze willen, wat or isTblijft. Wat geschreven staat, blijft geschreven, zegde Pilatus. Zeker, Marcus, cn de tijden gaan voort, en de Man van hierboven wacht zijnen toer af. Hij neemt het nogtans zoo wel met de menschen Hij dio op 'ne pink kan (luizende werelden scheppen. Dat is genoeg te zien, in 't Firmament, Lodden als g'eens daar boven die eeuwige sterren ziet, dio alle grooter ziju dan g'heel den aardboL on dio onafzienbare ruimte. Ik sta iu verbazing voor uwe werken, riep David-, als hij 's avonds voor zijn deur zittende, de wereld aa'nschouwde. Ik ga voort De Schepper heeft de menschen niet noodig maar Hij heeft ons uit loutere liefde doen worden, om voor eeuwig aanbidders to hebben. En bemerkt wel in den Dienst Gods is het beste geluk der wereld. De Dienst Gods geeft vredo, rust aan 't hart eu wat is 'ne mensch zonder rustzonder vrede Zijt zoo rijk als de zee diep is, wentelt u in 'tgoud, hebt alle dagen vijf, zes vieeseben op uw tafel, en g'hebt den vrede niet armen Sama ritaan, zeg ik. Do Dienst Gods is de vreugd voor't hart, de gezondheid voor't Ech.'i.'un ies moetin zijn ollcmcut zijn do visch in 'twater, de vogel or eer. in de lucht en de mensch meestor van zijn driften, anders houdt de dui vel de keers. Dat is allemaal waar, gebuur, voor die redens moeten do geloerd- sten zeiven zwijgen als slijkmossels'. Och, 't en zijn allemaal geen geleerden die nen bril dragen of die 't hoofd in de lucht steken.- 'k llob altijd hooren zeggen dat de ware ge leerden verklaren Hoe meer zij studeeren, hoe dieper zij in de gehei men der natuur gaan, hoe dieper ook wij onze knïën in 't zand prenten,- omdat wij meer en meer in de geheimen des Scheppers almacht zien. Ge ziet er tegenwoordig van die gastjes van rARLKFUANSisz, de voetjes carrez en 'ne stijven collé, die g'heel de wereld zouden omverbla zen, zoo groot is humion hoogmoed 'nen boeronmensch is vuiligheid in hun oogen en om Mis t' hooren op ordentelijke wijze, daar zijn ze te groot voor. In den Biechtstoel knielen zouden zo weldat is 'kweze larij. Groote lanteeren, klein licht Dat omioozel pimpelgcslaclit heeft ordinaris min gezond oordeei, dan 'nen kociwaohter uit 't Meetjesland -r z'hebben nog geen kennis genoeg om hun eigen niet te verbranden. 5 Ze lachen met 'nen eenvoudigen mensdi die voor God knielt, en zij, d'onnoozele hanncwuiten, ze knielen dikwijls voor een slechte vuiie plaaster, die hun eenten ailuist. Dat pimpclgéslacht vindt men meest in de steden. Ze moesten die vliegenvangerkes in d'erwten zetten om do rnus- schen te verdrijven. Goedenavond gebuur. Slaap wel, Marcus. De wijze, waarop Ludwig H, de Koning van Beieren, zijne dagen doorbrengt, vinden wij in een der bladen aldus beschreven: De Ko ning slaapt tot 11 uur in een voor bet licht hermetisch gesloten vertrek na te zijn opgestaan, ontbijt hij alleen vervolgens ontvangt hij zijn par ticulieren secretaris, den heer Von Eisenhardt, met wien hij zich ach tereenvolgens eenige uren onderhoudt. Daarna rijdt Z. M. uiten keert eerst tegen het vallen van den avond terug om zijn diner to gebruiken. Zoodra dit is afgeloopen, begeeft hij zich naar zijn wintertuin; daar leest hij, peinst of vermeit zich in de trillers oener zangeres, die, achter een struik verborgen waarom niet liever in een boom r 's Konings ge liefkoosde aria's zingt. Nooit begeeft hij zich ter ruste voor 's morgens 2 of 3 uur. Des ande rendaags, of liever denzelfden dag, staat hij weer ten 11 uur op, dejeu neert, praat met zijn secretaris, dineert, wintertuint - enz. en zoo gaat het altijd door. Eenige dagen geleden kwam een jong en armmoedig gekleed meisje in een barbierswinkel te Weenen en zeide dat zij haar haar wenschte te verkoopen. De barbier onderzocht haar langen, dikken, kastanjebruinen haartooi en begon to bieden. Hij kon or acht gulden voor geven, maar meer niet. Er was dit jaar overvloed van baar, zeide hij, de prijs was gedaald er was minder vraag, cn meer van die gezegden. In de oogen van het meisje welden tranen op en zij aarzelde een oegen- blik, terwijl zij haar weeldoriee lokken om haar vingers wond. Einde lijk wierp zij zich op een stoel en riep Snijd het spoedig af. Do barbier, verheugd over den voordeeligen koop, stond op het punt van zijn schaar in het haar to zetten, toen een heer binnenkwam, en met één blik ziende wat er gaande was, den barbier beval, dat hij zou ophou den, waarna hij zich tot het meisjo keerde, zeggende Kindlief, waarom wilt gij uw haar laten afsnijden Moeder is reeds bijna vijf maanden ziek, mijnheer was het ant woord ik kan niet genoeg werken voor ons allenalles in huis is reeds verkocht of verpand cn er is geen cent in huis. Nu wil mijnheer-bier mij acht gulden goven voor mijn haar, is dat niet wat weinig Veel te weinig, zeide de onbekende heer ik zal uw haar koo- pen en geef er u honderd gulden voor. Hij gat' het arme meisje ecu bankbiljet, dat terstond haar tranen deed droogen, en nam den barbier de schaar uit de hand. Vervolgens stak hij zijn hand in hot haar, zocht er het langste uit, knipte het alleen af, wik kelde het om zijn vinger, deed het in een papiertje, legde dit in zijn portefeuille en vroeg eindelijk het meisje waar zij woonde, zeggende Ik zal over een week of zes eens Komen zien, of het noodig is dat gij nog meer haren verkoopt. Ga nu naar uwe zieke moeder. pc barbier stond bij die woorden verbluft to kijken cn toen hij iets wilde zeggen, hernam de heer, naar de deur gaande om te vertrekken ZwijgIk laat mij nooit weèr scheeren door iemand, die specu leert op de armoede en zal ook mijne vrienden tegen u waarschuwen. Onbeschaamdheid. Op een Duitsche speelbank zette een schurk een valschen Louis op een nummer dat 5UW fr. won. De bankier gaf den bedrieger het geld, met zijn valschen Louis, doch deze schoof het geldstuk terug en vroeg een echt. De bankier, die 't bedrog niet zag, gaf hem een ander. Frits, wat is het bijzonderste kenmerk van den hond, waardoor hij van ander dieren kan onderscheiden worden Frils. Een muilband, Meester. Dat een paard wraak neemt over slechte behandeling, is nog maals bewezen te Clicby, bij Parijs. Een voerman had zijn paard mis handeld en ging 's avonds naar den stal om te voeieren. Zooura liet dier zijn meester zag binnenkomen, sproug het op, maakte met een ruk zich los van het halsterriem, wierp zich op den voerman, beet en trapte het. Op zijn danig geschreeuw kwamen eenige personen toegeloopen en niet zonder moeite gelukte het hun den man to verlossen. Een schouwvager is do onbaatzuchtigsto mensch der wereld want terwijl een lasteraar een ander zwart maakt om zich zelf schoon to wasschen, maakt hij zich zclven zwart om eens anders goed schoon te maken. Een jonge weduwe was hertrouwd met een tamelijk bejaard heer, dien zij wel wat verveelde met herinneringen van haar eersten man. Toen hij dit deed opmerken, antwoordde zij Kom, kom, brombeer als gij eens dood zijt, zult gij wat blij wezen, wanneer ik, hertrouwd zijnde, over u met mijn derden man spreek.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1876 | | pagina 2